Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

maandag 30 september 2013

Parkeergarage

Vandaag heb ik natuurlijk nog meer gevonden dan ik gisteren al meldde in ‘Publieksprijs’. Om te beginnen in Schiedam. Peter Henk Steenhuis schreef in Trouw op 29 juni 2010:
‘De Ketelfactory in Schiedam is op dit moment het spannendste museum van Nederland, zeker voor iemand die geïnteresseerd is in de relatie tussen filosofie en beeldende kunst. Elke prachtig verzorgde uitnodiging voor een nieuwe expositie, die naast een afbeelding ook altijd een beschouwende tekst bevat, staat net zolang op mijn bureau tot ik denk: ook hier moet ik over schrijven.’
In ‘nu te zien’ lezen we over ‘Bruiloft’ van Claudy Jongstra:
‘8 september 2013 t/m 17 november 2013
Opening zondag 8 september van 15.00 tot 18.00 uur
Guus Beumer, directeur van Het Nieuwe Instituut

Voor de tentoonstelling “Bruiloft” in De Ketelfactory laat Claudy Jongstra zich inspireren door twee vroege pioniers op het gebied van expressionisme en de totaalbenadering van kunst en leven, Jacoba van Heemskerck en Marie Tak van Poortvliet. Van Heemskerck werkte aan het begin van de vorige eeuw in Domburg en maakte deel uit van de kunstenaarskolonie waartoe ook Jan Toorop en Piet Mondriaan behoorden. Zij maakte voor haar tijd zeer expressieve schilderijen. Marie Tak van Poortvliet richtte er het beroemde tentoonstellingsgebouw op (het huidige Marie Tak Museum) en experimenteerde als een van de eersten in Europa op het gebied van de biodynamische landbouw. Het door haar opgerichte bedrijf Loverendale bestaat nog steeds. De tentoonstelling “Bruiloft” biedt een glimp van het gedeelde gedachtengoed van deze vooruitstrevende pioniers.’
Claudy Jongstra is ons niet onbekend, getuige ‘Vilt’ en ‘Sint Maarten’ op 1 en 10 november 2010 en ‘Keulen’ op 14 februari van dit jaar. Op 22 september schreef Marianne Nijpels in de ‘De Nieuwsbode Zeist’ het bericht ‘Burgemeester onthult nieuwe naam voor Steinerschool’:
‘Op zaterdag 28 september om 11.00 uur onthult burgemeester Gerritsen de nieuwe naam met bijbehorend logo van de Steinerschool en opent daarmee het lustrumjaar waarmee deze school haar 35-jarig bestaan viert. Hij doet dit tijdens de sfeervolle jaarlijkse nazomermarkt op het schoolplein aan het Weltevreden die voor alle belangstellenden toegankelijk is. Ook houdt de school die dag Open Dag.

Gezellige nazomermarkt

Op de nazomermarkt zijn – geheel in stijl van de school – duurzame producten te koop zoals speelgoed van hout of stof, kleding gemaakt van natuurlijke materialen, of biologische honing. Er is een gezellig restaurant waar je op het terras onder de kersenboom kan snoepen van een heerlijk stuk zelfgebakken taart bij je kopje koffie of thee. Voor de kinderen zijn er een aantal kleine creatieve activiteiten.

Rondkijken op school

Wie ook even wil binnenkijken is van harte welkom, want school én kindercentrum Weltevreden (peuterspeelzaal en naschoolse opvang) houden zaterdag 28 september Open Dag. In de klaslokalen is werk tentoongesteld van de kinderen van groep 1 t/m 8. Schoolleiding, bestuursleden en leerkrachten zijn aanwezig om uitleg te geven over het vrijeschoolonderwijs. Ook het kindercentrum is te bekijken; dat ligt aan hetzelfde schoolplein.

Zaterdag 28 september 2013, Weltevreden 6, De Bilt
11.00 uur: Onthulling naam en logo door burgemeester A.J. Gerritsen, tevens opening lustrumjaar van de Steinerschool
10.00-14.00 uur: Nazomermarkt bij de Steinerschool
10.00-14.00 uur: Open Dag Steinerschool en Kindercentrum Weltevreden.’
En wat de naam dan geworden is? Getuige de website is dat ‘Het Zonnewiel, Vrijeschool de Bilt’. Op maandag 16 september schreef ‘Nieuwspost Heuvelrug’ (ook wel ‘Hillridge’ genoemd) dat ‘Vuurvogel beste school Heuvelrug’ is:
‘De Driebergse Vrije School Vuurvogel wint de Heuvelrugse Ranking the Schools, net voor de RK Nicolaasschool uit Doorn en CBS Hoeksteen uit Leersum.

Dat blijkt uit de cijfers die RTL4 vanochtend vrijgaf, nadat de omroep samen met onderwijsprofessor Jaap Dronkers een tool voor kwaliteit heeft ontwikkeld. De positie van een school op de ranglijst is voor een groot gedeelte, maar niet uit louter citoscores alleen berekend. De score is ook gerelateerd aan de citoscores van “soortgelijke” scholen en aan het deelnamepercentage.

Zo kan het gebeuren dat de Vuurvogel met een gemiddelde citoscore van 539 flink hoger eindigt dan bijvoorbeeld Instituut Coolsma met een gemiddelde citoscore van 540. De cijfers zeggen verder niets over het pedagogisch klimaat op de school, de omvang van het schoolplein of de overblijfaciliteiten, om maar eens wat te noemen.

In het algemeen scoren de Heuvelrugse scholen goed, met forse uitschieters dus voor de Vuurvogel (8,3), de Nicolaasschool en Hoeksteen (beide 8,2) en Kameleon (8,1). Veertien Heuvelrugse scholen scoren bovengemiddeld, negen zitten er iets of iets meer onder. Het zuidelijke filiaal van de Driebergse Dolfijn en de Amerongse basisschool De Uitkijk ontbreken op de ranglijst, waarschijnlijk omdat ze te klein zijn.

Bekijk hieronder de scores van je eigen basischool, of die van je kinderen. Lees hier verder hoe de cijfers zijn opgemaakt door RTL en professor Dronkers. Lees hier een interview (p17) dat Hillridge twee jaar geleden had met de professor, ook getiteld Ranking the School.’
Dezelfde ‘Nieuwspost Heuvelrug’ meldde op woensdag 18 september ‘Parkeergarage station toch niet ondergronds’:
‘De P&R parkeergarage naast NS-station Driebergen-Zeist komt toch boven de grond en wordt een kwart kleiner dan eerder gepland. Een ondergrondse parkeergarage wordt te duur en verstoort de grondwaterstromen.

Dat laat de provincie Utrecht weten in een persbericht en een brief aan de gemeenten Zeist en Heuvelrug. Er is in de zomermaanden nog lang en scherp onderhandeld over de aankoop van ruim tweeduizend vierkante meter grond voor de parkeergarage met grondeigenaar Trooster. Oorspronkelijk mocht Trooster bovenop de ondergrondse parkeergarage twee nieuwe kantoorcomplexen bouwen, maar die oplossing vonden de vele betrokken partijen financieel toch te riskant.

Bovendien is het ecologisch onhaalbaar gebleken, omdat de betonnen bak voor de ondergrondse garage de grondwaterstromen in het achterliggende natuurgebied Landgoed Reehorst zou blokkeren. Daartegen hebben natuur- en milieuorganisaties al bezwaar aangekondigd, met alle mogelijke procedurele vertragingen als gevolg.

De bovengrondse parkeergarage – met in elk geval twee lagen – komt op een deel van het terrein van een gesloopt fabriekje dat twee jaar geleden omgetoverd zou worden tot een tijdelijke parkeerplaats. Ook moet een kwart van de kantoorgebouwen Vierdalen wijken voor de bouw van de garage. Door het gebiedje komt ook nog een nieuw toegangsweggetje naar de garage. De garage zal met 600 parkeerplaatsen aanmerkelijk kleiner zijn dan de 800 plaatsen uit het oorspronkelijke plan, maar ook aanmerkelijk groter dan de huidge parkeerplaats, waar nog geen 400 auto’s terecht kunnen.

“Het oude plan was kwalitatief hoogwaardig, maar best duur, en dat vond de NS uiteindelijk toch te riskant. Maar in het nieuwe plan kan ik me ook erg goed vinden,” aldus Ben Trooster in een toelichting. Trooster en partner Reggeborg is behalve de grondopbrengst nog medewerking toegezegd om de vierkante meters die ze moeten inleveren elders in het gebied te herontwikkelen.

Het stationsgebied wordt vanaf 2017 grondig verbouwd, met een verdiept station en een nieuw busstation. In 2015 is dan al een tunnel gegraven voor de provinciale N225, in 2016 wordt vervolgens de bovengrondse parkeergarage gebouwd. Triodosbank wil vlak naast de nieuwe parkeergarage ook een bovengrondse parkeerplaats aanleggen. Die moet plaats bieden aan het personeel van het nieuwe bankgebouw, dat vanaf volgend jaar gebouwd moet worden op het landgoed even ten zuiden van het station, als de gemeenteraad van de gemeente Heuvelrug daarmee akkoord gaat. Ook is Triodos kandidaat koper voor de boerderij aan de rand van het landgoed, inclusief de zeven omliggende hectares.’
Over die boerderij gaat ‘Nog dertig kandidaten over voor H26’ van vrijdag 27 september:
‘Slechts drie hebben er afgehaakt, twintig initiatiefnemers blijven er over als kandidaat-koper van de de Driebersge snelwegboerderij Hoofdstraat 26.

Wie er hebben afgehaakt en wie er overblijven wil wethouder Homan nog altijd niet zeggen tegen Hillridge, wel dat er nu “ongeveer dertig” kandidaten over zijn. “Ik vind het jammer dat je dat blijft vragen, omdat ik al eerder heb gezegd dat ik de ondernemers vetrouwelijkheid heb toegezegd. Zodat zij er uit kunnen stappen zonder hun naam prijs te geven.”

Hoofdstraat 26 is een boerderij die de toenmalige gemeente Driebergen eind vorige eeuw aankocht om “strategische redenen”. Wethouder Homan wil de boerderij verkopen nu er duidelijkheid is over de plannen in de rest van het stationsgebied, dat de komende zeven jaren flink op de schop gaat. Zo wil de Triodosbank volgend jaar beginnen met de bouw van een nieuw binnenlands hoofdkantoor. Kort daarna start de bouw van een nieuwe parkeergarage voor 600 auto’s.

Vrijwel gelijktijdig start de bouw van een tunnel, om de provinciale weg onder het spoor door te leiden. Daarna volgen de bouw van een nieuw NS-station en busstation. Tijdens de bouw verhuist het station enkele honderden meters in westelijke richting, naar een tijdelijk station op het terrein van kwekerij Abbing. Rond 2020 moet alles klaar zijn.

Van de boerderij H26 heeft de gemeente een pilot project participatie gemaakt, om de inwoners de gelegenheid te geven mee te praten over de bestemming van het gebied van zeven hecatres. In twee sessies bleken dertig verschenen inwoners in grote meerderheid tegen grootschalige ontwikkelingen in horeca, automotive en retail, en voor ontwikkelingen als natuurgebied of landgoed, aangevuld met een bescheiden bezoekerscentrum en kleinschalige ambachtelijke bedrijfjes.

Op 4 september zijn alle kandidaat-kopers voorgelicht over de randvoorwaarden en wensen van de inwoners, drie kandidaten hebben daarna afgehaakt. Komende weken wordt geschreven aan een startnotitie waarin de initiatieven volgens wethouder Homan “geclusterd staan opgesomd”, de gemeenteraad zal de notitie in december bespreken. Onduidelijk is of de de lijst met kandidaten dan wel transparant wordt.

Eerder al lekte uit dat McDonalds en BurgerKing tot de kandidaten behoorden, net als de buurmannen van de boerderij: politieorganisatie KLPD op zoek naar parkeerruimte en McGregor die er een landgoed wil ontwikkelen. Bekend geworden is verder het initiatief snelwegduin, een reeks kleine ambachtelijke bedrijfjes, een biologische vleesboer, de eurowinkel van de stichting Vluchtelingkinderen en een fietsenmaker. Nieuw op de lijst met uitgelekte kandidaten zijn Intratuin en Kentucky Fried Chicken. Takelbedrijf Hoogenraad en taxibedrijf Hoek – beiden op zoek naar een nieuwe locatie – blijken uiteindelijk niet tot de initiatiefnemers te behoren.

Algemeen wordt aangenomen dat Triodosbank de belangrijkste kandidaat is voor overname van het gebied, in samenwerking met de gemeente Heuvelrug zelf, die er graag een collectieve parkeerplaats wil bouwen met daarop een duurzaamheidspark. Triodos is al eigenaar van De Reehorst, het landgoed waar de boerderij deel van uitmaakt. Van de zeven hectares is een klein gedeelte nodig voor compensatie van natuur die verloren gaat door de aanleg van de tunnel en verbreding van de provinciale weg.

UPDATE: Het officiële antwoord van de gemeente is binnen; niet een “stuk of dertig”, zoals de wethouder dacht, maar precies twintig kandidaten zijn nog over voor overnamen van H26. Onder een aantal van de initiatiefnemers zijn inmiddels samenwerkingsverbanden ontstaan.’
Over dit complexe onderwerp berichtte ik al eerder, bijvoorbeeld op 13 februari in ‘Keulen’ en op 26 januari in ‘Frappant’. Gisteren had ik het in ‘Publieksprijs’ al over de weblog met besprekingen van boeken door Marijke Steenbruggen, maar kwam er nog niet aan toe er iets uit aan te halen. Juist vandaag plaatste zij ‘Het achtvoudige pad’:
‘Er bestaan allerlei boeken met oefeningen die bedoeld zijn om te leren omgaan met innerlijke stemmingen. Allemaal flappen we er wel eens iets uit waar je zelf van schrikt als je de reactie van je gesprekspartner ziet, zo had je het niet bedoeld! Om bijvoorbeeld met dit soort impulsieve uitingen te leren omgaan is mijn favoriet jarenlang het achtvoudig pad geweest.

Deze reeks van oefeningen komen uit het boeddhisme en is door Rudolf Steiner beschreven als de leer van liefde en medelijden. Mijn enthousiasme ontstond door de mogelijkheid om er praktisch mee om te gaan. Je kunt deze oefeningen gemakkelijk in de praktijk van elke dag toepassen ook als je druk bent met kinderen en een baan.

Joop van Dam is er een ware meester in om de essentie van de oefening te beschrijven in begrijpelijke taal, zodat je er van harte mee kunt instemmen om dat te gaan oefenen.

In het boek staan de oefeningen beschreven, dan de verbinding met de dagen in de week en hoe ze in de praktijk gebracht kunnen worden. Voor mensen die met mensen werken in zorg, verpleging, onderwijs, opvoeding en coaching: de oefeningen zijn basiselementen van de beroepsattitude, daarom is er een hoofdstuk waarin de oefeningen in verband gebracht worden met dit praktisch werk.

Joop van Dam geeft ook handige tips die de kans op volhouden vergroten. Want je kunt het met zorg uitgegeven boekje lezen, er zelfs enthousiast door worden, maar het gaan doen en het volhouden is toch een persoonlijk besluit. Door de praktische toepasbaarheid zou ik aanbevelen: aan de slag, het is de moeite waard.’
Vandaag doet Biojournaal verslag van ‘Estafette Amersfoort feestelijk heropend’:
‘Afgelopen zaterdag 28 september om 12:00 uur is de Estafette-winkel op de Leusderweg 206 in Amersfoort feestelijk heropend na een flinke verbouwing, waarbij de bestaande winkel is uitgebreid met het pand ernaast. Merle Koomans van den Dries doet verslag: “Na een speech van Estafette-directeur Koos Bakker voor de deur van de winkel, was het de eer aan bedrijfsleider Grainne van Woensel en Tycho Botter (zoon van Estafette-winkelmanager Anita Botter) om het lintje door te knippen. Daarna hebben alle aanwezigen het glas geheven op een gezonde toekomst van de vernieuwde winkel. Mede dankzij het mooie weer, de producentenmarkt op de stoep, de heerlijke Spaanse gitaarmuziek, de hapjes van biologisch restaurant De Eetstee uit Amersfoort en de grote belangstelling was het een zeer geslaagde dag.”

Merle geeft aan dat klanten positief reageerden op de vernieuwde winkel en de enorme uitbreiding van het assortiment. “Ook is er veel belangstelling voor het vernieuwende ledenprijzenconcept waarmee Estafette Amersfoort na Breda als tweede Estafette-winkel is begonnen. De eerste leden hebben zich bij Estafette Amersfoort dan ook al aangemeld als lid van Coöperatie Odin en hun eerste biologische boodschappen met ledenvoordeel gedaan.” Meer informatie hierover is beschikbaar in de winkel of via www.estafettewinkel.nl.

Tegelijkertijd met de heropening stond Estafette ook op de Smaak van de Streekmarkt op De Grote Koppel in Amersfoort. Bezoekers van de markt konden bij de Estafette-kraam onder andere gebakken aardappelen van verschillende aardappelrassen van drie bio-dynamische boerderijen proeven: Biogold van Eindelienge in Zeeland, Bionica van de familie Vos in de Noordoostpolder en Raja van De Lepelaar in Noord-Holland. Ook hier was de belangstelling, met wederom dank aan het mooie weer, groot.

Voor meer informatie: www.estafette.org, www.estafettewinkel.nl
‘Afgelopen weekend werd er op het biologisch dynamisch tuinbouwbedrijf “De Kromme Lepel” van Peet en Elza de Krom in Lepelstraat een “reuzen picknick” gehouden. Rinus van Wezel maakte een videoreportage.

Ze troffen het met het weer want de zon scheen stralend en van de straffe oostenwind had men nauwelijks last omdat er overal wel beschutting was te vinden. Het was er super gezellig en de organisatie verdient een warm compliment vanwege de manier waarop het was geregeld. Een leuke band “Hobo’s Hope” vermaakte de aanwezigen met aantrekkelijke muziek. Er waren kraampjes waar allerlei lekkere en gezonde dingen werden verkocht. Alles was natuurlijk op de biologische aanpak gestoeld.

De picknick was leuk maar eigenlijk ging het daar in de eerste plaats niet om. Van het geld dat de bezoeker voor de deelname aan de picknick neertelde en dat was 6,00 euro per persoon kon 1 vierkante meter grond bij Peet de Krom worden “vrijgekocht”. Dat wil zeggen de vrijgekochte grond komt in beheer bij de “Stichting Grondbeheer” en die zorgen ervoor dat de biologische grond van de percelen ook in handen van biologische boeren of tuinders blijft wanneer die onverhoopt hun bedrijf zouden stoppen.

Er werd op deze dag veel grond vrijgekocht en sommige van de bezoekers genoten van het idee en gingen zitten op hun “eigen vierkante” meters om binnen die grenzen hun picknick te gebruiken.

Ook collega Boy van Hortidaily ging langs. Bekijk zijn fotoreportage hier.

Auteur: Boy de Nijs
Op 18 september schreef Biojournaal al over ‘Reusachtige picknick bij BD-tuinderij De Kromme Lepel. Zondag 29 september’:
‘Op zondag 29 september staat de Reuzepicknick van tuinderij de Kromme Lepel uit Bergen op Zoom op het programma. Vele tientallen picknickers uit de regio komen samen om te genieten van een lekkere lunch tussen de gewassen op het boerenland. Tegelijkertijd steunen zij er een goed doel mee: Stichting Grondbeheer.

De Reuzepicknick vindt plaats op het erf van tuindersechtpaar Peet en Elza de Krom. Zij zijn zoals dat heet biologisch-dynamische boeren; ze gaan in hun ideaal en hun werkwijze nog een stap verder dan biologische landbouwers. Zij investeren jaren om hun grond op natuurlijke wijze gezond en vitaal te maken en dat ook zo te houden. En daar komt Stichting Grondbeheer om de hoek kijken. De stichting koopt bio-dynamische grond van boeren aan – vrijkopen, in jargon – zodat het tot in lengte van dagen bio-dynamisch blijft. Stichting Grondbeheer heeft inmiddels een deel van het land van Peet en Elza vrijgekocht (4 hectare). De twee tuinders pachten hun land nu van Stichting Grondbeheer. De stichting heeft middelen nodig om de overige 6,66 hectare grond van Peet en Elza aan te kopen. Het geld komt deels binnen via schenkingen en legaten, maar met de Reuzepicknick start Stichting Grondbeheer voor het eerst een ludieke crowdfundingcampagne.

Hoe werkt het?

Deelnemers aan de Reuzepicknick mogen die dag picknicken op het stukje grond dat ze hebben vrijgekocht (minimaal één vierkante meter per volwassene). Eén vierkante meter picknickgrond kost zes euro. Het opgehaalde bedrag van de Reuzepicknick gaat volledig naar Stichting Grondbeheer. Deelnemers mogen een eigen lunch meebrengen of kunnen tot en met 25 september een gevulde picknickmand bestellen via reuzepicknick@bdgrondbeheer.nl (volwassenen: 7,50 euro, kinderen: 4 euro).

Datum: Zondag 29 september 2013, 12:00-15:00 uur.
Adres: Tuinderij De Kromme Lepel, Laageinde 20, Bergen op Zoom (parallel aan de A4 richting Steenbergen)
Voor meer informatie: www.bdgrondbeheer.nl of www.facebook.com/bdgrondbeheer
U bent hierbij van harte uitgenodigd om aanwezig te zijn tijdens de Reuzenpicknick!’
De ‘Gorcumse Courant’ bracht op 25 september ‘Eerste biologisch-dynamische boerenkaas Alblasserwaard’:
‘Op vrijdag 27 13.00 tot 18.00 uur en zaterdag 28 september 10.00 tot 18.00 uur laten Maria Inckmann en Kees van Gaalen van kaasboerderij Noorderlicht in Noordeloos hun eerste Biologisch Dynamische boerenkaas aan iedereen proeven.

Sinds 1 augustus hebben zij de BD licentie. Ze produceerden 17 jaar onder EKO keurmerk. De laatste 5 jaar in een nieuwe, in organisch stijl gebouwde boerderij aan de Gorissenweg in Noordeloos. Het vergde de nodige inspanningen om met de nieuwe apparatuur weer constant kazen van topkwaliteit te maken. Ze leerden ook omgaan met de andere grondsoort als die van het oude bedrijf in de Rijnstreek. De koeien zijn hetzelfde gebleven. Het zijn nog steeds Blaarkoppen die de melk leveren voor hun bekende Wilde Weide Kaas. Hoewel, sinds ze in Noordeloos boeren, worden de koeien er bijna uitsluitend met eigen stieren bevrucht en werken ze toe naar 100 % raszuivere Blaarkoppen. Het zijn de oldtimers onder de Nederlandse koeienrassen, waarvan er nog maar enkelen op de Hollandse weiden lopen. Uiteraard lopen de koeien van Kaasboerderij Noorderlicht zoveel als mogelijk in de weide. De laatste 2 jaar zelfs 8 maanden per jaar! Nu ze het gehele proces weer goed in de vingers hebben waren Maria en Kees toe aan een nieuwe uitdaging en maakten ze de stap naar Biologisch Dynamisch. Hun kaas heeft nu het Demeter keurmerk. Info www.kaasboerderij-noorderlicht.nl
‘Biologisch zou immoreel zijn omdat het de wereld niet kan voeden, maar dat pretendeert de biologische landbouw ook helemaal niet. Dat zegt Bert van Ruitenbeek, directeur van het bio-dynamische keurmerk Demeter, op Foodlog.

De discussie over biologische landbouw en het wereldvoedselvraagstuk komt om de zoveel tijd weer terug. Onlangs weer door de tekst van Ralf Bodelier in Trouw. Vervolgens twitte hij dat er al 5 pro-biologische tegenartikelen zijn verschenen. Ik wil graag eens duidelijk maken welke rol de biologische landbouw wat mij betreft speelt in het totaal dat we “de landbouw” noemen.

Tal van gunstige ontwikkelingen in de “reguliere” landbouw kennen hun oorsprong in de biologische landbouw: minder gebruik van chemie, minder kunstmest, meer dierenwelzijn, meer verbinding met de directe omgeving. Kennelijk waren die pionierende bio-boeren niet op hun achterhoofd gevallen. Ze gaven een impuls tot vernieuwing van de landbouw.

De uitdaging: circulaire systemen

Biologische boeren gebruiken ook volop techniek, maar weloverwogen en passend in het systeemdenken. Geen gentech, zeker niet zolang de “beloften” zoals hogere opbrengsten, droogteresistente en zouttolerante gewassen er maar niet komen, maar er behalve gemak en tijdelijk hogere inkomens voor grote boeren, vooral monoculturen, superonkruiden en – na enkele jaren – juist een hoger gebruik van bestrijdingsmiddelen ontstaat. Misschien is biologisch niet eens het belangrijkste en gaat het veeleer om een veel groter inzet: denken in circulaire systemen, in samenhang en aansluiten op de lokale omstandigheden, gebruik makend van lokale kennis. En leren en experimenteren.

Het gaat om innovatie

Productieverhoging in Europa is helemaal het vraagstuk niet. Een robuuste, weerbare landbouw, met hoge bodemvruchtbaarheid en veel biodiversiteit is dat wel. Een landbouw waar de rest van de wereld weer van kan leren. Dat is niet alleen ecologisch, maar ook economisch gunstig.

De bio-landbouw produceert ondanks dat daar in vergelijking met gangbaar nauwelijks in onderzoek is geïnvesteerd, zeer behoorlijk. Bovendien wordt altijd het gunstigste beeld van intensieve landbouw afgezet tegen de mindere kanten van bio-landbouw. Wat te denken van de massaal maïs in plaats van gras etende koeien in de VS met negatieve gevolgen voor gezondheid, milieu en onmogelijk te sluiten kringlopen die soja importeren uit Zuid-Amerika ten kosten van regenwouden en via onze veestapel mestoverschotten produceren in ons eigen land? Er is nog een lange weg te gaan waarbij de biologische landbouw als innovatieve aanjager zijn rol bewezen heeft gespeeld, terwijl ze dat met minimale middelen voor elkaar heeft gekregen.

De inzet: risicobeheersing

Geen enkel superzaad of landbouwsysteem gaat de wereld voeden omdat voedselproductie plaats vindt binnen een ecologische, sociale en culturele context. Het ontkennen daarvan en het zoeken naar uniforme oplossingen gedomineerd door enkele multinationals vormt de grootste bedreiging. Niet alleen voor de voedselproductie, maar ook voor de sociale samenhang. De werkelijke uitdaging zit in het creëren van diversiteit zodat de landbouw weerbaar blijft. Ieder groot, monolitisch systeem is immers kwetsbaar. Als er iets fout gaat, gaat alles fout. Daarom moeten we veel meer in termen van risico en risicobeheersing denken.

Geen zwart/wit

De oplossing van het wereldvoedselvraagstuk ligt in ontwikkelingslanden en verbeteringen in kennis, infrastructuur en de beperking van oogstverliezen. We zullen moeten inschikken met ons eetpatroon en ontkomen niet aan een lagere vleesconsumptie. En in sommige gebieden zullen een beetje kunstmest en chemie tijdelijk uitkomst kunnen bieden om tot productieverhoging te komen, maar dat moet niet leiden tot een vast systeem dat nog maar één kant uitkan: steeds grotere monoculturen die de resilience van het landbouwsysteem verder uithollen, terwijl de uitdaging van onze tijd is om die weer te vergroten.

Het gaat niet om een zwart-wit discussie. Zeker is dat de biologische landbouw een enorme impuls heeft gegeven en geeft aan de verduurzaming van de landbouw en dat het op z’n minst vreemd is dat dit altijd weer zoveel verbale agressie lijkt op te roepen. Alle kaarten op bedrijven als Monsanto en co en hun verledens met Agent Orange en DDT is onwenselijk. Alle kaarten op biologisch is onhaalbaar. Een groeiende groep vaak hoog opgeleide burgers voelt aan dat we op zoek moeten naar een nieuw evenwicht in onze voedselketen. Hun veranderende eetpatroon geeft ruimte aan een innovatieve en diverse groep boeren die het stempel immoreel van theoloog Bodelier niet verdienen. Ze verdienen als pioniers juist een hele grote pluim.

Bron: Foodlog

zondag 29 september 2013

Publieksprijs


Wat doe je het eerst als je van vakantie thuiskomt? De updates checken van belangrijke websites, ten eerste in het Nederlands. Zo ook vandaag op deze Michaëlsdag. Daarbij vond ik er bij Zonnehuizen eentje die ik eerder gemist had. U weet het vast nog:
‘In 2013 gaan wij stapsgewijs over naar onze nieuwe naam: Intermetzo Zonnehuizen.’
Bij de datum van 12 september stond dit persbericht, ‘Herhuisvesting Zonnehuizen’:
‘Vanuit onze strategische koers “Samen naar een betekenisvol bestaan” willen wij kinderen en gezinnen zo veel mogelijk thuis ondersteunen in hun eigen vertrouwde omgeving. Daar waar dat helaas niet mogelijk is, willen wij het liefst zorg bieden in een vervangende gezinssituatie. De verwachting is dat daarmee de behoefte aan wonen op de terreinen van Zonnehuizen minder zal worden. Zonnehuizen heeft daarbij de wens om zichtbaar gevestigd te blijven in Zeist op één van onze terreinen, Veldheim of Stenia.

Bij de doorstart van Zonnehuizen in januari 2012 is met de banken, die samen met de curator eigenaar zijn van het vastgoed, overeengekomen dat Zonnehuizen 2 jaar (tot januari 2014) het recht heeft om het vastgoed te huren. In de afgelopen anderhalf jaar zijn regelmatig onderhandelingsgesprekken gevoerd met de banken over het overnemen van vastgoed. Tot op heden zonder concreet resultaat.

Mogelijkheden

De afgelopen periode heeft Zonnehuizen diverse scenario’s op het gebied van herhuisvesting ontwikkeld, waarmee we ons voorbereiden op een herhuisvesting van Zonnehuizen. Vanuit financieel oogpunt is het voor Zonnehuizen niet haalbaar om zowel het terrein Stenia als Veldheim te verwerven. De huidige panden sluiten slecht aan op de woonbehoefte van onze kinderen en jongeren en de staat van onderhoud is slecht. De kosten om beide terreinen te kopen en ver- of nieuwbouw te plegen zijn eenvoudigweg niet op te brengen.

Op basis van de huidige stand van zaken zijn door Zonnehuizen diverse scenario’s ontwikkeld. Zo is er een scenario waarin wij één van de terreinen kunnen behouden en een scenario waarin wij geen overeenstemming bereiken met de banken. Ook moeten wij rekening houden met de mogelijkheid dat de gebruiksovereenkomst met de curator niet kan worden verlengd. In dat geval zullen we versneld beide terreinen moeten verlaten.

In alle scenario’s is ons uitgangspunt een veilig en leefbaar klimaat voor onze kinderen en jongeren.’
Ik roep hierbij in herinnering wat ik op 27 april in ‘Intermetzo’ meldde, op 16 mei in ‘Verlaten’ en als meest recent op 14 augustus in ‘Boerenfluitjes’. Dan wordt het hier in het persbericht genoemde begrijpelijker. Overigens zijn de twee eerdere berichten onder ‘Nieuws’ op de website van Zonnehuizen ook het waard genoemd te worden, namelijk:
Een ander interessant bericht uit deze sector vind ik op de website van de NVAZ, de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders, waar onder ‘nieuws’ de melding ‘regionale bijeenkomsten “nvaz op koers”’ staat:
Daarin is het volgende te lezen:
‘Zeist, 2 september 2013

Aan de (potentiële) leden van de NVAZ

Geachte dames en heren,

Op 12 juni jl. is op de Algemene Ledenvergadering van de NVAZ afgesproken dat de reorganisatie van de NVAZ toch nog een andere vorm moet krijgen.

Het NVAZ bestuur heeft inmiddels een nieuw voorstel vastgesteld, verwoord in de bijgevoegde notitie “NVAZ op koers, van brancheorganisatie naar een slank netwerkverband en ontwikkelplatform” (zie bijlage).

Wij willen dit graag vóór de najaars ALV van 19 november a.s. met u bespreken, zodat lidorganisaties een maximale inbreng kunnen hebben en potentiële nieuwe leden kunnen meedenken. Tevens zal in de regiobijeenkomsten de inhoudelijke agenda (issue agenda NVAZ) besproken en – wellicht – geprioriteerd worden.

Het bestuur nodigt u uit om aanwezig te zijn op:

Datum: woensdag 25 september a.s.

Locatie: Therapeuticum Aquamarijn,
Adres: Gezondheidscentrum Onder de Linden,
Onder de Linden 21/8 en 21/9 te Arnhem.
Tijdstip: 19.30 uur.

Datum: dinsdag 1 oktober a.s.

Locatie: OlmenEs.
Adres: Beatrixoord 1, 8426 GM, Appelscha *
Tijdstip: 19.30 uur.
* (Wanneer u uw eigen navigatiesysteem gebruikt, voer dan Sanatoriumweg in Appelscha in. Aan het einde van de Sanatoriumweg ziet u rechts het informatiebord van OlmenEs).

Datum: dinsdag 8 oktober a.s.

Locatie: Therapeuticum Aurum
Adres: Frits de Zwerverhove 1, 2717 TP Zoetermeer
Tijdstip: 19.30 uur. 12 september 2013

Datum: dinsdag 15 oktober

Locatie: Therapeuticum Haarlem.
Adres: Prinsen Bolwerk 12 te Haarlem.
Tijdstip: 19.30 uur.

Wanneer u van deze gelegenheid gebruik wilt maken verzoeken wij u uiterlijk 20 september a.s. aan ons door te geven welke van de regionale sessies u zult bijwonen. Dit kan via: w.verboom@nvaz.nl

Met vriendelijke groet,

Het bestuur van de NVAZ:
Bert Vroon
Madeleen Winkler
Age van der Veer
Pim Blomaard

Bijlagen:
1 Notitie NVAZ op koers van brancheorganisatie naar een slank netwerkverband en ontwikkelplatform.
1a. Begroting 2014.’
De bijlagen ontbreken op de website. Hoewel de eerste datum al verstreken is, is het uit het oogpunt van historische documentatie waard dit vast te houden. De brief is gedateerd op 2 september, maar in de vorm van bovenstaand pdf-document op 12 september. Dan kan ik er ook dit wel aan toevoegen, gevonden op de website van de Raphaëlstichting onder ‘Actueel’,6 september – Rozemarijn opent nieuw KDC in Haarlem’:
‘Met een groot buurtfeest opende Rozemarijn een nieuw kinderdagcentrum aan de Laan van Angers in Haarlem. Er waren toespraken van directrice Astrid van Zon en wethouder Jack van der Hoek van Welzijn, Volksgezondheid en Sport. Het gebouw is ontworpen door Yaike Dunselman van het bureau “9graden architecture”. > fotoimpressie
We gaan door naar de pedagogie, naar twee ‘Actuele nieuwsberichten’ op de website van de ‘Vereniging van vrijescholen’’, die blijkbaar nu met de nieuwe voorzitter de maatschappelijke rol sterker naar voren aan het halen is. Het meest recente is van 23 september, ‘Vraag om breder perspectief onderwijskwaliteit’:
‘Staatssecretaris van Onderwijs, Sander Dekker, mag de eindtoetsgegevens van scholen openbaar maken. Dat heeft de rechtbank in Utrecht op woensdag 4 september bepaald in een kort geding dat was aangespannen door meer dan honderd schoolbesturen. Op basis van deze gegevens heeft RTL4 per school en per onderwijsvorm een scorelijst gepubliceerd. Lees verder
Onder de link gaat het bericht verder:
‘Vanuit verschillende hoeken is kritiek geuit op de rekenmethode die RTL4 heeft gehanteerd en de betrouwbaarheid van de uitkomsten. De demografische gegevens van de school en de leerlingen blijken bijvoorbeeld medebepalend voor de hoogte van de score. De huidige “ruwe” gemiddelde eindtoetsgegevens zijn nauwelijks met elkaar te vergelijken, omdat het per school verschilt wélke leerlingen wélke toetsen maken.

Vrijeschoolonderwijs

Het vrijeschoolonderwijs staat voor een brede ontwikkeling van de leerling. Schoolscores op het gebied van rekenen en taal geven slechts gedeeltelijk zicht op de toegevoegde waarde van het onderwijs. Er is namelijk nog veel meer kennis te meten bij leerlingen. Het vrijeschoolonderwijs zet in op de algehele ontwikkeling van het kind. Zijn de leerlingen nieuwsgierig, leergierig, creatief en onderzoekend? Heeft het kind een open blik? Is er een gezonde leeromgeving? En... gaan ze met plezier naar school? Ook deze vragen spelen mee bij het in beeld brengen van onderwijskwaliteit voor ouders die voor een belangrijke keuze staan.

Onderwijskwaliteit in breder perspectief

De Vereniging van vrijescholen is voorstander van transparantie ten aanzien van de onderwijskwaliteit. Daarbij vindt de Vereniging het van belang dat onderwijskwaliteit in een breder perspectief wordt geplaatst. Verschillende toetsen zijn weliswaar belangrijke instrumenten om de kwaliteit van taal- en rekenonderwijs op scholen te meten. Maar het afzonderlijk publiceren van eindscores wekt de indruk dat ouders uitsluitend aan die scores de kwaliteit van een school zouden kunnen afmeten. Publicatie van eindtoetsresultaten zonder nadere context, kan een verkeerd beeld geven aan ouders die een afweging maken.

Meer weten over vrijeschoolonderwijs?
Het andere bericht is van 16 september en al even maatschappelijk relevant, ‘Mening andere ouders belangrijker dan Cito-resultaten’:
‘Uit een onderzoek van Centron (Centrum voor Online Onderzoek) blijkt dat ruim driekwart van alle ouders met een kind op de basisschool meer waarde hecht aan de mening van andere ouders, dan aan de resultaten van de Cito-score. Lees verder
Het vervolg van deze tekst:
‘Eerder liet de Vereniging van vrijescholen weten dat de publicatie van Cito-scores een eenzijdig beeld oproept van de kwaliteit van scholen. De onderzoeksresultaten van Centron bevestigen de opvatting van de Vereniging dat ouders een bredere afweging maken bij hun keuze voor de juiste school. Zo kijken ouders onder meer naar veiligheid van de route naar school, de lesmethodiek en de denominatie. Zie ook het nieuwsbericht: Publicatie schoolscores Citotoets geeft eenzijdig beeld kwaliteit scholen
Hoe gaat het ondertussen dan bij de vrijescholen zelf? We nemen als voorbeeld Zutphen, daar hadden we het immers de laatste keer op 11 september in ‘Landrente’ nog over. Op het forum van ‘Voor onze vrijescholen’ plaatste Jos Boer op 25 september deze ‘Open brief aan de initiatiefgroep’:
‘«Gepost op: 25 september ’13, 22:26:34 »

Geachte initiatiefgroep,

Ik volg jullie nu al een tijd. En het interessante is dat wij iets gemeen hebben: ik wil net als jullie een oplossing die de toekomst van het vrije schoolonderwijs veilig stelt. Het liefst zou ik net als jullie de drie scholen willen openhouden, maar ik zie niet hoe dit (op een financieel verantwoorde wijze) kan worden gerealiseerd. De bestuurder heeft een oplossing gepresenteerd, waarvan ik vind dat die goed en gedegen is onderbouwd. Het geeft mij vertrouwen dat hiermee de toekomst van het vrije schoolonderwijs is veilig gesteld.

Jullie hebben niet het vertrouwen dat ik heb en willen graag gezamenlijk op zoek naar een oplossing. Er is ongeveer een half jaar verstreken sinds jullie gestart zijn als initiatiefgroep. In dat half jaar hebben jullie veel gezegd en geschreven, met een steeds hardere toon. Maar jullie hebben niet je verantwoordelijkheid genomen om ook daadwerkelijk gezamenlijk op zoek te gaan naar een oplossing. Ik zal mijn mening onderbouwen.

Omdat jullie van mening zijn dat het wel mogelijk is om de drie scholen open te houden, heb ik contact met jullie gezocht. Ik heb jullie op 11 juli jl. per mail gevraagd jullie mening dat de drie scholen levensvatbaar zijn te onderbouwen: hoe gaan jullie ervoor zorgen dat de drie scholen de komende jaren een sluitende begroting hebben? Op dat moment hadden jullie die onderbouwing niet, maar waren jullie bezig om een tegenbegroting op te stellen. Op 17 juli jl. kreeg ik te horen dat de tegenbegroting de volgende dag gereed zou zijn. Ik zag er naar uit. En ruim twee maanden verder zie ik er nog steeds naar uit. Vorige week kreeg ik te horen dat de tegenbegroting nog steeds niet gereed is. Jullie mening dat de drie scholen open kunnen blijven, hebben jullie niet onderbouwd.

Op 17 juli jl. stelde ik jullie voor om eens met elkaar in gesprek te gaan. Binnen een week kreeg ik een merkwaardige reactie. Jullie staan open voor een gesprek, maar alleen als ik jullie iets kom brengen. Bijvoorbeeld informatie die jullie niet bekend is. Jullie stellen kennelijk geen prijs op een uitnodiging voor een gesprek. Hoe verhoudt dit zich tot jullie wens om gezamenlijk op zoek te gaan naar een oplossing?

Ik vroeg of ik – net zoals Aart Cooiman en Lex Hemelaar – een stuk op jullie site mocht publiceren. Om de ouders eens een ander geluid te laten lezen, maar dat wel hetzelfde doel dient: het veilig stellen van de toekomst van het vrije schoolonderwijs. Vanuit mijn overtuiging dat jullie gezamenlijk willen zoeken naar een oplossing leek mij dit een heel acceptabele vraag. Maar nee, voor een ander geluid dan dat van jullie is geen ruimte.

Afgelopen week kwam jullie oproep om geen ouderbijdrage te betalen. Is dit de weg waarop jullie gezamenlijk zoekende zijn? Ik heb jullie gezegd dat ik opensta voor een andere oplossing. Als er een alternatief is dat beter is dan de plannen van de bestuurder, graag. Maar kom dan ook met een goed onderbouwde oplossing. Dat zijn jullie ook verplicht naar die 320 ouders, opa’s en oma’s, oud-leerlingen en anderen die jullie oproep aan de Raad van Toezicht hebben getekend. Ik denk dat het te laat is. Ik vind ook dat het te laat is. Jullie hebben een half jaar de tijd gehad om met iets opbouwends te komen. En dat is jullie niet gelukt. Ik vind dat jullie ook een verantwoordelijkheid hebben naar al die andere ouders, die het wel een goed en verantwoord besluit van de bestuurder vinden.

Met deze open brief roep ik jullie op om jullie strijd te staken en gezamenlijk voor de vrije school te gaan staan. Laten we samen de vrije school door deze zware tijden leiden. Ik reken op jullie.

Met vriendelijke groet,

Jos Boer
25 september 2013’
Daarop volgde prompt diezelfde dag nog een reactie van Constantijn Bonebakker, ‘Re: Open brief aan de initiatiefgroep’:
‘«Reactie #1 Gepost op: 25 september ’13, 23:59:15 »

Beste Jos Boer,

Leuk om te horen dat je ons volgt!

Goed om te horen dat jij vindt dat de bestuurder in jouw ogen een goede en gedegen oplossing heeft aangedragen. Wij en met ons ouders die ruim 53% van alle kinderen van het PO vertegenwoordigen denken daar anders over. Een telling die zeer consequent is uitgevoerd en waar het alleen gaat om unieke leerlingen. Ik begrijp jouw drang om deze getallen te bagatelliseren.

Voor zover ik weet wordt er inderdaad nog gewerkt aan een begroting. Maar laten we wel wezen, het is niet aan ons om met een begroting te laten zien dat we 3 scholen kunnen openhouden, het is aan de bestuurder om ons te laten zien dat het niet mogelijk is om 3 PO scholen open te houden. Wat wij weten is dat verschillende schoolstichtingen in de omgeving van Zutphen staan te popelen om de 3 PO scholen van VSNON over te nemen en in stand te houden. De leerlingaantallen op onze scholen zijn jaloersmakend. De afname van leerlingen de komende jaren volgens de officiële getallen zoals de heer Venneman die heeft gepresenteerd zijn niet zorgwekkend. Volgens Hr. Venneman komt de Berkelschool pas in 2028 onder de door de gemeente gestelde grens. En dan hebben we het nog maar over een tekort van ik meen 4 leerlingen. Maar we hebben het hier over 2028! De gemeente beschouwd de IJssel en de Zwaan als één school dus op schoolniveau waren hiervan geen cijfers bekend. Althans waren niet in de presentatie van de heer Venneman voorhanden.

Het bestuur van de VSNON heeft ons verboden te publiceren in de officiële weekberichten. Voor ons is deze houding van het bestuur aanleiding geweest jouw verhaal niet op te nemen op de website om de informatiestromen wel evenwichtig te houden. Op ons forum staat het uiteraard vrij jouw mening te ventileren. Wat dat betreft ben ik blij dat wij dit forum hebben en ook dat jij er gebruik van maakt. Misschien begint het samenwerken aan een oplossing wel hier.

Vorige week hebben wij inderdaad een brief gestuurd over de ouderbijdrage. Onze wens is niet om een ouderbijdrage meer te betalen maar om deze te laten beheren door een onafhankelijke stichting opdat deze niet zal verdwijnen in de operationele kosten of zal verdwijnen bij een faillissement van de stichting. De ouders en leerkrachten krijgen dan zelf zeggenschap over de besteding van de ouderbijdrage.

Jammer dat je onze acties als een “strijd” bestempeld. Wij zijn geenszins van plan tegen iemand te strijden. Wij kijken wel kritisch naar wat er gebeurt en reageren hier op. Het is jammer dat dit kritische geluid zo vaak een negatief stempel krijgt. Met de wetenschap dat meer dan 53% van de ouders onze oproep steunden zullen wij verder gaan met het kritisch volgen van het proces en ons streven om 3 PO scholen open te houden.

Met 3 scholen door daar gaan wij voor!

Met vriendelijke groet,

Constantijn Bonebakker’
Twee dagen later gevolgd door deze verduidelijking door ‘yma’, in ‘Re: Open brief aan de initiatiefgroep’:
‘«Reactie #2 Gepost op: 27 september ’13, 21:29:01 »

Om te voorkomen dat de Raad van Toezicht in het commentaar op de open brief van Jos Boer een bevestiging ziet van haar bewering dat de initiatiefgroep van de IJssel en de Berkel “hele en halve onwaarheden” (reactie Reactie van de Raad van Toezicht op de oproep (25 juli) zie de website van “Voor onze Vrije Scholen”) verspreidt en daarmee de onrust onder ouders vergroot, hierbij een kleine rectificatie op de laatste alinea van de vorige reageerder:

Hier wordt natuurlijk bedoeld; 53% van het totaal aantal leerlingen van de drie basisscholen, dus niet de ouders. Met een verwijzing naar hetgeen al in de eerste alinea is aangegeven.’
Op de website van Uitgeverij Pentagon vind ik twee nieuwe publicaties over vrijescholen. Maar die noem ik pas nadat ik het uitstel heb gemeld van het nieuwe boek van Ed Taylor, dat ik ook al aankondigde in ‘Prognose’ op 10 juli. Nu staat er namelijk ‘Ed Taylor, Antroposofie – een inleiding, verschijnt begin oktober’, naast ‘Joop van Dam, Biologisch-dynamische landbouw als helende impuls, verschijnt oktober’. Ik bedoel als nieuwe publicatie over vrijescholen Bert Kraai met Leerkracht op een vrijeschool:
‘Wat maakt een leerkracht op een vrijeschool een vrijeschoolleerkracht? Hoe vind je criteria waarmee je dit kunt vaststellen? We moeten toch met onze tijd meegaan?! Het is goed verworven zekerheden geregeld ter discussie te stellen.

In inspirerende gesprekken geeft Bert Kraai het resultaat van zijn zoektocht naar deze en andere vragen weer. Uitermate behulpzaam zijn de handvatten die hij de lezer hier aanreikt. “...ik hoop dat u zich met mij kunt verwonderen over de rijke (levens)taak van een vrijeschoolleerkrach”, aldus Bert Kraai.

Dit boek kan op elke vrijeschoolleerkracht verfrissend werken, op zowel nieuwkomers als “oude rotten” die zich verder willen ontwikkelen.

bekijk de inhoudsopgave ->

Prijs: € 18,50
88 pagina’s, geïllustreerd
ISBN 978-94-90455-62-0’
‘“Het kind is niet de uitkomst van een som, maar een raadsel.” De school loopt een stuk mee op zijn weg. “Met vreugde sta ik in die ontmoeting,” aldus een leerkracht. De Tobiasschool biedt onderwijs aan kinderen die extra aandacht, vertrouwen en structuur nodig hebben.

bekijk de inhoudsopgave ->

Prijs: € 18,-
112 pagina’s. Geïllustreerd in kleur.
ISBN 978-90-72052-98-8’
Meer dan de hier getoonde inhoudsopgaven weet ik er ook niet van, dus hiermee moeten we het nu nog even doen. Als ik nog tijd heb, zal ik straks dankzij de weblog van Marijke Steenbruggen (zie ook helemaal onderaan op mijn blogroll) meer kunnen laten zien van eerder verschenen boeken. Maar eerst nog even het nieuws scannen bij de landbouw. Bionext kwam op 19 september met het persbericht ‘Inschrijving “Beste Biowinkel van Nederland” van start’:
‘De ontwikkeling en vernieuwing van de biologische winkels voltrekt zich in hoog tempo. Al meer dan tien jaar bedraagt de jaarlijkse omzetgroei van deze gespecialiseerde ondernemersgroep – met inmiddels ruim 350 winkels – tussen de 5 en 10%. Een uitzonderlijke prestatie, gezien de neergaande trend in de speciaalzaken. Het neusje van de zalm kan zich voor 1 november inschrijven voor de Beste Biowinkel van Nederland, een verkiezing van de Biowinkelvereniging in nauwe samenwerking met Bionext.

Naast een vakprijs is er dit jaar ook een publieksprijs. Bij de laatste wordt de uitslag door de klant bepaald. Bavo van den Idsert, directeur Bionext: “Wij bouwen voort op het initiatief dat de BioVak vorig jaar genomen heeft met de Winkelinnovatieprijs. De BioVak is hoofdsponsor van de vernieuwde verkiezing, de organisatie wordt gedaan door de Biowinkelvereniging en Bionext.”

Accent op transparantie van land tot klant

Er is veel te doen over het gebrek aan transparantie in de voedingsketen. Biologisch onderscheidt zich op dit vlak vaak in positieve zin. Daarom wordt in deze winkelverkiezing een accent gelegd op de transparantie, van land tot klant. Voor de uiteindelijke keuze van de winnaars is doorslaggevend hoe hier invulling aan wordt gegeven.

Van den Idsert: “Veel winkeliers maken inzichtelijk waar hun producten vandaan komen, organiseren bijeenkomsten met boeren en merkhouders en doen mee aan open dagen. Ze organiseren proefdemo’s op de winkelvloer en geven de klant extra uitleg over de herkomst van producten. Bijvoorbeeld op het schap of via nieuwsbrieven. De ondernemers betalen eerlijke prijzen aan hun toeleveranciers en geven antwoord op vragen van consumenten. We weten dat die transparantie zeer wordt gewaardeerd.”

Publieksprijs

De publieksprijs is een nieuw element in de verkiezing. Alle winkels die zich inschrijven kunnen meedingen naar de publieksprijs. De consument kan zijn stem uitbrengen via internet. Bij het tellen van de stemmen zal rekening worden gehouden met het verzorgingsgebied en de omvang van winkel, zodat iedere winkel – groot of klein - een eerlijke kans maakt op de publieksprijs.

Stimulans voor ondernemers

Ondernemers die zich kandidaat willen stellen voor de Beste Biowinkel van Nederland, moeten eerst een enquête invullen over hun winkel, het ondernemerschap en de wijze waarop zij invulling geven aan het thema “transparantie”. Een vernieuwde vakjury onder leiding van Nico Broersen, oprichter People4Earth, zal de inzendingen beoordelen. Tien finalisten worden persoonlijk door één van de vijf juryleden bezocht. Van den Idsert: “Voor de winnaars ligt in totaal 2.500 euro prijzengeld klaar. Maar deelname aan de verkiezing gaat niet alleen om het winnen, het stimuleert ondernemers meteen om de eigen winkel weer eens kritisch onder de loep te nemen.”

Kosten en inschrijving

De kosten voor deelname aan de verkiezing zijn € 50 voor leden van de Biowinkelvereniging en € 75 voor niet-leden. Deelnemers kunnen zich met dit formulier inschrijven.’
Nu vind ik zomaar opeens ook veel nieuw nieuws bij Demeter. Dat heeft erg lang geduurd. Des te blijer ben ik nu. Onder ‘Nieuws’ staat dit allemaal:
Rectificatie recept groente-omelet

Een oplettende klant van de Groene Winkel in Zeist heeft ons erop gewezen dat er een fout zit in de receptenreeks die Demeter in samenwerking met Olivier van der Staal heeft gemaakt. De ingrediënten van de Groente-omelet zijn niet juist vermeld. De benodigdheden voor het recept zijn: Lees verder >>>

Filmpje chefkok Olivier

Chefkok Olivier van der Staal vertelt in een kort filmpje welke meerwaarde biodynamische producten hebben voor hem. Lees verder >>>

Areaal Demeter groeit

Na een langdurige periode van stagnatie neemt het areaal waarop biodynamische landbouw wordt bedreven de laatste jaren weer toe. Het Nederlands Demeter areaal bedraagt met 5031 hectare, ongeveer 10% van het totale areaal biologisch in Nederland. Over de afgelopen vijf jaar is het areaal met Demeter gecertificeerde landbouw met ruim 20% toegenomen. Er zijn in Nederland 120 Demeter bedrijven waarvan zeven nog in omschakeling. Duitsland is internationaal met bijna 67.000 hectare koploper, Nederland staat op nummer zeven. Bekijk de Demeter monitor hier of vraag een exemplaar op bij Demeter, info@stichtingdemeter.nl
Lees verder >>>

Pierre Wind kookt

Topkoks Pierre Wind en Olivier van der Staal geven op zaterdag 21 september een speciale kookpresentatie in de Groene Winkel in Zeist (11.00-13.00 uur). Dit gebeurt ter gelegenheid van een landelijke promotieactie voor producten met een Demeter keurmerk, het keurmerk voor producten afkomstig uit de biodynamische landbouw.Lees verder >>>

Toekomst zaaien in oktober

In de weekenden van oktober doen in ons land in totaal 10 biodynamische bedrijven mee aan de internationale actie “toekomst zaaien” waar stichting Demeter vorig jaar samen met Stichting Zaadgoed en de BD vereniging mee begonnen is. Toekomst zaaien is in 2006 in Zwitserland gestart als initiatief van twee biodynamische boeren als ode aan een gentechvrije landbouw en om burgers direct bij de bedrijven te betrekken. Nederland is het dertiende land wat inmiddels is aangesloten. Kijk in de agenda voor alle data en adressen van deelnemende bedrijven te vinden. Lees verder >>>

Receptenreeks bestellen?

Kok Olivier van der Staal heeft recepten ontwikkeld om een week lang te kunnen eten met producten van Demeter kwaliteit. De receptenkaarten zijn in een reeks van 7 verschillende recepten te bestellen voor 40 cent per stuk bij een minimale afname van 50 stuks. Bekijk hier de digitale reeks. Bij interesse graag een mail naar info@stichtingdemeter.nl.

Productfolder met alle Demeter aanbod

Voor wie een overzicht zoekt van alle beschikbare Demeter producten hebben we een brochure samengesteld met het Demeter aanbod van de bij de Nederlandse groothandels te bestellen producten. Dit boekje is primair bestemd voor winkeliers en grootafnemers. Veel Demeter boeren verkopen ook producten vanaf de boerderij, deze zijn niet in deze brochure opgenomen. Bekijk de productfolder hier of vraag hem op bij Demeter via info@stichtingdemeter.nl

Tien klassen winnen Demeter ijs!

Kerijn Willemse en zijn schoolklas van basisschool De Regenboog uit Eindhoven genieten van heerlijk biodynamisch ijs. Dit ijs is te herkennen aan het Demeter keurmerk. Kerijn was een van de 10 winnaars van de quiz over biodynamische landbouw en kreeg ijs voor de hele klas. Lees verder >>>

Grote Demeter promotieactie in 129 biologische speciaalzaken

In 129 biologische speciaalzaken wordt van 5 juni t/m 18 juni een voorlichting- en promotieactie gehouden om producten met het keurmerk voor biologisch-dynamische producten, het Demeter keurmerk, onder de aandacht te brengen onder het motto “Leven begint met Demeter”. Lees verder >>>

Naar de filmpjes van onze Demeter boeren...

Biodynamische boeren Louis Dolmans, Wim Vredevoogd, Jeroen Konijn en Jan Schrijver vertellen in de filmpjes waarom ze hebben gekozen voor de biodynamische manier van werken en wat voor hen de meerwaarde van Demeter is. Lees verder >>>
De laatste drie berichten herkent u vast wel. Die had ik hier al eerder, waarbij het Demeterijs op 15 juli in ‘Jong publiek’ aan bod kwam en de Demeter actie met gefilmde boeren op 30 mei in ‘Vleet’. Maar ik zet ze er toch even bij, om te kunnen zien wat we sindsdien aan berichtgeving gewonnen hebben, en dat is pure winst. Ik wil er graag vier nog even uithalen, omdat daarin meer staat dan wat alleen in deze korte aankondigingen gemeld wordt. Dat zijn achtereeenvolgens:
‘Filmpje chefkok Olivier

Chefkok Olivier van der Staal vertelt in een kort filmpje welke meerwaarde biodynamische producten hebben voor hem. Dit doet hij op Landgoed Kraaybeekerhof in Driebergen, waar ook tuinder Theo Engbers aan het woord komt. Demeter heeft samen met Olivier een receptenreeks ontwikkeld om klanten van biologische speciaalzaken te laten kennismaken met Demeter producten.

Areaal Demeter groeit

Na een langdurige periode van stagnatie neemt het areaal waarop biodynamische landbouw wordt bedreven de laatste jaren weer toe. Het Nederlands Demeter areaal bedraagt met 5031 hectare, ongeveer 10% van het totale areaal biologisch in Nederland. Over de afgelopen vijf jaar is het areaal met Demeter gecertificeerde landbouw met ruim 20% toegenomen. Er zijn in Nederland 120 Demeter bedrijven waarvan zeven nog in omschakeling. Duitsland is internationaal met bijna 67.000 hectare koploper, Nederland staat op nummer zeven. Bekijk de Demeter monitor hier of vraag een exemplaar op bij Demeter, info@stichtingdemeter.nl

Stichting Demeter geeft als keurmerkhouder voor het eerst een Demeter monitor uit om inzicht te geven in de ontwikkeling in landbouw en handel van de biodynamische landbouwmethode zover het gecertificeerd is voor het Demeter keurmerk. Naast cijfermatig inzicht bieden we ook achtergrondinformatie, juist omdat de biodynamische landbouw breed werkt aan ontwikkeling van bedrijf en omgeving. Een goed voorbeeld is het hoge aantal zorgbedrijven 34 (29% van de bedrijven) waarvan 16 bedrijven zich met gehandicaptenzorg bezighouden. De combinatie landbouw en zorg is ooit ontstaan vanuit de biodynamische landbouw.

De belangstelling voor producten met Demeter keurmerk neemt de laatste jaren toe omdat deze bedrijven hoog scoren op dierenwelzijn, het sluiten van kringlopen van mest en voer en bodemvruchtbaarheid, onderwerpen die steeds meer mensen en met name klanten in biologische speciaalzaken aanspreken. Dat is ook zichtbaar in de scores in de monitor over bekendheid en waardering van het keurmerk.

De omzetten in producten van Demeter kwaliteit worden nog niet eenduidig geregistreerd, wel zijn de omzetten van in Nederland verpakte en bewerkte Demeter producten bekend en deze laten in 2012 een stijging zien naar ruim 13 miljoen euro. Van de verkoop in verse groenten en fruit van Demeter telers zijn geen omzetcijfers bekend.

NB: Stichting Demeter is keurmerkhouder voor Nederland en België. In Vlaanderen zijn 4 gecertificeerde Demeter bedrijven die in dit persbericht buiten beschouwing zijn gelaten maar wel in de monitor zijn meegenomen.

Pierre Wind kookt

Topkoks Pierre Wind en Olivier van der Staal geven op zaterdag 21 september een speciale kookpresentatie in de Groene Winkel in Zeist (11.00-13.00 uur). Dit gebeurt ter gelegenheid van een landelijke promotieactie voor producten met een Demeter keurmerk, het keurmerk voor producten afkomstig uit de biodynamische landbouw.

Pierre en Olivier gaan recepten koken van de receptenkaarten die in samenwerking met Olivier ontwikkeld zijn. Deze receptenkaarten zijn vanaf eind september in veel biologische winkels verkrijgbaar zijn. In totaal zijn er zestigduizend verschillende receptenkaarten door de diverse winkelketens besteld. Klik hier voor de digitale receptenreeks met smaakvolle recepten.

Demeter heeft een filmpje gemaakt waarbij kok Olivier van der Staal uitlegt wat de meerwaarde is van biodynamisch geteelde producten. Bekijk het filmpje hier.

Toekomst zaaien in oktober

In de weekenden van oktober doen in ons land in totaal 10 biodynamische bedrijven mee aan de internationale actie “toekomst zaaien” waar stichting Demeter vorig jaar samen met Stichting Zaadgoed en de BD vereniging mee begonnen is. Toekomst zaaien is in 2006 in Zwitserland gestart als initiatief van twee biodynamische boeren als ode aan een gentechvrije landbouw en om burgers direct bij de bedrijven te betrekken. Nederland is het dertiende land wat inmiddels is aangesloten. Kijk in de agenda voor alle data en adressen van deelnemende bedrijven te vinden.

“Sowing the future” is de overkoepelende campagnenaam voor de evenementen waarin burgers verspreid over m.n. Europa een akker van een biodynamische boerderij inzaaien met graan. In 2013 worden op 10 biodynamische bedrijven in ons land burgers uitgenodigd om akkers in te zaaien met graan. Op de website van Avenirsem is meer informatie te vinden over het internationale project.

Toekomst zaaien 2013 wordt georganiseerd door Stichting Demeter, Stichting Zaadgoed en de BD-vereniging in samenwerking met Avenirsem. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door Ariza, BioBakker, De Nieuwe Band, EkoPlaza en Estafette Odin.’
Op de website van het Louis Bolk Instituut staat onder 26 september dit bericht over een ‘Boekpresentatie Over de Crisis niets dan goeds’:
‘Dinsdag 8 oktober 2013 overhandigt Sjef Staps het boek aan Staatssecretaris Wilma Mansveld van Milieu.

Auteur Sjef Staps: “De wetenschappelijke feiten rond klimaat en biodiversiteit duiden erop dat we afstevenen op een dramatische verandering van onze leefomgeving. Onze samenleving heeft ten opzichte van deze mondiale problemen echter een merkwaardige houding. We willen de dreigende toekomstscenario's niet horen en lijken alleen open te staan voor positieve signalen. Blijven we onze kop in het zand steken of gaan we de problemen onder ogen zien en stappen vooruit zetten?”

In zijn boek “Over de crisis niets dan goeds” heeft Sjef Staps interviews gehouden met 25 mensen uit wetenschap, bedrijfsleven, overheden en NGO’s. Zij geven hun visie op deze ontwijkende houding, die volstrekt niet aansluit bij de neergaande spiraal waarin onze leefomgeving zich bevindt.

Programma discussie en boekoverhandiging 8 oktober, 14.00-17.00 uur:

– overhandiging eerste exemplaar aan staatssecretaris Wilma Mansveld van Milieu.
– reflectie en discussie met Marjan Minnesma, Klaas van Egmond en Herman van Ham
– discussie met o.a. Rob van Brouwershaven, Marga Edens en Hans Berkhuizen.

Voorzitter: Felix Rottenberg

Locatie: Pulchri Studio, Lange Voorhout 15, Den Haag (loopafstand van CS).

N.B. Wegens grote belangstelling is de boekpresentatie volgeboekt. Als u zich nog wilt aanmelden, wordt u op de wachtlijst geplaatst. U verneemt dan in de week van 30 september of u alsnog kunt deelnemen.

Het boek Over de Crisis niets dan goeds is vanaf 8 oktober beschikbaar. Voor bestellen en uitgebreide informatie over komende discussiebijeenkomsten gaat u naar de website www.overdecrisisnietsdangoeds.nl.’
Genoeg voor deze Michaëlsdag. Volgende keer verder.
.

woensdag 11 september 2013

Landrente

Nieuwspost Heuvelrug heeft een nieuw bericht. De laatste keer dat het hierover ging was in ‘Belasting’ op 23 december 2012. Gisteravond verscheen ‘Stationsrestauratie La Porte toch over de kop’:
‘De Driebergse stationsrestauratie La Porte is definitief gesloten. Ook de nieuwe uitbater is het niet gelukt de baten groter te maken dan de kosten.

Op de ramen van La Porte hangt sinds eind juni een briefje: wegens vakantie gesloten. Klopt niet, zegt exploitant Onno Galjaard: “We zijn gewoon dicht, het restaurant is per vierkante meter te duur. Er moeten per maand duizenden euro's bij en dat trekt mijn portemonnee niet.”

Galjaard nam in december de groene stationrestauratie over van het naastgelegen congrescentrum Antropia, waarvan het nieuwe management La Porte had afgestoten, omdat huurprijs en hoge stichtings- en verbouwingskosten te zwaar wogen op de bedrijfsvoering. Galjaard had gehoopt die situatie om te draaien door de bedrijfsvoering van de stationsretauratie te combineren met zijn biologische restaurant in Zeist, maar dat is niet gelukt. “Dat verwacht je niet. We hebben geprobeerd de onkosten terug te dringen en met leuke spulletjes op de kaart de inkomsten te verhogen. Maar dan gaat eerst de koffiemachine stuk en dan is er een kassa die stopt. Dan blijkt dat het toch geen haalbare kaart is.”

Galjaard is nog in overleg met eigenaar NS-property om de zaken “netjes af te sluiten”. Galjaards restaurant in Zeist blijft wel gewoon open, al hebben de investeringen in La Porte ook hun tol geëist voor restaurants Galjaard zelf, zegt Galjaard: “Het is nu wel een beetje spannend.” Of de NS op zoek gaat naar een nieuwe uitbater voor La Porte heeft Hillridge nog niet kunnen achterhalen, omdat NS-property nog niet heeft teruggebeld.

La Porte werd vijf jaar geleden geopend door de bevlogen Helene van der Vloedt, destijds directeur van Antropia. Ze liet de verlaten stationsrestauratie opknappen en vestigde er een natuurcafe, met biologische koffie, snacks en maaltijden. Landelijke bekendheid kreeg La Porte met de draaideur, die energie opwekt als je het cafe verlaat of betreedt. La Porte werd naast een bijzondere stationsrestauratie ook een venue voor besprekingen en zakenlunches.’
‘Op Warmonderhof is maandag 2 september de introductieweek voor het nieuwe studiejaar van de dagopleiding gestart. De 45 aanmeldingen voor deze vierjarige voltijds MBO-opleiding voor Biologisch Dynamische landbouw maken het mogelijk om met twee eerste klassen te starten. Een bijzondere ontwikkeling; sinds de jaren negentig heeft Warmonderhof niet zoveel aanmeldingen gehad.

Ook voor de tweejarige deeltijdopleiding Biologisch Dynamische landbouw is de belangstelling groot. Zo groot, dat er wellicht met drie groepen gestart wordt. De deeltijdopleiding op Warmonderhof start in oktober. Voor de derde te startten groep wordt er gekozen voor een andere opzet: geen twee dagen onderwijs in de twee weken, maar iedere week een dag. Aanmelden is nog mogelijk.

Kijk voor meer informatie op www.warmonderhof.nl.’
Nicolien Groeneveld schreef op dezelfde 4 september in Het Gezinsblad over ‘Vrijeschool de Es bestaat 30 jaar’:
‘Vrijeschool de Es in Assen is begonnen aan het 30-tigste schooljaar. Om dit te vieren zijn er feestelijke activiteiten voor leerlingen. Zoals het maken van een 30 op het schoolplein. De school is met haar dertig jaar springlevend en groeit.

Vrijeschool de Es geeft onderwijs aan kinderen van 4 tot 12 jaar. De school biedt uitdagend onderwijs waarbij hoofd, hart en handen van het kind worden aangesproken. Het woord “vrij” geeft aan dat de school vrij is bij de invulling en inrichting van haar onderwijs en is niet gebonden aan een bepaalde religie. Vrij betekent dus niet dat kinderen vrij zijn om te mogen doen en laten wat ze willen.

Vrijeschool de Es heeft een sterke structuur en cultuur. Rust, ritme en regelmaat zorgen voor een veilige sfeer en leeromgeving. Er is veel aandacht voor vaardigheden als reken- en taalonderwijs. Kunstzinnige vakken als schilderen, tekenen, vormtekenen, muziek, handwerken, handvaardigheid en toneel verrijken dagelijks ons onderwijs.

De leerlingen komen onder andere uit de gemeenten Assen, Aa en Hunze, Borger-Odoorn Tynaarloo, Noordenveld en Midden-Drenthe. Meer informatie is te vinden op http://www.vrijeschool-assen.nl
Ook in Zutphen is een ‘Nieuw schooljaar’ begonnen, getuige dit bericht van 9 september op de website van ‘Vrije School Nu’:
‘Aan: alle ouders van de vrije school de Berkel

Afgelopen week is de eerste vergadering geweest van de Initiatiefgroep Vrije School Nu, zoals jullie weten blijven wij ons inzetten voor het openhouden van 3 PO scholen in Zutphen! 
De laatste dagen voor de vakantie hebben wij een enorme mijlpaal bereikt, een meerderheid van alle ouders met kinderen op een PO school van de stichting VSNON heeft aangegeven de standpunten die wij samen met IJssel- en Zwaanouders hebben opgesteld te ondersteunen. Wij zijn hier oprecht enorm blij mee! Het geeft ons moed en nieuwe energie om ons doel te bereiken.

De eenheid die nu zichtbaar wordt tussen de IJssel-, Zwaan- en Berkelouders is fantastisch om te zien en te voelen. Binnenkort zitten de drie scholen met elkaar om de tafel om invulling te geven aan de verdere strategie. Wij houden jullie op de hoogte.

Alhoewel een meerderheid van de ouders heeft aangegeven ons te steunen zijn er ook nog ouders die een andere visie hebben op dit proces. Wij zullen deze visie te allen tijde respecteren en niemand buitensluiten! Onze scholen worden gevormd door leraren, kinderen en ouders. Iedereen die deel uit maakt van deze groep moet zich hierin thuis kunnen voelen ongeacht zijn mening.

Wij wensen jullie allen een goed schooljaar toe.

Met drie scholen door, daar gaan wij voor!

Namens de initiatiefgroep,
Luciën
Ronald
Borgert
Marieke
Constantijn’
De andere ouder-initiatiefgroep in Zutphen, ‘Voor onze vrijescholen’, had eerder, op 6 september, dit bericht geplaatst, ‘Samenvatting van correspondentie met Raad van Toezicht’:
‘De initiatiefgroep voelde zich genoodzaakt de Raad van Toezicht te benaderen en heeft op 23 juni een brief gestuurd. Dit heeft geleid tot een gesprek op 9 juli tussen twee leden van de Raad van Toezicht en enkele ouders vanuit de initiatiefgroep van alle drie de basisscholen. Uit de houding van de voorzitter en vicevoorzitter sprak in onze ogen geen werkelijke interesse in de ervaringen van de ouders en de resultaten van ons onderzoek en het gesprek werd al snel beëindigd. Op 18 juli heeft de initiatiefgroep een oproep aan de Raad van Toezicht gestuurd die op dat moment door de ouders van meer dan 50% van de kinderen was ondertekend. De Raad van Toezicht heeft echter duidelijk gemaakt niet open te staan voor de mening en zorgen van ouders buiten de officiële paden om. Ze weigert ook in te gaan op onze bezwaren en doet onze argumenten af als halve waarheden zonder dit nader te willen toelichten. Wij vinden dit alles verre van gepast voor een toezichthoudend orgaan en beraden ons over de volgende stappen.

Alle relevante e-mails en brieven hierover zijn te vinden op de pagina Correspondentie.’
De Vereniging van vrijescholen kwam ook op 6 september met een persbericht naar buiten, maar dat ging over ‘Publicatie schoolscores Citotoets geeft eenzijdig beeld kwaliteit scholen’:
‘Staatssecretaris van Onderwijs, Sander Dekker, mag de eindtoetsgegevens van scholen openbaar maken. Dat heeft de rechtbank in Utrecht woensdag 4 september bepaald in een kort geding dat was aangespannen door meer dan honderd schoolbesturen. De Vereniging van vrijescholen (Vereniging) vindt dit een spijtige ontwikkeling.

De Verenging is er voorstander van dat scholen transparant zijn over de kwaliteit van hun onderwijs. Het afzonderlijk publiceren van eindscores wekt echter de indruk dat ouders uitsluitend aan die scores de kwaliteit van een school zouden kunnen afmeten. Publicatie zonder context zet ouders die voor een belangrijke keuze staan eerder op het verkeerde been. Bovendien zijn de huidige “ruwe” gemiddelde eindtoetsgegevens niet vergelijkbaar omdat van school tot school verschilt welke leerlingen de toets maken.

Bijsluiter

Het vrijeschoolonderwijs staat voor een brede ontwikkeling van de leerling. Schoolscores op het gebied van rekenen en taal geven slechts gedeeltelijk zicht op de toegevoegde waarde van het onderwijs. Deze waarschuwing zou de Staatssecretaris ook moeten afgeven, mocht hij alsnog besluiten de eindscores te publiceren.’
‘Op 11 oktober zal een conferentie worden georganiseerd waarin aandacht wordt gegeven aan het afscheid van Leo Stronks.

Op vrijdag 11 oktober zal een conferentie worden georganiseerd waarin aandacht wordt gegeven aan het afscheid van Leo Stronks en het voorstellen van de nieuwe voorzitter. Leo is zes jaar voorzitter geweest van de Vereniging van vrijescholen. Hij zal op deze dag door middel van thema’s en het presenteren van korte interviews met anderen terugblikken en ook een vooruitblik geven op de toekomst van het vrijeschoolonderwijs. Op 12 juni jl. heeft hij de voorzittershamer van het bestuur van de Vereniging van vrijescholen overgedragen aan Rian van Dam. Rian zal zich voorstellen en haar visie op de koers van de Vereniging van vrijescholen voor de komende jaren uiteenzetten.

Het betreft een besloten conferentie, uitnodigingen zijn reeds verstuurd.’
Frans Wuijts plaatste op 7 september op zijn weblog ‘De financiële crisis en de driegeleding – deel 2 Schenkgeld en het basisinkomen’ van Arjen Nijeboer, zoals dit in het septembernummer van Motief verscheen. Het eerste deel is ook te vinden op 20 augustus in ‘Lowlands’.
‘In antroposofische kringen is het basisinkomen – een vast maandinkomen voor iedere burger zonder enige tegenprestatie – een hot item. De antroposoof en self-made miljardair Götz Werner voert campagne voor de invoering daarvan en vanuit het Goetheanum werkt ook oud-voorzitter van de AViN Paul Mackay, eraan. Maar veel onderbouwingen en concrete voorstellen van de voorstanders rammelen aan alle kanten. Veel driegeleders wijzen het basisinkomen daarom af. In een Antwerpse economiewerkgroep onder leiding van dr. Jos Verhuist is echter een geheel nieuwe visie ontwikkeld waarin het basisinkomen verschijnt als een logisch en zelfs noodzakelijk onderdeel van een modern schenkgeldsysteem. In dit licht blijken veel raadselachtige uitspraken van Rudolf Steiner verrassend logisch op elkaar aan te sluiten. Deel 2 (en slot) in een serie over “De financiële crisis en de driegeleding”.

In deel 1 van dit artikel in Motief 174 (juli/augustus) analyseerden we de fundamentele oorzaken van de financiële crisis met behulp van de sociale driegeleding. Hierin blijkt het schenkgeldprobleem centraal te staan. Ten eerste het probleem van het leengeldoverschot dat in onze huidige maatschappij bestaat, met andere woorden het probleem dat leengeld niet op het juiste moment overgaat in schenkgeld, maar dat het op zoek gaat naar oneigenlijk rendement en dan allerlei problemen veroorzaakt, zoals uiteenklappende financiële zeepbellen in bijvoorbeeld de onroerendgoedsector. Ten tweede het probleem dat de staat een groot deel van het geestesleven (vooral onderwijs en zorg) heeft geannexeerd, doordat ze het authentieke schenkgeld vervangen heeft door politiek gecontroleerde dwangbetalingen – onrechtmatige belastingen en overheidssubsidies – waardoor het geestesleven onvrij wordt gemaakt en de staatsschulden torenhoog oplopen.

Volgens Steiner is het cruciaal dat het teveel aan leengeld wordt omgezet in schenkgeld voor het geestesleven: het terrein van opvoeding, onderwijs, zorg, cultuur, wetenschap en religie. De economie kan alleen maar blijven doordraaien als er continu een geldstroom aftakt naar zaken als opvoeding en onderwijs, die de kern van het geestesleven betreffen. De productie blijft immers slechts op hetzelfde niveau zolang er elk jaar weer een nieuwe lading werkers – opgevoed, opgeleid en al – aantreedt ter vervanging van hen die met pensioen gaan. Het geestesleven brengt typisch niet-fysieke “opbrengsten” voort, die niet in functie van de vraag te “produceren” zijn, die niet gekocht kunnen of mogen worden, of die aan iedereen en dus aan niemand in het bijzonder ten goede komen, maar die wel direct of indirect nodig zijn voor de economie. Daarom is het logisch het geestesleven vanuit de economie te voorzien van schenkgeld. Maar op welk punt in de economie gaat leengeld eigenlijk op natuurlijke wijze over in schenkgeld? Wie schenkt aan wie en hoe gaat dat in zijn werk?

Schenkgeld is leengeldoverschot

Volgens Steiner heeft de vraag naar de bron van het schenkgeld een logisch antwoord: de winsten van het bedrijfsleven. Bedrijven hebben inkomsten uit koopgeld en trekken leengeld aan om nieuwe productieprocessen op te zetten, die weer meer koopgeld binnenbrengen. Nadat alle medewerkers hun vergoeding hebben ontvangen en alle kosten (inclusief belastingen, rentelasten en reserveringen voor toekomstige productie-uitbreiding) zijn voldaan, resteert in een gezonde situatie een overschot: de “zuivere winst”. Deze ontstaat nadat alle koop- en leengeld processen financieel zijn afgewikkeld. De zuivere winst is dus letterlijk zowel een koopgeld- als een leengeldoverschot, en dat is precies wat het schenkgeld volgens Steiner moet zijn. Omdat iedereen heeft gekregen wat vrij overeengekomen was, is iedereen het feitelijk eens dat de winst hem niet toekomt. En privé-eigenaren van het kapitaal die aanspraak kunnen maken op de winst, zijn er in een driegelede samenleving niet meer – Steiner wilde het kapitaal immers onder beheer stellen van corporaties in het geestesleven. Dus winst = schenkgeld.

Rijst de vraag hoe het schenkgeld naar het geestesleven wordt geleid? Gaat er een grote zak geld van “de bedrijven” naar één centraal punt in het geestesleven, waar dan het geduw en getrek om de grote poet begint? Of bepalen bedrijven zelf aan wie ze schenken? Maar schaadt dat laatste het geestesleven niet evengoed omdat institutionele belangen dan een rol gaan spelen?

Steiner wilde dat het individu zou schenken, niet organisaties. Het beste antwoord op de vraag naar de precieze bestemming van het schenkgeld wordt verkregen door de bron van de winst te bezien. Vanuit het individuele bedrijf bezien zijn er twee factoren die de bedrijfsopbrengst bepalen: het bedrijf zelf en zijn omgeving. De kwaliteit van de omgeving speelt een grote rol bij de mate van omzet en winst van het bedrijf. Tot de “omgeving” van het bedrijf hoort de infrastructuur van het land van vestiging, de aanwezigheid van toeleveringsbedrijven die efficiënt en goedkoop de halffabricaten kunnen aanleveren, van banken die het bedrijf geld kunnen lenen en van consumenten met voldoende geld in de portemonnee om de producten te kunnen kopen. Deze hele “omgeving” van het bedrijf kan worden samengevat in het begrip “het land”. Mede dankzij de kwaliteit van “het land” waarbinnen het bedrijf werkt, kan de inzet van het bedrijf z’n vruchten afwerpen. Maar welk deel van de opbrengst moet nu aan de bedrijfsactiviteiten worden toegeschreven en welk deel aan “het land”? Er is geen manier om via analyse van de economische activiteiten tot een groottebepaling te komen. Maar we kunnen wel het aandeel van “het land” bepalen door het aandeel van de betrokken personen in het bedrijf mentaal af te trekken van de totale inkomsten. Winst ontstaat nu juist nadat de betrokken personen in het individuele bedrijf hun overeengekomen deel hebben ontvangen.

Dus de winst moet worden toegeschreven aan “het land”. “Het land” is tevens de productiefactor “natuur” waar volgens Steiners merkwaardige tekening (zie figuur) het schenkgeld heen moet lopen, dus dat klopt ook. Het geld moet dus naar het land stromen. Maar welke mensen vormen “het land”? Van wie is Nederland eigenlijk en wie zou er aanspraak op kunnen maken?

Op dit punt schiet Steiners concept van de “landrente” ons te hulp. Steiner hamerde erop dat elk lid van de rechtsgemeenschap ofwel alle inwoners van “een land” een gelijk aandeel hebben in dat land, dat volgens Steiner tegelijk een productieve factor is. Hij spreekt nogal raadselachtig over een formule volgens welke de productieve bodemoppervlakte van het land gedeeld door het aantal inwoners een Existenz-minimum voor die inwoners vormt. De rest verdienen ze via allerlei samenwerkings-verbanden, maar het enige wat ze volgens Steiner echt ten individuele titel “verdienen” is waf hij de landrente noemt. Dat wij dat aandeel niet werkelijk bezitten, noemt Steiner letterlijk een bedrog.

leder individueel lid van de rechtsgemeenschap heeft dus in gelijke mate recht op de landrente; de landrente is de winst en de winst is het schenkgeld. Uit de combinatie van deze elementen volgt noodzakelijkerwijs dat het schenkgeld, dus de winst van bedrijven, in gelijke mate aan elke burger moet worden uitgekeerd, als zijn “aandeel” in “het land”. Dat is zo ongeveer de definitie van het basisinkomen, waarbij dit basisinkomen dan is bedoeld voor de financiering van het geestesleven. Dat is ook logisch, want het is precies de geestelijke factor die de productiviteit van het “land” zo radicaal heeft opgedreven.

De menselijke geest heeft het land van ruige natuur getransformeerd in spoorwegen en havens, vruchtbaar landbouwareaal en bedrijventerreinen. Er kan alleen steeds nieuwe geest in “het land” blijven instromen als daarvoor economische ruimte wordt gemaakt. De winst = het schenkgeld moet de productieve kracht van “het land” op peil houden. Pas dan is de economische kringloop weer gesloten.

Basisinkomen en belastingen

Iedereen krijgt dus een basisinkomen dat bestaat uit de zuivere winst en dat moet worden uitgegeven aan het geestesleven. Waaruit bestaat het geestesleven? Opvoeding, onderwijs, de zorg, cultuur, wetenschap, religie. Al deze sectoren zouden dus met schenkgeld moeten worden gefinancierd. Maar op dit moment gaat die financiering grotendeels via de staat. De staat heft allerlei belastingen, terwijl volgens Steiner alleen de uitgavenbelasting rechtmatig is, en hevelt het geld over naar het door de staat geannexeerde deel van het “geestesleven” (vooral onderwijs en zorg). Dat geld moet bij het schenkgeld worden opgeteld. Het is nu al schenkgeld, alleen op een door de staat verwrongen wijze. Het zou vanuit een natuurlijk proces schenkgeld moeten worden.

Dat kan eenvoudig doordat de staat de taken afstoot die eigenlijk tot het geestesleven behoren. Onderwijs, zorg en sociale zekerheid vallen niet langer onder de staat (hoewel de staat het afsluiten van private verzekeringen wel verplicht kan stellen en private verzekeraars ook tot acceptatie kan verplichten). De staat kan de belastingen dan met hetzelfde bedrag verlagen.
Stel dat nu alle economische factoren behalve de winst gelijk blijven. Iedereen krijgt netto evenveel inkomen uit arbeid uitgekeerd, de prijzen en het bestedingspatroon blijven gelijk, bedrijven zetten evenveel om, enzovoort. Dan zouden de winsten navenant stijgen. Dat betekent dus meer schenkgeld. Kortom, voor een reken-voorbeeld moet de afname van de belastingen bij de winsten en dus het schenkgeld worden opgeteld.

Rekenvoorbeeld Nederland

Voor de Nederlandse situatie kunnen we de volgende rekensom maken: van de
overheidsbegroting van 260 miljard euro (2012) betreft volgens een ruwe becijfering 81 procent van de overheidsbegroting geestesleven en dus schenkgeld. Dat is 210,6 miljard euro per jaar. Hierbij tellen we de winsten van Nederlandse bedrijven op. Volgens voorlopige statistische gegevens van het CBS en DNB (auteur is nog in afwachting van definitieve cijfers) beloopt die winst gemiddeld (gemeten over het laatste decennium) 82,1 miljard euro per jaar. Samen is dat 292,7 miljard euro per jaar. Dat wordt via een basisinkomen verdeeld onder 16 miljoen Nederlanders.

Het feit dat het om schenkgeld voor het geestesleven gaat, brengt echter met zich mee dat mensen een naar leeftijd onderscheiden basisinkomen krijgen. Jongeren brengen “ontwikkelkosten” met zich mee en kunnen nog niet economisch productief zijn, terwijl gepensioneerden economisch gezien “afschrijfkosten” vormen. Jongeren en gepensioneerden krijgen daarom relatief meer dan volwassenen, die economisch het meest productief kunnen zijn.

Als we echter een gemiddelde van alle Nederlanders zouden nemen, zou iedereen een basisinkomen krijgen van 1524 euro per maand. Het gemiddelde gezin met twee “kinderen zou zeg 6000 euro per maand krijgen, plus of minus zeg 25 procent. Maar voordat de lezer nu dollartekens in de ogen krijgt en denkt: “Ik hoef niet meer te werken”, gelden er twee zaken.

Ten eerste resulteert dit basisinkomen alleen als de winstgevendheid van het bedrijfsleven overeind blijft ná invoering van het basisinkomen. Als mensen ervoor kiezen om economisch minder productief te zijn en bedrijven als gevolg daarvan minder winsten maken, dan daalt het basisinkomen en vindt het geheel een nieuw evenwicht.

Ten tweede moeten burgers ook zelf veel meer afdragen voor het geestesleven. Voorheen financierde de staat immers een groot deel van het geestesleven, maar nu moet datzelfde geld van de schenkende burgers komen. Deze ombouw heeft echter grote voordelen: een forse toename van de keuzevrijheid voor de burger nu hij het budget voor zorg en onderwijs zelf in handen heeft, kostenbesparingen doordat het ambtenarenapparaat flink kan worden ingekort, en een waarachtiger en productiever geestesleven nu de staat de geldstromen niet meer beheerst.

Verouderend geld

Alle burgers krijgen dus een maandelijks budget, maar hoe zorgen we ervoor dat dat ook daadwerkelijk naar het geestesleven gaat? Een deel van de “dienstverlening” van het geestesleven kan direct door de “consument” worden afgerekend – denk aan vergoedingen voor genoten onderricht of toegangskaartjes voor concerten – maar een ander deel van het geestesleven heeft geen directe “afnemers”. Dit gedeelte brengt zaken voort die bestemd zijn voor iedereen en niemand in het bijzonder. Wellicht heeft Steiner deze twee delen van het geestesleven voor ogen als hij spreekt van het “half vrije” versus het “vrije” geestesleven. Dat laatste deel kan alleen maar van zuiver schenkgeld leven zonder dat de schenkers er ook maar iets direct voor terugkrijgen. Maar hoe zorgen we ervoor dat ook dit deel van het geestesleven een gepaste hoeveelheid geld ontvangt?

Bij Steiner duikt op dit punt het idee van het “verouderende geld” op. Geld kan alleen maar zijn koopkracht behouden naarmate de consument ook in de toekomst evenveel waar voor zijn geld krijgt. Dat is alleen het geval als de economie op minimaal hetzelfde niveau blijft produceren, en dat is op zijn beurt alleen zo wanneer er een voldoende niveau van geestesleven in een samenleving is. Als er niet voldoende geld naar het geestesleven gaat, dan verliest het geld dus geleidelijk zijn waarde. Daarom zou aan elke geldeenheid twee getallen moeten hangen, namelijk haar waarde en haar ouderdom. Met bankbiljetten en munten is zo’n systeem lastig te realiseren, maar met elektronisch geld – dat inmiddels meer dan 95 procent van de geldhoeveelheid uitmaakt – is dat eenvoudig. Het geld behoudt zijn volle waarde tot aan de verouderingsdatum, waarna het alleen nog maar aan instellingen van het geestesleven geschonken kan worden. Deze hebben het recht oud geld voor nieuw geld in te ruilen bij de bank en het als koopgeld uit te geven voor hun materiële behoeften. Zo’n systeem reflecteert de noodzaak van het geld om eens in de zoveel tijd naar het geestesleven te gaan, zodat voldoende geest in de samenleving stroomt om het productieproces op hetzelfde niveau te houden en zo het geld zijn waarde te laten behouden. De mate van vrij geestesleven in een samenleving is dan eenvoudig te regelen door de vervaldatum van het geld te verkorten of te verlengen.

Als burgers met elkaar spontaan voldoende aan het vrije geestesleven schenken, dan kunnen de banken steeds het vervallen geld uit de geldstroom vissen en omruilen voor nieuw geld. Dan hoeven burgers niets te merken van het verouderen van het geld. Maar wordt er grosso modo onvoldoende geschonken, dan merken burgers dat doordat ze met vervallen geld blijven zitten.

Dat kunnen ze vervolgens alleen nog maar schenken aan instellingen in het geestesleven. Zo’n systeem voorkomt freeriders-gedrag van burgers die wel de vruchten plukken van het vrije geestesleven, maar er gezamenlijk financieel te weinig aan bijdragen.

Nieuwe visie

Diverse zaken in de bovenstaande visie op het basisinkomen zijn nieuw. Ten eerste is het basisinkomen niet bedoeld om economische luiheid voor burgers mogelijk te maken, maar om het geestesleven te bevrijden uit de greep van de economie en de staat.

Ten tweede is de opzet en de financiering radicaal anders dan veel voorstanders zich voorstellen. Zij willen doorgaans het basisinkomen realiseren door de staat nóg meer onterechte belastingen te laten heffen dan ze nu al doet, met alle negatieve gevolgen van dien. Daarbij willen ze veel schadelijke kanten van onze huidige maatschappijinrichting, zoals de politiek-economische annexatie van het geestesleven en de handel in kapitaal, ongewijzigd laten. Vanuit de sociale driegeleding moet een hele andere visie op het basisinkomen worden ontwikkeld: één waarbij het basisinkomen op een natuurlijke wijze is ingebed in een driegelede samenlevingsvorm, die volgt uit een juist begrip van de aard van de economie en het geestesleven, en die de natuurlijke rechten van de burgers niet ontkent maar juist ondersteunt.

Arjen Nijeboer is o.a. journalist en auteur. Een uitgebreide versie van dit artikel verschijnt tevens in zijn nieuwe boek Vrijheid, gelijkheid, broederschap dat op zondag 22 september a.s. van 14 tot 17uur wordt gepresenteerd in De Lepelaar te Jisp (NH) met een voordracht over driegeleding en de financiële crisis.

Meer info: http://www.arjennijeboer.nl
Eergisteren kwam weekblad ‹Das Goetheanum› op zijn Facebookpagina met ‘Nachlässe für Neuausgabe des Toneurythmiekurses gesucht’:
‘Stefan Hasler von der Alanus-Hochschule und Martina Maria Sam vom Goetheanum arbeiten derzeit an einer Neuausgabe von Rudolf Steiners Toneurythmiekurs und an einer Publikation zur Frühgeschichte der Eurythmie. Für beide Projekte benötigen sie Unterstützung bei ihren Recherchen: Notizen, Briefe, Erinnerungen und Hinweise werden gesucht. Die Neuausgabe des Toneurythmiekurses wird unter anderem die ersten toneurythmischen Angaben aus dem sogenannten ‹Apollinischen Kurs› von 1915 auf Basis der Aufzeichnungen der Teilnehmer dokumentieren. Diese Unterrichtsstunden wurden nicht offiziell mitstenografiert; so bilden die erhaltenen Hörernotizen die einzige Grundlage. Wesentliches, bisher unpubliziertes Material, das ein neues Verständnis der ersten toneurythmischen Schritte gibt, ist bereits aufgetaucht: So fanden sich im Rudolf-Steiner-Archiv Originalaufzeichnungen von Marie Steiner, Mieta Waller und eine Abschrift der Originalaufzeichnungen von Tatiana Kisseleff durch Johanna Mücke, die selbst beim Kurs nicht anwesend war. Das Heft von Tatiana Kisseleffs Aufzeichnungen selbst fand sich auf einem privaten Dachboden in Dornach; allerdings hatte Kisseleff ihre Aufzeichnungen mehrfach überarbeitet und ergänzt, sodass sie teilweise nicht mehr die Originalangaben von 1915 enthalten. Nun versuchen die Forscher seit vielen Monaten, die Nachlässe – Notizen, Hefte, Briefe der übrigen Teilnehmer am ‹Apollinischen Kurs› aufzuspüren. Auch in Bezug auf die biografischen Skizzen gibt es noch Lücken. Stefan Hasler ruft daher zur Mithilfe auf: «Wer weiß, wo diese Sachen sein könnten. Auf Ihrem Dachboden? Oder im Besitz eines Bekannten oder Freundes? Oder haben Sie noch Ideen, wo wir weitersuchen könnten? Wir würden uns über jeden noch so kleinen Hinweis freuen!»

Kontakt: stefan.hasler@alanus.edu oder +49 40 677 8176. Quelle: Anthromedia/CC’
Hier nog meer euritmie:


Erziehungskunt bericht over ‘What moves you? Der Film’:
‘Im Sommer 2012 – im hundertsten Geburtsjahr der Eurythmie – machen sich junge Menschen aus aller Welt auf nach Berlin, um der Eurythmie neuen Schwung zu geben. Und sie bringen ihren Mut, ihr scheinbar unbegrenztes Engagement und ihre Begeisterung für eine fast unbekannte Tanzform mit – bereit dazu, sie neu kennenzulernen oder mehr zu erfahren.

Auf dem Programm steht ein ehrgeiziges Ziel: Ludwig van Beethovens bekannte 5. Symphonie und ein zeitgenössisches Stück von Arvo Pärt eurythmisch choreografiert – und in nur vier Wochen vollständig einstudiert – auf die Bühne zu bringen. Sie treffen auf ein internationales Team erfahrener Choreografen und Künstler, ein unermüdliches Team freiwilliger Helfer und ein erstklassiges Jugendorchester von einem der besten Konservatorien Russlands. Und auf die Crew des mehrfach ausgezeichneten Doku-Filmers Christian Labhart. Für diesen Film hat er das Projekt mit der Kamera begleitet.

What moves you? zeigt die Entwicklung eines künstlerischen Prozesses während mehrerer Wochen im Stile bekannter Education-Projekte wie Rhythm is it!. Wir erleben Sternstunden und Rückschläge, Hoffnungen und Enttäuschungen auf dem Weg zur Aufführung am Ende einer intensiven, gemeinsamen Zeit. Entstanden ist eine einfühlsame Dokumentation, die erstmals einen ausführlichen Blick hinter die Kulissen einer Bewegungskunst wirft, die nur selten in das helle Rampenlicht tritt.

Ein zeitgemäßes Portrait über die Eurythmie. Ein Film der alles in Bewegung bringt – und neue Perspektiven öffnet. Der Film läuft in ausgewählten Kinos.’
Brigitte Schmid-Gugler schreef in het Zwitserse ‘Tagblatt Online’ vandaag een recensie, ‘Tanze, was dich bewegt!’
‘Der Zürcher Filmemacher Christian Labhart hat zum 100. Geburtstag der Kunstform Eurythmie einen Dokumentarfilm gedreht. Er begleitete Jugendliche aus vier Kontinenten während der Proben für eine Jubiläumsaufführung.

Eine männliche Stimme spricht im Off ins tiefschwarze Bild: «Hier hinter der Bühne warten 83 Jugendliche auf ihren Auftritt». Dann geht der Vorhang auf und ganz kurz erhascht man einen Blick auf das Finale. Sinfonische Klänge. Beethovens fünfte. Rotes Bühnenlicht, leuchtender Tüll, weiche, synchrone Bewegungen von Armen und Beinen. Schnitt. Ein Blick aus dem Flugzeugfenster. Und schon sind wir mitten im emsigen Treiben in der Ankunftshalle des Berliner Flughafens. Stimmengewirr. Fröhliches «Hello» und «Hey» und «Hallo». Sommerleichte Kleider. Erwartungsvolle Gesichter. Schnitt. Die Rudolf Steiner Schule in Berlin. Stühle und Bänke werden verschoben, Schlafmatten verteilt und ausgelegt und los geht’s. Im grossen Saal findet die erste Vorstellungsrunde statt.

Heilender Charakter

82 Minuten dauert Christian Labharts Film über die vierwöchigen Tanzproben mit Jugendlichen aus vier Kontinenten. Sie wurden in Rudolf Steiner Schulen rund um den Globus gesucht und gefunden für die zwei Aufführungen zum letztjährigen hundertsten Jubiläum der Eurythmie. Das Projekt wurde von André Macco geleitet. Er war früher Mitglied des Eurythmie Ensembles Hamburg. Die Tanzform wird nur an Rudolf Steiner Schulen als Unterrichtsfach angeboten. Sie soll, wie eine der Tanzlehrerinnen im Film sagt: «ein Frühjahrsputz für den Geist» sein. «Seelisches Turnen», wie der Ausdruckstanz auch genannt wird, soll dem Menschen helfen, Körper und Seele in Einklang zu bringen. Lory Maier-Smits hatte die Lehre vom Hören mit dem ganzen Körper ab 1913 gemeinsam mit Rudolf Steiner entwickelt.

Im Berliner Schulsaal werden die Jugendlichen in Gruppen eingeteilt. In wechselnden Einstellungen sieht man sie beim Üben der Bewegungsabläufe für die beiden Kompositionen – Beethovens Symphonie Nr.5 und «Fratres» des estnischen Komponisten Arvo Pärt. Alles verläuft sehr ruhig und geordnet. Alles scheint unaufgeregt weich und flüssig. Man begreift, dass alle Mitglieder dieser Tanzkompanie die Abläufe längst verinnerlicht haben. In der Freizeit sieht man die jungen Erwachsenen beim Kochen, beim SMS schreiben, beim Lesen und Spazieren durch Berlin. Einfach ganz normale junge Menschen, denkt man sich, und doch ist da etwas anders. Beherrschtheit? Abgeklärtheit? Christian Labhart – im vergangenen Jahr lief sein Porträt über die Pianistin Alena Cherny in den Kinos – wird es im Gespräch die «positive Lebenshaltung» nennen.

Erfolgreiches Projekt

Einige der Tanzenden lässt Labhart immer wieder mal zu Wort kommen. Sie erzählen davon, welche Bedeutung der Tanz allgemein und Eurythmie im Besonderen in ihrem Leben hat, und sie schildern ihre Eindrücke von dem Berliner Camp. Und ja, Labharts Aussage scheint sich hier zu spiegeln. Der Film ist in die vier Probenwochen unterteilt, wobei sich in den Bewegungsabläufen nicht viel zu verändern scheint. Dann der Wechsel zum Aufführungsort. Endproben mit Kostümen und dem Gnessin Jugendorchester unter der Leitung des Moskauer Dirigenten und Pianisten Mikhail Khokhlov. Zwei ausverkaufte Aufführungen und viel Applaus.

Premiere morgen Do, 19 Uhr, Christian Labhart sowie eine Eurythmielehrerin der Rudolf-Steiner-Schule St. Gallen werden anwesend sein. Weitere Aufführungen: 15.9., 13.30 Uhr; 17.9., 18.30 Uhr; 21.9., 17 Uhr; 22.9. 11 Uhr; 29.9., 13 Uhr’
‘Christian Labhart, es fällt auf, dass Sie eine Affinität zur Anthroposophie haben. Auch im Film «Zwischen Himmel und Erde» aus dem Jahr 2010 begaben Sie sich auf die Spuren von Rudolf Steiner.

Da ist tatsächlich eine grosse Anziehungskraft. Doch ich würde es eher als eine Art Hassliebe bezeichnen. Wenn es allzu esoterisch wird, kippt es bei mir. Unsere beiden Kinder besuchten die Rudolf-Steiner-Schule. Sie fühlten sich in diesem nicht mit Noten bewertenden System sehr aufgehoben.

Die Jugendlichen im Film wirken alle so, als herrschte Friede, Freude, Eierkuchen. Es schien kaum Konflikte zu geben und von «Streit und Reibungen, den «Krisen und Abstürzen» von denen Sie in der Filmvorschau sprechen, ist wenig zu spüren.

Wir waren natürlich nicht die ganzen vier Wochen vor Ort. Das wäre finanziell nicht machbar gewesen. Es gab sicher da und dort Streitereien. Aber die trugen sie wohl nicht direkt vor der Kamera aus. Was wir mitbekamen und auch filmten, waren die Spannungen zwischen dem Leiterteam und einigen Jugendlichen. Doch im grossen und ganzen war die Atmosphäre von gegenseitiger Achtsamkeit geprägt. Es herrschte eine positive Energie.

Nicht ein bisschen zu sehr heile Welt?

Nein, das würde ich nicht sagen. Die Jugendlichen sind anders als andere, das stimmt. Es scheint, dass ihre Schulbildung, ihr sozialer Hintergrund da schon eine Rolle spielt.

Handelt es sich denn ausschliesslich um Jugendliche, die die Lehre Rudolf Steiner kennen?

Absolut! Das Projekt wurde weltweit ausgeschrieben. Es musste also niemand von Null auf eingeführt werden.

Welche Vorkenntnisse muss man haben?

In der Eurythmie gibt es ganz bestimmte, festgelegte Regeln. Für jeden Ton, jede Stimmung gibt es eine bestimmte Ausdrucksform, und diese Bewegungsabläufe kennen offenbar alle.

Es schien für die Teilnehmenden in dem Projekt kein Problem zu sein, von Kameras begleitet zu werden. Man spürt Sie kaum.

Das ist immer ein schönes Kompliment an einen Dokfilmer. Ich wollte, dass die Jugendlichen sich ernst genommen fühlten. Dies gilt hauptsächlich auch für die Protagonisten, die im Film Rede und Antwort stehen. Ich habe sie sehr sorgfältig ausgesucht und auch auf die Vielfalt der Nationalitäten geachtet: Indien, Russland, Japan...’
Dan heb ik nog van 6 september op de Facebookpagina van Rudolf Steiner: Schriften – Kritische Ausgabe. SKA, het bericht ‘frommann-holzboog widmet der SKA im neuesten Verlagskatalog ein Editorial’:
‘Das Phänomen Rudolf Steiner

Rudolf Joseph Lorenz Steiner (1861–1925) ist ohne Zweifel eine der schillerndsten und umstrittensten Gestalten innerhalb des modernen Geisteslebens. Von den einen als scharfsinniger Philosoph, hellsichtiger Visionär und geistiger Architekt einer künftigen Kulturstufe der Menschheit verstanden, wird Steiner auf der anderen Seite oft als dilettantischer Eklektiker und opportunistischer Scharlatan, gar als Rassist, Antisemit und Ewiggestriger charakterisiert, der sich und seinen unkritischen Anhängern den Übergang in die Moderne verstellt und in seiner Anthroposophie eine zweifelhafte Ersatzreligion geschaffen habe.

Während aber die anthroposophische Weltanschauung, in der Steiner nach einer Synthese von mystisch-meditativer Erfahrung, wissenschaftlicher Erkenntnismethode und künstlerischem Ausdruck suchte, bis heute vielen suspekt, manchem gar gefährlich erscheint, haben die lebenspraktischen Früchte dieses Denkansatzes in Bereichen wie Pädagogik, Medizin, Ökologie und Kunst breite gesellschaftliche Akzeptanz erfahren und globale Wirkung entfaltet. Diese frappierende Diskrepanz lädt dazu ein, die grundlegenden Texte der anthroposophischen Weltanschauung neu anzuschauen und daraufhin zu überprüfen, ob hier wirklich eine reaktionäre und in sich widersprüchliche Weltanschauung derart fruchtbare gesellschaftliche Wirkungen zeitigen konnte, oder ob der bisherige akademische Diskurs vielleicht am Kern dessen vorbeigegangen ist, was in diesen Texten tatsächlich vorliegt.

Die kritische Auseinandersetzung mit den anthroposophischen Texten wurde bisher dadurch erschwert, dass die vorhandenen Ausgaben in der Regel nur den Text der Ausgabe letzter Hand liefern und das steinersche Werk somit aus der notwendigerweise befangenen Perspektive des gereiften Steiner präsentieren, der die früheren Phasen seiner intellektuellen Entwicklung im Licht seines Spätwerkes auslegt. Dabei werden die mannigfachen Wandlungen, Metamorphosen und Widersprüche seiner Entwicklung, wie sie sich nicht nur in der Abfolge der einzelnen Schriften, sondern auch in zahlreichen Bearbeitungen und Neuauflagen seiner Grundlagentexte zeigen, geglättet oder gar völlig ausgeblendet.

In der nunmehr bei frommann-holzboog in Kooperation mit dem Rudolf Steiner Verlag herauskommenden Kritischen Ausgabe (SKA) wird diese Textentwicklung der anthroposophischen Grundlagentexte zum ersten Mal in einem kritischen Apparat vollständig erfasst und kommentiert. Damit steht der Forschung ein geeignetes Instrument zur Verfügung, die intellektuelle Entwicklung Steiners vom Philosophen und Goetheforscher zum Theosophen und schließlich zum Anthroposophen in intimer Weise nachzuvollziehen und ihm bei der Ausarbeitung seiner Weltanschauung gewissermaßen über die Schulter zu schauen.

Dem mittels der SKA möglichen genetisch-morphologischen Blick auf die intellektuelle Entwicklung Steiners eröffnen sich neue Sichtweisen auf klassische Streitpunkte innerhalb der Anthroposophiedebatte, etwa um die Wissenschaftlichkeit, die innere Einheit, die »Christlichkeit« oder die Originalität des steinerschen Denkens. Aber auch ganz neue Perspektiven und Fragen erschließen sich. So zeigt die textkritische Untersuchung der Schriften von 1901 und 1902 (um nur ein Beispiel aus dem im August erschienenen Band 5 zu nennen), dass Steiner in diesen Texten – nach der erkenntnistheoretischen Grundlegung seiner Weltanschauung in den Frühschriften – um die Jahrhundertwende eine zweite und mehr bewusstseinsphilosophisch angelegte Begründung anthroposophischen Denkens entwickelt hat, die in ihrer Eigenständigkeit und Bedeutung von der Anthroposophieforschung bisher kaum erkannt worden ist. So wird ein ganz neues Licht auf die Bedeutung des deutschen Idealismus für das steinersche Denken geworfen und die Frage nach seiner Relevanz für die Geistesgeschichte des 19. und 20. Jahrhunderts neu gestellt.

Eine erste Folge der SKA (Bände 1-8) wird alle zentralen Schriften Steiners bis 1910 enthalten und somit die Entwicklung der Anthroposophie von den Anfängen Steiners bis hin zur ersten systematischen Gesamtdarstellung anthroposophischer Geisteswissenschaft in der ›Geheimwissenschaft im Umriss‹ dokumentieren. Eine spätere Erweiterung zu einer vollständigen Ausgabe aller Monografien und eine zweite Abteilung mit einem erweiterten historisch-kritischen Kommentar sind vorgesehen.

http://www.frommann-holzboog.de/site/download/Neuerscheinungen_02_2013.pdfwww.frommann-holzboog.de’
Ik sluit af met een waarschuwing voor Siciliëgangers, zoals gisteren gevonden bij Michael Eggert, ‘Rudolf Steiner: Klingsor in Kalabrien’:
‘Klingsor

Es bestanden im Mittelalter noch Überreste der alten profanierten Mysterien. Alles, was dazugehört, das wird zusammen gefasst unter dem Namen Klingsor. Er ist der schwarze Magier gegenüber der weißen Magie des Heiligen Gral. (GA 97.266)

Caltabellotta

Kalot bobot auf Sizilien war in der Mitte des Mittelalters der Sitz jener Göttin, die man nennt Iblis, die Tochter des Eblis. Und unter allen schlimmen Verbindungen, die innerhalb der Erdentwickelung zwischen Wesenheiten, in deren Seelen okkulte Kräfte waren, zugetragen haben, ist den Okkultisten als die schlimmste dieser Verbindungen diejenige des Klingsor mit der Iblis bekannt.

Iblis ist schon dem Namen nach charakterisiert als verwandt mit Eblis: so heißt in der mohammedanischen Tradition die Gestalt, die wir mit Luzifer bezeichnen. Eine Art weiblicher Aspekt von Eblis, dem mohammedanischen Luzifer, ist Iblis, mit der sich zu seinen bösen Künsten, durch die er im Mittelalter gegen den Gral wirkte, derjenige verband, den man den bösen Zauberer Klingsor nennt. Und die ganze Feindschaft zum Gral spielte sich ab auf jener Feste der Iblis «Kalot bobot», auf die sich auch jene merkwürdige Königin Sibylle mit ihrem Sohn Wilhelm 1194 unter der Herrschaft Heinrichs VI. geflüchtet hat. (GA 144.71f)

Amfortas

Alles, was man unternommen hat als eine feindliche Herrschaft gegen den Gral, und wodurch auch verwundet worden ist Amfortas, das ist zuletzt zurückzuführen auf den Bund, den Klingsor geschlossen hat auf der Festung der Iblis. Und alles, was hereinleuchtet an Elend und Not in das Gralstum durch Amfortas, drückt sich aus in diesem Bund. Das macht es, dass die Seele auch heute noch stark gewappnet sein muss, wenn sie in die Nähe jener Gegenden kommt, von denen alle feindlichen Einflüsse ausgehen können, die sich für die Geheimnisse des Gral auf die fortschreitende Menschheits- Entwickelung beziehen. (GA 144.71f)

Der tot gewordene Teil der menschlichen Organisation

An jenem Orte kann man von den schlimmsten Kräften sprechen, die noch in ihren Nachwirkungen bemerkbar sind. Einst haben sich an diesem Orte abgespielt, man möchte sagen, ganz im physischen Leben vor sich gehende böse Künste, von denen ausgestrahlt haben die Angriffe auf den unbewusst gewordenen Teil der Menschenseele und den tot gewordenen Teil der menschlichen Organisation. (GA 144.70f)

Die bösen Nachwirkungen

Und das alles gliedert sich um eine Gestalt herum, die sagenhaft aus dem Mittelalter herüberschimmert, die aber der mit dem Mysterienwesen Bekannte ganz gut kennt, um eine Persönlichkeit, die eine reale war um die Mitte des Mittelalters, um Klingsor, den Herzog von Terra de labur, eine Gegend, die wir zu suchen haben örtlich in dem heutigen südlichen Kalabrien. Von dort aus erstreckten sich die Streifzüge des Feindes des Gral besonders hinüber nach Sizilien.

Ebenso wie wir, wenn wir heute den Boden Siziliens betreten und den okkulten Blick haben, auf uns einwirken sehen die Akasha-Nachwirkungen des großen Empedokles, wie diese in der Atmosphäre Siziliens vorhanden sind, so sind auch in ihr heute noch wahrzunehmen die bösen Nachwirkungen Klingsors, der einstmals sich verbunden hat von seinen Herzogtum aus über die Meerenge hinüber mit jenen Feinden des Gral, die dort seßhaft waren in jener Feste, die man im Okkultismus und in der Legende nennt “Kalot bobot”. (GA 144.70f)’

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)