Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

donderdag 22 april 2010

Monitor

Het wordt weer tijd voor landbouw. Met dezelfde methode als gisteren bij het onderwijsinspectierapport: berichtgeving in Trouw en NRC Handelsblad, gevolgd door ‘vaknieuws’, ook uit de biologisch-dynamische hoek. ‘Biologisch eten steeds normaler’ laat Trouw vandaag weten:

‘Mensen geven steeds meer geld uit aan biologische voeding. De bestedingen stegen vorig jaar met bijna elf procent. De Task Force Marktontwikkeling Biologische Voeding, waarin overheid, maatschappelijke organisaties en marktpartijen samenwerken, presenteerde donderdag de Bio-Monitor 2009 (pdf). Daarin staat dat de consumentenbestedingen aan biologische voedingsmiddelen in 2009 met 10,8% zijn gegroeid van € 583,4 naar € 646,6 miljoen. De totale voedingsmiddelenmarkt groeide met 1,9% naar 27,9 miljard euro. De biologische consumptie groeide dus ruim vijf keer harder dan de totale consumptie.

Van alle verkochte voeding in Nederland is inmiddels 2,3 procent biologisch. Vooral eieren, zuivel, aardappels, groente en fruit krikken het gemiddelde marktaandeel flink op met bijna dubbele percentages. Consumenten kochten hun biologische voedingswaren voornamelijk in de supermarkten, maar met 21 procent namen de bestedingen in de catering het meeste toe.

Opvallend is ook dat de hoeveelheid biologische landbouwgrond het afgelopen jaar met 2,9 procent is toegenomen. Dit gaat tegen de trend in dat de totale hoeveelheid landbouw grond in Nederland al jaren afneemt. Volgens de werkgroep is de onafgebroken groei van de afgelopen tien jaar het bewijs dat biologisch voedsel voor de consument steeds normaler wordt. De economische crisis heeft weinig invloed op de groei gehad.’

NRC Handelsblad maakt er ‘Sterke groei biologische voeding’ van:

‘Consumenten hebben in het recessiejaar 2009 ruim 10 procent meer besteed aan biologische voeding. De omzet van “biologisch” groeide het afgelopen jaar vijf keer zo hard als die van gangbare voeding en kwam uit op een totale waarde van 646,6 miljoen euro. Daarmee steeg het marktaandeel biologisch naar 2,3 procent van het totaal. Dat blijkt uit het vandaag gepubliceerde rapport Bio-Monitor 2009.’

Biologica komt vandaag met het persbericht van de TaskForce Marktontwikkeling Biologische Landbouw, ‘Bio-Monitor 2009: biologische landbouw en consumentenbestedingen blijven groeien’. Daarin worden de cijfers nog meer uitgespit, maar dat maakt de zaak niet veel inzichtelijker dan in het hiervoor al vermelde. Dus, met uw welnemen, sla ik dat maar over. Om eerst nog even te buurten bij Distrifood. Pascal Kuipers schreef daar gistermiddag al over Bio-omzet groeit ondanks recessie’:

‘Ondanks de recessie groeide de omzet van biologische voeding vorig jaar met 10,8 procent tot 646,6 miljoen euro. De omzet van biologische producten in de supermarkt groeide met 11,5 procent. Dat blijkt uit de Biomonitor 2009, die De Taskforce Marktontwikkeling Biologische Landbouw vandaag in Abcoude presenteerde. Gecorrigeerd voor de 53e week van 2009, is de omzetgroei van biologische voeding nog altijd zo’n negen procent. Een beduidend sterkere groei dan de totale voedingsmarkt die in omzet met 1,9 procent toenam.

Prijsacties

Ondanks de indrukwekkende groeipercentages had biologische voeding in 2009 een aandeel van 2,3 procent in de totale markt. In 2008 was dat 2,1 procent. In alle versgroepen was er groei, met uitzondering van agf [aardappelen, groente en fruit, MG] waar de omzet daalde door prijsacties van supermarkten (waardoor ook de omzet van gangbare agf daalde) en problemen in de productie van biologische aardappelen.

Ondergemiddeld

De omzet van biologische voeding in supermarkten steeg met 11,5 procent tot 286 miljoen euro. Supermarkten blijven daarmee het belangrijkste afzetkanaal van biologisch met een aandeel van 44,2 procent in 2009 (in 2008 bedroeg het aandeel 44 procent). De bio-omzet van speciaalzaken groeide met 8,1 procent ondergemiddeld en dus daalde het marktaandeel in 2009 tot 39,2 procent (was 40,2 procent in 2008).

Cateraars en webwinkels

Grote winnaar zijn de contractcateraars die in 2009 21,6 procent meer biologische producten verkochten. Hierdoor breidden zij hun marktaandeel binnen biologisch uit van 7,9 procent in 2008 tot 8,7 procent in 2009. In geld is dat overigens een bescheiden 56,1 miljoen euro. De “overige kanalen” zoals boerderijwinkels, webwinkels en abonnementen groeiden nagenoeg gemiddeld (met 10,5 procent) en handhaafden hun marktaandeel van 7,9 procent. Opvallend is wel de biologische webwinkels, waar de omzet met 20 procent toenam.’

Dat is dus een prachtig resultaat. Je kunt beter biologisch dan gangbaar boeren, ook in economische zin, dat is de boodschap die hieruit spreekt. En hoe zit het nu met de biologisch-dynamische hoek? Begin deze week meldde de Demeter-website, onder de titel ‘Demeter-helden bij de Open dagen’:

‘Dit jaar zijn op 12 en 13 juni de deuren van veel biologische boeren geopend. En natuurlijk doen daarbij ook dit jaar weer veel Demeter-bedrijven mee. In 2010 zijn vijf Demeter-helden gekozen. Boeren die uitblinken in vakmanschap en de manier waarop ze hun ideaal vormgeven.

Gerjo Koskamp van Ruimzicht kreeg al de Ekoland Innovatieprijs voor de vernieuwende manier waarop hij alles op het bedrijf met elkaar in harmonie weet te brengen. Piet van IJzendoorn van De Zonnehoeve kreeg vorig jaar diezelfde prijs. Joris Kollewijn en Jan Schrijver van De Lepelaar in Noord-Holland en Isabel Duinisveld van De Eemstuin in Groningen.

Binnenkort komt hier meer informatie over deze bijzondere bedrijven en de activiteiten tijdens de Open dagen.’

Over Gerjo Koskamp en de Ekoland Innovatieprijs berichtte ik op 15 maart in ‘Aansluiting’ en over de ‘Demeter-helden’ van vorig jaar op 30 mei 2009. Joris Kollewijn en Jan Schrijver van De Lepelaar kwamen op 3 juni 2009 in ‘Boer Joris’ aan bod. Dus dat gaat goed. en wat ik hier zkeer ook moet vermelden, is dat sinds begin deze week op de website van de Antroposofische Vereniging eindelijk ook het aprilnummer van Motief uitgebreid staat vermeld, als inhoudsopgave (het gaat om nummer 139). Die spreekt voor zichzelf:

‘Kansen en bedreigingen voor bd-landbouw
In 1926 kreeg de bd-landbouw voor het eerst voet aan de grond in nederland. Hoe staat het nu met de sector? Wat is er veranderd? En hoe verhouden biologisch en biologisch-dynamisch zich tot elkaar?

Groene Groenteboeren
Volkert Engelsman en Koos Bakker hebben één ding gemeen: ze hebben een ideaal vorm gegeven in een bedrijf. Engelsman is oprichter, directeur en grootaandeelhouder van Eosta, Europees marktleider voor im- en export van (bd)fruit, Bakker is de man achter de groentetassen van Odin.

Zeven kernwoorden van Demeter
De Stichting Demeter controleert en certificeert biologisch-dynamische boeren en verwerkers. Rienk ter Braake zet uiteen hoe het zit met de principes die ten grondslag liggen aan de certificering.

Nieuws
De rijksoverheid stelt dat in 2010 in haar bedrijfsrestaurants minimaal 40 procent aan biologische producten moet worden gebruikt. In Zvolen in Slowakije worden verwoede pogingen gedaan een vrije kleuterklas te starten. Bericht over de wandelconferentie in IJsland. En weer allerlei interessante exposities.

Licht en Hoop
De Heliand, een Christusgedicht van zesduizend versregels, speelde in de kerstening een rol als eerste evangelie in de volkstaal, het Oudsaksisch. Karen Cuperus kwam op het spoor van de Heliand.

Christus op de koude steen
“Christus op de koude steen” is een beeldhouwwerk. In 1994 werd Eva Mees er voor het eerst mee geconfronteerd. Ze verdiepte zich in de betekenis van het beeld, maar ook in de betekenis van het lijden en schreef er een boek over.

Vaste Rubrieken
Van de redactie
Motief van Simanto Dragtsma
In herinnering: Erwin van Asbeck
Verwondering: Lijnen
Ledeninformatie’

Dat Volkert Engelsman en Koos Bakker hier ook al verschillende keren aan bod zijn gekomen, hoef ik de trouwe lezer van deze weblog niet te vertellen. Maar het moet gezegd: dit is een mooi themanummer van Motief over biologisch-dynamische landbouw geworden. Waarbij ook een intrigerend spanningsveld zichtbaar wordt in de idealen versus de praktijk, in het kritische interview met Jos Pelgröm (het eerste artikel) en met Koos Bakker. De laatste krijgt de vraag voorgelegd ‘Is er een risico dat biologische producten in de toekomst bd-producten van de markt zullen verdrijven?’ Hij antwoordt hierop:

‘Jazeker. Ten eerste doordat er achter de schermen in de handel steeds meer machtsconcentratie ontstaat van enkele bedrijven die domineren en die kunnen bepalen wat er bijvoorbeeld qua assortiment wel en niet wordt ingekocht en tegen welke prijs dit wordt verkocht. Ik ken bd-producenten, ook in Duitsland, die daar veel problemen door ondervinden. Hetzelfde is al enige tijd gaande in de Nederlandse natuurvoedingswinkel. De groothandel krijgt daar steeds meer invloed.’

Er volgt nog meer. Maar dit lijkt mij wel al meteen een duidelijke signalering. Als dat maar goed gaat...

woensdag 21 april 2010

Rapport

Trouw meldt vandaag in ‘145.000 kinderen krijgen slecht onderwijs’:

‘Nog steeds krijgen 145.000 leerlingen in Nederland onderwijs van onvoldoende kwaliteit omdat zij op een zwakke of zeer zwakke school zitten. Dat aantal, dat neerkomt op 7 procent van het totaal, is wel gedaald ten opzichte van een jaar eerder. Dat meldt de Onderwijsinspectie in haar jaarverslag, dat woensdagochtend wordt gepubliceerd.’

Ook de Volkskrant doet, bij monde van hun verslaggevers Bart Dirks en Ianthe Sahadat, een duit in het zakje met “Zwak onderwijs” voor 145.000 leerlingen’:

‘Ruim de helft van de leraren is niet in staat om lessen af te stemmen op verschillende typen leerlingen; 20 procent heeft moeite de lesstof duidelijk uit te leggen. Dat blijkt uit het woensdag verschenen jaarverslag van de Inspectie van het Onderwijs.’

Volg je nu deze link naar de website van de Inspectie, vind je daar onderaan ‘Onderwijsverslag 2008/2009 PDF-bestand, 6MB’. Dan krijg je een 301 pagina’s tellend dik rapport voor je neus. Wat ons hier het meest interesseert, is natuurlijk hoe de vrijescholen het er vanaf brengen. En ja, daar wordt inderdaad ook aandacht aan besteed. We hoeven maar naar bladzijde 36 te gaan om daar die tegen te komen, onder het kopje ‘Didactisch concept. Veranderingen bereikt’:

‘De meeste scholen met een specifiek didactisch concept leveren voldoende kwaliteit (figuur 2.1f). Het percentage zwakke en zeer zwakke scholen is relatief groot bij de vrijescholen, maar ze verbeterden zich sterk ten opzichte van het schooljaar 2006/2007, toen 60 procent zwak of zeer zwak was (Inspectie van het Onderwijs, 2008d). De Vereniging voor vrijescholen riep een taskforce in het leven om, zoveel mogelijk binnen het eigen concept, de kwaliteit te verbeteren (Inspectie van het Onderwijs, 2007a; Steenbergen, 2009; Marreveld, 2009). Ook jenaplan- en montessorischolen zijn minder vaak zwak of zeer zwak dan twee jaar geleden (percentages voldoende waren destijds 78,5 respectievelijk 84,7). De arrangementen van de montessorischolen wijken niet meer af van het landelijk beeld. Daltonscholen wijken nog altijd iets af van het landelijk beeld.’

Figuur 2.1f geeft vervolgens de percentages ‘Toezichtarrangementen naar didactisch concept op 1 januari 2010 (in percentages, n=7.324)’. Dat gebeurt in de volgorde ‘Basis, Zwak, Zeer zwak’ en bij ‘Vrije school’ is dat respectievelijk 84,5%, 12,7% en 2,8%. Dit roept natuurlijk weer de vraag op, dit rapport gaat immers over 2008 en 2009, hoe de stand op dit moment is. Daarvoor moeten we naar een andere pagina op de website van de inspectie gaan. Het wordt ons op de homepage makkelijk gemaakt, want daar staat dit:

Overzicht zeer zwakke scholen
Welke scholen zijn als zeer zwak beoordeeld? Bekijk het overzicht per 1 april 2010. Lees meer

Daar lezen we:

‘Overzicht zeer zwakke scholen per 1 april 2010
2 april 2010
Dit overzicht is een dynamische lijst van zeer zwakke scholen voor basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs, expertisecentra en voortgezet onderwijs.
Het betreft de scholen, afdelingen van scholen of onderwijskundige eenheden die vanaf 1 januari 2003 door de inspectie als zeer zwak zijn beoordeeld. Deze lijst geeft de stand van zaken weer per 1 april 2010. De lijst wordt elke maand geactualiseerd en op internet geplaatst.’

De eerste lijst is het ‘Overzicht zeer zwakke basisscholen’. En wie vinden we daar als vijfde genoemd? Ja hoor,

‘Stichting Geert Groote School. Basisschool Geert Groote 2, Amsterdam. 20070906, 20091008.’

De laatste twee getallen staan voor de ‘Datum vaststelling rapport’, dat wil dus zeggen 6 september 2007 en 8 oktober 2008. Voordat ik nu doorklik naar het meest recente rapport werp ik eerst een blik op de website van de Geert Groote. Of nee, nog beter, eerst wat hier op deze weblog het laatste over deze school is gemeld. Dat was op 10 november 2009 in ‘Miscalleneous’:

‘Dan de veelgeplaagde Geert Groote School II te Amsterdam. Ik had het daar op 28 oktober in Opschorting” en op 29 oktober in Verbeteraanpak” over.’

Ik bezocht de website die novemberdag ook al:

‘Op 5 november stond hier een nieuw bericht op, “Brief aan Het Parool”:

“Het bestuur van onze school heeft een brief aan de redactie van Het Parool als reactie op een artikel in deze krant over onze school. Klik hier om deze brief te lezen.”’

Na het citeren van deze brief concludeerde ik:

‘Het belangrijkste nieuws hiervan is, denk ik, deze uitspraak over de uitvoering van het verbeterplan: “De uitkomst zal zijn dat de Geert Groote School II aan het eind van dit schooljaar geen zeer zwakke school meer is.”’

Interessant is ook nog wat ik te melden had op 14 september 2009 in ‘Schoolleider’. Ook toen onderzocht ik de website en vond om te beginnen een vacature voor een ‘Schoolleider voor de Geert Groote School 2’. Daarin stond onder andere:

‘De Geert Groote School heeft twee scholen in Amsterdam; een op het Hygieaplein in Amsterdam Zuid (GGS1) en een op de Fred. Roeskestraat in Amsterdam Zuideramstel (GGS2). De organisatie van de school is het laatste jaar nogal in beweging geweest, maar met het aantreden van een nieuw bestuur is de rust weergekeerd.

In onderzoek is nadere samenwerking met andere vrijescholen in de regio.

De organisatiestructuur van de Geert Groote School zal met ingang van het nieuwe seizoen herzien zijn. De schoolleiders van beide scholen vormen samen met de zakelijk/facilitair manager het managementteam van de Geert Groote School. De Geert Groote School wordt bestuurd door een betrokken bestuur.

Voor de school op Fred.Roeskestraat zijn wij voor het nieuwe schooljaar op zoek naar een schoolleider die in staat is om de komende jaren het pedagogisch beleid en het personeelsbeleid en de kwaliteitszorg vorm te geven en te borgen.

De school Fred. Roeskestraat is ruim twee jaar geleden door de inspectie voor het onderwijs aangemerkt als zeer zwakke school. Onder begeleiding van de Dienst Maatschappelijke Ondersteuning (DMO) van de gemeente Amsterdam is een verbetertraject gestart. Ook wordt daarbij gebruik gemaakt van de kennis zoals aanwezig bij de Task Force van de Vereniging Vrije Scholen. In september/oktober 2009 wordt dit traject afgesloten met een onderzoek kwaliteitsverbetering.’

Maar dat was niet alles wat ik vond:

‘Kijk ik nu verder onder “locaties” in het linkermenu, dan kan ik ook kiezen voor “GGS2” en kom ik op een vrolijke welkomstpagina. Juf Margriet Stuijt geeft tekst en uitleg wat er in de verschillende klassen na de zomer weer begonnen is. En plaatst er vooral heel mooie foto’s bij; maar dat is geen wonder, want in een vorig leven was zij een goede en bekende fotografe. (De uitdrukking “vorig leven” hier slaat natuurlijk niet op reïncarnatie, maar is gewoon spraakgebruik; hopelijk begrijpt u dat wel.)

Ik zwenk echter naar rechts, waar “nieuwsbrieven” worden getoond. Ik klik de bovenste aan: “No. 04, week 37 2009”. Dat is de “Weekbrief Geert Groote School 2” van woensdag 9 september 2009, die meteen begint met een “Bericht van de schoolleiding”:

“Beste ouders,

Zoals u in het vorige weekbericht van het bestuur heeft vernomen, ben ik vanaf 1 september verantwoordelijk schoolleider van de GGS2. (...) Met plezier ga ik op de ‘Roeske’ aan het werk. Mijn hoop en verwachting is om met elkaar een stevige impuls te geven aan het vrijeschoolonderwijs, met bewustzijn voor de maatschappelijke verantwoordelijkheden.

Bart Hurkxkens”’

Zo was de stand toen. En hoe is die nu, wat leert ons de website? Onderaan het menu vinden we weer het item ‘vacatures’:

‘Op onze school bestaat op dit moment de volgende vacature: Schoolleider voor de Geert Groote School 2 (per augustus 2010)

Daarin staat onder meer dit:

‘Voor de school op Fred.Roeskestraat zijn wij voor het nieuwe schooljaar augustus 2010 op zoek naar
een schoolleider m/v
die in staat is om de komende jaren het pedagogisch beleid en het personeelsbeleid en de kwaliteitszorg vorm te geven en te borgen.

De school Fred. Roeskestraat is ruim twee jaar geleden een verbetertraject gestart. Inmiddels worden de resultaten van dat traject zichtbaar. De verwachting is dat de school na het inspectiebezoek in juni niet meer zal worden aangemerkt als zeer zwakke school.

De school wordt nu geleid door een zeer ervaren interim manager. Gezien de vorderingen die nu worden gemaakt, is het nu tijd voor een schoolleider die zich voor meerdere jaren aan de school verbindt.’

En op de eigen pagina van de Geert Groote School 2 staat rechts onder ‘Nieuwsbrieven’ als bovenste ‘No. 31, week 15 2010’ van 14 april. We vallen met onze neus in de boter, want daarin is een ‘Bericht van de schoolleiding’ opgenomen:

‘Beste ouders,
In deze periode voor de meivakantie wordt de blik weer op het volgende schooljaar gericht. Leerkrachten dienen hun wensen in, de bezetting van de klassen wordt doorgenomen, de (vele) aanmeldingen voor de kleuterklas worden gescreend, de laatste schoolrijpheidsonderzoeken voor de 1e klas worden gepland.

Het verbetertraject is ingezet met de ambitie een grondige verbetering van het lesprogramma tot stand te brengen. Dat heeft consequenties voor de inhoud van de lessen, voor de didactiek, voor de opbrengsten en voor het concrete handelen in de klas. Op de kleuterafdeling is een nieuwe wijze van omgang met de oudste kleuters ontwikkeld, het scheppen van een leeromgeving die recht doet aan de ontwikkelingsfase waarin deze kleuter zich bevindt. In de 1e klas is met grote inzet veel onderzoek gedaan en geëxperimenteerd met het leren lezen, schrijven en rekenen. Bij zowel kleuters als bij de 1e klas is inmiddels duidelijk geworden, dat de omvang van de lestijd te beperkt is om alle gestelde doelen te bereiken. In de kleuterafdeling is hiervoor reeds een concreet voorstel ontwikkeld, dat op de ouderavond van 15 april aan de betreffende ouders gepresenteerd zal worden. Ook in de 1e klas wordt momenteel gewerkt aan een voorstel, dat voor meer ademruimte bij de leerlingen kan zorgen. En ook dit kan als consequentie hebben een uitbreiding van de lestijd. De betreffende ouders zullen hier spoedig over geïnformeerd worden.

Tenslotte: inmiddels is een verslag van het voortgangsgesprek met de onderwijsinspectie door de school ontvangen. Dit is aan de medezeggenschapsraad overhandigd. De belangrijkste conclusie uit het verslag:

“Ook de inspectie is van mening dat de school haar prestatieafspraken grotendeels is nagekomen. In het voortgangsverslag is hoofdzakelijk een procesbeschrijving gegeven. De documenten die de inspectie vervolgens ontving en in het voortgangsgesprek zelf kwamen ook producten op tafel. De school heeft hard gewerkt om haar leerstofaanbod, het didactisch handelen en de zorg te verbeteren. Bovendien is de school haar afspraak nagekomen om in alle klassen de CITO toetsen af te nemen en daarmee zijn de leerresultaten vanaf de kleutergroepen voldoende transparant. Ook de kwaliteitszorg krijgt gestalte waardoor de borging van alle verbeteractiviteiten kan worden gerealiseerd. Het is een cruciaal onderdeel binnen de kwaliteitszorg. Een belangrijke vraag bij het Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering in juni 2010 zal zijn in hoeverre er voldoende garanties zijn ingebouwd zodat de school haar kwaliteit na deze intensieve trajecten kan behouden.”

Het afrondend onderzoek van de onderwijsinspectie zal plaatsvinden op dinsdag 22 juni a.s.
Bart Hurkxkens’

Okee, nu zijn we voorbereid genoeg om te lezen wat de inspectie zelf op haar eigen website schrijft. Dus weer terug naar ‘Stichting Geert Groote School. Basisschool Geert Groote 2, Amsterdam. 20070906, 20091008’:

‘Basisschool Geert Groote 2
Algemene gegevens
Basisschool Geert Groote 2
Fred. Roeskestraat 82
1076 ED Amsterdam
www.geertgrooteschool.nl
Antroposofisch,
Vrije school

Aangepast toezicht zeer zwakke kwaliteit 02-12-2009
De kwaliteit van het onderwijs op Basisschool Geert Groote 2 is beneden aanvaardbaar niveau. De inspectie heeft het toezicht sterk geïntensiveerd.
Voorlopig wordt over naleving gerapporteerd in de kwaliteitsrapporten en niet in aparte rapporten.

Toezichtbevindingen:
Toezichtrapport 02-12-2009
Aangepast toezicht zeer zwak toegekend op 22-05-2007
PKO rapport van 22-05-2007
JO rapport van 02-11-2006
JO rapport van 25-01-2005
PKO rapport van 26-01-2004
RST rapport van 26-04-2001

We nemen er het meest recente ‘Toezichtrapport 02-12-2009’ bij. Dat telt maar dertien bladzijden en dat is dus te doen. Op de bladzijden 3 en 4 lezen we onder ‘Inleiding’:

‘De Inspectie van het Onderwijs heeft op 8 oktober 2009 een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd op de Vrijeschool Geert Groote 2 (GGS 2) om na te gaan of er na een periode van geïntensiveerd toezicht nog sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving.

Aanleiding en toezichttraject

De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende.

Tijdens het periodiek kwaliteitsonderzoek dat op de Geert Groote 2 (hierna ook aan te duiden als GGS 2) is uitgevoerd op 22 en 29 mei 2007 zijn ernstige tekortkomingen vastgesteld op bijna alle aspecten van het toezichtkader van de inspectie. De opbrengsten waren niet te beoordelen. De tekortkomingen zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 6 september 2007. De kwaliteit van het onderwijs is toen als zeer zwak beoordeeld en de inspectie heeft haar toezicht geïntensiveerd. In het kader hiervan voert de inspectie nu een onderzoek uit om na te gaan in hoeverre de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven.

In dit onderzoek wordt tevens nagegaan of de school aan enkele wettelijke voorschriften voldoet.

Na de vaststelling van het definitieve rapport op 6 september 2007 volgde een bestuurlijke reactie in de vorm van een verbeterplan. De inspectie heeft dit plan getoetst aan de daarvoor geldende criteria en kwam in eerste instantie tot de conclusie dat de specifieke punten waaraan de school ging werken in onvoldoende mate aansloten bij de door de inspectie geconstateerde tekortkomingen. In december 2007 voldeed het verbeterplan wel aan de criteria van de inspectie.

Tijdens de voortgangsgesprekken “Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering” (OKV) tussen de inspectie, het bevoegd gezag en de directie van de GGS-2 bleek dat de afspraken vanuit het plan onvoldoende zijn nagekomen. De inspectie gaf aan dat er in het gehele traject grote zorgen bestonden over de stagnaties in het verbetertraject. De voortgang van het verbeteringstraject ondervond veel hinder door een aanvankelijk starre houding van het toenmalige team, een verstoorde relatie tussen de directeur en de bovenschools directeur, verzet van een kleine groep verontruste ouders, vertrek van leerlingen, een fors ziekteverzuim onder de leraren en een tweetal bestuurscrises. De huidige interim-directeur is de vijfde interim op rij tijdens het traject van het geïntensiveerd toezicht. In het afgelopen jaar wijzigt de teamsamenstelling en recent vindt de integratie plaats van een grote groep leerlingen van de dislocatie Zuidelijke Wandelweg.

In maart 2009 treedt een nieuwe interim-directeur aan, in juni 2009 alweer opgevolgd door de huidige interim-directeur.

Tijdens het afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering zijn er naar het oordeel van de inspectie vanaf maart/april 2009 binnen de context van de school factoren aan te duiden die de kwaliteit van het onderwijs een positieve wending kunnen geven. Zoals hiervoor aangegeven is er in de afgelopen periode sprake geweest van een groot aantal negatieve ontwikkelingen. Vanaf het aantreden van een nieuw bestuur in april 2009 en de komst van een nieuwe directeur in juni 2009 is er echter sprake van een nieuw elan bij de leraren en de ouders. Ook de leerlingen maken melding van positieve veranderingen. De leraren spreken uit een punt te willen zetten achter het verleden door eendrachtig te werken aan verbetering van het onderwijs en het voltooien van de implementatie van de geplande verbeteracties. Bestuur, interim-directeur en intern begeleider hebben de inspectie aangeven hierbij uitdrukkelijk een stimulerende en sturende rol te willen vervullen. Het APS-plan “Mathetiek” kan hierbij een ondersteunende rol vervullen vanaf september 2009. De inspectie heeft echter onvoldoende zicht gekregen op de uitvoering van dat plan.’

Begrijpt u nu waarom ik zo blij ben met al die officiële, door de overheid opgedrongen jaarverslagen en rapporten? Zo kom je tenminste nog eens een keer op een overzichtelijke wijze wat te weten. Want gewoonlijk dringt hiervan weinig tot niets door tot de wereld waarin ik leef, terwijl ik toch niet kan zeggen dat ik er niet voor open sta. Aan de andere kant, ik heb het al vaker genoemd, is het geen wonder dat men hier niet mee te koop loopt, want echte reclame is het nog niet. Dat blijkt helemaal op de bladzijden 10, 11 en 12, die een ‘Beschouwing’ bieden, met daarin eerst een ‘Algemeen beeld’, daarna gevolgd door een ‘Toelichting’. Ik laat hier alleen dat algemene beeld volgen, dat laat zien dat het voorlopig nog niet klaar is:

‘De inspectie komt tot de conclusie dat Vrijeschool Geert Groote 2 de kwaliteit van haar onderwijs onvoldoende heeft verbeterd. De kwaliteit van het onderwijs is nog steeds zeer zwak. Met name ontbeert het verbeterproces van de afgelopen twee jaar een gerichte afronding en implementatie van de gewenste schoolontwikkeling in de praktijk van alle dag. Wel zijn er vele ontwikkelingen in gang gezet conform het verbeterplan, maar die zijn ontoereikend om de lespraktijk en de leerresultaten te verbeteren.

De contextsituatie, zoals hiervoor aangegeven, toont aan dat – achteraf bezien – de randvoorwaarden voor kwaliteitsverbetering zo slecht waren dat in redelijkheid geen grote veranderingen plaats konden vinden. De kleine verbeteringen die wel zijn gerealiseerd, beperken zich tot enkele indicatoren van de onderwijstijd en de leerlingenzorg. De leerresultaten waren in 2007 niet te beoordelen. In dit onderzoek zijn ze op basis van de beschikbare normen wel beoordeeld.

De inspectie stelt vast dat de De Geert Groote 2 nog steeds een zeer zwakke school is. Hoewel de eindopbrengsten voldoende zijn, constateert de inspectie opnieuw dat de verbeterpunten betrekking hebben op alle aspecten van het toezichtkader. Zij wijkt daarom beredeneerd af van de beslisregel van de inspectie die geldt voor voldoende eindopbrengsten. Vooral omdat de resultaten aan het eind van de schoolperiode in schril contrast staan met de resultaten op tussenmomenten. Bovendien waren er veel strubbelingen in de organisatie, die tot voor kort een belemmering vormden voor de kwaliteitsverbetering. Meer in het bijzonder betekent dat met name de implementatie van taal/lezen in de school nog steeds heel veel hiaten laat zien, zowel in het leerstofaanbod als de leerresultaten. Het behoeft geen nader betoog dat er een relatie tussen deze domeinen bestaat.

De positief beoordeelde onderdelen liggen vooral op de terreinen pedagogisch handelen en schoolklimaat.’

Ondanks al deze kritiekpunten op deze ene Amsterdamse basisschool blijft overeind dat de vrijeschoolbeweging als geheel een grote stap vooruit heeft gezet doordat er geen andere vrijescholen meer tot de zeer zwakke behoren. Zwakke zijn er dus nog wel (12,7%, ik weet niet hoeveel dat er in absolute aantallen zijn), maar daar is geen aparte lijst van; die heb ik in ieder geval niet kunnen vinden.

dinsdag 20 april 2010

Dank

Op 12 april berichtte ik in ‘Kwartaal’ dat de eerste jaarverslagen in de zorg sinds 23 maart geplaatst zijn op de speciale website van het ministerie van VWS. Deze publicaties bieden de mogelijkheid om inzicht te krijgen in hoe het met alle zorginstellingen in Nederland gesteld is. Ik maakte ook melding van een bijzonder geval:

‘Maar eind maart had de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Artsen (NVAA) de primeur en kwam ermee voor de dag vóór alle andere organisaties, in ieder geval de antroposofische. Zie haar eigen website, want daar staat onder “actueel” vermeld “Jaarverslag 2009”’.

Eigenlijk is deze hors concours, buiten de orde, want het betreft een beroepsvereniging, en die hoort niet thuis op de genoemde lijst van Volksgezondheid (en staat daar dus ook niet). Vandaag is echter wel een echte antroposofische zorginstelling op de proppen gekomen met haar jaarverslag: De Vijfsprong in Vorden. Die heeft dus de echte primeur en is daarmee alle grote antroposofische instellingen vóór.

De Vijfsprong is hier zo’n beetje vaste gast, met haar heldere berichtgeving. Zoals op 13 maart in ‘Insigne’. Elke maand wordt het laatste nieuws keurig op de website gezet. Kom daar maar eens om! Dat vind je lang niet overal zo goed verzorgd. Eind maart waren dit de ‘Actuele ontwikkelingen’:

‘Onderzoeksubsidie

Wij hadden een aanvraag om een subsidie ingediend voor onderzoek. Dat onderzoek richt zich op het effect van het werken in onze agrarische werkgebieden op de behandeling (GGZ). Wij kregen een positief besluit op onze aanvraag van Senter Novem. Wij krijgen een bedrag van € 7.500 euro om voor onderzoek in te zetten onder de voorwaarde, dat wij ook zelf budget ter beschikking stellen. Dat onderzoek doen wij in samenwerking met de Lievegoedzorggroep. Omdat ook de Hoge Born (Wageningen) subsidie heeft gekregen, hebben wij op 1 april een gezamenlijke bijeenkomst om te bekijken op welke wijze wij een passend vervolg aan het onderzoek kunnen geven.

Antroposofische therapieën

Van al onze woonlocaties hebben enkele medewerkers de cursus voor het toepassen van uitwendige therapieën gevolgd. Deze werd gegeven door een antroposofisch verpleegkundige van Sensire en eerder door Plegan. Er kunnen nu uitwendige therapieën worden toegepast bij inslaap- en doorslaapproblemen, bij shock verschijnselen, bij holte-ontstekingen, bij koorts etc. De medewerkers kunnen voetinwrijvingen en wikkels toepassen, waarbij verschillende geschikte zalven/oliën/kruiden gebruikt kunnen worden.

Medewerkerstevredenheidsonderzoek

In december heeft de Ondernemingsraad een medewerkerstevredenheidsonderzoek gehouden waarop ruim 60% van de medewerkers heeft gereageerd. De resultaten kunnen als volgt worden samengevat:

– 83% van de respondenten is tevreden tot zeer tevreden met het werk op Urtica.
– 80% meent voldoende tot goed deskundig begeleid te worden op het werk.
– Ongeveer een kwart van de medewerkers vindt de werkdruk (te) hoog, terwijl een derde deel van de medewerkers meent te weinig tijd te hebben om het werk naar behoren te kunnen uitvoeren en te weinig tijd te hebben om met elkaar te overleggen.
– Wel is 86% tevreden tot zeer tevreden over de samenwerking met de andere collega’s
– Bovendien is tweederde deel van de medewerkers te spreken over groei- en ontwikkelingsmogelijkheden.
– De veranderingen van het afgelopen jaar worden door 17% van de medewerkers niet als positief beleefd: het merendeel had er geen mening over.
– De informatievoorziening werd over het algemeen als goed beleefd.

Ter vergelijking: ook in het medewerkerstevredenheidsonderzoek van 2007 werd de werkdruk door een aantal respondenten als te hoog ervaren. Kennelijk hebben de getroffen maatregelen nog niet voldoende uitwerking gehad. Maar de andere twee minpunten uit die enquête van 2007 zijn wel verdwenen: de deskundige ondersteuning is nu aanwezig en wordt ook zo ervaren en over de overdracht en info over de cliënten zijn nu geen vragen meer. Een samenvatting van het onderzoek alsmede de door de ondernemingsraad gegeven adviezen zal binnenkort geplaatst op deze website.’

Kijk, zo zijn de ontwikkelingen goed te volgen. Deed iedereen het maar zo! Ook dit stond er (en staat er nu nog, want nieuwer nieuws zal ongetwijfeld eind deze of begin volgende maand nog volgen):

‘Landbouwcursus

Op 26 april, 20 en 27 mei, 3, 10, 14, 21 en 28 juni is er de mogelijkheid om mee te doen met de landbouwcursus, die Michiel Rietveld zal gaan verzorgen. Voor de een is het een eerste kennismaking met de uitgangspunten van de biologisch-dynamische landbouw, voor anderen betekent het een verdiepingsmogelijkheid. Buitenstaanders kunnen meedoen (graag zelfs). De cursuskosten bedragen € 120. Info bij het secretariaat (0575-55.34.59).

Hoe staat het met de AWBZ?

Uiterlijk 1 april 2010 zou een besluit worden genomen over de uitvoering van de AWBZ. Volgens minister Klink zal dit huidige kabinet vanwege de demissionaire status hierover geen besluiten meer nemen. Deze beslissing wordt dus overgelaten aan het komende kabinet. Wel is duidelijk dat de bezuinigingen die er aan staan te komen, ook de AWBZ zullen raken. Om die reden zijn er al voorstellen gelanceerd om de zorginstellingen “stresstesten” te laten doen: de harde bezuinigingen zullen een financiële klap veroorzaken. Om te voorkomen dat instellingen hierdoor worden verrast en zelfs failliet gaan, moeten zij de gevolgen grondig doorrekenen aan de hand van meerjarenscenario’s. Dat lijkt ons een belangrijk advies en zodra zo’n stresstest er is, zullen wij zeker ernaar kijken. Maar belangrijk bij dit alles blijft wel, dat het niet alleen om de financiën zal gaan, maar ook om de kwaliteit van de zorg en de belangen van de zorg- en hulpvragers & de medewerkers.’

Het jaarverslag over 2009 is van dezelfde helderheid. Het staat in vier delen op internet:

‘Stichting Urtica VORDEN, website:www.urticadevijfsprong.nl
jaardocument 2009 (1) Maatschappelijk verslag, Jaarrekening en accountantsverklaring
jaardocument 2009 (2) Maatschappelijk verslag
jaardocument 2009 (3) Maatschappelijk verslag
Urtica jaarrekening 2009 Jaarrekening en accountantsverklaring
gepubliceerd op dinsdag 20 april 2010’

Ed Taylor, directeur bestuurder stichting Urtica, schrijft inleidend:

‘In 1984 startte De Vijfsprong met zijn activiteiten als leef- , woon- en werkgemeenschap. Er waren enkele bewoners, een paar koeien, er waren initiatiefnemers en vrijwilligers en er was vooral veel enthousiasme, wilskracht, doorzettingsvermogen. Dat alles werd gedragen door een maatschappelijk en spiritueel ideaal.

Nu. vijfentwintig jaar later, staan de idealen nog altijd fier overeind. De instelling én het agrarisch bedrijf zijn gegroeid, er is een volwassen, zelfstandige opererende winkel bijgekomen en het vastgoed wordt beheerd door een Beheerstichting.

Uitgegroeid zijn wij nog niet. We denken dat er nog veel ontwikkelingen zullen volgen. Dit jaardocument geeft in die zin slechts een uitsnede: de blik wordt gericht op één jaar. Het is een kunst om door die uitsnede heen te kunnen beleven, welke kant het op kan gaan. Niet alleen met ons, maar ook met de zorg en de hulp aan mensen, die van die zorg en hulp afhankelijk zijn. Hoe krachtig kunnen idealen blijven? Wat kunnen we maatschappelijk en financieel daartoe bijdragen?

Ook dit jaar stelt onze stichting een Maatschappelijk Jaardocument – conform de vaste vormgeving van de overheid – op. We willen immers graag verantwoording afleggen over de inzet van middelen, die wij in 2009 vanuit de AWBZ in dank hebben ontvangen. Want dank past ons: alle mensen in Nederland stellen ons immers via de AWBZ in staat datgene te doen, wat wij vanuit onze idealen willen doen. En wat de zorgvragers en hulpvragers ons vragen te doen!

Ons verantwoorden doen wij mede in de hoop, dat bij de komende bezuinigingen wordt gezien, dat de financiën voor de zorg en hulp aan mensen bitter noodzakelijk zijn en goed besteed worden.

In dit verslag krijgt u ook beeld van onze cultuur, onze dienstverlening en onze toekomstplannen. Dat beeld wordt gecompleteerd door onze website: www.urticadeviifsprong.nl.

Leest u het rustig door, dit moge een voorbeeld zijn voor velen.

maandag 19 april 2010

Cartoon

Ik kan rustig doorgaan met de soort van berichtgeving waar ik gisteren mee bezig was in ‘Musis’... Uiteraard weer met dank aan De Stentor, want die krant blijkt een onuitputtelijke bron van informatie voor ‘mijn soort nieuws’. Zoals vandaag over Leerlingen IJsselschool nu met de bus op reis’:

‘Eerst hevige teleurstelling, daarna weer de opluchting. Sinds gistermiddag weten leerlingen van vrije school De IJssel in Zutphen dat ze tóch op kunst- en cultuurreis mogen naar Boedapest. In plaats van met het vliegtuig reizen de 23 leerlingen en hun begeleiders nu met de bus van Eurolines.

De situatie zag er vrijdagavond nog somber uit. Vanwege de aswolk leek de reis niet door te gaan. De groep zou zaterdag per vliegtuig vanaf het Duitse Weeze vertrekken. “Het is zuur”, zei Kirsten Kleinfeld, moeder van een van de gedupeerden zaterdagochtend. “Alle leerlingen hadden naar de reis toe gewerkt en geleefd. Vrijdagavond laat werd het definitief bekend. Toen zijn alle leerlingen gebeld met de trieste mededeling. De kans dat zoiets als dit gebeurt is zo klein.”

Maar de docenten lieten het er niet bij zitten. Meteen al werden pogingen in het werk gesteld om alternatief vervoer te regelen. Uiteindelijk kwam het gistermiddag rond. “We hebben het hele weekend doorgewerkt”, zegt docent en mentor Mark Bouwman. “Het viel nog niet mee om een bus te vinden. In heel Europa is het vliegverkeer verstoord, dus de druk op busmaatschappijen is groot.”

De grootste groep vertrekt nu dinsdag naar Boedapest. Een kleiner groepje gaat woensdag. Met het hostel heeft de school goede afspraken kunnen maken. “Alles schuift een paar dagen op, zodat we toch een volledig programma kunnen afwerken.” De leerlingen zijn in de loop van zondagmiddag per e-mail op de hoogte gesteld van het goede nieuws. “We hebben steeds in nauw contact gestaan met leerlingen en ouders”, zegt Bouwman.’

Nu lees ik vanavond op de website van NRC Handelsblad:

‘Europese verkeersministers hebben vandaag besloten het luchtverkeer gedeeltelijk vrij te geven. (...) De eerste vluchten gaan naar Shanghai, New York en Dubai.’

Daar zouden ze in Zutphen dus nog niet mee geholpen zijn... Het andere bericht vandaag in De Stentor is van Jan Vloet. Hem kwamen we op 10 november 2009 in ‘Miscalleneous’ al een keer tegen, in het bericht Dalton en Vrije School koploper’. Vandaag gaat het echter over Zutphenaar Csaba Balogh wint cartoonbattle’:

‘De 16-jarige Zutphenaar Csaba Balogh is winnaar geworden van de cartoonbattle in de regio Stedendriehoek. Hij kreeg de eerste prijs zaterdagmiddag uitgereikt op de stripbeurs in hotel Haarhuis in Arnhem.

Via een flyer en tijdens tekenlessen op school werden jongeren in de regio Stedendriehoek uitgedaagd een cartoon te maken over jongeren en alcohol. De cartoonbattle is onderdeel van de jongerencampagne “Minder drank, Lekker fris”, over de risico’s van alcohol op jonge leeftijd, omgaan met groepsdruk en alcoholvrije alternatieven.

Csaba raakte meteen geïnspireerd door de flyer. Dat in combinatie met zijn grote hobby cartoontekenen leidde tot de eerste prijs. Csaba: “Ik hou van strips en van cartoons. In mijn vrije tijd ben ik altijd aan het tekenen. Mijn anti-alcoholcartoon heb ik gemaakt in samenspraak met mijn tekenleraar op de vrije school De Berkel. Ik ben superblij dat ik eerste geworden ben. Ik weet nog niet wat ik wil worden maar ik denk wel dat mijn beroep later iets met tekenen te maken zal hebben.”

Alle ingezonden cartoons zijn beoordeeld door de striptekenaars Kees de Boer en Mars Gremmen. Ook een medewerker van GGD Gelre-IJssel, de initiatiefnemer van de cartoonbattle, mocht meekiezen uit de inzendingen. Het prijzenpakket bestaat zeker niet uit drank. De winnaars krijgen vier entreekaartjes voor Walibi World, een Fokke en Sukke-pakket en een bol.com cadeaubon.’

Mooi! Mars Gremmen maakt momenteel furore in de nieuwe Eppo als vaste cartoonist voor de openingsbladzijden ‘Op de redactie’. Hilarische commentaren op lezersmails. Op zijn weblog vermeldde hij al eerder zijn aanwezigheid in Arnhem. Wie weet waartoe Csaba Balogh straks nog in staat is.

zondag 18 april 2010

Musis

De vrijeschoolgebouwen in Zutphen zijn echt multifunctioneel. Ze worden voor allerlei activiteiten gebruikt. Neem nou de ‘Meezingdag van Toonkunst Zutphen’:

‘Toonkunst Zutphen houdt zaterdag 24 april een Meezingdag in de Vrije School De Berkel in Zutphen. Deze is bedoeld voor iedereen die van zingen houdt en overweegt bij een koor te gaan. Toonkunst Zutphen heeft de naam de lat hoog te leggen, maar bij zo’n meezingdag hoeven belangstellenden absoluut niet over een drempel heen. “Je hoeft niet per se goed te kunnen zingen,” zegt voorzitter Jolien Wilmar van Toonkunst. “Overigens leer je zingen bij Toonkunst”, zegt ze met een goed gevoel voor pr.

Op deze dag kan men meedoen aan workshops. Ook wordt een aantal scratchliederen, hoogtepunten uit het klassieke repertoire, ingestudeerd. Dat betekent ’s ochtends oefenen en ’s middags uitvoeren in aanwezigheid van publiek. De dirigent is Hans Lamers.

Toonkunst heeft een aantal grote projecten op het programma staan. Zo gaan de leden in het najaar Händels Messiah uitvoeren, terwijl volgend jaar de Carmina Burana van Carl Orff op de lessenaar staat. Dat stuk wordt uitgevoerd samen met het Gelders Philharmonisch Orkest uit Arnhem. Het Music Sacrum is een van de twee locaties waar de Carmina zal klinken. In Zutphen staat de locatie nog niet vast. “De Buitensocieteit is te klein, we denken aan een fabriekshal”, zegt Jolien Wimar.

Meezingdag Toonkunst Zutphen 24/4, De Vrije School De Berkel: 9.30 tot 16.00 uur. Aanmelden: 0575-545616 of info@toonkunstzutphen.nl

Op de website van de Parcivalschool in Arnhem staat in dit verband nog interessante informatie.

‘De Parcivalschool is een vrijeschool en heeft bijna 200 leerlingen. Ons schoolgebouw ligt in de rustige wijk Malburgen-Oost en grenst met de achterkant aan de bouwspeelplaats “De Hakkebrak”.’

Maar verder naar onderen wordt geschreven over ‘Rudolf Steiner in Arnhem’:

‘In 1924 bezocht Rudolf Steiner Arnhem. Hij hield een twintigtal lezingen in Musis Sacrum en in het Oolgaardhuis aan de Klingelbeekseweg. Er kwamen affiches in de stad en artikelen in de landelijke dagbladen! Honderden mensen uit binnen- en buitenland woonden de lezingen bij. Hier sprak iemand filosofisch getinte woorden over de zingeving van het bestaan en koppelde die moeiteloos aan het praktisch werken in de samenleving, met name voor de medische zorg, het onderwijs en religieuze beleving.

De Arnhemse voordrachten uit 1924 blijven voor vele mensen over de gehele wereld, dus ook in Arnhem, een verruiming in denk- en blikrichting voor het eigen handelen en het kijken naar hedendaagse maatschappelijke verschijnselen.’

Gisteren stond in De Stentor een aankondiging van de ‘Tweede editie van festival De Ontmoeting’, in dat andere vrijeschoolgebouw in Zutphen:

‘“Op weg naar een nieuwe werkelijkheid.” Dat is het thema van festival De Ontmoeting, dat onder auspiciën van de stichting “bewust Zijn in Zutphen” (bZiZ) van woensdag 21 tot en met zondag 25 april wordt gehouden. Enkele elementen van de succesvolle eerste editie in 2008 staan opnieuw op het programma.

De centrale festivalplek is de Buitensociëteit aan de Coehoornsingel. Daar zijn lezingen, muziek en theater. Voorts heeft in de Walburgiskerk een Tibetaanse cultuurmanifestatie plaats, met onder meer een klankschalenconcert. In de Burgerzaal staat het werk van de schilder Kandinsky centraal. In vrije school De IJssel aan de Dieserstraat zijn drie bijeenkomsten onder het motto “in waarheid samenzijn”. Voorts zijn er speciale stadswandelingen en is er een swingavond gepland. Volgens bZiZ-voorzitter Nico Vlaar biedt het festival volop “inspiratie voor een duurzame economie, voor een veranderend bewustzijn en voor leven in en met de natuur”. www.bewustzijninzutphen.nl

Vandaag was er een ‘Rudolf Steiner in Elburg’ lezing:

‘Zondag 18 april zal drs. H.F. Schuwirth, theoloog en antroposoof in Gemeenschapscentrum ’t Huiken in Elburg een lezing verzorgen over leven en werk van Rudolf Steiner, stichter van de antroposofie. De antroposofie is inmiddels een wereldwijde beweging, vooral actief op de gebieden onderwijs, geneeskunde en landbouw. Aanvang van de lezing 10.15 uur. Toegang gratis. Een initiatief van de Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB Elburg.’

En gisteren beleefde men een ‘Open dag de Vrije School “De Zwaneridder” Wageningen’:

‘Vrije School “De Zwaneridder” in Wageningen houdt zaterdag 17 april open dag. De school aan de Arboretumlaan 1 is open van 10.00 tot 13.00 uur en alle ouders, kinderen en andere belangstellenden zijn van harte welkom. Deze dag kunt u kijkje nemen in school en de sfeer proeven in de verschillende klassen. Peuterspeelzaal “de Zwanekindjes”, neemt ook deel aan de open dag. Peuters en hun ouders zijn van harte welkom, om koekjes te bakken en te spelen. Om 12.00 uur is er een tafelverhaal. In de kleuterklassen kunnen ouders en aanstaande kleuters kennis maken met de juffen, het klaslokaal, het speelgoed en andere kinderen en ouders. Er vinden in beide kleuterklassen verschillende knutsel- en bakactiviteiten plaats.

In de hogere klassen (groep 3-groep 8) worden aan de leerlingen een aantal korte, open lessen gegeven, waarbij ouders en kinderen mee kunnen kijken in de verschillende klassen. De open lessen geven dit jaar zicht op de driedeling van ons onderwijs: denken, voelen en willen. Zo kunnen ouders meekijken naar de hoofdvakken rekenen en taal. Daarnaast zijn er lessen vormtekenen, euritmie en muziek. Tussentijds is er gelegenheid om werkstukken en leerboeken in te kijken en om vragen te stellen, ook rondom het zorgbeleid, remedial teaching en toetsmomenten.

De dag start gezamenlijk om 10.00 uur, met een openingswoord van de schoolleiding. Van 10.15 tot 12.30 uur worden de open lessen gegeven.’

Maar dat is inmiddels dus oude koek.

zaterdag 17 april 2010

Druk

Twee weken terug, dat was op zaterdag 3 april in ‘Stil’, dus heel letterlijk Stille Zaterdag, constateerde ik dat het wel erg stil geworden was omtrent wat er in Dornach (Zwitserland), de hoofdzetel van de Antroposofische Vereniging, ten aanzien van een voor verenigingsleden belangrijke kwestie aan het gebeuren was. Ik schreef:

‘Zaterdag een week geleden vond de jaarvergadering van de Algemene Antroposofische Vereniging plaats. Een week tevoren berichtte ik daarover, op 20 maart in “Motie”. Maar de motie waarover dat bericht ging en die op deze jaarvergadering ter stemming werd gebracht, daarover heb ik tot nu toe nog niets vernomen. Zoiets kan toch niet? Wat voor vereniging ben je dan eigenlijk? Het ging niet om niets. Of heb ik soms iets over het hoofd gezien?’

Om na allerlei af- en overwegingen hiermee aan te komen zetten (IWK is Ita Wegman Klinik):

‘Zolang er geen bericht uit Dornach komt, moeten we het blijven doen met de brieven en dergelijke die motie-indiener Benediktus Hardorp schrijft. Ik noemde er al een aantal op 12 februari in “Aandeel”; deze echter nog niet, van 21 december 2009, over “Der WELEDA-Stiftungsplan, die IWK, das GOETHEANUM und die Akteure (vgl. Zeitschrift ANTHROPOSOPHIE Michaeli und Weihnachten 2009)”, gericht “An eine Reihe persönlicher Freunde und Institutionen”’.

Na de integrale weergave hiervan sloot ik af met:

‘Ondertekend door Benediktus Hardorp. Waar blijft het antwoord van de leden van de Algemene Antroposofische Vereniging? Heeft het een bepaalde reden dat het zo stil blijft?’

Kort daarop werd ik alsnog op mijn wenken bediend. Ik berichtte daarover op donderdag 8 april in ‘Reëel’:

‘Nu is er dan toch eindelijk een eerste bericht van de jaarvergadering van de Algemene Antroposofische Vereniging op 27 maart verschenen, op de website van het weekblad Das Goetheanum. Niet op de website van deze algemene vereniging zelf dus, hoewel daar wel allerlei stukken zijn geplaatst deze jaarvergadering betreffend. Dat is dus allemaal winst. Ik had het er op zaterdag 3 april voor het laatst over in Stil”. Dit is nu het bericht van Ursula Remund Fink van vandaag, getiteld “Finanzfragen”’.

Daarin stond onder meer dit (AAG is Allgemeine Anthroposophische Gesellschaft, dus Algemene Antroposofische Vereniging):

‘Die Versammlung hatte nun über zwei Anträge abzustimmen. Im ersten folgte sie mit großem Mehr einem Antrag, dass Verfügungen über Stimmrechte und/oder stimmberechtige Aktien der vorherigen Zustimmung der Generalversammlung der AAG bedürfen. Diese Zustimmung des Souveräns wurde von Benediktus Hardorp, Götz Werner und Jürgen Schürholz mit dem Vorstand der AAG ausgearbeitet. Die Einrichtung einer Kommission, die Vorschläge für eine Rechtsform der Weleda der Generalversammlung vorlegen soll, wurde jedoch mit 121 zu 177 Stimmen abgelehnt.’

Wat mij het volgende commentaar ontlokte:

‘Twee moties? Gek, dat had ik toch niet begrepen uit wat ik op 20 maart in Motie” weergegeven heb. Maar misschien is de hierboven genoemde tweede motie van iemand anders afkomstig? Of is die ene genoemde motie later in tweeën getrokken? Heeft dat ergens gestaan en waar had ik dat moeten vinden?’

Nu zijn we dus alweer bijna tien dagen verder, en nergens anders ben ik iets over deze kwestie tegengekomen. Het blijft een uiterst merkwaardige zaak. Vroeger werden binnen de Antroposofische Vereniging in binnen- en buitenland ideologische meningsverschillen die vooral een juridische grondslag hadden uit den treuren en tot vervelens toe uitgevochten. Nu gaat het om iets nog veel belangrijkers, namelijk de financiën en de economische bestaansgrondslag van de Antroposofische Vereniging, en niemand maakt zich er druk om? Ik kan me dat totaal niet voorstellen. Misschien is iedereen wel gewoon moe van al dat eerdere gekrakeel. Maar dat is geen reden om dit onderwerp te veronachtzamen. – Nu is er één ding waar ik de afgelopen twee weken niet aan gedacht heb, terwijl dat toch zo voor de hand liggend is. En dat is op de website van Benediktus Hardorp te kijken, waar hij een apart hoekje voor deze kwestie ingericht heeft. Ik heb dat pas vandaag gedaan. En vond dit:

Schreiben vom 02.02.2010 zur Aufgabe der WELEDA und zur Beteiligung der AAG an ihr; ein Beispiel zum Umgang mit Eigentum am Unternehmen
Schreiben vom 18.02.2010 zur Reaktion des Vorstandes auf den Antrag Hardorp/Werner/Schürholz zum Umgang mit der WELEDA-Beteiligung
Schreiben vom 24.03.2010 zum gemeinsamen Antrag von Vorstand und Antragsteller anstelle des Antrags vom 25.01.2010 an die Generalversammlung der AAG 2010’

Ja, je moet er maar op komen... In ieder geval, als je deze drie meest recente documenten doorneemt, wordt veel duidelijk van het proces dat tot de uitkomst leidde die ik op 8 april in ‘Reëel’ meldde. En omdat er dus nergens anders ook maar iets over geschreven is – wat natuurlijk een schandaal is, zeker voor een vereniging die ten eerste van bijzonder antroposofisch gehalte wil zijn en ten tweede volledig transparant voor haar leden over de hele wereld; zelfs dat aangehaalde berichtje in weekblad Das Goetheanum blijkt bij nader inzien in feite misleidend – kan ik niets beters doen dan die drie documenten hier chronologisch en integraal weer te geven. Gevolg is wel dat sommige dingen die hier al eerder ter sprake kwamen opnieuw de revue passeren; maar dat lijkt me geen werkelijk probleem, omdat de materie ingewikkeld is en door het nog een keer en misschien een beetje anders verteld te krijgen wellicht ook inzichtelijker kan worden. Ik begin met een schrijven van 2 februari:

‘An Mitglieder und Gremien der Allgemeinen Anthroposophischen Gesellschaft wie der WELEDA AG
Per E-Mail, Fax oder Post
02.02.2010
Die Aufgabe der WELEDA und die Beteiligung der AAG an ihr als Beispiel zum Umgang mit dem Eigentum am Unternehmen

Liebe, am Thema interessierte Freunde,

Sie kennen wohl meine Darstellung der Geschehnisse um die WELEDA-Kapitalverhältnisse seit 2007. Die “Hauptaktionäre” des Unternehmens mit einem Drittel des Kapitals, aber drei Viertel des Stimmrechts sind die AAG und die IWK. Im Michaeli-Heft der Zeitschrift ANTHROPOSOPHIE (III/2009) erschien meine Darstellung dazu; ein Beschwerdebrief des GOETHEANUM-Vorstandes über mich wurde in der Weihnachts-Ausgabe der ANTHROPOSOPHIE veröffentlicht. Er soll mich offensichtlich in der anthroposophischen Szene unglaubwürdig machen. Dass dies in vielen Fällen gelingt, ist nicht weiter überraschend; es beweist allerdings nicht die Richtigkeit der erhobenen Vorwürfe oder Behauptungen. Der zuerst erhobene Verleumdungsvorwurf ist inzwischen formal zurückgenommen worden; die Unterschrift der beiden Präsidiumsmitglieder des Verwaltungsrates der WELEDA (Fankhauser/Schneider) war für diesen Fall nicht autorisiert. Der Brief sagt im Ganzen mehr über dessen Verfasser als über mich. Ich muss dazu nichts weiter sagen – man kann es kritisch oder als Anerkennung werten!

Die seit 2007 geführte Debatte über die Partizipationsscheine hat gezeigt, dass vor allem der ökonomische Wert dieser Papiere (für die Geldbeschaffung) für die Vorstände entscheidend war. Die seit 2008/’09 angekündigte Gründung einer WELEDA-Stiftung ist bei der gegenwärtigen finanziellen Lage der Hauptaktionäre offenbar erneut eine Maßnahme der Geldbeschaffung, nicht der Geldwidmung, wie der Begriff “Stiftung” eigentlich vermuten lässt. Die Finanzsituation des GOETHEANUMS – vielleicht auch die der Klinik – ist das eigentliche Problem. Herr Pietzner hat als Schatzmeister gesellschaftsintern angekündigt, dass diese Situation des Goetheanums sehr ernst sei, sodass man wohl eine allgemeine Ausgabenkürzung – zunächst 10% – ins Auge fassen müsse. Das dürfte nur bei Entlassung von Mitarbeitern möglich sein. Zudem sollen den Sektionen auf dem Wege über interne Verrechnungen zusätzliche Raumkosten (interne “Mieten”) zugerechnet werden, was für diese im Ergebnis eine weitere Etatkürzung bedeutet. Für das Goetheanum können das unvermeidbare Maßnahmen sein, wenn das Geld fehlt und nicht anders zu beschaffen ist.

Die beabsichtigte Finanzierung über die erwogene Stiftung kann aber nur funktionieren, wenn die Stiftung über die erforderlichen Mittel zum Erwerb (30 bis 50 Mio. CHF?) der Aktien verfügen kann. Woher die Mittel aber kommen sollen, ist – trotz vielfacher Nachfragen – bis heute nicht deutlich geworden, d.h. ungewiss. Vielleicht handelt es sich lediglich um nicht begründete Hoffnungen. Wenn die Verwertung der Beteiligung zur Aufrechterhaltung der Verhältnisse für das GOETHEANUM aber zwingend wird und die Stiftung keine Mittel für deren Erwerb beschaffen kann, ist das Vorkaufsrecht, das die WELEDA-Stiftung für die Aktien des Unternehmens erhalten soll, gegenstandslos (verwirkt). Die Hauptbeteiligten wären bei der Veräußerung ihrer Aktien hinsichtlich der Wahl des Erwerbers vom Vorerwerbsrecht (wieder) frei. Wer käme in solchem Falle als Erwerber in Betracht? Die Pharmaindustrie in Basel ist, wie man gegenwärtig täglich der Presse entnehmen kann, derzeit auf “Einkaufstour”. Da würde das meiste Geld zu erzielen sein. In einem Insolvenzverfahren gäbe es im Ernstfall sowieso keine andere Wahl, als die Aktien dorthin zu geben, wo der höchste Erlös (im Interesse der Gläubiger) zu erzielen ist. Ein geeigneter potenter Käufer ist, wenn die Stiftung ausfällt, bisher noch von niemandem benannt worden. Da auch nach wie vor unklar ist, woher die WELEDA-Stiftung die erwarteten und/oder erforderlichen Erwerbsmittel erhalten soll, kann ein Verkauf der Aktien in eine aufgabenwidrige Richtung nicht mit Sicherheit ausgeschlossen werden.

Das Entscheidende bei alledem ist aber, dass bei allen Überlegungen der ökonomische Wert der Beteiligungspapiere entscheidend ist – weniger die Aufgabe: der Erhalt des anthroposophischen Charakters der WELEDA-Pharmazierichtung. Das “Wächteramt”, wie das im Verwaltungsrat der WELEDA im Konsens mit dem früheren GOETHEANUM-Vorstand (vor allem mit Herrn Schmidt-Brabant seinerzeit) und der Ita Wegmann-Klinik im Jahre 1994 genannt wurde (vgl. meinen Text dazu vom 19.10.1994 – im Internet unter www.hardorp-schriften.de) hat der jetzige GOETHEANUM-Vorstand – unter dem Zwang der Verhältnisse – offensichtlich hintangestellt. Vielleicht möchte er trotz Veräußerung der Beteiligung die Benennung des Stiftungsrates und die daraus im Laufe der Zeit folgenden weiteren Personalentscheidungen weiter in der Hand behalten; das dürfte aber fraglich werden.

Insofern läuft alles auf die Frage heraus: gibt es Alternativen für Übernahme der Beteiligung und zur Neugestaltung des Wächteramtes? Darüber muss jetzt nachgedacht werden, weil die Finanzlage des GOETHEANUMS – ein anderer Anlass erschließt sich mir nicht – das offenbar erzwingt. Im letzten Aktionärsbrief der WELEDA wurde – die Dringlichkeit unterstreichend – angekündigt, dass alle diesbezüglichen Transaktionen im ersten Quartal 2010 abgewickelt sein sollten. Es ist zu hoffen, dass der in Kopie beigefügte Antrag zur Behandlung des Themas auf der Generalversammlung 2010 insoweit bremsend wirkt, damit man für Altemativgestaltungen Zeit gewinnt. Auf die Behandlung des Punktes in der Mitgliederversammlung am 27./28. März 2010 können wir gespannt sein. Dafür werden sicher noch neue Tatsachen und Alternativvorschläge zu erwarten und zu berücksichtigen sein.

Dies als Gesichtspunkte zum Verständnis der Lage und des beigefügten Antrages.
Mit herzlichten Grüßen bin ich
Ihr Benediktus Hardorp
Anlage
Antrag an die Generalversammlung der AAG vom 25.01.2010 mit Unterstützerliste’

Het hieropvolgende document is van 18 februari:

‘An die Mitunterzeichner des Antrags zur MV der AAG 2010
18.02.2010
Zur Reaktion des Vorstandes auf den Antrag Hardorp / Werner / Schürholz zum Umgang mit der WELEDA-Beteiligung bei der Generalversammlung der AAG am 27. März 2010 – insbesondere zum möglichen Verkauf der Aktien

Sehr geehrte, liebe Freunde,

Sie haben sicher die Veröffentlichung obigen Antrags im Nachrichtenblatt Nr. 7/10 (vom 12. Februar 2010) gesehen und vielleicht auch die – in allerlei scheinbare Zustimmungen gekleidete – ablehnende Antwort des Vorstandes gelesen. Der Vorstand begründet seine Ablehnung mit Schwierigkeiten möglicher künftiger Beschlussverfahren für die WELEDA bei Kapitalveränderungen. Die befürchteten Schwierigkeiten entfallen jedoch mit Vollzug der vom Vorstand selbst angestrebten – zumindest als Absicht angekündigten – Übertragung der Beteiligung auf die geplante Stiftung.*) Nur bis dahin ist der vorgesehene Beschluss von Bedeutung. Danach fallen Entscheidungen dazu im Bereich dieser Stiftung und sind nicht mehr Sache der AAG – machen ihr also auch keine Schwierigkeiten mehr. Es handelt sich bei den Ablehnungsgründen also um Irrelevantes, das es bei dem vom Vorstand vorgeschlagenem Verlauf nicht mehr geben würde. Die Ablehnung widerlegt sich insoweit selbst.

Das wirkliche Problem ist offensichtlich die Finanzlage des Goetheanum. Deren Verbesserung soll – der Geldmittelgenerierung beim Weiterverkauf der WELEDA-Partizipationsscheine 2007 insoweit vergleichbar – durch den Verkauf der WELEDA-Beteiligung an die zu errichtende Stiftung (für zweistellige Millionenbeträge in CHF) erreicht werden. Leider konnte bis heute jedoch nicht die Frage beantwortet werden, wie die Stiftung zu den Geldmitteln kommen soll, die Goetheanum und Klinik aus Anlass der angestrebten Aktienübertragung für sich erwarten. Die erforderlichen Mittel sind leider nicht in Sicht. Klinik und Goetheanum können solche Mittel ja gerade nicht – wie bei Stiftungsgründungen sonst zu erwarten – zur Verfügung stellen. Sie erwarten solche Mittel vielmehr (eine Art “umgekehrter Stiftungsvorgang” also) als Erlöse von dieser.

Die Errichtung einer unabhängigen autonomen Stiftung für die WELEDA – wie die WALA sie seit langer Zeit hat – wäre für die Zukunftssicherung des Unternehmens und für seine anthroposophisch-pharmazeutischen Aufgabe zweifellos wünschenswert – insoweit besteht Übereinstimmung mit dem Vorstand. Die Finanzierung dieser Stiftung wird aber nur gelingen, wenn die Persönlichkeiten, die das “Wächteramt” – wie dies öfter bezeichnet wurde – künftig übernehmen sollen, für die Aufgabe kompetent und vertrauenswürdig erscheinen. Kann dies gewährleistet werden, so dürfte dieser Weg finanzierbar sein. Die Finanzierung hängt insoweit letztlich davon ab, ob bei den Beteiligten die erforderliche Bereitschaft besteht. Eine unabhängige Unternehmenszukunft der WELEDA könnte so gesichert werden.

Das GOETHEANUM und die Ita Wegman-Klinik würden bei Vollzug der angedachten Beteiligungsübertragung/Veräußerung erhebliche Mittel für die Umsetzung ihrer Aufgaben in die Hand bekommen. Sie würden Gelegenheit erhalten, in verbesserter finanzieller Lage ihre ureigenen Aufgaben neu zu ergreifen. Die Aufgabenfelder der drei Institutionen wären entkoppelt und könnten unabhängig voneinander verfolgt werden. Die von Prof. Werner, Altpräsident Dr. Schürholz und mir beantragte Entscheidung der Generalversammlung soll diesen Weg vor dem vollen Bewusstsein der Mitgliedschaft der AAG und der anthroposophischen Öffentlichkeit ermöglichen und die Mitgliedschaft daran beteiligen. Vollendete Tatsachen wären vermieden. Auf die Sicherung der WELEDA für ihre Aufgabe und auf die Öffentlichkeit der Vorgänge in der Anthroposophischen Gesellschaft kommt es dabei an.

In der Hoffnung, dass Sie zu einer positiven Beschlussfassung in einer Ihnen möglichen Weise beitragen werden, bin ich
mit herzlichen Grüßen
im Namen der Antragsteller
Ihr Benediktus Hardorp

PS. Den Text aus dem Nachrichtenblatt vom 12. Februar 2010 füge ich für Sie bei. – Inzwischen ist zwischen Antragstellern und Vorstand ein Gespräch zur Sache vereinbart worden, für das ein Termin gesucht wird.

*) Nach dem Aktionärsbrief der WELEDA vom Oktober 2009 (mit Satzungsentwurf der Stiftung) sollte alles im 1. Quartal 2010 vollzogen werden.’

Dat Postscriptum is natuurlijk het beslissende punt van deze brief. Met als gevolg het derde en laatste document van 24 maart, dus slechts drie dagen voor de jaarvergadering:

‘An die Unterstützer des Antrags Hardorp – Schürholz – Werner zur Generalversammlung der AAG am 27. März 2010 in Dornach und interessierte Freunde
24.03.2010
Gemeinsamer Antrag von Vorstand und Antragsteller zur Weleda-Beteiligung

Liebe Unterstützer des Antrags vom 25. Januar 2010,

wir haben als Antragsteller am Montag, den 22. März 2010 ein zweites Gespräch in obiger Sache mit den Vorstandsmitgliedern Paul Mackay und Cornelius Pietzner in Mannheim geführt, das zu einer gemeinsamen Beschlussvorlage führte. Diese lautet:

“Antragsteller und Vorstand beantragen, dass jegliche Verfügung über Stimmrechte und/oder die stimmberechtigten Aktien der WELE­DA AG der vorherigen Zustimmung der Generalversammlung der All­gemeinen Anthroposophischen Gesellschaft bedarf.”

Dies Ergebnis bedarf noch der Zustimmung des Restvorstandes. Es bedeutet, dass unser Ziel, keine Verfügungen über die WELEDA-Beteiligung ohne Zustimmung der Generalversammlung zu haben, erreicht wurde. Unser ursprünglicher Antrag und die Empfehlung zu einer Ablehnung sind damit gegenstandslos geworden. Zum notwendigen Gestaltungsprozess, der jetzt folgen soll, haben wir leider noch keine “Pflöcke einschlagen” können. Es gibt aber konkrete Vorstellungen dazu. Das ist der Stand.

Es werden jetzt sicher von ganz verschiedenen Seiten Vorstellungen und Vorschläge zum weiteren Weg geäußert werden – und dies wird zeigen, wer sich mit den anstehen Fragen aktiv befassen will und in welche Richtung das zeigt. Der weitere Prozess wird sich dann mit ihnen befassen müssen; sie werden dadurch nicht ohne Einfluss sein.

Es zeigt sich in dieser Diskussion immer deutlicher die spannende Grundfrage des Selbstverständnisses unserer Gesellschaft:
– leitet und entscheidet der Vorstand am GOETHEANUM Ziele, Bild und Wege der Gesellschaft wie zu Rudolf Steiners Zeiten oder
– sind wir inzwischen – auch durch Mitwirkung des Vorstandes – eine Mitgliedergesellschaft geworden, die im Dialog mit der Leitung ihren Weg suchen muss.

Die Diskussion um die WELEDA-Beteiligung erhält auf dem Hintergrund dieser Fragestellung eine andere Tiefendimension; diese geht über die jetzt im Vordergrund gestandene finanzielle Dimension weit hinaus.

Beteiligen Sie sich an diesem Prozess – am 27. März und in der Folgezeit.
In diesem Sinne herzliche Grüße
Ihr
Benediktus Hardorp’

vrijdag 16 april 2010

Glansrol

Het is al ruim een jaar geleden, op 16 februari 2009, dat ik in ‘Geesteshouding’ een verslag aanhaalde:

‘Jelle van der Meulen op beleidsmiddag “Over de redding van de ziel” van Bernard Lievegoed: “Aanwezigheid, presentie, dat zijn in de heilpedagogie begrippen die een eigen waarde hebben waarin anderen kunnen gedijen. Uiterlijk gebeurt er misschien weinig, innerlijk des te meer.”’

Met als precieze tijd en locatie, en een verrassende datum:

‘Vlak voor het einde van het jaar, op vrijdagmiddag 12 december, had Rozemarijn alle collega-medewerkers van de Raphaëlstichting uitgenodigd voor een themamiddag. (...) En zoals Astrid van Zon van Rozemarijn uitlegde, kwam daar nog een onverwacht element bij. Dat deze datum van 12 december nu ook precies de sterfdag van Lievegoed was, was niet gepland, maar bleek pas later, toen de afspraak al gemaakt was.’

De Digitale Verbreding van de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders maakte op 2 maart van dit jaar melding van de ‘Boekpresentatie “Ik wil ook”, 15 april’ op dezelfde locatie en met gedeeltelijk dezelfde spelers:

‘Op 15 april zal het boek Ik wil ook van Astrid van Zon, directeur van Rozemarijn, worden gepresenteerd. Ondertitel van het boek is: “leren in het kinderdagcentrum”.

Ter gelegenheid van de presentatie zal een minisymposium plaatsvinden onder leiding van Pim Blomaard. Sprekers zijn: Hans Bom (kinder- en jeugdpsycholoog) en Carla Vlaskamp (hoogleraar orthopedagogiek), die ook de inleiding van het boek schreef. Kinderen van Rozemarijn zorgen voor de muzikale omlijsting. Aan het einde van de middag zijn er hapjes en drankjes.

Het boek Ik wil ook geeft een leidraad voor de begeleiding en ondersteuning van kinderen met een meervoudige beperking. Er wordt een therapeutisch leerprogramma in beschreven dat groepsgewijs kan worden aangeboden en voor ieder kind individueel kan worden uitgewerkt.’

Dat was dus gisteren. Vandaag is op de website van de Raphaëlstichting, de overkoepelende organisatie waartoe ook Rozemarijn behoort, al te lezen over Boekpresentatie “Ik wil ook” op Rozemarijn’:

‘Op 15 april werd aan het eind van een symposium onder dezelfde titel het boek “Ik wil ook – leren in kinderdagcentra” gepresenteerd. In het boek geeft auteur Astrid van Zon (foto), een leidraad voor de begeleiding en ondersteuning van kinderen met een meervoud aan beperkingen. Kenmerkend voor het beschreven leerprogramma is dat het groepsgewijs wordt aangeboden en voor ieder kind individueel uitgewerkt. Op de achterflap: “Ondanks de diversiteit en de uiteenlopende vragen die deze kinderen stellen, is het uitgangspunt dat zij de wil hebben zich te ontwikkelen.”

Prof. Dr. Carla Vlaskamp, hoogleraar orthopedagogiek aan de Rijksuniversiteit Groningen, schreef in het voorwoord: “(...) het is geweldig dat het Astrid van Zon gelukt is dit therapeutisch leerprogramma te ontwikkelen en vast te leggen. (...) vanwege de duidelijke opzet en het goed uitgewerkte dagprogramma biedt het niet alleen houvast aan de praktijk, maar kan het ook van belang zijn voor wetenschappers en beleidsmakers.”

Astrid van Zon studeerde pedagogie en theologie en is medeoprichtster en directeur van Rozemarijn. “Ik wil ook”, leren in kinderdagcentra, uitgeverij Garant, ISBN 978-90-441-2592-4’

Nu we toch bezig zijn, kunnen we meteen het bericht eronder van 6 april meenemen over een andere loot aan de stam van de Raphaëlstichting, ‘Fermento wint GroenWerkt-prijs – 6 april 2010’:

‘GroenLinks Alkmaar heeft in januari een oproep geplaatst om foto’s in te sturen van initiatieven waaruit blijkt dat “Groen werkt”. Uit de vele inzendingen werd Fermento als winnaar gekozen. In de beoordeling zal zeker een rol hebben gespeeld dat het Fermento-brood onlangs een EKO keurmerk heeft gekregen.

Op 6 april overhandigde GroenLinks wethouder Wim van Veen (rechts op de foto) in de pas vernieuwde lunchroom aan de Laat, een cheque van € 500,00, bedoeld om te besteden aan een goed doel. Fermento heeft het bedrag gedoneerd aan de stichting KOOK, een vrijwilligersorganisatie die kleding en meubels inzamelt en de opbrengst besteedt aan projecten in diverse ontwikkelingslanden.’

Ander nieuws, van elders, betreft de Park Attwood Clinic in Engeland van Maurice Orange, die moet gaan sluiten. Maurice Orange, dat klinkt een beetje als Maurits van Oranje, maar het is toch echt een eigen naam van een in Nederland geboren arts. Ik moet eerst even terug naar 28 november 2009, waar ik in ‘Theater’ een aankondiging op de website van de Antroposofische Vereniging aanhaalde (die daar inmiddels natuurlijk niet meer te vinden is, maar dat is dan weer het handige van deze weblog, die meteen als een soort publiek archief dienst kan doen):

‘“van vrijdagavond 27 tot zaterdagmiddag 28 november Herfstcongres over kanker

Op 27 en 28 november 2009 vindt weer een Herfstcongres plaats, dit keer op het Geert Groote College in Amsterdam en geheel gewijd aan kanker. De doelgroep bestaat uit artsen en therapeuten (ook studenten) in de antroposofische gezondheidszorg. Drie sprekers zullen deze in onze tijd zo gevreesde en zo sterk aanwezige ziekte – sinds kort zelfs in ons land opgeschoven naar de eerste plaats – behandelen vanuit antroposofische perspectief. Christa van Tellingen (consultatief huisarts) geeft op vrijdagavond een algemene inleiding. Bart Maris (gynaecoloog) richt zich zaterdagmorgen op borstkanker. Tenslotte zal op zaterdagmiddag Karel Jan Tusenius (algemeen internist) een slotbeschouwing geven, waarin hij de nadruk zal leggen op het belang van het immuunsysteem bij de behandeling van kanker.

Op zaterdag vinden bovendien drie rondes werkgroepen plaats, waarbij een staalkaart zal worden aangeboden van therapeutische mogelijkheden (17x) binnen de antroposofische gezondheidszorg. Weleda (mistelpreparaat Iscador) en Wala (mistelpreparaat Abnoba) zijn ook met workshops vertegenwoordigd.”

Er staat ook een website bij: www.herfstcongres.nl.’

En even verderop schreef ik:

‘Het “Programma” leert ons de titels van de drie lezingen.
“Zicht op kanker, fenomenologie van een ziekte en zijn behandeling” door Christa van Tellingen
“Borstkanker in perspectief” door Bart Maris
“Immuuntherapie bij kanker: typisch antroposofisch?” door Karel Jan Tusenius
Dat ziet er niet slecht uit. (Inmiddels is gebleken dat niet Bart Maris de tweede lezing houdt, maar Maurice Orange, met als titel “Borstkanker en misteltherapie”.)’

Ik ben hier nooit meer op teruggekomen, en dat is jammer. Maar dat verzuim kan ik nu mooi goedmaken. Want op 16 december 2009 verscheen in De Digitale Verbreding van mijn hand een ‘Verslag Herfstcongres over kanker op 28 november 2009’:

‘Driehonderd mensen waren op 28 november 2009 naar het Geert Groote College te Amsterdam toegestroomd voor het “Herfstcongres over kanker”, georganiseerd door Jelle van der Schuit (muziektherapeut), Jeannette van der Schuit (huisarts) en Xander Koesen-York (spraaktherapeut). Drie eerdere congressen waren hieraan voorafgegaan, op kleinere schaal, over de kunstzinnige therapieën zelf, over burn-out en over ademhaling, bronchiale astma en hyperventilatie. Van dit laatste congres is een boekje in de reeks “Gezichtspunten” verschenen, namelijk “Ademen en ademhalingsproblemen” van Jaap van de Weg.

Voor 2009 was gekozen voor het thema kanker. Omdat het zo’n algemeen thema betrof, werd besloten om dit congres open te zetten voor alle werkers in de gezondheidszorg. Met als gevolg een uitverkocht huis.

Christa van Tellingen

Arts Christa van Tellingen was de eerste spreekster, op de vrijdagavond. Met behulp van een paar prachtige foto’s op het scherm schetste zij een helder beeld van de maretak en waarom deze plant verwerkt kan worden tot een geëigend hulpmiddel tegen kanker. Zij onderscheidde vier niveaus waarop dit middel bij de mens werkzaam kan worden, analoog aan wat er in de Bolk’s Companion over wondgenezing (waarvan zij mede-auteur is) uiteengezet wordt. Haar verhaal was voor een niet-arts goed te volgen dankzij haar heldere opbouw en beeldende betoogtrant. Het karakteristieke van de plant kwam duidelijk naar voren, evenals de werking die het heeft op de mens.

Is het met de reguliere kankerbehandeling, met operatie, chemotherapie en bestraling, vooral zaak de groei van zieke cellen te remmen, deze op te lossen en te verwijderen, met de maretakbehandeling wordt het zelfgenezend vermogen van de mens aangesproken, waardoor de onterechte groei wordt geremd en verminderd, en de vitaliteitskrachten opnieuw in het lichaam worden geïntegreerd.

Maurice Orange

De volgende ochtend stond de Nederlander Maurice Orange achter het spreekgestoelte. Hij verving de zieke Bart Maris, de in Duitsland werkzame gynaecoloog. Zelf is hij als arts verbonden aan de Park Attwoord Clinic in Engeland, waar hij patiënten met maretakpreparaaat behandelt. Zijn bijdrage was gebouwd op een sterk inhoudelijke component, met veel wetenschappelijke gegevens.

Oorspronkelijk was het doel van de reguliere kankerbehandeling om alle zieke kankercellen blijvend uit te roeien; inmiddels is gebleken dat dat onmogelijk is, want er kan altijd een rest overblijven, die na jaren de kop weer opsteekt. Een behandeling met een maretakpreparaat zou waarschijnlijk alleen afdoende zijn als je in het prille stadium van de ziekte ermee begint. Maar kankercellen kunnen al heel lang in het lichaam bezig zijn zonder opgemerkt te worden. Wanneer eenmaal de diagnose kanker wordt gesteld, is de ziekte meestal al zo ver voortgeschreden dat een rigoureuze reguliere kankerbehandeling noodzakelijk wordt. Noemde Steiner in zijn tijd koorts het belangrijkste genezende middel tegen kanker, sinds de jaren zestig en zeventig blijkt dit gegeven niet meer in de gehele antroposofische gezondheidszorg als belangrijkste voorwaarde voor verbetering of genezing te worden beschouwd.

Karel Jan Tusenius

De derde en laatste spreker op dit herfstcongres was de internist Karel Jan Tusenius uit Bilthoven. Een symposium tien jaar geleden in Amsterdam gaf hem aanleiding tot een samenwerking met een onderzoeker van de Universiteit van Maastricht. Hieruit zijn sindsdien de nodige wetenschappelijke publicaties voortgekomen die de werking van het mistelpreparaat (mistel = maretak) aantonen, vooral op het gebied van de apoptose. Apoptose is de interne opruiming van cellen door middel van celdood, wanneer deze cellen niet meer naar behoren functioneren. Dat leidt tot de gewenste selectieve vernietiging van cellen, dus niet inclusief de gezonde. Dit zou ook een ‘organische vernietiging’ van alleen de zieke cellen genoemd kunnen worden.

De wetenschappelijke begeleiding van dit soort onderzoek is voor Karel Jan Tusenius van groot belang. Zo ging hij kort in op de omstreden hyperthermiebehandeling in Keulen, waarbij de lokale lichaamstemperatuur bij de tumorhaard kunstmatig verhoogd wordt. Hij vond die onverantwoord, gezien de hoge onverzekerde kosten en het lage aantal wetenschappelijk goed uitgevoerde onderzoeken met duidelijk resultaat.

Gedurende de hele zaterdag waren er maar liefst achttien workshops. Drie verschillende daarvan konden in de loop van de dag worden bezocht. Dat bood een brede kijk op de diverse mogelijkheden om een kankerpatiënt ondersteuning te bieden. Meteen werd ook al het Herfstcongres volgend jaar aangekondigd, op 26 en 27 november 2010, dat “slaapproblemen” als thema zal hebben.’

Sinds gisteren brengt de website van het weekblad ‘Das Goetheanum’ een onheilstijding, echter met de merkwaardig positief klinkende titel ‘Übergang gelungen’:

‘Park-Attwood-Klinik schließt. Nach fast 33 Jahren muss die kleine anthroposophische Park-Attwood-Klinik in Worcestershire ihren Betrieb einstellen.

Wie der Chefarzt der Klinik, Maurice Orange, in einem Schreiben mitteilt, lief der Klinikbetrieb für stationäre Patienten bereits im November letzten Jahres aus. Die ambulante Versorgung ist noch bis Ende April gewährleistet – dann schließt die Klinik ihre Türen definitiv. Obwohl das 14-Betten-Haus mit seinem hohen Qualitätsanspruch bereits viele Klippen erfolgreich umschifft hatte, kann der Betrieb nicht verantwortungsvoll aufrechterhalten werden. Die ökonomische Krise, welche sich in Großbritannien besonders bemerkbar macht, lässt das schlicht nicht zu.

Dank der finanziellen Unterstützung der Anthroposophischen Gesellschaft in England gelang es jedoch, einen würdigen Übergang zu finden. Laut Maurice Orange wird insbesondere die integrative Misteltherapie, wie sie in der Park-Attwood-Klinik entwickelt wurde, in Zusammenarbeit mit dem Raphael Medical Center in Südengland fortgesetzt.’

Inderdaad lees ik op de website van de kliniek zelf:

‘Welcome to the Park Attwood website, which will introduce you to us and our philosophy of care. The clinic was founded in 1978, is a not-for-profit organisation and treats people with a wide range of illnesses and life challenges including treatment for cancer.

please note

It is with regret that Park Attwood is no longer able to offer residential services at the Clinic. Our out-patient clinic remains open, and will do so until the end of June 2010. New patients continue to be accepted on an outpatient basis.

Early in January 2010 we will have a news page available to update you with any developments relating to our services and the wider anthroposophic medical context of which they are a part.

We apologise for any disappointment this news may cause you and hope that you will still have benefit from our outpatient services. If you have any questions or concerns in relation to the above information, please contact us by email or by telephone on 01299 861444.

an integrated approach

Park Attwood is a doctor-led clinic, which integrates conventional and complementary approaches, practising a form of health care known as anthroposophic medicine. At Park Attwood, patients' existing medical care is supported and extended by a range of complementary therapies and natural remedies (rhythmical massage, hydrotherapy, art therapy, eurythmy, mistletoe therapy and counselling) which are individually tailored to address their needs.

Although many patients contact Park Attwood directly, the clinic also receives referrals from health professionals working both within the NHS and the private sector. Some patients are able to obtain NHS funding, and the clinic currently holds contracts, or service level agreements (SLAs), with two Primary Care Trusts (PCT) to treat NHS patients in their areas. See coming here and funding treatment for more details.

philosophy of care

Park Attwood’s approach recognises that:
– life has meaning and purpose – this underpins our health and quality of life
– illness may provide opportunities for positive change and a new balance in our lives
– each individual can take an active role in their own healing process
– natural medicines can complement the use of conventional drug treatments
– additional therapies can complement medical care to address health holistically

a unique service

The clinic, which is unique in the English-speaking world, attracts patients from all over the UK and abroad. The testimonials or quotes at the bottom of most pages describe the experiences of some of those who have been cared for here.

“Park Attwood demands and offers something completely different. It presents an opportunity to confront yourself and your illness. It can be incredibly difficult, – any distraction is preferable to shining a light on yourself. It can be lonely – but you are not alone. The therapists, nurses and doctors all seem to have enough time for you; with empathy and sensitivity you are held through each crisis – towards a deeper understanding. For those of us lucky enough to find Park Attwood it is the most creative way we have of approaching our illness.”’

Als laatste vandaag een bericht aansluitend op wat ik op 3 januari in ‘Helemaal’ aan de orde stelde. Dat betrof namelijk de Eliant-actie:

‘Bent u een voorstander van biologisch-dynamische landbouw, van vrijeschoolpedagogie, antroposofische gezondheidszorg, psychiatrie, gehandicaptenzorg, ouderenzorg en andere vruchtbare toepassingen van de antroposofie, dan is dit de weg en het moment om dat met uw stem te bekrachtigen.’

‘ELIANT wil een miljoen handtekeningen verzameld hebben in Europa. Dit aantal heeft een belangrijk politiek gewicht. Wij willen als Nederlanders hierin ook ons aandeel leveren.’

‘Door ondertekening van dit handvest kan iedereen die de toegepaste antroposofie een warm hart toedraagt en op Europees niveau wil ondersteunen dit persoonlijk aan “Brussel” duidelijk maken.’

Ik was die dag weer eens aan het mopperen over deze actie, en dan vooral

‘over de informatievoorziening, die vond ik onder de maat. Maar ondanks dat is toch het gewenste aantal bereikt, en dat vind ik dan toch weer een prestatie. Op de Nederlandse website is er niks méér over te lezen. Wel echter op de internationale website van Eliant:

“Current progress: 999.679 signatures
EU countries 855,228 (27.11.2009)”’

Er was al een manifestatie gepland om het heugelijke feit van het behalen van de miljoen handtekeningen te vieren en zo niet, om daarmee dan de laatste loodjes binnen te halen:

‘Wel mag ik u nog wijzen op het “ELIANT Gala 2010”, dat zelfs een affiche in het Nederlands kent:
“Uitnodiging voor het Actie ELIANT Gala in het Goetheanum op 26.03.2010 in de Grote Zaal”’.

Dit gala heeft dus inmiddels plaatsgevonden en onlangs is er op de internationale Eliant-website een verslag van verschenen, met foto’s. Met een glansrol voor een relatief groot aantal Nederlanders, zoals uit de tekst blijkt. Dus een reden te meer om die hier op te nemen. Het verslag is te vinden onder ‘Aktuell’. En o ja, niet te vergeten, dit is het actuele aantal handtekeningen:

‘Aktueller Stand: 1.040.710 Unterschriften
EU-Länder: 925.012 (Stand 09.04.2010)

ELIANT Gala im Goetheanum als Startsignal für Endspurt beim Unterschriftensammeln

Die Aktion ELIANT Gala am 26. März 2010 im Großen Saal des Goetheanum war ein entscheidender Auftakt zum Endspurt des Unterschriftensammelns: die jetzt noch fehlenden 77.000 Unterschriften sind am kostbarsten – helfen Sie mit, dass die EU-Million bis zur Übergabe an die Kommission in Brüssel Anfang Juni voll wird! Jede Unterschrift zählt – wir danken für Ihre Unterstützung und – auch finanzielle – Hilfe.

Dornach. Etwa 700 Besucher konnten bei einer ELIANT Gala im Goetheanum in Dornach Europa hautnah erleben. Festredner aus 5 Ländern, das Guarneri Trio Prag, die Opernsängerin Marion Ammann mit Hartwig Joerges am Klavier und drei atemberaubende Eurythmiesoli von Carina Schmid, Werner Barfod, Margrethe Solstad und Christian Peter als Sprecher boten einen facettenreichen Abend der die Kulturvielfalt Europas in Wort und Ton sichtbar und hörbar machte.

Dr. med. Michaela Glöckler die den Abend abwechslungsreich moderierte, bedankte sich in ihrer Einleitung im Namen der Träger der Allianz ELIANT bei allen Unterstützern für ihr großartiges Engagement zugunsten der Aktion ELIANT, das ein solches Ergebnis ermöglicht hat.

Gerald Häfner (MEP), der gegenwärtig im Namen des Europäischen Parlamentes wesentlich mit der Kommission und dem Rat die Ausgestaltung der neu verankerten Europäischen Bürgerinitiative verhandelt, betonte in seiner Rede: Wir sind Europa. Jeder Bürger ist heute aufgerufen, die Verantwortung für die Entwicklungen des sozialen Lebens in Europa und der Welt brennend zu erleben, will er ein heutiger Mensch und Zeitgenosse sein.

Dr. jur. Jürgen Erdmenger, Generaldirektor e.h. der Europäischen Kommission und Gründungsmitglied der Allianz ELIANT unterstrich in seinem Beitrag, dass die Allianz ELIANT und ihre Träger mit der Unterstützung von einer Million Menschen als eine eingetragene NGO und ein ernst zu nehmender Gesprächspartner in Brüssel angesehen wird. Nun wird es darauf ankommen, dass wir deutlich machen, welches Europa sich die Unterzeichner wünschen und was die spezifischen Anliegen der Träger sind. Erste Hinweise finden sich dazu in einem gleichzeitig bei der Gala veröffentlichten Papier über die Perspektiven der Arbeit von ELIANT.

Marjatta van Boeschoten, Direktorin von Phoenix Consultancy, beschrieb aus ihrer Sicht die gegenwärtigen Herausforderungen für zivilgesellschaftliche Initiativen: auf der einen Seite eine Stärkung der inneren Impulse und auf der anderen Seite ein verstärktes Engagement für die Bürgerrechte.

Dass es heute berechtigt ist, deutlich und konstruktiv die eigenen Interessen zu vertreten, wenn man gleichzeitig ein Bewusstsein vom Interesse der Gesamtheit hat betonte Paul Mackay, Vorstand am Goetheanum und Leiter der Sektion für Sozialwissenschaften, in seinem Beitrag.

Ron Dunselman, Generalsekretär der Anthroposophischen Gesellschaft in den Niederlanden, berichtete, wie es dort gelungen ist durch eine breite Unterstützung der verschiedenen anthroposophischen Initiativen und an den Themen interessierter Menschen über 160.000 Unterschriften zu gewinnen.

Für Christof Wiechert, Leiter der Pädagogischen Sektion, ist ELIANT ein Hoffnungsträger der Eltern, Lehrer und Kinder vertritt, wenn es um den Erhalt von Freiheit und Vielfalt im Bildungswesen in Europa geht.

Was alles erreichbar ist, machte Nikolai Fuchs, Leiter des Brüsseler Büros von Demeter International deutlich. In den vergangenen sieben Jahren konnten beispielsweise die biologisch-dynamsichen Präparate legal gesichert werden.

Die künstlerischen Beiträge machten das kulturelle Spektrum Europas erlebbar und ergänzten die Beiträge aller Redner in besonderer Weise. Das außergewöhnliche Niveau der Künstler machte diesen Teil des Abends zu einem Genuss und zog die Anwesenden bis zum Schluss in ihren Bann.

Auftakt zum Endspurt: Jetzt kommt es auf jede neue Unterschrift an

Gleichzeitig war dieser Abend das Startsignal für den Endspurt. Nur noch bis Juni bleibt Zeit um die noch fehlenden EU Unterschriften zu sammeln. Die ELIANT Träger und Aktivisten mobilisieren alle Kräfte um die notwendige EU Million für die Übergabe an die Kommission in Brüssel zu schaffen.

Dies kann gelingen, wenn viele Unterstützer sich in den nächsten Wochen aktiv an mögliche Unterzeichner in Vereinen, in Verbänden oder über ihre elektronischen Verteiler wenden, die noch nicht angefragt wurden, ob sie bereit sind unseren Aufruf an ihre Mitglieder zu senden und sie um ihre Online- oder Hand-Unterschrift auf einer Liste zu bitten. Wir sind jedem Leser ganz außerordentlich dankbar, der hier nochmals mit uns gemeinsam die in seinen Möglichkeiten liegenden Register ziehen könnte und uns hilft, diese letzte Hürde zu nehmen. Auch weitere Spenden zur Ablösung eines zinslosen Darlehens zur Finanzierung dieses Großprojektes sind sehr willkommen.’

Er is hier nu zelfs al een Engelse vertaling van beschikbaar, maar dan zonder de bijbehorende foto’s. Voor het gemak (en mijn internationale lezers, zoals die in California, Australië en Nieuw-Zeeland, om maar een paar uithoeken te noemen; want jaja, ze zitten werkelijk overal) laat ik die hier ook meteen volgen:

‘ELIANT gala evening at the Goetheanum as starting signal for the final push in the signature campaign

The ELIANT campaign gala evening on 26 March 2010 in the Goetheanum’s great hall was a decisive prelude to the final stage of the signature collection. The 75,000 signatures we still need are the most precious – please help us to reach the figure of one million EU signatures by the time we submit the petition to the Commission in Brussels in June! Every signature counts: we thank you for your support and – also financial – help.

Dornach. During the ELIANT gala evening at the Goethenaum in Dornach, around 700 guests gained an intimate sense of Europe. Speakers from 5 countries, the Prague Guarneri Trio, opera singer Marion Ammann accompanied by pianist Hartwig Joerges and three breath-taking eurythmy solo performances by Carina Schmid, Werner Barfod, Margrethe Solstad and speaker Christian Peter provided a multi-faceted evening and, in words and music, visibly and audibly embodied Europe’s cultural diversity.

In her introduction, Michaela Glöckler MD, who presented the evening with great style, thanked all supporters on behalf of the Alliance’s sponsors for their wonderful commitment to the ELIANT campaign, that has resulted in such a good outcome.

Gerald Häfner (MEP), who is currently a key figure in negotiations with the Commission and the Council of Ministers relating to elaboration of the newly enshrined European citizens’ initiative, accentuated in his speech that we ourselves are Europe. Each citizen, if he wishes to be involved in contemporary life, is called upon to experience urgently and at first hand our responsibility for social developments in Europe and the world.

Dr. jur. Jürgen Erdmenger, retired director general of the European Commission and founding member of the ELIANT Alliance, emphasised in his speech that ELIANT and its sponsors, with the support of a million people, are regarded as a registered NGO and a serious discussion partner in Brussels. Now it will be important for us to clearly show what kind of Europe the signatories wish for, and what the sponsors’ specific concerns are. First indications of this can be found in a paper published to coincide with the gala on future perspectives for the work of ELIANT.

Marjatta van Boeschoten, director of Phoenix Consultancy, described her view of the current challenges for civil society initiatives: on the one hand a strengthening of inner impulses, and on the other an increased commitment to citizens’ rights.

Paul Mackay, Goetheanum executive council member and director of the Social Sciences Section, stressed in his speech that it is legitimate today to represent one’s own interests in a clear and constructive way, as long as one maintains an awareness of the interests of all.

Ron Dunselman, general secretary of the Anthroposophical Society in Holland reported how, through the broad support of diverse anthroposophic initiatives there, and of people interested in the relevant themes, it had been possible to get 160,000 signatures.

For Christof Wiechert, director of the Pedagogical Section, ELIANT sustains the hope of parents, teachers and children of maintaining freedom and diversity in education systems in Europe.

All this is achievable, stated Nikolai Fuchs, director of the Brussels office of Demeter International. In the past seven years, for instance, it had been possible to secure legal safeguards for biodynamic preparations.

The artistic performances gave a vivid sense of the range of culture in Europe, and enhanced the speakers’ contributions. The outstanding level of artistry made this part of the evening a delight and held the rapt attention of all those present.

The final push: now every new signature counts

The gala evening at the same time marked the start of the last stage of the campaign. We now only have until June to collect the remaining EU signatures. The ELIANT sponsors and coordinators are mobilising all their forces to secure the necessary one million EU signatures for submitting to the Commission in Brussels.

This can still be achieved if in the next few weeks as many supporters as possible turn to possible signatories in associations, clubs or via their email address lists – people who have not yet been asked whether they are willing to forward our appeal to their members and ask them for either their online signature or handwritten signature on a petition list. We will be very grateful indeed to every reader who can once again do whatever they can to find new sources of support, helping us to leap this last hurdle. Further donations to redeem an interest-free loan that has financed this major project are also very welcome.’

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code