Hier weer iets bijzonders: de resten van het bruggenhoofd van de oude spoorweg, waarvan even verderop De Hef nog staat en die wij inmiddels achter ons hebben gelaten. Ik ben er niet helemaal zeker van of dit gedeelte van de spoorwegbrug over de Maas verloren is gegaan door het bombardement op Rotterdam rond het middaguur van 14 mei 1940 en dat dit daar de laatste overblijfselen van zijn. In mijn fantasie nemen die snel deze vorm aan, maar of dat ook op de werkelijkheid gestoeld is, weet ik niet.
In het nieuwste nummer van de Weleda Berichten, nr. 219 van winter 2008-2009, schrijft Hester Anschütz over een bijzonder bedrijf. Nee, ik bedoel nu niet Weleda zelf, want dat mag best wel een bijzonder bedrijf genoemd worden. Ik heb het over ‘Soil & More’. Dat klinkt trouwens naar ‘Nature & More’. De oprichter is in ieder geval beide keren dezelfde Volkert Engelsman. Het eerstgenoemde bedrijf wordt voorgesteld als
Onder de titel ‘Compost waar je warm van wordt’ is op de website van Weleda nog meer informatie over Soil & More te vinden:
In het nieuwste nummer van de Weleda Berichten, nr. 219 van winter 2008-2009, schrijft Hester Anschütz over een bijzonder bedrijf. Nee, ik bedoel nu niet Weleda zelf, want dat mag best wel een bijzonder bedrijf genoemd worden. Ik heb het over ‘Soil & More’. Dat klinkt trouwens naar ‘Nature & More’. De oprichter is in ieder geval beide keren dezelfde Volkert Engelsman. Het eerstgenoemde bedrijf wordt voorgesteld als
‘Soil & More International, een Nederlandse onderneming die wereldwijd sinds 2007 grootschalige compostprojecten opzet. Het bedrijf werkt volgens de composteringsmethode van de biologisch-dynamische landbouwpionier Ehrenfried Pfeiffer (1899-1961). Hierbij wordt plantaardig afval omgezet in voedende humus die weer in de landbouw kan worden gebruikt.’Hester Anschütz schrijft verder:
‘Soil & More startte één van zijn eerste projecten in de Sunday River Valley, een rivierdelta in Zuid-Afrika waar het grootste deel van de citrusteelt van dit land zich bevindt. Volkert Engelsman, oprichter van dit bedrijf, vertelt: “Een derde van alle gebruikte kunstmest spoelt uit in rivieren en delta’s. Daar groeit vervolgens in toenemende mate vreemde vegetatie, die de watervoorziening en irrigatie lamlegt.” De Wereldbank laat deze vegetatie in rivieren over de hele wereld weghalen. “Wij zeiden tegen de Wereldbank: geef ons dat groenafval. Wij maken er compost van.”Uiteraard is dit ook in het belang van Weleda, want die heeft hiermee een middel om klimaatneutraal te produceren:
Hiermee wordt de uitstoot van broeikasgassen voorkomen, omdat bij compostering het plantaardig materiaal niet wordt verbrand en het ook niet op afvalhopen terechtkomt, waar rottingsprocessen methaangas opleveren.
“Methaangas geeft nog 21 keer meer klimaatverslechtering dan CO2,” zegt Engelsman. Door de compost vervolgens weer in te zetten voor de landbouw, hebben telers bovendien een alternatief voor kunstmest voorhanden waarmee ze de grond op duurzame wijze kunnen verzorgen.’
‘Door financiering van deze compostprojecten werkt Weleda aan een verlaging van de uitstoot van broeikasgassen, een betere bodemvruchtbaarheid, natuurlijke versterking van landbouwgewassen en ondersteuning van de locale economieën rond de compostprojecten.’In het artikel volgen nog interessante concrete gegevens van projecten:
‘Mexico: CO2 -vermindering van 15.000 tonWeleda Berichten wordt in een oplage van 240.000 exemplaren verspreid door heel Nederland en België. Het blad verschijnt vier keer per jaar en is gratis aan te vragen bij Weleda. Oude nummers zijn trouwens hier te downloaden.
Soil & More werkt sinds juni 2007 in Mexico, in een gebied van avocado-, appel- en perenteelt, vierhonderd kilometer ten westen van Mexico Stad. “Op vier hectare grond maken we hier jaarlijks twintigduizend kubieke meter compost uit hout, stro, koeienmest en heel veel waterhyacinten. Dat is dé plaag van Mexico,” vertelt Volkert Engelsman. De overmatige groei van waterhyacinten in de rivieren heeft één duidelijke oorzaak: kunstmest die uitspoelt van het land. “Door onze natuurlijk compost weer in de teelt in te zetten, werken we dus niet alleen aan vermindering van koolstofuitstoot, maar tegelijk ook aan het voorkomen van het probleem.”
Jaarlijks is de vermindering van de uitstoot van koolstofdioxide hier 15.000 ton. Eén gemiddeld huishouden in Nederland heeft een jaarlijks uitstoot van negen ton CO2. Het project in Mexico compenseert dus de vervuiling van circa 1.600 Nederlandse huishoudens.
Egypte vermindert 120.000 ton
Op twintig hectare Egyptische grond wordt jaarlijks 120.000 ton compost geproduceerd, binnenkort groeiend naar 150.000 ton. Goed voor een jaarlijkse vermindering van uitstoot van 120.000 ton. Een compensatie voor ruim 13.000 huishoudens in Nederland.
Soil & More heeft inmiddels ook projecten in Zuid-Afrika, India, Indonesië, Peru en China.’
Onder de titel ‘Compost waar je warm van wordt’ is op de website van Weleda nog meer informatie over Soil & More te vinden:
‘Met de composteringsmethode van Soil & More wordt de uitstoot van broeikasgassen op meerdere manieren beperkt.Maar ook in een artikel van Tseard Zoethout op de website van het Belgische ‘P+’, dat staat voor ‘People, Planet & Profit’, wordt dit bedrijf in het zonnetje gezet onder de titel ‘“Soil & More” doet met compost naam eer aan’:
– Het organische afval wordt normaal gesproken op afvalbergen gestort, waarbij door het rottingsproces het gevaarlijke broeikasgas ‘methaangas’ ontstaat. Dit gas werkt 21 maal sterker op klimaatverandering dan CO2. Door compost te maken van het organische afval draagt Soil & More niet alleen direct bij aan vermindering van de uitstoot van methaangas, maar ook aan verbetering van het afvalverwerkingsproces.
– De hoogwaardige compost wordt vervolgens ingezet als vervanger voor kunstmest. Het broeikasgas ‘lachgas’ (werkt 300 maal sterker op klimaatverandering dan CO2), dat bij productie en toepassing van kunstmest vrijkomt, wordt hiermee eveneens teruggedrongen. Maar liefst 17% van alle broeikasgassen wereldwijd wordt veroorzaakt door kunstmest! De compost van Soil & More biedt telers een alternatief voor kunstmest.
– De compost van Soil & More draagt bovendien bij aan een hoger humusgehalte van landbouwgrond, waardoor CO2 uit de atmosfeer aan de grond wordt gebonden. Dit is een derde actieve bijdrage aan de reductie van broeikasgas.’
‘De zaak op z’n kop zetten. Of, beter gezegd, weer de natuurlijke loop der dingen geven. Het “Soil & More” programma, in maart 2006 door biologisch handelshuis Eosta opgericht, doet z’n naam eer aan. Met stabiele humuscompost laat de opvolger van “Nature & More” boeren overal ter wereld de vruchten van hun arbeid plukken. Ook duurzaam financieel. “In plaats van de grond met kunstmest uit te putten, verhogen we de bodemvruchtbaarheid. En de boer ziet de waarde van z’n grond stijgen in plaats van dalen”, zo schetst Eosta directeur Volkert Engelsman de ontwikkelingen van het afgelopen jaar.Ik vond nog een bericht (waarschijnlijk een persbericht van Soil & More zelf, maar alla, waarom niet), gedateerd 13 maart, waarvan ik aanneem dat dat dit jaar is geweest (want dat staat er dan weer niet bij). Hierin staat dat Soil & More is genomineerd voor de Nederlandse Innovatie & Duurzaamheids Prijs. Deze wordt één keer in de twee jaar uitgereikt door een jury van vertegenwoordigers van acht ministeries van de Nederlandse overheid. Daar mag je dan ook wel een beetje trots op zijn.
Al geruime tijd werken biologische telers, begeleid door experts vanuit Eosta, aan verbetering van de bodemvruchtbaarheid via het gebruik van stabiele humuscompost. Deze speciale compost is begin vorige eeuw ontwikkeld door Ehrenfried Pfeiffer, naast Rudolf Steiner één van de grondleggers van de biologisch-dynamische landbouw. “Er wordt nog steeds een hoop ‘shit’ onder de naam ‘compost’ verkocht. We brengen een compost op de markt die, dankzij het gebruik van preparaten en starters, niet in zes maanden maar in zes weken stabiel en van een uitstekende kwaliteit is”, licht Engelsman toe.’
‘“Deze nominatie is een geweldige impuls in termen van motivatie”, zei Aart van den Bos, Directeur van Soil & More International. “Het bewijst dat we, na vele jaren planning en onderzoek, hier in Nederland en over de hele wereld, op het juiste spoor zitten!” Het bedrijf hergebruikt organisch afval en “phytopathogens” om een rijke humuscompost van hoge kwaliteit te produceren, die niet alleen gebruikt kan worden om dure en ecologische, problematisch minerale meststoffen te vervangen, maar ook helpt in de strijd tegen het broeikaseffect. Van den Bos: “Organisch afval wordt vaak gedumpt en begint te rotten, waardoor veel methaangas vrijkomt. We hebben een methodiek ontwikkeld waarmee we deze uitstoot vermijden. Op deze manier dragen we actief bij aan de bescherming van het klimaat! Onze methodiek is gebaseerd op tientallen jaren onderzoek verricht door de biologisch-dynamische, landbouwkundige pionier Ehrenfried Pfeiffer (1899-1961). Vervolgens hebben we ons systeem zodanig verder ontwikkeld, dat het voldoet aan de eisen, gesteld door het ‘United Nations Framework Convention on Climate Change’ (UNFCCC) aangaande CO2-reductie projecten. Bovendien is ons systeem gecertificeerd door een onafhankelijke en door de Verenigde Naties geaccrediteerde partij.”Of die prijs ook werkelijk gewonnen is, zal wel niet, want anders had dat er wel gestaan. Maar dat doet aan de waarde van deze innovatie niets af.
Lokale partners, die meedoen in het multinationale project van het bedrijf, kunnen drievoudig profiteren: door gebruik te maken van de compost voor verbetering van de bodemvruchtbaarheid, door het verkopen van de organische meststof aan andere lokale producenten (organisch of niet organisch), en door de verkoop van carbon credits gegenereerd door het composteringsproces. Het was deze toegevoegde waarde voor lokale producenten en kleine boerencoöperaties in ontwikkelingslanden, in combinatie met een innoverende oplossing voor klimaatbescherming, waardoor de jury Soil & More als een sterke kandidaat ziet voor de Nederlandse Innovatie & Duurzaamheids Prijs.’
.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten