Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

maandag 29 april 2013

Dertienhonderd

Het is niet te geloven, maar dit is echt bericht nummer 1300. En als u zich afvraagt binnen welke periode: over twee dagen viert deze weblog zijn eerste lustrum, op 1 mei bestaat die precies vijf jaar (zie ook ‘Coördinatie’ op 1 mei vorig jaar). Op 9 juli 2012 behaalde ik het vorige honderdtal met nummer ‘Twaalfhonderd’. Ik gaf toen meteen een staatje met meeste bezoeken, van berichten, maar ook van landen. Misschien doe ik dat nu weer eens, het is immers inmiddels alweer ruim negen maanden verder. Vaste prik is in ieder geval de Visits en Pageviews van het moment te documenteren (voor het laatst gedaan op 3 december 2012 in ‘Onyx’). En dan is niet bedoeld het ‘Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009 – 381,745’, zoals onderaan deze weblog Blogger zelf aangeeft onder de wereldkaart met ‘Herkomst actuele bezoeker(s)’. Maar de Sitemeter die vrijwel vanaf het begin in mei 2008 de bezoekstaat bijhoudt. Die zegt vandaag:
‘Antroposofie in de pers
Site Summary

Visits
Total: 291,675
Average Per Day: 170
Average Visit Length: 2:25
Last Hour: 8
Today: 114
This Week: 1,193

Page views
Total: 447,991
Average Per Day: 252
Average Per Visit: 1.5
Last Hour: 11
Today: 146
This Week: 1,761’
Sinds de telling op 27 juni 2012 in ‘Pageviews’ zijn er weer ruim vijftigduizend bezoeken bijgekomen... Met als hoogtepunt de hoogtijdagen rond De Hokjesman eind februari, toen ik een paar dagen wel duizend pageviews per dag haalde. Maar dat was een uitzondering. Meestal blijft het bij tussen de honderdvijftig en tweehonderd bezoeken per dag. Voor het aantal pageviews zijn deze cijfers dan meestal met een gemiddelde van anderhalf te vermenigvuldigen.

Dit medium toont zich een behoorlijk valide informatiebron. Ook in moeilijke tijden, of beter: juist in moeilijke tijden. Jammer alleen dat de antroposofische beweging dat niet inziet en dit erkent door het financieel mede mogelijk te maken. Zodat alles op mijzelve neerkomt. En dat is lastig in deze barre economische conjunctuur. Alles van waarde is weerloos, deze woorden van Lucebert (uit het gedicht De zeer oude zingt uit 1974) gelden ook hier.

Terug naar de staatjes van Blogger. Het bezoek in pageviews per land, per periode:
‘Week
Nederland: 1223
Duitsland: 325
Verenigde Staten: 281
België: 113
Frankrijk: 108
Rusland: 103
Zweden: 61
Spanje: 43
Zuid-Korea: 31
Luxemburg: 25

Maand
Nederland: 5826
Verenigde Staten: 1605
Duitsland: 1299
Frankrijk: 524
België: 466
Rusland: 456
Spanje: 227
Polen: 148
Verenigd Koninkrijk: 76
Ierland: 73

Alle data
Nederland: 247.385
Verenigde Staten: 24.278
Duitsland: 23.213
Frankrijk: 20.030
België: 19.882
Rusland: 4491
Verenigd Koninkrijk: 4104
Spanje: 3909
Zwitserland: 1276
Nieuw-Zeeland: 838’
Zoals u ziet, hebben de Verenigde Staten in totaliteit de antroposofische grootmacht Duitsland van zijn tweede plaats verdreven. En Frankrijk is België sinds de vorige keer gepasseerd. Heeft natuurlijk ook met de grootte van die landen te maken. Maar aangezien Engels en Frans hier niet de meest gebezigde taal is (dat is naast Nederlands het Duits), is dit toch opmerkelijk. De tweede tot de vijfde plaats is voor landen die elk niet boven de tien procent van het Nederlandse aantal uitkomen. Daaronder is er een daling die tot hooguit drie procent leidt. Opmerkelijk is daar het voorbijstreven van het Verenigd Koninkrijk door Rusland en de opmars van Spanje. Allemaal in vergelijking met de vorige keer in juli van het afgelopen jaar.

En dan ook nog even de meest gezochte en bezochte berichten:
Zomer en zaaikalenders’ op 21 jun. 2009, 2 opmerkingen, 1742 pageviews
Mismanagement’ op 13 sep. 2011, 36 opmerkingen, 1244 pageviews
Zorgonderneming’ op 10 mei 2011, 1 reactie, 1045 pageviews
Forum’ op 19 jul. 2010, 1 reactie, 976 pageviews
Ramon De Jonghe’ op 1 jul. 2012, 22 opmerkingen, 654 pageviews
Nazorg’ op 26 feb. 2013, 598 pageviews
Charter school’ op 26 feb. 2012, 1 reactie, 518 pageviews
Ontvangst’ op 22 feb. 2013, 25 opmerkingen, 454 pageviews
Teleurstelling’ op 30 dec. 2011, 12 opmerkingen, 420 pageviews
Mannelijk’ op 11 sep. 2009, 2 opmerkingen, 398 pageviews’
Hier is niet zo’n significante verschuiving als bij het vorige overzicht. Je vraagt je wel af hoe accuraat die cijfers van Blogger zijn: het bericht ‘Mannelijk’ had de vorige keer 402 pageviews, en heeft er nu dus 398... Een achteruitgang in absolute zin, dat kan natuurlijk niet; rara. Goed, genoeg gestatistiekt. Maar soms moet dat even gebeuren. Wat staat er voor vandaag op het programma, heb ik nog wat leuks? Ja best wel. Zaterdag in ‘Intermetzo’ berichtte ik over een Koninklijke Onderscheiding. Dat is best toepasselijk nu er morgen belangrijke dingen op konings-troon-gebied staan te gebeuren. Sinds gisteravond meldt ‘De Digitale Verbreding. Online tijdschrift van de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders’ dat de ‘NVAZ-voorzitter geridderd’ is. Maar niet alleen hij, blijkt uit dit bericht:
‘Op vrijdag 26 april werd de voorzitter van de NVAZ, Bert Vroon, koninklijk onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. De Stentor berichtte vanuit Ommen:
“Bert Vroon (65) uit Dalmsholte kreeg de hoogste onderscheiding door burgemeester Marc-Jan Ahne opgespeld.”
Tot de verdiensten van Vroon behoren onder meer: voorzitter College van Kerkrentmeesters, voorzitter Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders, lid van de Wetenschappelijke Adviesraad van St. Philadelphia Zorg, bestuurslid Stichting Studiecentrum Kraaybeekerhof te Driebergen, voorzitter College van Bestuur Christelijke Hogeschool Nederland te Leeuwarden, lid van de Raad van Commissarissen Corporatie Delta Wonen in Zwolle, voorzitter van het Prof. Dr. Bernard Lievegoedfonds, lid van de adviescommissie Marga Klompé fonds, bestuurslid christelijk-sociale Stichting Socires voor een verantwoordelijke samenleving, beoordelaar en auditor van excellentieprogramma’s in het Hoger Onderwijs (het zgn. Siriusprogramma).

De Stentor vermeldt verder:
“Vroon was ook verbonden aan onder meer het CDA als Lid van het Dagelijks Bestuur in de functie van Partijpenningmeester en Partijsecretaris a.i., en aan de besturen van diverse musea.”
Op dezelfde vrijdag 26 april werd in Zeist ook Bernard Heldt geridderd. Dit wordt gemeld door “De Nieuwsbode Zeist” in “Lintjesregen in Zeist”. Burgemeester Koos Janssen memoreerde niet alleen zijn werkzaamheden als algemeen secretaris van het Heilpedagogisch Verbond en daarna als directeur van het Edith Maryon College (tot zijn pensionering vijf maanden geleden), alsmede opleidingsinitiatieven in het antroposofische zorgveld in Nederland, Suriname en België, maar ook zijn werk voor ECCE en ELIANT. Hij vergat niet te vermelden dat Bernard Heldt jarenlang actief is voor de zorg voor verstandelijk gehandicapten in Suriname, waarmee vooral Matoekoe werd bedoeld.
De Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen (NVAA) heeft op 26 april eveneens twee leden als Ridder opgenomen zien worden in de Orde van Oranje-Nassau: George Maissan en Bob Witsenburg, beiden gepensioneerd huisartsen. De NVAA laat dit weten op haar website.

George Maissan kreeg de ridderorde opgespeld vanwege zijn pioniersfunctie als huisarts in Gouda en zijn bijdrage aan diverse scholings- en verenigingsactiviteiten. Bob Witsenburg werd gelauwerd voor zijn werk als tropenarts in Ghana, zijn jarenlange werk als huisarts in Haarlem, zijn werk binnen de vereniging NVAA en zijn jarenlange inzet voor een vademecum antroposofische geneesmiddelen. Daarnaast werd hij geëerd voor zijn vrijwilligerswerk bij de Kruispost in Amsterdam en zijn inzet voor het heilpedagogische instituut Scorlewald.

De NVAA is trots op het feit dat het werk van haar leden zo gewaardeerd wordt. Eerder werden Guus van der Bie, Karel Freeve (beiden huisarts) en Steven Matthijsen (psychiater) al geëerd.’
Ook met een ander bericht kan ik voortborduren op wat in ‘Intermetzo’ al aan bod kwam. Namelijk met wat Zonnehuizen vandaag op zijn website heeft gezet, ‘29 april 2013: Terugblik Verwijzersdag Aventurijn, Trialis, Klinisch Centrum voor jeugd-GGZ en Zonnehuisschool’:
‘De verwijzersdag van Aventurijn, Trialis, Klinisch Centrum voor jeugd-GGZ en Zonnehuisschool was een succes. Een grote groep verwijzers bezocht deze middag. Zij konden vooraf een tweetal workshops kiezen. Voor de een was dit een mogelijkheid om kennis te maken met ons, voor de ander was het om op de hoogte te blijven van nieuwe ontwikkelingen.

Na het ontvangst met koffie en zelfgebakken cake werd iedereen van harte welkom geheten. Een korte inleiding door verschillende behandelaars over wat de middag zou brengen, werd aandachtig gevolgd. De workshops vonden plaats op de nieuwe locaties van de dagbehandeling en polikliniek.

Tijdens de workshops was er naast kennisoverdracht ook ruimte voor interactie. Doordat de deelnemers verschillende achtergronden hebben, ontstonden er leuke en interessante discussies. De verwijzersmiddag werd heel positief ontvangen door de bezoekers. Zij vinden het heel belangrijk om te weten waar en naar wie je de kinderen doorverwijst. Voor veel verwijzers is deze dag een goede manier om te horen en te zien wat wij te bieden hebben en wat wij voor elkaar kunnen betekenen.

Na afloop was er tijd voor een borrel lekker buiten in de voorjaarszon! Tijdens deze gelegenheid konden wij ervaringen met elkaar delen en werd er gezellig nagepraat over de middag.

Het was zeer geslaagde dag waarbij er een goede basis is gelegd voor verdere samenwerking. Volgend jaar wordt er weer een verwijzersdag georganiseerd, waarbij iedereen van harte is uitgenodigd.

Bekijk op via onderstaande ons filmpje om een compleet beeld te krijgen. http://www.youtube.com/watch?v=pUfLyetZfQM
Dat kan ik ook hier embedden:


Leuk om te zien, inderdaad. En na de vrijescholen begint men nu ook in de heilpedagogie van een filmpje gebruik te maken. Maar ‘heilpedagogie’? Waar is het antroposofische dan gebleven? Ik heb er niets van gemerkt. Dan op naar Biojournaal. Die berichtte vandaag ‘Stadsakker Zutphen wint Stadslandbouw Award 2013’:
‘De Coöperatie Atelier3D en Vrije School V.O. De Regge hebben de Rabo stadslandbouw Award 2013 in de wacht gesleept. Het plan voor een stadsakker op een deel van het voormalige voetbalterrein Helbergen is door een jury van deskundigen uitgekozen tot het beste plan. De prijs werd uitgereikt op de landelijke Dag van de Stadslandbouw in Rotterdam. Aan de prijs is een bedrag van € 2.500,- verbonden. Klik hier voor de beschrijving van het plan.

De gemeente Zutphen wil op Helbergen (voormalig voetbalterrein FC Zutphen) woningen bouwen. Het zuidelijk deel van het terrein krijgt een tijdelijke bestemming, omdat er de komende 5 à 10 jaar niet wordt gebouwd. De Coöperatie Atelier3D en de Vrije School V.O. De Regge hebben voor dat terreindeel een plan voor stadslandbouw ontwikkeld. Een stadsakker waar leerlingen het landbouwonderwijs letterlijk middenin de samenleving krijgen. Zo komt het verbouwen van voedsel weer in het zicht van de mensen. Buurtbewoners worden betrokken bij de werkzaamheden op de akker. De stadsakker als ontmoetingspunt. Groenten gaan naar de wijkbewoners en het toekomstige restaurant van Atelier3D op De Kaardebol (Harenbergweg).

De jury beloonde Stadsakker Zutphen omdat het de koppeling legt tussen onderwijs en samenleving. Dat het plan voorkomt uit een coöperatie die verbindingen legt tussen alle geledingen in de samenleving getuigt volgens de jury van een innovatieve aanpak.

De Dag van de Stadslandbouw heeft op zaterdag 27 april een Publieksdag. Dan zijn in heel het land activiteiten. Stadslandbouw is ontstaan, omdat burgers willen weten waar en hoe hun voedsel verbouwd wordt. Daarnaast is het verbouwen van voedsel in of rondom de stad in de meeste gevallen duurzamer, omdat minder transport nodig is.

De Coöperatie Atelier3D – Duurzaam Denken en Doen u.a. is een samenwerkingsverband van maatschappelijke organisaties, ondernemers en onderwijsinstellingen gericht op het realiseren van een duurzaam Zutphen. Atelier3D heeft een uitgebreid en ambitieus plan ontwikkeld voor een duurzaamheidcentrum in de huidige Kaardebol aan de Harenbergweg. Het deelplan voor stadslandbouw wordt ingediend bij een inschrijving van de gemeente Zutphen voor het tijdelijk gebruik van een deelgebied op Helbergen. Voor meer informatie: www.atelier3d.nl.

De Regge is onderdeel van Vrijeschool Zutphen VO, een vrijeschool voor voortgezet onderwijs op Mavo, Havo en VWO niveau. De Regge gaat uit van de praktische gerichtheid van de leerling, het leren door doen. De leerlingen willen de werkelijkheid vooral op concrete wijze ervaren. Het liefst zichtbaar of op een andere manier beleefbaar. Landbouw is één de vaklessen die in alle leerjaren wordt aangeboden. Klik hier voor meer informatie.’
Hebben we soms ook nog wat over die troonswisseling morgen? Ja, toevallig wel; Hugo Verbrugh is daar nooit te beroerd voor. Op De Ster Online berichtte hij vandaag over het ‘Inhuldigingsgeschenk’:
‘“Het wordt het evenement van het millennium,” citeerde NRC/Handelsblad op 19 april het opperhoofd van het NOS-team dat morgen de televisieverslaggeving gaat verzorgen. Misschien heeft nog niet iedereen zich gerealiseerd wat voor een uitzonderlijk geruststellende mededeling dit was; ik zal het uitleggen.

Uit de mededeling mogen wij logischerwijs concluderen dat de spreker weet dat in de komende 986 jaar + 8 maanden geen belangrijker evenement in de wereld zal plaatsvinden dan dat van morgen in Amsterdam. Dat is goed nieuws! Een paar dagen eerder had een documentaire een heel andere voorspelling. Ooit zal, vanuit een vulkaan op een van Canarische Eilanden, een mega-tsunami losbarsten die zich over de zee zal verplaatsen en alle steden aan de Amerikaanse oostkust zal vernietigen. Dat zal dan als het grootste evenement in de geschiedenis van de mensheid gelden, maar dat zal dus op z’n vroegst, leren we van de NOS, pas in 3000 zijn.

Gerustgesteld door deze informatie zette ik mij vorige week aan het toetsenbord voor een opwekkend stukje over het komende evenement in Amsterdam. Ik begon met een mijmering over de monarchie van Elisabeth II van het Verenigd Koninkrijk. Op 2 juni 1953 werd zij gekroond. Ik was toen 16 en herinner me dat vaag. Wat ik me vooral herinner, is dat een paar dagen eerder haar Nieuw-Zeelandse onderdaan Edmund Hillary als eerste mens de top van de Mount Everest beklommen had, en dat die prestatie uitdrukkelijk bedoeld was geweest als een symbolisch geschenk aan de nieuwe vorstin. Zo’n geschenk moesten wij natuurlijk ook hebben voor onze nieuwe vorst, en waarachtig – we kregen zoiets: het Koningslied! Maar helaas, ... in de dagen dat ik dit stukje schrijf, is de glorie van dit geschenk van het volk aan de koning behoorlijk afgebladderd. Ik herhaal de commentaren niet – ze zijn de afgelopen week wereldnieuws geworden. Maar hoe moet dat nou, morgenavond om half acht tijdens de vaartocht op het IJ, als het volk koning en koningin met dit lied toezingt?

Mij als Rotterdamse republikein gaat het natuurlijk niet aan, maar iets anders wil ik hier nog wel kwijt. Met de beklimmerij van de Mount Everest is het later niet echt goed gegaan. Niks alpinisme en bergsport meer: als je in staat en bereid bent een royaal bedrag te betalen, word je tegenwoordig door plaatselijke bewoners als luxe-toerist naar boven gesleept. Wel word je onderweg geconfronteerd met de stoffelijke resten van je voorgangers die ongelukkig terecht gekomen zijn. De weg schijnt daar letterlijk bezaaid met lijken te liggen, haal ik van een website over dit onderwerp die ik vond op zoek naar een plaatje bij dit stukje. Pikant vond ik een waarschuwing die voorafgaat aan een Live Leak filmpje hierover; in plaats van een plaatje, wordt die waarschuwing bij dit stukje afgedrukt. Letterlijk vertaald staat hier: “Waarschuwing – het onderwerp bevroren lijken en lichaamsdelen op de zuidhelling van de Mount Everest bevat mogelijk inhoud die niet geschikt is voor alle leeftijden. Als u klikt op DOORGAAN bevestigt u dat u 18 jaar of ouder bent”.

In verband met de nakende rumpus over ons Koningslied stel ik voor dat de toekomstige beheerder van de site waarop de troonswisseling voor de geschiedschrijving geboekstaafd zal worden ook zo’n tekst opstelt. “Waarschuwing”, stel ik voor: “het onderwerp ‘Koningslied’ bevat inhoud die niet geschikt is voor lezers die niet beschikken over stalen zenuwen. Wie dóórgaat met lezen, doet dit geheel voor eigen risico”.

Maar dit zij toch niet het laatste woord voor vandaag. Ook onder de lezers van De Ster zullen zich heel wat Oranjegezinden bevinden. Speciaal voor hen geef ik nog twee citaatjes, beide uit NRC / Handelsblad van 22 april, opiniestuk van Raymond van den Boogaard: “Kritiek op het Koningslied toont Nederland op zijn best”, met als conclusie uit de rumpus die erover ontstaan is: “Het gaat goed met Nederland”.

Hugo Verbrugh’
Wie ook warmloopt voor de Koninginnedag morgen, is Robert Jan Kelder. Op zijn weblog met de schitterend lange naam ‘Willehalm Instituut voor anthroposofie als graalonderzoek, koninklijke kunst en sociale organica’ plaatste hij al op 3 april het bericht ‘Expositie “De Deugden” in de Stopera vanaf vandaag 3 april open’. Deze begint met een noot:
‘Noot: Vanaf vandaag 3 april 2013 is de tentoonstelling De Deugden – Op naar een Nieuwe Hoffelijkheid in de Amsterdamse Stopera (Amstel 1, 1011 PN) te bezichtigen. In de onderstaande inleiding en verantwoording i.v.m. Willehalm van Oranje en het Nieuwe Koningschap, die de bezoekers te zien krijgen is ook sprake van een publieke petitie aan onze nieuwe koning om een nieuwe, Willehalm Ridderorde van het Woord in te stellen. Bloglezers die dit verzoek willen ondertekenen, kunnen dat hier of op de Willehalm Ridderorde blog kenbaar maken door vermelding van hun naam en woonstad. De officiële opening van de tot 10 mei durende expositie is op 5 april van 15-17 uur. Toegang is gratis.

Hier in de Stopera van de Keizerstad Amsterdam – de Oostenrijkse Keizer Maximiliaan verleende de hoofdstad in 1489 het recht om de keizerskroon op haar wapen met het huidige in 1946 door Koningin Wilhelmina toegekende devies Heldhaftig, Standvastig en Barmhartig te voeren – is het voor het eerst dat alle 12 bezinningsteksten uit het handboek voor moderne levenskunst De Deugden – Jaargetijden van de ziel van de Duitse filosoof/antroposoof Herbert Witzenmann tezamen tentoongesteld zijn (in het Nederlands en Engels) met de 13 illuminaties van de Nederlandse kunstschilder Jan de Kok. Deze internationale tentoonstelling zal op 5 april (15-17 uur) formeel geopend worden met een vernissage in aanwezigheid van de schilder. In zijn boekpresentatie van een herziene editie van De Deugden zal uitgever Robert Jan Kelder een historische link leggen met de middeleeuwse stamvader van het Oranjehuis, de legendarische Willehalm (zie afb.). Deze was een paladijn van Keizer Karel de Grote en een der laatste beschermheren van het Keltische of esoterische christendom, die krachtens zijn voorbeeldige belichaming van de ridderlijke deugden moed, rechtvaardigheid en trouw door paus Alexander II in 1066 tot beschermheilige van de ridders werd benoemd. Op 30 april 2013 zal de huidige Willem van Oranje niet alleen als Koning der Nederlanden ingehuldigd worden, maar ook als zodanig aantreden in zijn functie als nieuwe Grootmeester van de door Koning Willem I in 1815 ingestelde Militaire Willems-Orde, die terecht genoemd is naar de beschermheilige van de ridders. Aangemoedigd door recente onderzoeksresultaten over de tot nu toe onbekende, sociaal-spirituele levensloop van zijn Frankische naamgenoot zal onze nieuwe Koning een publieke petitie aangeboden worden met een breed gemotiveerd verzoek om als aanvulling op de Willems-orde van het Zwaard een Willehalm-Ridderorde van het Woord in te stellen. Dit met de nobele taak om een Beweging voor een Nieuwe Hoffelijkheid op gang te brengen door de belichaming van de 12 hier gepresenteerde Deugden als tegengewicht voor de almaar in ons koninkrijk en daarbuiten om zich heen grijpende onbeschoftheid, de “nieuwe hufterigheid”.

De van 3 april tot 10 mei durende en op weekdagen van 7 tot 18 uur voor het publiek geopende expositie De Deugden is een vrije bijdrage aan het door wethouder Andrée van Es in 2011 geïnitieerd project Amsterdam Hoffelijk. De ondertitel Op naar een Nieuwe Hoffelijkheid is ontleend aan de deugdbeweging van september die begint met: “Het medelijden dat vrijheid wordt, geeft de hoffelijkheid haar zin en waardigheid terug” en die eindigt met: “Aldus wordt hoffelijkheid tot tact van het hart.”

H.P. Blavatsky en Rudolf Steiner

De 12 hier weergegeven maandmeditaties gaan, naar verluidt, terug op Madam Blavatsky, een van de oprichters van de Theosofische Vereniging, die aan elke maand een Deugd toekende, bv. mei: evenwicht. Daarna heeft Rudolf Steiner, de oprichter van de Antroposofische Verenigigng, er beweging in gebracht: evenwicht wordt tot vooruitgang. Vervolgens was het Herbert Witzenmann (1905-1988), een persoonlijke leerling van Rudolf Steiner, die het denkinterval tussen de in beweging gebrachte Deugden invulde en er een magisch-idealistische inleiding “Over het ontstaan van de Deugden” voor schreef alsmede een apologetisch-filosofisch nawoord “Voorbereiding op de omgang met de Deugden”. Ook gaf hij de bronnen uit de spirituele schatkamers van de mensheid aan voor de mantra’s waarmee de 12 Deugden als Geesten der Beweging eindigen.

Jan de Kok

Over zijn illuminaties voor De Deugden schreef Jan de Kok, die Maarten Krabbé en Jan Sierhuis tot zijn leermeesters rekent, het volgende: “Bij de afbeeldingen van de Deugden heb ik mij laten leiden door de natuur. De natuur, waarin vaak onzichtbare krachten werkzaam zijn in samenhang met de gehele kosmos. Dit heb ik uitgedrukt in pure kleurkracht die uiteindelijk uitmondt in vormkracht. Kleur gaat immers voor de vorm uit. Het zijn deze krachten die de natuur laten groeien. In samenhang met het beeld en de tekst uit dit boekje kan het gebeuren dat de geestelijke realiteit werkelijkheid wordt en men tot een meditatief beleven komt. Vanuit de kleurbelevingen in ons wezen die iedere maand van het jaar een belangrijke rol spelen, ons daarmee verbindend kan dit in het hier en nu een duidelijke vorm krijgen. Een bewustzijn van onszelf en de natuur om ons heen maakt dat we het totaal, de samenhang beter begrijpen.”

Willehalm Ridderorde

De historische onderbouwing van de petitie om een Ridderorde van het Woord in te stellen aan het adres van onze nieuwe koning, die krachtens Art. 75 van de Grondwet als enige in ons koninkrijk daartoe bevoegd is, is ontleend aan het door de Willehalm Stichting in 2009 uitgegeven onderzoeksverslag Willem van Oranje, Pazival en de Graal –Wolfram von Eschenbach als historicus van de Zwitserse antroposoof Werner Greub. Daaruit blijkt dat, na zijn militaire loopbaan als opperbevelhebber van het Karolingische leger ter verdediging van de Spaanse Mark tegen de invallende Moren, deze Willem met de Hoorn een leidinggevende rol heeft gespeeld in het wonderbaarlijke Graalkoningschap van Parzival èn in de mondelinge overleverings-stroom daarvan over 11 generaties via Wolfram von Eschenbach tot op heden.

Droom voor ons land, Europa en de wereld

Onder de titel De Deugden, Oranje en het Nieuwe Koningschap zal dit tijdens college in de Stopera op 26 april en 3 mei verder uiteengezet worden als “Droom voor ons land, Europa en de wereld”, inspiratie voor onze nieuwe koning èn koningin.

Robert Jan Kelder
Willehalm Stichting,
Amsterdam, 3 april 2013’
Ver gezocht? Niet als we de NOS en NRC Handelsblad mogen geloven. Eergisteren schreef Niels Posthumus op de website van deze krant over ‘Prinsdom Orange – waarom Willem-Alexander nog even “prins van Oranje” heet’:
‘Over een paar dagen is Willem-Alexander “prins van Oranje” af. Dan gaat de titel over naar zijn oudste dochter prinses Amalia. Zij wordt de eerste prinses van Oranje, een titel die tot de jaren tachtig slechts was voorbehouden aan de mannelijke troonopvolgers.
De titel prins of prinses van Oranje verwijst naar het prinsdom Orange, ooit een zelfstandig land in het zuiden van Frankrijk. Er is nog steeds een stadje met die naam, waaraan wij dus al dat Oranje danken aankomende 30 april. De Nederlandse “Je maintiendrai” is ook afkomstig van de de wapenspreuk van dit stadje.’
Er is ook een heel illustratief filmpje bij te zien. Even kijken hoor! Op 17 april voegde Robert Jan Kelder het volgende aan zijn weblog toe, getiteld ‘Het beleg en de bevrijding van Oranje – Toewijding en petitie aan Koning Willem-Aleander’:
‘Aan Koning Willem-Alexander en de Hoge Raad van Adel

Ik, als oprichter en directeur van de Stichting Uitgeverij Willehalm Instituut, vernoemd naar de titel en hoofdfiguur van een middeleeuws epos van Wolfram von Eschenbach over de heldendaden van de oorspronkelijke stichter van het Huis van Oranje, en opgericht in 2005 in Amsterdam ter bevordering van nieuwe resultaten van multidisciplinair onderzoek verricht op basis van Wolfram von Eschenbachs Graalromance Parzival en diens Willehalm over nog steeds vrijwel onbekende facetten van het spirituele leven en werk van deze Frankische Willem van Oranje, paladijn van Keizer Karel de Grote, beschermheer van het Keltische christendom en schutspatroon van de ridders, draag hierbij mijn Nederlandse vertaling van de op 5 april tijdens de opening van de tentoonstelling De Deugden in het Amsterdamse Stadhuis gepresenteerde boek De Deugden – Jaargetijden van de Ziel van de Duitse filosoof/antroposoof Herbert Witzenmann met illuminaties van de Nederlandse kunstschilder Jan de Kok op ten eerste aan de huidige Willem, Prins van Oranje, die op 30 april 2013 niet alleen zal worden ingehuldigd als koning van Nederland, maar ook zal aantreden in zijn functie als Grootmeester van de Militaire Willemsorde. Daarbij wordt hij de enige persoon in ons Koninkrijk die grondwettelijk bevoegd is om een nieuwe ridderorde in te stellen.

Aangezien dit echter alleen gedaan kan worden op advies van de Hoge Raad van Adel aan Koning en Kroon, draag ik ten tweede dit Handboek van de Hoge Adel van de Geest op aan deze Raad als onderdeel van een gemotiveerd verzoek dat formeel aan onze nieuwe koning zal worden ingediend op 28 mei a.s., Sint-Willehalmsdag, om – na rijp beraad en bevestiging van deze nieuwe bevindingen over het verborgen leven van de stichter van het Huis van Oranje als een hoofdrolspeler en zelfs spiritus rector van de historische Graalgebeurtenissen in de 9de eeuw – daadwerkelijk een nieuwe, civiele Willehalm Orde van Ridders van het Woord in te stellen en wel als een noodzakelijke aanvulling op de sinds 1815 bestaande Militaire Willemsorde van het Zwaard.

De intentie om een dergelijk verzoek in te dienen werd voor het eerst openbaar gemaakt in de inleiding op de Internationale Boekenbeurs en Kunsttentoonstelling De Deugden – Op weg naar een Nieuwe Hoffelijkheid in het Amsterdamse Stadhuis op 3 april 2013 waar het (ook in het Engels) nog te bezien is tot het einde van de tentoonstelling op 10 mei. De petitie werd vervolgens verder onderbouwd tijdens de officiële openbare opening van de tentoonstelling op 5 april en zal verder worden uitgewerkt na de presentatie van een herziene Engelse editie The Virtues in de Amsterdamse Stopera op 26 april (15-17 uur). Op de dag van de inhuldiging zullen we er mee op straat gaan om een alternatief voor de De Nieuwe Republikeinen aan te bieden, terwijl op 3 mei (15-17 uur) tijdens een lezing onder de titel “Het beleg en de bevrijding van Oranje” een herziene editie is gepland van de Engelse vertaling van Willem van Oranje, Parzival en de Graal – Wolfram von Eschenbach als historicus. Dit is het erudiete onderzoeksverslag van de Zwitserse antroposoof Werner Greub, waarin de nieuwe resultaten van zijn onderzoek over leven en werk van de eerste Willem van Oranje aan het licht werden gebracht. Dit gebeurde voor het eerst in de Engels-sprekende wereld middels dia-presentaties in 1999 in Canada, de Verenigde Staten en Engeland, en hier te lande in 2002. Toen werd in de Oude Kerk in hartje Amsterdam op 25 januari, vlak voor het huwelijk van de Prins van Oranje met Màxima Zorreguita, een Nederlandse vertaling van het eerste deel van dit onderzoeksrapport getiteld Willehalm-Kyot gepresenteerd als huwelijkscadeau aan het kroonprinselijk paar (in absentia), met een toewijding en een nawoord: “Sociale Organica en het Nieuwe Koningschap -Een bijdrage aan de modernisering van de monarchie”.

In de vurige hoop dat uit wat er in de volgende bladzijden wordt aangereikt nu de nodige wijsheid kan worden verzameld ten einde recht te doen aan deze petitie als een “Droom voor ons land, Europa en de wereld” – ik vestig in deze context bijzonders de aandacht op de meditatie van maart: Grootmoedigheid wordt liefde en haar vermannende oproep tot solidariteit, universele broeder- en zusterschap – en dat derhalve lezers ook geneigd mogen zijn om de petitie te ondersteunen en te ondertekenen, ben ik,

Robert Jan Kelder
Willehalm Stichting
Amsterdam, 17 april 2013

Voor informatie over de Willehalm Stichting, ga naar www.willehalm.nl
Over De Deugden: http://Deugden.blogspot.com;
ook in het Engels: http://Power-to-the-Virtues.blogspot.nl
Over de petitie: http://Willehalm-Ridderorde.blogspot.nl;
http://Willehalm-Order-of-Knights.blogspot.nl
Voor meer information: info@willehalm.nl’
Wie morgen van plan is om naar Amsterdam te gaan, staat dus nog wat te wachten. Maar in een dertienhonderdste bericht mag je dan ook iets bijzonders verwachten.
.

zaterdag 27 april 2013

Intermetzo


Het grootste nieuws dezer dagen is voor dit antroposofisch nieuwsmedium (als ik het zo mag noemen) het bericht gisteren op de website van de Zonnehuizen, ‘26 april 2013: Een nieuwe naam voor Zonnehuizen’ (ook te vinden op de website van LSG-Rentray):
‘LSG-Rentray & Zonnehuizen bereidt zich stapsgewijs voor op de veranderingen in de jeugdzorg per 2015. Daarbij past een nieuwe naam. Een naam die aansluit bij onze historie en visie.

Historie

Intermetzo heeft een lange historie. De naam Intermetzo verbindt zeven oude instituten waarvan de Nederlandsch Mettray (1851) de oudste is en Zonnehuizen (1931) de jongste. Ook de kleuren verwijzen naar deze geschiedenis; okergeel verwijst naar de huisstijlen van LSG en Zonnehuizen, en groen verwijst naar de huisstijl van Rentray.

Aanvullend

Intermetzo biedt ouders, familie, school, het sociale netwerk en collega-organisaties aanvullende kennis, professionele steun en expertise.

inter met zo
Inter – in dialoog, in interactie
met – samen met anderen
zo – daadkrachtig en resultaat gericht

Missie en visie

“Naar een betekenisvol bestaan” is de samenvatting van onze missie en visie. De ontwikkeling van een kind of jongere naar een zelfstandig en betekenisvol bestaan waarbij hij of zij verantwoordelijkheid neemt, is het uitgangspunt. Onze begeleiding daarbij is een tijdelijke rol. In het woordmerk is dat weergegeven door een horizontale lijn die, in het icoon, haar eigen vrije weg kiest.

In beeld

Op www.intermetzo.nl werken we nog aan onze nieuwe website. U vindt daar alvast de hoofdlijnen van onze missie en visie in een drie minuten-filmpje.

Waarden

Voor kinderen, jongeren en ouders zijn onze onvoorwaardelijke betrokkenheid, onze vakkundigheid en onze continue blik op de toekomst belangrijk. Voor onze opdrachtgevers en financiers is dat onze duidelijkheid en daadkracht. Deze waarden zijn meegenomen in ons woordmerk.

Bij Zonnehuizen borgen we de op de antroposofie geïnspireerde waarden.

Stapsgewijs

Parallel aan onze eigen transformatie gaat LSG-Rentray & Zonnehuizen in 2013 stapsgewijs over op onze nieuwe naam.’
Helaas is die nieuwe website nog niet online. Bij LSG-Rentray vinden we echter wel dit ‘Maatschappelijk Jaarverslag 2012’:
‘Het Maatschappelijk Jaarverslag 2012 van LSG-Rentray en Zonnehuizen is gereed. U kunt de jaarverslagen downloaden via onderstaande link:
LSG-Rentray
Zonnehuizen
In het jaarverslag van Zonnehuizen staat op de pagina’s 6 en 7 dit voorwoord:
‘Aangewakkerd door de komende veranderingen in het jeugdzorgstelsel, de vernieuwde Raad van Bestuur en de komst van Zonnehuizen, was 2012 een jaar van bezinning en herijking van onze beginselen en manier van werken.

We constateerden dat de fusie tussen LSG en Rentray van 2010 noch voor onze kinderen en jongeren, noch in onze interne organisatie, geleid heeft tot fundamenteel verbeterde resultaten. Er zijn aanzetten, maar een echte doorbraak is uitgebleven. De schatkamer aan kennis en kunde van effectieve behandelingen blijkt maar matig ontsloten voor onze doelgroep.

Bij Zonnehuizen constateerden we dat het faillissement van de organisatie verder ging dan het financiële aspect daarvan. De organisatie was op meerdere fronten verwaarloosd. De enorme betrokkenheid en de bijzondere, ontwikkelingsgerichte kijk van de medewerkers bood een basis om te bouwen aan een nieuwe, gezonde organisatie.

We zagen de kansen die de organisatie LSG-Rentray & Zonnehuizen heeft door de aanwezige kennis en kunde, het diverse zorgaanbod en de betrokkenheid van medewerkers. Door dit te bundelen en een duidelijke positie in te nemen in de zorg voor jeugd, kan LSG-Rentray & Zonnehuizen een belangrijke bijdrage leveren aan de maatschappij: het bieden van perspectief aan kinderen en jongeren die op meerdere leefgebieden problemen ervaren en specialistische zorg en begeleiding nodig hebben, die ze van andere organisaties niet meer kunnen krijgen.

LSG-Rentray & Zonnehuizen heeft in 2012 een nieuwe missie ontwikkeld. Binnen Zonnehuizen is de antroposofische identiteit in een nieuwe, leesbare visie verankerd. De bedrijfsvoering is opnieuw en effectief ingericht, cliëntprocessen zijn centraal komen te staan, de productie is strak gevolgd. Het gevolg daarvan is dat Zonnehuizen het eerste jaar positief kan afsluiten. En qua bedrijfsvoering nu als voorbeeld dient voor de overige onderdelen van LSG-Rentray & Zonnnehuizen, die nog erg vanuit het “subsidiedenken” zijn ingericht en opereren.

De veranderingen die we doormaken en die nog op ons afkomen, vragen om een antwoord. De RVEstructuur is daarin niet meer passend. LSG-Rentray & Zonnehuizen gaat dan ook over op een sturing waarin de cliëntprocessen centraal staan.

Deze ontwikkeling is beschreven in de Strategische koers 2013 en verder: “Samen naar een betekenisvol bestaan”. In een kort filmpje is de koers tot zijn essentie teruggebracht. U vindt deze op http://youtu.be/6n2KOo5WWW4.

In dat jaar na het faillissement is de kracht van Zonnehuizen weer naar boven gekomen. Veel medewerkers hebben zich opnieuw verbonden aan Zonnehuizen en zetten zich met hernieuwde energie gaan in. Mariëtte Vos-Lambooy en Jan-Hein van Engelen, de directie van Zonnehuizen, zijn er in geslaagd de kwaliteit van het gedachtegoed en het vakmanschap van de medewerkers naar boven te halen en de organisatie opnieuw in te richten.

Het vastgoed blijft een hoofdpijndossier. In 2012 zijn we er in geslaagd het deplorabele vastgoed op een aanvaardbaar veiligheidsniveau te krijgen. In 2013 proberen we pand voor pand het begrip “helende omgeving” recht te doen door in ieder geval de meest schrijnende schraalheid aan te pakken. En vooral hopen we met de curator en de banken tot een akkoord te komen over de continuering van de zorg in Zeist, op een zodanige wijze dat we cliënten en medewerkers zicht kunnen geven op een passende behandel-, leef- en werkomgeving. Hier zal tijd overheen gaan, want zelfs als we tot een akkoord komen met de banken zal de totale renovatie van Zonnehuizen nog meerdere jaren in beslag nemen.

Wij zijn dank verschuldigd aan onze collega-instellingen, financiers en verwijzers voor de steun die ze hebben geboden bij de doorstart van Zonnehuizen en het meedenken over onze missie en visie. Zonder hen zouden we deze slag nooit hebben kunnen maken. Dank voor jullie warme en kritische betrokkenheid.

Tot slot bedanken we onze medewerkers, die in deze woelige en soms zorgelijke tijden zich gecommitteerd en professioneel blijven inzetten voor onze kinderen en jongeren. De zorg voor kinderen en jongeren die niet langer op de onvoorwaardelijke steun van anderen kunnen rekenen, is en blijft het bestaansrecht van onze organisatie.

Ans van de Maat en Frank Candel
Raad van Bestuur’
En kijk, daar komt alsnog het filmpje tevoorschijn. Om nog even snel een beeld te geven (nou ja, een beeld) van hoe het ervoor staat, deze financiële informatie op de finale pagina’s 57 en 58:
‘De opbrengsten zijn uitgekomen op € 41.169.014 Deze opbrengsten zijn met name in het eerste halfjaar negatief beïnvloed door de onzekerheden die bij verwijzers zijn ontstaan na het faillissement van Zonnehuizen eind 2011 om cliënten bij de nieuwe organisatie te plaatsen.
De bedbezetting is per saldo op orde, zij het dat er minder GGZ-AWBZ-productie wordt geleverd, dan dat er aan capaciteit beschikbaar is.
Twee van de buitengebieden (gehele productie Noord-Holland-Noord en cure GGZ-regio Eindhoven) zijn in de loop van het jaar met succes overgedragen aan andere zorgaanbieders.

De kosten zijn in 2012 uitgekomen op € 40.671.037 (inclusief Financiële baten en lasten). In verband met de doorstart van de zorgactiviteiten vanuit het faillissement van Zonnehuizen zijn er in 2012 veel extra kosten gemaakt. Deze kosten hangen met name samen met het opbouwen van de personeels- en financiële administratie en het scheiden van de activiteiten tussen Zonnehuizen Kind & Jeugd en DeSeizoenen voor wat betreft ICT en facilitaire ondersteuning. Verder zijn er in 2012 veel aanpassingen aan gebouwen verricht in het kader van algehele- en brandveiligheid en achterstallig onderhoud.
De personele bezetting is bij de intramurale clusters op orde (afgezet tegen de ZZP-norm). Er zijn nog verbeterslagen te maken om nog meer handen aan het bed te krijgen.
Aan materiële kosten is substantieel minder uitgegeven dan begroot.

Door het scherp sturen op de kosten is, ondanks de extra uitgaven, het resultaat over 2012 uitgekomen op € 498.000.

Er is op financieel vlak in 2012 in het bijzonder aandacht besteed aan:
– het opzetten van een geheel nieuwe financiële administratie;
– het opzetten van een geheel nieuwe salarisadministratie;
– het maken van een juiste en tijdige financiële vertaling van de gerealiseerde productie voor bestuur, directie en clustermanagement;
– het aansluiten met het financiële resultaat van de Stichting Continuering, waar de afspraken m.b.t. het vastgoed in onder zijn gebracht;
– het aansluiten van de facilitaire kosten met de gerealiseerde diensten van de Facilitaire BV;
– het implementeren van DBC-bekostiging en verantwoording;
– het splitsen van gezamenlijke budgetformulieren van DeSeizoenen en Zonnehuizen Kind & Jeugd (voor GHZ-Zeist, GHZ-Zutphen en GHZ-Noordoost-Brabant);
– het recht trekken van de herschikking 2012, en daarna het budget 2013, gegeven de (eenmalige) productiedip van de eerste drie maanden. De eerste drie maanden zijn namelijk voor zorgkantoor Achmea leidend voor het af te geven AWBZ-budget.

De volgende onderwerpen vragen nog aandacht in 2013:
– transparantie van de resultaten van de Facilitaire BV (als leverancier) en Stichting Continuering;
– de processen inzake productieregistratie zijn verbeterd maar rapportage is nu nog slechts op hoofdlijnen mogelijk. De sturing op DBC-productie en op productiviteit is nog een uitdaging.’
Ook curator Marie-José Cools heeft deze maand een nieuwe tussenrapportage uitgebracht, namelijk ‘Faillissementsverslag 6’ van 11 april 2013. Onder punt ‘1.7 Oorzaak faillissement’ vinden we, na eerdere tussenrapportages op 19 januari 2012, 23 april 2012, 24 juli 2012 en 4 december 2012, nu op bladzijde 12 de ‘Situatie per ultimo maart 2013’:
‘Door Deloitte Belastingadviseurs B.V. wordt onderzoek gedaan naar de vraag of Zonnehuizen belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting in de jaren voorafgaand aan het faillissement. Op basis van de door Deloitte gepresenteerde conclusies, zijn nieuwe vragen gerezen. Op dit moment wordt de daarvoor benodigde informatie verzameld.

Voor wat betreft het onderzoek door de registeraccountants geldt dat in de verslagperiode een gesprek met de controlerend accountant van Stichting Zonnehuizen (PWC) heeft plaatsgevonden. Bezien wordt thans of en zo ja welke consequenties de opmerkingen van de controlerend accountant hebben voor de concept-rapportage van de onderzoekers. Het streven is de (al dan niet voorlopige) conclusies van de onderzoekers uit het onderzoek aan de stakeholders voor te leggen, waarna vervolgens een ronde van gesprekken met die stakeholders zal gaan plaatsvinden teneinde hun visie op die conclusies te geven. De curator zal daarna haar bevindingen formuleren.’
Ook van belang is punt ‘2.3 Datum ontslagaanzegging’, waarbij voor de zorg op bladzijde 15 deze aanvulling ‘Situatie per ultimo maart 2013’ staat:
‘In de komende verslagperiode zullen voorbereidingen getroffen worden om aan de preferente boedelcrediteuren een uitkering te doen. Mogelijk zal die uitkering ook in de komende verslagperiode kunnen plaatsvinden.
Voor de voormalig werknemers van Zonnehuizen die nog een restantvordering hebben uit hoofde van niet genoten én niet door het UWV betaalde vakantie- c.q. PBL-uren, betekent dit dat deze vordering betaald zal worden. De omvang van deze preferente boedelvorderingen is vastgesteld aan de hand van de gegevens, zoals deze van het UWV zijn ontvangen. Daarbij heeft het UWV aangegeven hoeveel uren door haar zijn uitbetaald, en hoeveel uren derhalve als vordering resteren. De gegevens op basis waarvan het UWV is overgegaan zijn door de medewerkers zelf c.q. de voormalige administratie van Zonnehuizen aan het UWV aangeleverd.’
Onder ‘3 Activa – Onroerende zaken’ vinden we bij ‘3.1 Beschrijving’ op bladzijde 20 de ‘Situatie per ultimo maart 2013’:
‘Omdat van de gebruiksperiode inmiddels meer dan de helft is verstreken, is recentelijk een versnelling in de initiatieven merkbaar om tot een oplossing te geraken. Overleg tussen de doorstarters en de banken vindt plaats. De boedel wordt hierin betrokken.’
Op bladzijde 51 ten slotte staat: ‘Het volgende verslag is geagendeerd ultimo juli 2012.’ – What’s next? U moet toch ook even weet hebben van wat zich gistermorgen in de Broederkerk op het Zusterplein in Zeist heeft afgespeeld: ‘Zeister lintjesregen telt 8 Koninklijke Onderscheidingen’. En kijk daarbij vooral naar de tweede van rechts:
‘Vijdag 26 april reikte burgemeester Koos Janssen tijdens de Algemene Gelegenheid in de Kerk van de Evangelische Broedergemeente acht Koninklijke Onderscheiding uit aan verschillende Zeistenaren.’
Onder hen ook ‘De heer B.H.H. Heldt’. Op woensdag 26 oktober 2011 werd in ‘De Digitale Verbreding. Online tijdschrift van de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders’ nog dit ‘Jubileum Bernard Heldt 25 jaar antroposofische zorg’ gemeld:
‘Op 1 september vierde Bernard Heldt het heuglijke feit dat hij 25 jaar in het werkveld van de antroposofische zorg werkzaam is. In die jaren heeft hij, onder andere als algemeen secretaris van het Heilpedagogisch Verbond en nu als directeur van het Edith Maryon College, de antroposofische zorgopleidingen ontwikkeld. In december 2006 richtte hij het Edith Maryon College op, met nu zes opleidingslocaties in Nederland.

Bron: http://www.maryoncollege.nl/nieuwsbrief/edithie_nr10.htm
Meteen gisteren schreef ‘De Nieuwsbode Zeist’ ook over deze ‘Lintjesregen in Zeist’:
‘Aan de vooravond van Koninginnedag zijn 8 Zeistenaren verrast met een Koninklijke Onderscheiding. Dat gebeurde tijdens een feestelijke bijeenkomst in de kerk van de Broedergemeente.’
Met ook hier op de foto:
‘Van links naar rechts: burgemeester Janssen en de kersverse decorandi J. van den Berg, H. Niemeijer, I. Visser, L. Tolsma, E. Colenbrander, M. Yalvaç, B. Heldt en L. Baauw.’
Over ‘B. Heldt’ meldt de krant:
‘B. Heldt heeft als algemeen secretaris van het heilpedagogisch Verbond en als directeur van het Edith Maryon College heeft u talrijke opleidingsinitiatieven in het antroposofische zorgveld tot bloei gebracht in Nederland, Suriname en België. Ook is hij al jarenlang actief voor de zorg voor verstandelijke gehandicapten in Suriname.’
De schrijffouten komen vast door de haast om dit nieuws als eerste in Nederland te kunnen brengen... Dan heb ik nog dit nieuws van gisteren uit De Stentor, ‘Vrije School van start met twee klassen’:
‘De bovenbouw van de Vrije School in Zwolle gaat per 1 augustus met twee klassen van start. Dat melden de initiatiefnemers. Eerder was al besloten dat het voortgezet Vrije Schoolonderwijs hoe dan ook van start zou gaan. Inmiddels is gebleken dat er in elk geval dertig aanmeldingen zijn zodat er twee klassen mogelijk zijn: een mavo-havoklas en een havo-atheneumklas.

Al jaren leefde in Zwolle de wens om voortgezet Vrije Schoolonderwijs te bieden. Dit schooljaar werd een en ander concreet. De school gaat van start in nauw overleg met de Vrije basisschool Michael in Zwolle en onder de paraplu van de Van der Capellen scholengemeenschap. De school krijgt een eigen plek, maar kan gebruik maken van alle voorzieningen van de Van der Capellen scholengemeenschap.

Leerlingen die voortgezet Vrije Schoolonderwijs wilden volgen waren tot nu toe aangewezen op Zutphen en Groningen. Voor de nieuwe Zwolse school is belangstelling uit de stad zelf, maar ook vanuit de regio. Er hebben zich al leerlingen aangemeld uit onder meer Kampen, IJsselmuiden, Harderwijk, Emmeloord en Meppel.’
RTV Oost op zijn beurt berichtte ook over ‘Nieuwe Vrije School Zwolle start met twee klassen’:
‘De Zwolse Vrije School voor voortgezet onderwijs gaat in augustus van start met twee klassen. Eind maart werd al bekend dat de nieuwe school sowieso in augustus van start zou gaan, maar de afgelopen maand verdubbelde het aantal aanmeldingen waardoor er nu twee klassen gevormd kunnen worden.

Zwolle heeft op dit moment alleen een vrije school voor basisonderwijs. Na de basisschoolperiode moeten de kinderen nu nog naar Zutphen of Groningen als ze in het vrije onderwijs willen blijven zitten. De Vrije School voortgezet onderwijs (VS-VO) maakt het mogelijk voor kinderen van 6 tot en met 14 jaar om vrijeschoolonderwijs in Zwolle te blijven volgen. Er zijn aanmeldingen van kinderen uit Zwolle, Kampen, IJsselmuiden, Harderwijk, Emmeloord en Meppel.

In overleg met basisschool de Vrije School Michael in Zwolle wordt een doorlopende leerlijn opgezet. Dat is volgens de initiatiefnemers van de nieuwe school heel belangrijk. De Vrije School legt in het onderwijs de nadruk op de ontwikkeling van een persoon. Naast de standaard leervakken als wiskunde en talen is er daarom ook veel aandacht voor kunstzinnige vakken als tekenen, muziek en drama.

De Vrije School voor voortgezet onderwijs wordt opgenomen in de Van der Capellen Scholengemeenschap.

Gerelateerde artikelen: Zwolle krijgt Vrije School voor voortgezet onderwijs

woensdag 24 april 2013

Mededogen

Eergisteren meldde de Facebookpagina van de ‘Vrije School Amersfoort’ de ‘Zoektocht naar een nieuwe naam’:
‘Vrije school Amersfoort gaat verbouwen! Met een vernieuwd gebouw en samenwerking met Kindercentrum Panta Rhei is de school toe aan een nieuwe naam. Om tot deze naam te komen roepen we alle (oud-)leerlingen, (oud-)leerkrachten, (oud)ouders en alle andere betrokkenen uit de rijke geschiedenis van de school op om ons te inspireren.

Om een richting te geven; Bij een nieuwe naam kan je denken aan de vertelstof, gedichten, de geschiedenis van de school, de geschiedenis van Amersfoort, iconen, antroposofie... Maar laat je niet weerhouden om met een naam uit een andere hoek te komen.

Een naam voor een school heeft betekenis. Daarom vragen we bij het inleveren van een naam, deze te verrijken met de betekenis die jij er aan geeft. Inzendingen kunnen tot 17 mei 2013 worden ingeleverd in de schatkist die staat bij de schoolmoeders in de hal van de school, of digitaal via denieuwenaamvoor@vrijeschoolamersfoort.nl. Vermeld hierbij je naam, telefoonnummer en hoe je verbonden bent of was aan de Vrije School Amersfoort.

Uit alle inzendingen zal de werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van bestuur, leerkrachten, ouders en Panta Rhei, nog voor de zomervakantie één naam presenteren. Naast de geweldige eer de nieuwe naam voor de school te hebben bedacht is er nog een verrassing voor de uiteindelijke naamgever.

Met vriendelijke groet,
Werkgroep Nieuwe Naam Vrije School Amersfoort’
Uitgeverij Christofoor meldt sinds kort:
‘Helaas is momenteel onze website niet bereikbaar als gevolg van onverwachte wijzigingen bij onze provider. Wij betreuren het ten zeerste dat wij u daardoor niet goed kunnen informeren. Aan een vernieuwde website wordt gewerkt.

Indien u een overzicht wilt inzien van onze leverbare boeken, klik dan hier. Voor andere informatie kunt u telefonisch contact met ons opnemen tijdens kantooruren: 030-6923974 of kunt u ons een e-mail sturen: info@christofoor.nl. Vanzelfsprekend zijn onze boeken normaal verkrijgbaar bij de boekhandel of kunt u deze bestellen bij Bol.com.

Uitgeverij Christofoor
Postbus 234
3700 AE Zeist

Zojuist verschenen: 
“En als Hij niet was opgestaan...’ De Christus-stadia op de weg naar de geestelijke mens 
van Judith von Halle

Judith von Halle vertelt vanuit haar innerlijke ervaringen over de historische gebeurtenissen van het mysterie van Golgotha en verbindt deze met beschouwingen over de geestelijke achtergronden van dit centrale mensheidsgebeuren. Haar betogen worden aangevuld met bijdragen van Peter Tradowsky, die vooral de geesteswetenschappelijke grondslagen om het opstandingslichaam te begrijpen tot thema hebben.

gebonden – 200 blz – € 22,50 – ISBN: 9789060387009 – 1e druk – Religieuze verdieping

Klik hier voor een overzicht van de recent verschenen boeken.
Wilt u zich aanmelden voor de nieuwsbrief, klik dan hier.
Vandaag kijk ik weer eens op de website van Bres Magazine, en lees daar tot mijn schrik in ‘L.S. – Bres 279’, eergisteren geplaatst:
‘De titel van deze BRES is “Verborgen religies”. Aan de orde komt vooral het aspect van de inwijdingen in een aantal esoterische stromingen zoals de oude joodse mystiek, de katharen en de inwijdingsweg van de zeventiende eeuwse rozenkruisers. Het gekke is dat die inwijdingswegen eigenlijk niet verborgen waren – ze worden immers in talloze geschriften beschreven. In feite zijn die inwijdingswegen dus openbaar. En toch zijn ze “verborgen”. Een oude kerkvader schreef het al heel mooi: het gaat om “openbare geheimen”, niet om “geheime openbaringen”. “Openbare geheimen” is treffend gezegd: de kennis die verworven wordt in de inwijding is weliswaar openbaar, maar om het te kunnen begrijpen is een inwijding nodig; in die zin dus geheim. Net als bij wiskunde – wiskundige formules zijn volkomen openbaar, maar als ik ze wil begrijpen moet ik eerst wiskunde studeren.

Iets anders

Voor u ligt de laatste BRES van mijn hand. Per heden ben ik hoofdredacteur af. De nieuwe hoofdredacteur van BRES is Emy ten Seldam (1948). Emy heeft een lange staat van dienst. In de jaren zeventig werkte ze bij uitgeverij N. Kluwer / Ankh-Hermes, in de jaren 80/90 bij uitgeverij Terra en zij was vanaf 1999 tot 2010 uitgever bij Ankh-Hermes. Zij stelt zich in deze BRES voor.

Me dunkt een waardig opvolger.

John van Schaik’
En dat terwijl ik hem op 20 december 2012 in ‘Blauwdruk’ nog als volgt kon citeren:
‘Zoals u ziet is BRES bij ingang van deze editie nogal veranderd. Dat komt omdat ons blad, BRES.Magazine voor religie, wetenschap en gnosis, een nieuwe eigenaar heeft: Uitgeverij VBK-Media die onder meer AnkhHermes voert.

Uw vertrouwde hoofdredacteur blijft echter ondergetekende. Inhoudelijk verandert er dus niets. Elders in deze BRES vindt u een nadere toelichting.’
Nu is onder ‘Volgende Bres’ dan ook te lezen:
‘Bres 280

Lieve BRES-lezer,

De eerste helft van 2013 liet veel veranderingen zien op allerlei gebied: een nieuwe koning, een nieuwe paus en nu dus ook een nieuwe redacteur voor BRES Magazine (zeg ik met een glimlach). Dat is niet alleen een verrassing voor u, maar ook voor mezelf. Het is voor mij een enorme uitdaging en een groot genoegen om vanaf nummer 280, die eind juni verschijnt, de redactie van BRES Magazine op mij te kunnen nemen.

Ik neem graag het stokje over van John van Schaik, die met zijn enorme inzet, deskundigheid en kennis, vooral op het gebied van de gnosis, een waardig redacteur van BRES Magazine is geweest. Hij verdient alle eer en lof voor zijn belangrijke bijdrage aan dit bijzondere tijdschrift.

U moet nog maar afwachten hoe ik mij van mijn taak zal kwijten. Ik kan u alleen zeggen dat ik mijn uiterste best zal doen om u boeiend, informatief, inspirerend leesmateriaal te bieden. Mijn hele werkzame leven heeft in het teken van boeken gestaan en dan voornamelijk de boeken van uitgeverij AnkhHermes. Alle onderwerpen met betrekking tot ons bewustzijn in de breedste zin van het woord hebben altijd mijn grote interesse gehad.

Het volgende nummer van BRES Magazine, nummer 280, zal gaan over verloren beschavingen. Er zijn recent veel ontdekkingen gedaan, vooral op de zeebodem, van resten van oude beschavingen, die tot ver in de tijd teruggaan. Wat weten wij over Mu en Atlantis en over andere mysterieuze beschavingen als Shambhala en Agharta? Hoe was het mogelijk dat in die – volgens ons primitieve – tijd bouwwerken zijn gemaakt met stenen die niet te hanteren waren, ook niet door duizenden slaven? Moet onze geschiedenis herschreven worden?

Als een rode draad loopt door het nummer het besef van een eeuwige Goddelijke Bron en hoe dit een rol heeft gespeeld in de diverse beschavingen en het bewustzijn van de mensen. U krijgt een indruk van de onderwerpen in de inhoudsopgave die hier is opgenomen.

Een prachtig thema waar zo veel meer over te vertellen valt. Ik heb geprobeerd behalve te informeren, vooral ook te inspireren. Gaat u met mij mee op ontdekkingsreis?

Emy ten Seldam’
En ik heb nog niet eens het vorige nummer voorgesteld! Dat was erbij ingeschoten... Zal ik dat nu toch nog doen? Waarom niet? Op 4 maart werd deze ‘L.S. – Bres 278’ gepubliceerd:
‘In deze BRES wordt een enigszins controversiële vraag gesteld: Is het mogelijk dat het vroege christendom invloed heeft gehad op het boeddhisme? Ik heb deze vraag voorgelegd aan een aantal mensen die gepokt en gemazeld zijn in het boeddhisme. De eerste reactie was: “Je bedoelt zeker andersom!” Na enige uitleg mijnerzijds was de reactie: “Jeetje, dat vraagt om een geheel andere mindset”. In de eerste plaats kun je namelijk niet spreken over het boeddhisme, maar inzake deze vraag gaat het om het mahayana-boeddhisme. Het mahayana-boeddhisme ontwikkelt zich immers pas ten volle in de eerste eeuwen ná Christus. En wel in die streken van India (NW India) waar in de tweede eeuw het christendom aankomt. Misschien wordt het christendom al rond 50 na Christus in India verspreid door de apostel Thomas. Wanneer we de apocriefe Handelingen van Thomas tenminste mogen geloven.

Een van de fundamentele kenmerken van het mahayana-boeddhisme is het ideaal van het mededogen met het lijden der mensheid. Net zoals Christus de zonden der wereld op zich neemt tot aan de dood toe. Zo ook de bodhisatva Avalokiteshvara die zich desnoods in mootjes laat hakken om levende wezens te redden en verlossen. Een ander fundamenteel uitgangspunt van het mahayana-boeddhisme is de leer van de “geschikte middelen”. Dat wil zeggen dat de “leer” ondergeschikt is aan de middelen. Het mahayana-boeddhisme neemt bijvoorbeeld in China makkelijk elementen op uit het taoïsme zolang het geschikt is om tot verlossing te komen. Het mahayana-boeddhisme staat op die manier open voor invloeden van andere opvattingen en religies. Dat kan dan ook voor wat betreft het christendom. Het is het onderzoeken waard. Dat proberen we voorzichtig in deze BRES.

Er is nog een derde element. De held van het mahayana-boeddhisme is de bodhisatva Avalokiteshvara. Hij kan zich in de meest onmogelijke gedaanten manifesteren. In hoofdstuk 25 van de Lotussutra wordt dat beschreven. Zolang het maar helpt bij de verlossing. Evenzo kan de opgestane Christus zich in velerlei gedaanten manifesteren om mensen te redden. Aldus onder meer de Handelingen van Thomas. Waarom zou er gaan sprake kunnen zijn geweest van uitwisseling in deze tussen het mahayana-boeddhisme en het vroege christendom in India? Het is het onderzoeken waard. Aan de lezer de eer!

John van Schaik’
Dat leverde in dat nummer artikelen op als de volgende:
‘De vele gezichten van Kuanyin
Avalokiteshvara/Kuanyin

André van der Braak

Kuanyin kan zich manifesteren als Christus, als Maria en als een hindoe-God. Maar ook als een overtuigd atheïst of iemand die verloren is en zelfs als een monster of demon.

Wij praten net zo makkelijk over het boeddhisme als over het christendom. Maar zoals we ons bij het christendom moeten afvragen: welk christendom, zo moeten wij dat bij het boeddhisme evenzo doen. Het christendom uit de tijd van Jezus is een heel ander christendom dan bijvoorbeeld het christendom van de bible belt op de Veluwe. En dát christendom is weer een heel ander christendom dan dat van Zuid-Amerika. Zo is het ook met het boeddhisme. Het boeddhisme uit de tijd van het leven van Sakyamuni Boeddha (ergens tussen 450 en 350 voor Christus) is een heel ander boeddhisme dan dat van – laten we zeggen – het chinese boeddhisme anno vandaag. En dan nog: welk chinees boeddhisme? Het boeddhisme is zo’n 2500 jaar oud en is verspreid over vele werelddelen. Logisch dat het zich op vele manieren heeft ontwikkeld én in vele vormen.

Waar kwam de Boeddha vandaan?

Een van de meest in het oog springende ontwikkelingen is die van het mahayana-boeddhisme en de bodhisattva’s. In de eeuwen voor Christus zien we in het oorspronkelijke theravada-boeddhisme langzaamaan een ontwikkeling in de richting van de vergoddelijking van de historische Boeddha. In het India van die tijd is dat niet zo vreemd, zelfs koeien kunnen goddelijk zijn. Maar het leverde wel tal van nieuwe (filosofische) vragen op als: waar kwam Boeddha dan vandaan? Wat was hij voor zijn geboorte? En hoe manifesteert hij zich dan in het lichaam? Een van de antwoorden was: hij bestond al voor zijn geboorte in een goddelijke gestalte als een bodhisattva. En er kwamen steeds meer bodhisattva’s en goddelijke boeddha’s bij.
Je hebt boeddhisme en boeddhisme

Dat is één ontwikkeling. Een tweede is dat het theravada-boeddhisme een verlossingsweg bood die alleen voor monniken was weggelegd die hun hele leven in dienst stelden van meditatie. Alleen via strenge meditatie kon men het nirvana bereiken. Zo een weg is niet voor iedereen weggelegd (en ook niet voor alle monniken). Boeddhisten gingen op zoek naar een “eenvoudiger” manier om tot verlossing te komen. Die taak werd (als het ware) toebedeeld aan de bodhisattva’s. Vanuit hun hemelse verblijven staan zij de mensen bij in hun lijden.

Beide hierboven beschreven ontwikkelingen leidden uiteindelijk in de eerste eeuw voor Christus tot het mahayana-boeddhisme. Een van de meest fundamentele sutra’s van het mahayana-boeddhisme is de Lotussutra (zie artikel Sumire Nukina). Daarin wordt het ideaal van de medelijdende bodhisattva ten volle ontplooid. Deze “koning der sutra’s” is waarschijnlijk in de eerste eeuw na Christus geschreven.

[totaal aantal woorden: 1980]


De koning der sutra’s
De Lotussutra

Sumere Nukina

Van de oudheid tot heden. Van India tot Japan. De Lotussutra is een van de meenst fundamentele teksten van het Mahayana-Boeddhisma.

De Lotussutra (Sanskriet: Saddharma-pundarika-sutra; Chinees: Miao-fa-lien-hua-ching; Japans: Myoho-renge-kyo) is een van de belangrijkste en invloedrijkste sutra’s of heilige geschriften van het Mahayana-boeddhisme en door de eeuwen heen het voorwerp van intense verering onder boeddhistische gelovigen in China, Korea, Japan en andere Oost-Aziatische streken; de sutra werd van begin af aan “de koning der sutra’s” genoemd.

Van India tot Japan

De historische boeddha Shakyamuni verkondigde de Lotussutra tijdens de laatste acht jaar van zijn leven. Siddhartha was Shakyamuni’s gegeven naam, Gautama zijn familienaam; volgens de boeddhistische overlevering in China en Japan leefde hij tussen 1029 en 949 voor onze jaartelling maar volgens een aantal westerse studies 500 jaar later. In welke taal de Lotussutra werd opgesteld is niet bekend, maar wel is bekend dat zij al vroeg in het Sanskriet is vertaald. In India en Centraal-Azië bestaan verschillende manuscripten in het Sanskriet en andere talen uit die regio. In de oostelijke regio werd zij uit het Sanskriet in het Chinees vertaald door Kumarajiva (344-413); deze versie is de bekendste en vormt een van de belangrijkste spirituele componenten die aan de basis liggen van de Chinese cultuur van de Zes dynastieën en de Tang-perioden (618 tot 908) en van de Japanse cultuur in de Heian-periode (794 tot 1185). De Lotussutra bestaat uit 28 hoofdstukken; ze wordt voorafgegaan door de inleidende sutra “Sutra Oneindig vele betekenissen” (Muryogi Sutra) en afgesloten met de sutra “Sutra Hoe te mediteren op bodhisattva Alom Achtenswaardig” (Fugen Sutra).

Het onderricht op de Adelaarstop

In de Lotussutra worden gebeurtenissen beschreven die plaatsvinden in een kosmische wereld van enorme dimensies. De sutra begint met boeddha Shakyamuni en talloos vele luisteraars die bijeengekomen zijn op de berg Adelaarstop, ten noordwesten van de hoofdstad Rajagriha in het toenmalige koninkrijk Magadha in India. Het (eerste) hoofdstuk “Inleiding” tot en met de eerste helft van het (elfde) hoofdstuk “Het oprijzen van de Schattoren” vinden plaats op de Adelaarstop. Vanaf de tweede helft van het elfde hoofdstuk tot en met het (22e) hoofdstuk “Overdracht” wordt de zogenaamde Ceremonie in de Lucht beschreven waarin de gehele bijeenkomst door Shakyamuni is opgetild naar de open ruimte. Het (23e) hoofdstuk “De vroegere daden van bodhisattva Medicijnkoning” tot en met het (28e) hoofdstuk “De aanmoedigingen van bodhisattva Alom Respectwaardig” vinden weer plaats op de Adelaarstop.

[totaal aantal woorden: 1879]


Heracles als Vajrapani
De Grieks-Boeddhistische Cultuur

Ernest Kurpershoek

Rond 327 voor Christus verovert Alexander de Grote noord-west India. Griekse koninkrijken aldaar volgen. Een rijke Grieks-Indische cultuur volgt. Inclusief “Griekse boeddhabeelden”. Tot op vandaag.

De Grieks-boeddhistische cultuur hoort thuis in het rijtje van de grote mondiale culturen uit de geschiedenis. Haar bloeiperiode omvatte een periode van bijna duizend jaar, van de veroveringstocht van Alexander de Grote naar India (336-323 v.Chr.) tot aan de opkomst van de Islam in de zevende eeuw na Christus. De cultuur bestond uit een uniek amalgaam van hellenistische elementen en die van het toen nog boeddhistische India. In de beeldende kunst kwam dit tot uiting in een vermenging van Griekse en Indiase stijlelementen, symbolen, inscripties en in de creatie van het boeddhabeeld in de eerste eeuwen van onze jaartelling. Sindsdien is dit beeld in essentie onveranderd gebleven. Velen zullen het zich niet realiseren, maar ook de miljoenen goedkope replica’s van boeddhabeeldjes die nu de wereldmarkt overspoelen, hebben als verre voorvader het Boeddhabeeld dat het beste van de Griekse beeldhouwkunst en de boeddhistische wereldvisie in zich verenigde.

Het rijk der Bactriërs

Na de dood van Alexander de Grote werd zijn rijk verdeeld onder zijn generaals (diadochen). Het oostelijke deel, dat zich uitstrekte tot aan de Indus, werd bestuurd door Seleucus I Nicator (Rijk der Seleuciden). Eeuwenlang hebben Griekse vorsten in dit deel van Azië geregeerd. Circa 250 voor Christus scheidde Bactrië (het gebied voor een groot deel overeenkomend met het hedendaagse Afghanistan) zich af van het Seleucidische rijk dat verder werd ingekrompen door de Parthen die zich meester maakten van het Iraanse hoogland. Hoewel Bactrië hierdoor van het Griekse moederland werd afgesneden, bleef het gebied eeuwenlang het epicentrum van Euraziatische uitwisseling. Terwijl de bevolking voornamelijk Bactrisch sprak, bleef de officiële taal als voorheen het Grieks (koinè). De stedenbouw richtte zich naar Grieks voorbeeld, zoals Alexandria aan de Oxus, de hoofdstad van Bactrië (het tegenwoordige Ai-Kanoum), inclusief tempel, theater, gymnasium, agora en stoa. Ook de religieuze tolerantie, gebruiken en leefgewoonten kwamen in grote lijnen overeen met die van elders in de hellenistische wereld.

[totaal aantal woorden: 1585]


Christendom en Mahayana-boeddhisme
Het mededogen van Christus en Avalokiteshvara

John van Schaik

Het Mahayana-boeddhisme ontwikkelt zich in de eerste eeuwen na Christus. Er is reden om aan te nemen dat dit komt door invloed van het christendom van het oosten.

In het Mahayana-boeddhisme is de bodhisatva Avalokiteshvara de belangrijkste bodhisatva. Hij is de “Heer van het mededogen” en zijn naam betekent “Waarnemer-van-Wereldgeluiden”. Hij is een van de acht belangrijkste bodhisatva’s die de Boeddha representeren. Deze acht “grote bodhisatva’s” worden de “acht intieme zonen (ashta utaputra) van de Boeddha” genoemd. Zij zijn in feite gepersonifieerde goddelijke eigenschappen van de goddelijke Boedda. Eén van deze acht is Avalokiteshvara.

Van verlichting tot verlossing

Met het bovenstaande zijn we reeds ver verwijderd geraakt van de oorspronkelijke leer van de historische Guatama Boeddha. Guatama is de loop van de eeuwen steeds meer vergoddelijkt, er komen meer Boeddha’s bij en tienduizenden bodhisatva’s. Dat alles krijgt zijn beslag in onder meer de Lotusstra die in de eerst eeuw na Christus wordt (op)geschreven. De Lotussutra markeert het begin van het Mahayana-boeddhisme. Centraal in het Mahayana-boeddhisme is de opvatting dat alle levende wezens kunnen worden verlost. Dat is geheel anders dan in het oudere Theravada-boeddhisme waarin de verlossing alleen bestemd is voor mediterende monniken – en zeker niet voor vrouwen! Het Mahayana-boeddhisme is een reactie op deze elitaire verlossingsleer en ontwikkelt zich in de eerste zeven eeuwen van onze jaartelling in onder meer Noord-India (Pakistan), Centraal-Azië (Afghanistan), China, Japan, Korea. In al deze landen komt het Mahayana-boeddhisme in aanraking met andere religies, zoals het taoïsme in China en het christendom langs de zijderoute. En dus vindt er uitwisseling plaats van ideeën, opvattingen en leerstellingen. De invloed van het taoïsme op de ontwikkeling van het Mahayana-boeddhisme in China is aanwijsbaar. En dus is de vraag gerechtvaardigd: zou er ook sprake kunnen zijn van invloed van het christendom langs de zijderoute op het Mahayana-boeddhisme?

Taoïsme, boeddhisme en christendom in China
De Handelingen van Thomas

Op zoek naar antwoorden valt onze blik al snel op Avalokiteshvara, de Lotussutra en het vroege christendom zoals we dat kennen uit het christelijk apocriefe geschrift de Handelingen van Thomas. De Handelingen van Thomas zijn (op)geschreven aan het begin van de derde eeuw en handelt over de apostel Thomas die rond het jaar vijftig naar noordwest-India (en verder) is gereisd en daar de eerste christengemeenten zou hebben gesticht. Hoe betrouwbaar de Handelingen van Thomas in historisch opzicht is – daarover zijn historici het niet eens. Maar zeker is dat er christenen in India zijn aan het einde van de tweede eeuw. Christenen in India in de eerste eeuw?

[totaal aan woorden: 2053]


Interview met George Pampillil

Christ the guru
De invloed van het vroege christendom in India

Van Kerala naar Utrecht

George Pampillil werd geboren in 1967 te Kerala, India. Kerala is het centrum van de Syro-Malabarse Kerk, in het Westen beter bekent als de Thomaschristenen. George komt uit een katholieke familie; Pampillil betekent “kleine kerk”. George volgde zijn priesteropleiding in het ‘St. Thomas Apostolic Seminary’ te Kottayam, Kerala, waar ook nu nog meer dan vierhonderd jongeren studeren. Kom daar maar eens om in Europa! In 1993 werd hij tot priester gewijd in de Syro-Malabarse Kerk. De Syro-Malabarse Kerk valt onder Rome. Zo ontmoette George “onze” aartsbisschop Kardinaal Simonis. George zei tegen hem: “Als je nog eens hulp nodig hebt, geef dan maar een bericht”. Dat was niet tegen dovenmansoren gezegd. Want Kardinaal Simonis herinnert zich dit genereuze aanbod van deze jonge gemotiveerde priester wanneer het priestertekort in Nederland weer eens over tafel gaat. Zo komt George uiteindelijk in 2001 in Utrecht terecht, waar hij momenteel de enige priester is voor zes kerken in het Noord- Westen van Utrecht met als parochienaam St. Ludgerus.

Mag dat dan van Rome?

Zoals zoveel priesters van de Syro-Malabarse Kerk, is George met een proefschrift bezig. Aan de universiteit van Tilburg werkt hij aan een proefschrift met de titel Possibilities of Liturgical Inculturation in the Syro-Malabarse Church Today. Nog anderhalf jaar lacht hij. Een van de vragen die in zijn proefschrift aan de orde komen is: in hoeverre is het mogelijk om Indiase waarden en tradities op te nemen in de liturgie van de Syro-Malabarse kerk, zodat (christelijke) Indiërs de katholieke liturgie kunnen vieren op een specifiek Indiase manier? “Mag dat dan van Rome”, is mijn onmiddellijke reactie. Het antwoord van George is even onmiddellijk: “Natuurlijk, dat wordt zelfs aanbevolen in het decreet Sacrosanctum Concilium, artikel 40, van het Tweede Vaticaanse Concilie. Daarin staat dat ieder land de liturgie kan inrichten/ aanpassen aan de locale tradities. Dat is juist bedoeld om de Kerk dichter bij de mensen te brengen en ieder zich te laten thuis voelen in het geloof. In mijn promotieonderzoek is het dan ook de bedoeling om specifieke Indiase waarden te vinden die heel goed passen in onze liturgie. En dus onderzoek ik ook de lokale religies als het hindoeïsme en het boeddhisme”.

“Dus voor mijn vraag: is er invloed geweest van het vroege christendom op de ontwikkeling van het Mahayana-Boeddhisme ben ik eigenlijk precies op de goede plaats”, antwoord ik.

[interview door John van Schaik]

[totaal aantal woorden: 2413]


Vooruitblik

De middeleeuwse katharen zijn gnostici. Ze doen dus aan een soort inwijding. Jammer genoeg lezen we in de kathaarse geschriften vrijwel niets over hoe die inwijding verloopt. De geschriften – ook die van de inquisitie – leveren nauwelijks informatie. In deze vooruitblik volgt een inventarisatie van de schaarse teksten. In BRES279 veel meer over inwijdingstechnieken in de “Verborgen religies” van het esoterische christendom.

Literaire conventie of “echte” visioenen?
Kathaarse hemelreizen

John van Schaik

De Ascencio Iesaiae is een oud joods-christelijk apocrief geschrift waarin de profeet Jesaja opstijgt door de hemelen. De middeleeuwse katharen kennen dit geschrift als de Visio Iesaiae. En dus stijgen ook de kathaarse bonhommes (goede mannen c.q. ingewijden) op naar God.

De kathaarse verrader Arnaut Sicre van Ax vertelt in 1321 tegen de inquisitie het volgende:

Er was een bonhomme van onze sekte, die zich afvroeg of hij wel het ware geloof had, en die de Vader bad hem te tonen of hij wel het goede geloof en de goede weg volgde. Hij bad zelfs om hem Zijn glorie te tonen. Op een dag, toen hij op die manier bad, verscheen hem een engel die zei dat hij gekomen was om hem de glorie van de Heilige Vader te tonen... Hij deed hem op zijn vleugels plaatsnemen en nam hem mee tot de eerste hemel die komt na deze wereld van kommer en plaatste hem daar. En deze man zag de heer van deze wereld en van de hemel. Hij kwam nader en wou hem aanbidden. Maar de engel verbood het hem en zei hem niet te aanbidden, want het was zijn Vader niet.

De bonhomme stijgt vervolgens verder door de hemelen tot hij in de zevende hemel aankomt:

Hij (de engel) droeg hem uiteindelijk tot de zevende hemel. En toen hij de heer van die hemel zag, zei de engel hem dat het de Heilige Vader was en dat hij Hem kon aanbidden. De man kwam dichter bij de Vader en aanbad hem.

De arme bonhomme weet van gelukzaligheid niet hoe hij het heeft en wil dan ook niet terug naar deze miserabele aarde. Maar hij moet. Terug door de zeven hemelen heen. Het blijkt dat hij maar liefst 32 jaar in de hemel is geweest, maar naar hemelse tijd gemeten was het “het eerste tot het derde uur”.

[totaal aantal woorden: 1580]’
Dat maakt ons natuurlijk nieuwsgierig naar wat er in dat nieuwste nummer staat, ‘Bres 279’. We lezen op de website onder meer:
‘Het meest verborgene in het hart
Motieven in de vroeg-joodse mystiek

Klaus Rüdiger Mai

De vroeg-joodse mystiek begint met het hemelvaartsvisioen van Ezechiël zoals beschreven in het bijbelboek Ezechiël. Vele niet-bijbelse beschrijvingen van hemelvaartvisioenen volgen.

Van de vele apocalyptische literatuur die niet in de canon van de Heilige Schriften zijn opgenomen, hebben de boeken IVEzra en de Henochboeken de grootste bekendheid gekregen. Deze boeken zijn in de derde/tweede eeuw voor Christus ontstaan. Om de geschriften autoriteit te geven werden ze toegeschreven aan bijbelse patriarchen als Henoch, Adam, Abraham, Mozes, Esra, Baruch en Daniël. Deze boeken bevatten de grote mysteriën, de openbaringen van de geheimen van God die in de officiële religies – de kleine mysteriën – werden verzwegen. Mystiek leeft mutatis mutandis van het onderscheid tussen de kleine en grote mysteriën.

In het eerste hoofdstuk van het bijbelboek Ezechiël krijgt de naar Babylon verbannen profeet mededelingen van God in de vorm van beeld- en woordvisioenen. Ezechiël schouwt de Heerlijkheid van God, zijn Troonwagen (Merkabah) en zijn hemelse paleizen (Hechalot). Dit visioen bevrijdt, want ze overbrugt de afstand tot God en verheft de mens, omdat men deelgenoot wordt van de geheimenissen Gods.

God is de absolute waarheid

God is de absolute waarheid. Mensen houden dat eigenlijk niet uit. Daarom komen velen niet verder dan de kleine mysteriën (de officiële kerk, rituelen etc.). Iedere mystiek begint met het zich afwenden van de wereld en met reinigingsrituelen. Wanneer er tussen mens en God een afstand is, is er ook een “verte”. De mens in de Godsverwijdering leeft in verbanning. De verbanning is Babylon, maar ook de wereld. Het opheffen van de verbanning is de verwijdering overwinnen, c.q. God schouwen en zijn Troonwagen in een hemelreis. Dat beschrijven de boeken Ezechiël en Henoch. De patriarchen worden zo tot voor-beelden. Ezechiël ziet de Troonwagen, de engelen en ook een uiterlijke vorm van God. De aanschouwing van de Troonwereld opent voor de mystici de blik in het Al, die door de gnostici het Pleroma wordt genoemd. Dat is de lichtwereld van God met al zijn krachten, mogelijkheden en scheppingen.

De paradox

In het Godsgeheim zit een paradox van de waarneming. Het is immers waarnemen zonder waar te nemen. De mens neemt waar omdat hij onderscheidt, bijvoorbeeld in licht en donker. Maar de Godschouwing is eenvuldig. Dat betekent iets schouwen wat niet te onderscheiden is, waarin men bovendien zelf is en waartoe men behoort. Het betekent licht en duisternis ineen, zonder onderscheid. De weg van de mysticus gaat via een verandering van de waarneming.

Waarnemen door niet-waarnemen

[totaal aantal woorden 2200]


Column Marleen in Reliland
Iedereen een alchemist

“Puur vuur is volgens de alchemie de levenskracht in ieder deeltje. Hoe hoger je komt, hoe zuiverder het wordt en hoe dichter bij God’s woonplaats,” vertelt Rina Knoeff tijdens de themamiddag Wondere Werelden, over botanie, alchemie en esoterie. We zitten met zo’n zestig man in de Bibliotheca Philosopica Hermetica, waarvan ondernemer Joost Ritman na vele overwonnen plagen eind 2011 de deur op de Bloemgracht weer heropende.

Het zoeken naar de Steen der Wijzen, de methode die metalen in goud kan veranderen, is de basis van de Westerse, Hermetische Alchemie. Vloeibaar goud zou tevens het beste medicijn voor vele kwalen zijn. In experimenten met zware metalen, trachtte men de onzuivere delen te scheiden en zo de basis voor het goud te verkrijgen. Zo liet zelfs medisch onderzoeker Boerhaave lood twintig jaar koken in een pot en mocht een dosis kwik dertig jaar onveranderlijk schudden in een molen. Indrukwekkend zinloos. En hoe is de alchemie zelf getransformeerd? Was de steen der wijzen, weliswaar gehuld in magische nevelen en moeilijk te verwerven, niet bedoeld als een instant oplossing voor leed? Is dat niet hetzelfde als wij nu voor een probleem dat onze levenskracht aantast het liefst een pil zouden willen slikken? Zijn Seroxat en Viagra in dat licht niet even mystiek als het oermetaal Guhr of het Puur Vuur?

De Verlichting verhield zich slecht met de duistere hermetiek, die zijn empirische grondslag kwijt was geraakt aan de natuurwetenschappelijke chemie en farmacie. Alchemisten werden na de renaissance magiërs en filosofen, die zich toelegden op de meer geestelijke verwerving van fysieke krachten. Psycholoog Jung verklaarde de universele symboliek als weerslag van het onbewuste van de mens, en baseerde hier zijn archetypen op.

Wat van de alchemie overblijft is de queeste – of om met Jung te spreken: “Het alchemische opus is het werk van de verlossende mens, die zich bekommert om de goddelijke wereldziel die in de stof sluimert, en op verlossing wacht.” Op zoek naar “puur vuur” in tijden van neurotisch individualisme. We hadden het altijd al in ons.

Marleen Schefferlie


God zien met de zintuigen
Ingewijden verlossen de schepping

John van Schaik

Waar zijn ingewijden eigenlijk voor nodig? Toch niet alleen voor de eigen verlichting? De christelijke manicheeërs (vierde-veertiende eeuw) hadden op deze vragen een bijzonder antwoord.

In zijn Contra Faustum doet Augustinus (354-430) een merkwaardige uitspraak over de manicheeërs. Augustinus verwijt de manicheeërs dat zij met hun “vleselijke zintuigen” (carnalis sensis) het kwaad kunnen zien in slangen, vuur, vergif etc. en het goede in plezierige bloemen, aangename geur en zonlicht. Augustinus daarentegen ziet “het onveranderlijke licht” alleen boven de geest met de ogen van zijn ziel (oculum animae meae). Volgens Augustinus gaat het daarbij om onzichtbare dingen, terwijl de manicheeërs het onzichtbare presenteren als zichtbare dingen.

Smaak, kleur en geur

Hoe kunnen we ons voorstellen dat de manicheeërs het goddelijke in de natuur (kosmos) zien met hun “vleselijke zintuigen”? Een paar citaten uit De moribus Manichaeorum (Over de gewoonte van de manicheeërs) van Augustinus maken duidelijk hoe de manicheeërs het goddelijke licht in de natuur waarnemen:

Om te beginnen vraag ik u dan hoe er aan komt te onderwijzen dat in granen, peulvruchten, groenten, bloemen en fruit dat onbestemde deel van God (pars Dei) aanwezig is? Dat blijkt, zeggen ze, door de glanzende kleur, de aangename geur en het zoete sap.

In de kleur van de rode roos is het goede aanwezig. En in de gele meloen is een deel van de schatten van God aanwezig. Het goede wordt ontdekt door te ruiken. Natuurlijk zijn het alleen de manicheese ingewijden – de electi – die het goddelijke in de natuur kunnen waarnemen. Omdat bij hen de “poorten van de zintuigen” zijn geopend. Bij de electi beheersen de licht-nous alle levens- en zielefuncties. Dus ook de functies van de zintuigen. Daardoor zijn de ogen van de electi geopend om het goddelijke te zien:

En de poorten, die zich voorheen slechts hadden geopend voor de begeerten, zij openen zich nu, om al wat Gode welgevallig is, op te nemen.

De Heilige Geest is heerser in het lichaam geworden, waardoor de poorten van het lichaam – de zintuigen – geopend zijn voor het goede. Met de gereinigde fysieke zintuigen kunnen de manichese electi kennelijk het licht van de duisternis onderscheiden in het koren, de groenten en het fruit. Niet alleen hebben de manichese electi door het beoefenen van de gnosis de licht-nous ontvangen, ze hebben ook een lichtkleed ontvangen. In het manichese psalmboek lezen we:

Toen ik de roep van mijn Redder hoorde, bekleedde een kracht al mijn leden; Ik vernietigde hun bittere muren, ik vertrapte hun deuren, ik rende naar mijn Rechter. De krans van glorie zette Hij op mijn hoofd, de prijs van de overwinning plaatste Hij in mijn hand. Hij bekleedde me met de lichtmantel, Hij plaatste mij boven al mijn vijanden.

Waar Augustinus met de ogen van de ziel het transcendente geestelijke ziet, zien de manicheeërs kennelijk het immanente geestelijke in de natuur door de omkleding van (onder andere) de zintuigen met het lichtgewaad. De manichese electi transformeren hun lichaam van duisternis naar licht.

[aantal woorden 1927]


De zevende hemel van de katharen
Quidam Bonus Homo

Mieke Felix

Ook kathaarse electi twijfelen soms aan hun geloof. Er is een remedie: een hemelreis maken om de waarheid te aanschouwen.

In zijn tweede brief aan de Korintiërs heeft Paulus het over “een volgeling van Christus die veertien jaar geleden tot in de derde hemel werd weggevoerd. Of dat in zijn lichaam of buiten zijn lichaam gebeurde, dat weet ik niet, dat weet God alleen. Maar ik weet dat deze man werd weggevoerd tot in het paradijs en dat hij daar woorden hoorde die door geen mens mogen worden uitgesproken” (12,2-4). Of Paulus het hier in een versluierde vorm eigenlijk over zichzelf heeft, is niet helemaal duidelijk. Nochtans heeft hij op andere momenten in zijn carrière wel degelijk visionaire, bovennatuurlijke ervaringen gehad. Werd hij niet door de verrezen Heer zèlf geroepen, toen hij op weg was naar Damascus om daar de christenen op te pakken en uit te leveren? Of die visioenen al dan niet veroorzaakt werden door epileptische aanvallen, zoals sommigen beweren, doet er voor ons even niet toe. Het gaat erom dat het gevoel boven zichzelf opgeheven te worden, hem sterkt in de overtuiging dat hij in de waarheid leeft. Of niet?

“Dit is je vader niet”

Wie – in zijn lichaam of buiten zijn lichaam – opgetild wordt tot in het paradijs en daar God aanschouwt, ervaart dat als een bevestiging van alles waar hij of zij in gelooft. Zo zag Guilhem Bélibaste het althans, wanneer hij, ergens rond het jaar 1318, een preek begon met de woorden: “Een zekere bon homme vroeg zich af of hij wel het ware geloof had...” Quidam bonus homo, zegt de Latijnse tekst. Hiermee wordt een geconsoleerde bedoeld, iemand die het kathaarse sacrament of consolamentum heeft ontvangen. Het is het begin van een vreemdsoortig verhaal, waarmee Bélibaste, zelf ook een bon homme, blijkbaar de waarheid van het kathaarse geloof wil aantonen. Voor de ogen van de twijfelende man, vertelt hij, verschijnt een engel die zegt: “Klim maar op mijn schouders, ik zal het je laten zien”. Steeds hoger voert de engel de man mee. Boven elke hemel openbaart zich een nieuwe, nog verrukkelijker hemel. Telkens weer wil de bon homme neerknielen om de plaatselijke heer te vereren, maar de engel houdt hem tegen: “Dit is je vader niet”. Tot ze uiteindelijk in de zevende hemel aanbelanden, waar de kathaar vol vreugde in aanbidding neervalt en aan de Vader vraagt of hij daar alsjeblieft mag blijven. Wat hem niet wordt toegestaan, want “hij moet naar de wereld van ellende terugkeren om voor zijn kinderen te zorgen”. Bélibaste beëindigt zijn preek met de verzekering dat “op die manier ons geloof bevestigd werd”.

[aantal woorden 2063]


De ridders van de lapis philosophorum 
De inwijdingsweg van Christian Rosencreutz

Jacob Slavenburg

Uniek in de traditie van de westerse esoterie is de alchemistische inwijdingsweg van Christian Rosencreutz. De inwijding wordt beschreven in een zeer rijke en soms vreemde beeldtaal.

In 1616 schreef Johan Valentin Andreae zijn alchemistische meesterwerk Chymische Hochzeit Christinai Rosencreutz Anno 1459. In dit boek beschrijft Andreae de inwijdingsweg van Christian Rosencreutz in zeven dagen aan de hand van alchemistische beeldtaal. Anno 2013 is het moeilijk om te begrijpen wat die beelden betekenen. In dit artikel behandel ik de zeven fasen van de alchemistische inwijdingsweg aan de hand van enkele specifieke attributen die Christian ontvangt en die kennelijk een teken zijn voor een bepaald moment van de inwijding.

Dag 1 Deus Lux Solis

Op de eerste dag krijgt Christian Rosencreutz een brief waarin hij wordt uitgenodigd voor de bruiloft van de Sponsa (bruid) en Sponsus (bruidegom) ofwel de koning en de koningin. Het zegel op de brief is de Monas Hieroglyphica van John Dee (1527-1609), een vooraanstaand alchemistisch engelse wetenschapper (zie afb.1a). Christian acht zich echter niet waardig genoeg. Maar in een droom wordt hem getoond dat hij een van de uitverkorenen is. Hij droomt namelijk dat veel mensen proberen te ontsnappen uit een donkere toren. Hij is er een van. Er wordt een touw naar beneden gegooid. Christian is een van de negen die het touw kunnen pakken. Deze negen krijgen een gouden munt met aan de ene kant een voorstelling van de opgaande zon en aan de andere kant de tekens D.L.S. er op. Dat betekent Deus Lux Solis – dat is zoiets als “God is het licht van de zon”. Het kan ook betekenen Deus Laus Semper – en dat betekent “God zij eeuwig lof”. De alchemistische weg begint dus met de aanbidding van God. Dat is het grote werk; het Ergon (zie afb. 1). Zonder God wordt het niets, zo is de boodschap.

[aantal woorden 2273]’
Op de website van de Bernard Lievegoed College for Liberal Arts vond ik deze aankondiging ‘Woensdag 8 Mei 2013, BLCLA Studium Generale Lezing Rondom Bevrijdingsdag’:
‘Denkend Hart, Twee vrouwen, twee levens. 1942 en 2013

“Het is een prachtig geschreven en gespeelde voorstelling die meer waard is dan tien bevrijdingsfestivals” Leeuwarder courant

Begin 2002 kreeg Julika Marijn de dagboeken van Etty Hillesum van haar oma met de woorden: “dit is echt iets voor je, ik weet zeker dat je ze mooi zult vinden”. Een solovoorstelling ruim een jaar later bewees dat oma gelijk had. In haar ziel geraakt door Etty’s eerlijkheid, haar zoeken, haar levenslust, liefde, poezie en wijsheid was meteen duidelijk; Julika wilde Etty spelen.

Ze besloot om naast Etty ook een vrouw anno nu in de voorstelling te brengen, juist omdat de dagboeken vandaag de dag nog zo belangrijk en inspirerend zijn. Julika volgde alle plekken van Etty Hillesum: Deventer, haar huis in Amsterdam aan het Museumplein (waar de voorstelling in 2003 première ging), Westerbork en zelfs Auschwitz.

Etty houdt een dagboek bij, Julia sms-t met de buurman. Julia is een jonge, dynamische vrouw uit Amsterdam die in aanraking komt met de dagboeken van Etty Hillesum: een levenslustige Joodse vrouw die vol wil leven ten tijde van de Tweede Wereldoorlog.

Hoewel de oorlog gruwelijker wordt slaagt Etty erin om door de verworvenheden van zelfonderzoek, vol overgave en met liefde voor de mensheid in het leven te blijven staan. Vanuit de luxe moderne samenleving, ziet Julia zich geconfronteerd met Etty’s leven in oorlogstijd. Julika begint zich door de dagboeken vragen te stellen. Een bezoek aan voormalig kamp Auschwitz, waar Etty 60 jaar geleden is omgekomen, blijkt een sleutel te zijn.

In “Denkend Hart” speelt Julika Marijn beide personages: twee vrouwen die binnen het decor van hun eigen tijd, op zoek zijn naar zichzelf. Zij worstelen op authentieke en vaak geestige wijze met hun spiritualiteit, talenten en verliefdheid. Dit leidt tot een ontroerende en humoristische solovoorstelling waarin heden en verleden op een eigenwijze manier samen komen.

Voor meer informatie over Julika Marijn en haar werk: http://www.julikamarijn.nl/theater/Imagine-Etty-Julika.pdf

Klik hier voor meer informatie over Etty Hillesum: SG Wie was Etty Hillesum
Op 9 april had ik het in ‘Kleuters’ nog over Christian Clement en waar hij bleef met zijn initiatief. En ja hoor, alsof de duvel ermee speelt (of engel is in dit verband misschien een treffender woord), sinds zaterdag 20 april heeft het een eigen pagina op Facebook. Clement strooide her en der op Facebook volgende boodschap, in het Duits ‘Neue kritische Ausgabe der Schriften Steiners (SKA)’:
‘Als Herausgeber der neuen Kritischen Ausgabe der Schriften Rudolf Steiners habe ich eine Facebook-Seite erstellt, auf der man sich auf der man sich über das Design der Ausgabe, über den Herausgeber und über künftig zu erscheinende Bände informieren kann. https://www.facebook.com/steinerkritischeausgabe.ska. Falls Sie Interesse haben, schauen Sie doch vorbei und lassen Sie uns wissen, ob Sie das Projekt mögen oder nicht.

Auch über Twitter kann man sich regelmäßig über alle mit der Edition zusammenhängenden Aktualia informieren lassen.
https://twitter.com/Chris__Clement (English)
https://twitter.com/Steiner_SKA (German)

Wir freuen uns, wenn Sie vorbeischauen...

Mit besten Grüßen,
Christian Clement, Herausgeber der Kritischen Ausgabe (SKA)’
En in het Engels, ‘New Critical Edition of Rudolf Steiners works’:
‘Dear friends, I am writing to you as the editor of a new Critical Edition of the works of Rudolf Steiner that will soon appear with the venerable publishing house Frommann-Holzboog in Stuttgart, Germany. I therefore decided to create a facebook page which informs everyone interested about the objectives, design, and subsequent installments of the edition. If you would like to take look, please visit https://www.facebook.com/steinerkritischeausgabe.ska and like it (or not).

You can also follow the Edition on Twitter:
https://twitter.com/Chris__Clement (English)
https://twitter.com/Steiner_SKA (German)

Thank you in advance for any support,
Christian Clement

http://germslav.byu.edu/directory/chrisbyu/

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)