Weleda is volop in ontwikkeling, schreef Lenneke Schot
gisteren in het Biojournaal. Omdat wij ook andere verhalen van Weleda kennen,
kan het geen kwaad om dit geluid nu hier te laten horen, ‘Weleda volop in ontwikkeling. Begin juli introductie nieuw product’:
‘Bij Weleda is het duidelijk merkbaar dat steeds meer mensen kiezen voor verantwoorde, natuurlijke verzorgingsproducten. De bekendheid van de Weleda-producten neemt ook toe. “Onze wens is dat wanneer de consument een duurzaam en verantwoord merk moet noemen, zij meteen aan Weleda denken”, geeft Sandra Vlot aan.
Vooral zwangere vrouwen worden volgens haar bewuster. “Kersverse moeders kijken vaker kritisch op de achterkant van het pakje voordat zij een product op het lijfje van hun baby smeren. Weleda biedt hen een verantwoord, puur natuurlijk alternatief dat zijn werkzaamheid en verdraagzaamheid bewezen heeft. Als het natuurlijk kan, waarom zouden ze dan nog voor chemische producten kiezen?”
Begin juli zal Weleda een nieuw product introduceren. “Ik kan alleen nog niet vertellen wat precies. Men zal nog even geduld moeten hebben. Er staat sowieso veel op stapel. We werken bij Weleda continu aan innovatie van onze productie en producten. Zo wordt het biologische gehalte in de bestaande producten steeds hoger. We streven naar 3 sterren-niveau van NaTrue, ons keurmerk voor natuurcosmetica.” Sandra ziet ook veel toekomst voor verzorgingsproducten voor de man. “Het aanbod daarin is nu nog heel summier. Daarom lijkt het mij een mooie uitdaging voor Weleda om meer mannenproducten te ontwikkelen.”
Weleda is ook bezig met vernieuwingen in de verpakkingen. De zogenaamde “bag-in-bottle” is daar een goed voorbeeld van. “Om te voorkomen dat er lucht bij product komt, zit er een zakje met vacuüm doseerdopje in de fles. En ja, de nieuwe producten hebben deze nieuwe verpakking.”
Steeds meer winkels nemen Weleda-producten in het assortiment op. Zo is Weleda, behalve bij de natuurvoedingswinkels, ook verkrijgbaar bij EkoPlaza, Etos en De Tuinen. Om rechtstreeks contact met de consument te hebben is Weleda druk doende met social media. “Dit groeit heel hard, we hebben al veel volgers op ons Twitteraccount WeledaNL en ook over Facebook zijn we heel positief.”
Voor het contact met de consument is het welbekende magazine “Weleda Berichten” erg belangrijk. “Ons magazine zal de komende tijd een metamorfose ondergaan. Het wordt groter, dikker en zal op een fraaiere, natuurlijk verantwoorde papiersoort gedrukt worden. En de frequentie gaat omlaag naar twee keer per jaar, een keuze die mede gemaakt is in het kader van de duurzaamheid.”
Weleda Benelux
Zelf is Weleda ook nog volop in ontwikkeling. Zo is Weleda Nederland begin dit jaar bijvoorbeeld met Weleda België gefuseerd tot Weleda Benelux. “Hierdoor verhogen we de efficiency van beide organisaties. Dingen die we samen kunnen doen, doen we nu ook samen.”’
Afgelopen dinsdag maakte ik in ‘Wat U
Zegt’ gewag van de bedreiging voor homeopathische zelfzorggeneesmiddelen.
De Telegraaf sprak zelfs van een hetze en bombardeerde die tot zijn ‘Stelling van de Dag’. Woensdagochtend
kwam René van Zwieten met de uitslag, ‘Geloof in homeopathie. Veel stemmers hebben positieve ervaringen met zelfzorgproducten’:
‘Het kabinet voert een hetze tegen homeopathie. Dat is de mening van de meerderheid (72 procent) van de deelnemers aan de Stelling van de Dag.
Minister Schippers (Volksgezondheid) wil niet langer dat op verpakkingen en in bijsluiters van homeopathische geneesmiddelen vermeld staat waarvoor ze gebruikt kunnen worden. Zonder deze informatie wordt het de consument onmogelijk gemaakt om een geschikt product te kiezen. Daarmee dreigen bekende homeopathische zelfzorggeneesmiddelen zoals van A. Vogel en VSM uit de schappen van de apotheken en drogisterijen te verdwijnen. Althans, dat denkt bijna 70 procent van de respondenten. Voor zelfzorgproducten die de consument zonder recept aanschaft, moet hij of zij op de verpakking kunnen lezen waar het geneesmiddel voor gebruikt kan worden. Als er geen info meer op de verpakking mag, kan de klant geen keuze meer maken.
Soelaas
De meesten van de deelnemers zijn zeker bekend met homeopathische middelen en zes op de tien gebruikt deze middelen zelf. Het gaat om medicijnen die zouden helpen tegen eenvoudige gezondheidsklachten. Zo worden vaak homeopathische pillen, zalfjes of drankjes aangeschaft tegen spier- en gewrichtspijn, verkoudheid, griep, huidirritatie, hoesten en nervositeit. Vrijwel alle gebruikers beweren dat deze middelen soelaas bieden voor de kwalen waaraan zij lijden. Driekwart van alle respondenten meent überhaupt dat deze medicijnen, vaak op basis van sterk verdunde preparaten, heilzaam zijn.
En toch wil minister Schippers wetenschappelijke bewijzen zien voor de beweerde heilzame werking van homeopathische geneesmiddelen. Zonder bewijzen mogen in bijsluiters en disclaimers geen vermeldingen meer worden gegeven over het middel en de werking tegen de kwaal. Voor de meeste deelnemers hoeven de bewijzen niet op tafel. Zij vertrouwen in dit soort medicamenten. “Ik heb positieve ervaringen, daar waar de reguliere middelen mij niet helpen.” En: “Veel mensen hebben er baat bij, dus ik ben voorstander”, klinkt het. Bovendien, stellen de deelnemers, is er natuurlijk ook een verschil tussen algemene homeopathische zelfzorgproducten en de medicijnen die een homeopaat voorschrijft. Deze laatste middelen zijn namelijk sterk gebaseerd op de patiënt zelf. De klassiek homeopaat stelt een middel samen die uitgaat van de symptomen van een ziekte. Bovendien wordt bij de samenstelling van het middel rekening gehouden met de mens als geheel, de zogenaamde holistische benadering. Een homeopathisch medicijn is dus vaak een uniek, op maat geprepareerd middel.
Voor een kwart van de deelnemers staat homeopathie gelijk aan kwakzalverij. “Mensen zijn altijd op zoek naar wonderen... en betalen daar gretig voor”, is de uitleg van iemand over de populariteit van homeopathische middelen. Apothekers en drogisterijen hebben heel veel homeopathische middelen in de schappen staan. Bij de tegenstanders is er groot wantrouwen tegen deze “genezers”: “veel alternatieve artsen zijn mislukt in de reguliere geneeskunde en modderen nu aan in ’t alternatieve circuit.”
Dat homeopathische (zelfzorg)geneesmiddelen niet werken wordt ontkend door de meerderheid. Slechts een kwart van de deelnemers schrijft de heilzame werking van dit soort medicijnen toe aan het zogeheten placebo-effect. Dit effect zorgt voor gezondheidsverbetering van de patiënt zonder dat dit toegeschreven kan worden aan het toegediende middel. Hier speelt dus het vertrouwen en het geloof in de arts en/of het middel een grote rol bij de patiënt. Maar, zeggen velen, dit placebo-effect is onzin want homeopathische middelen werken ook bij dieren en baby’s. “Ik gebruik al jaren homeopathische middelen bij mijn dieren. Zij weten niet waar het tegen moet helpen, maar er is een groot verschil merkbaar”, meldt een overtuigd gebruiker.’
Dezelfde verhouding in diversiteit is ook in de reacties te
vinden. Bij Neprofarm werd meer informatie gegeven (waar AntroVista woensdag al op wees), met een persbericht getiteld ‘Homeopathie dreigt uit de schappen te verdwijnen’:
‘Huizen, 18 juni 2012 – Bekende homeopathische zelfzorggeneesmiddelen zoals van A. Vogel en VSM dreigen uit de schappen van de apotheken en drogisterijen te verdwijnen. Minister Schippers van Volksgezondheid wil niet langer dat op verpakkingen en in bijsluiters van homeopathische geneesmiddelen vermeld staat waarvoor ze gebruikt kunnen worden. Zonder deze informatie wordt het de consument onmogelijk gemaakt om een geschikt product te kiezen. Gebruikers en leveranciers van homeopathische geneesmiddelen luiden bij de Tweede Kamer de noodklok om te voorkomen dat de regeling van minister Schippers per 1 juli wordt uitgevoerd.
Homeopathische zelfzorggeneesmiddelen zijn populair in Nederland. Er worden jaarlijks 4,5 miljoen verpakkingen gekocht (IMS Health). In driekwart van de huishoudens is een homeopathisch geneesmiddel aanwezig. Uit onderzoek van Synovate blijkt dat 20% van de Nederlanders een duidelijke voorkeur heeft voor het gebruik van homeopathische geneesmiddelen als zij last hebben van eenvoudige gezondheidsklachten waarvoor doktersbezoek niet nodig is. Daarnaast is er nog een grote groep mensen die zo nu en dan een homeopathisch geneesmiddel koopt. Slechts 24% van de bevolking gebruikt nooit homeopathica.
Voor zelfzorgproducten die de consument op eigen gezag zonder recept aanschaft, is het essentieel dat op de verpakking te zien is waar het geneesmiddel voor gebruikt kan worden. De consument kiest aan de hand van de toepassing voor het product dat het beste past bij de kwaal. Als op homeopathische geneesmiddelen niet staat waarvoor het toegepast kan worden, zullen deze producten niet gekocht worden met als gevolg dat ze uiteindelijk uit de schappen zullen verdwijnen.
Achtergrond
De Europese wetgeving biedt voor homeopathische geneesmiddelen de mogelijkheid om de toepassing ervan op een andere manier te onderbouwen dan voor reguliere geneesmiddelen gedaan wordt, dus zonder klinische onderzoeken. Het mag dan niet gaan om levensbedreigende ziektes, maar alleen om eenvoudige gezondheidsklachten, zoals griep, verkoudheid, hoesten, hooikoorts, huidirritatie, spier- en gewrichtspijn, nervositeit, darmkrampjes en wratten. Nederland was het eerste land in Europa dat van deze mogelijkheid gebruik maakte, gevolgd door steeds meer Europese landen.
Minister Schippers wil daar een einde aan maken: ook al weet zij dat het helemaal niet kan, wil ze dat de werking van homeopathische geneesmiddelen wetenschappelijk wordt bewezen. Zo niet, mag niet langer op de verpakking en in de bijsluiter worden vermeld bij welke klacht het product kan worden gebruikt.
Dit is een gezamenlijk persbericht van de Koninklijke Vereniging Homeopathie Nederland (KVHN) en brancheorganisatie Neprofarm.
Klik op de volgende bijlage voor meer informatie.
Brief aan minister Schippers d.d. 25-4-2012 (PDF)
Antwoord minister Schippers over homeopathie 22-5-2012 (PDF)
CBG-brief over homeopathica met indicatie 02-05-2007 (PDF)
Onderzoek Synovate voorkeur homeopathie (PDF)’
Nu is het grappig dat hetzelfde persbericht ook bij de Koninklijke
Vereniging Homeopathie Nederland (KVHN) is te vinden, alleen met een ander begin:
‘Bekende homeopathische zelfzorggeneesmiddelen, zoals Nisyleen, Cinuforce, Oscillococcinum en Spiroflor SRL gelei, dreigen uit de schappen van de apotheken en drogisterijen te verdwijnen. Minister Schippers van Volksgezondheid wil niet dat nog langer op verpakkingen en in bijsluiters van homeopathische geneesmiddelen vermeld staat waarvoor ze gebruikt kunnen worden.’
Ook het einde is aangepast:
‘De Europese wetgeving biedt voor homeopathische geneesmiddelen de mogelijkheid om de toepassing ervan op een andere manier te onderbouwen dan voor reguliere geneesmiddelen gedaan wordt, dus zonder klinische onderzoeken. Het mag dan niet gaan om levensbedreigende ziektes, maar alleen om eenvoudige gezondheidsklachten, zoals griep, verkoudheid, hoesten, hooikoorts, huidirritatie, spier- en gewrichtspijn, nervositeit, darmkrampjes en wratten. Nederland was het eerste land in Europa dat van deze mogelijkheid gebruik maakte, gevolgd door steeds meer Europese landen.
Minister Schippers wil daar een einde aan maken.
Rol Koninklijke Vereniging Homeopathie Nederland
De Vereniging Homeopathie oefent momenteel politieke druk uit om dit onderwerp op de agenda te krijgen. Daarnaast heeft de Vereniging Homeopathie middels het versturen van een persbericht de pers benaderd. Ook zal de Vereniging Homeopathie met het oog op de nieuwe verkiezingen politieke partijen wijzen op het belang van een goede toegankelijkheid van homeopathie in Nederland.’
Bij de Nationale Zorggids, bij monde van Martijn Keitz,
vinden we een heel andere mening, ook gedateerd afgelopen woensdag en
getiteld ‘Homepathische [!] middelen moeten uit de winkelschappen’:
‘In een brief aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) vraagt Catherine de Jong, voorzitter van de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK), de regering handelsvergunningen van homeopathische middelen in te trekken, zo meldt de website van de vereniging.
Zij wil hiermee de wens van de minister Edith Schippers van VWS extra kracht bijzetten dat, conform de Europese wetgeving, homeopathische medicijnen op hun verpakkingen en bijsluiters alleen nog mogen aangeven wat de werking ervan is als dat wetenschappelijk is bewezen aan de hand van klinische onderzoeken.
Eind april oordeelde de Raad van State (RvS), het belangrijkste adviesorgaan van de regering, dat het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) in zijn recht staat om de handelsvergunning van het homeopathische middel Rinileen van producent VSM in te trekken.
Volgens het CBG kon VSM namelijk wetenschappelijk niet aantonen dat Rinileen daadwerkelijk enig heilzaam effect heeft op bijholteontstekingen.
De Nederlandse Vereniging van de Farmaceutische Industrie van Zelfzorggeneesmiddelen en Gezondheidsproducten Neprofarm, die de belangen behartigt van fabrikanten en importeurs van geregistreerde merkgeneesmiddelen die zonder recept verkrijgbaar zijn, waaronder de homeopatische geneesmiddelen, reageerde daarop door aan te geven dat veel consumenten veel vertrouwen hebben in deze middelen.
Door de uitspraak van de RvS en de politieke gevolgen ervan zouden veel homeopathische geneesmiddelen uit de schappen gehaald moeten worden. De minister wil de nieuwe wet vanaf 1 juli invoeren.’
Wat vindt Antroposana hiervan? Niet daar op de website, maar
wel bij het ‘Patiënten Platform Complementaire Gezondheidszorg (PPCG)’ is het volgende te vinden onder ‘nieuws’:
‘Meer eigen verantwoording patiënt / consument?
Minister verbiedt homeopathische middelen voor zelfzorg.
Brief Antroposana aan 2eKamercie VWS 15-6-2012
Brief Antroposana aan VWS minister Schippers 15-6-2012
Zie ook:
homeopathie-dreigt-uit-de-schappen-te-verdwijnen’
De tekst van de brief van Antroposana-voorzitter Annemieke
Jansen aan de minster gaat over de ‘beschikbaarheid homeopathische
geneesmiddelen voor zelfzorg’ en luidt:
‘Wij zijn verontrust over de maatregel per 1 juli a.s. inzake bovengenoemde zelfzorggeneesmiddelen, waarmee de keuzevrijheid van veel burgers (zo'n 20%) ernstig in het geding is.
Als er op deze zelfzorggeneesmiddelen geen indicatie/toepassingsmogelijkheid meer mag worden vermeld, dan weet de burger niet meer welk geneesmiddel voor zijn/haar zelfzorg te kopen.
Het zal u bekend zijn dat veel burgers voor hun zelfzorg kiezen voor homeopathische en/of andere natuurlijke geneesmiddelen. De vermelde indicatie geeft de benodigde informatie om een verantwoorde keuze te kunnen maken en door de daarbij vermelde disclaimer is het ook bekend dat regulier wetenschappelijk bewijs ontbreekt.
Zonder deze informatie is een verantwoorde keuze niet meer mogelijk.
Deze maatregel staat daarom haaks op het voeren van de eigen regie van de burger in het omgaan met gezondheid en ziekte. Het pleegt inbreuk op het kunnen nemen van de eigen verantwoordelijkheid. Ook in de zin van preventie werkt deze maatregel ondermijnend.
Dit kan toch niet de bedoeling zijn.
Overigens blijkt uit onderzoek (Ecorys 2011) dat de keuze voor zelfzorg bij kleine gezondheidsklachten jaarlijks bijna € 100 miljoen aan directe consultkosten van huisartsenzorg zou besparen.
E.e.a. blijkt het gevolg van de uitspraak van de Raad van State over het geneesmiddel Rinileen op 18 april jl., onderwerp van een proefproces n.a.v. de wijziging van de registratievoorwaarden in 2007.
De Raad doet in deze echter ook een heel duidelijke uitspraak over de reden die aan de wijziging van de registratievoorwaarden in 2007 ten grondslag heeft gelegen, nl.:
“Uit voormelde uitspraak (disclaimer-zaak uit 2004) kan echter niet worden afgeleid dat de Richtlijn in geen geval ruimte biedt voor het opnemen van een verplichting tot het vermelden van een disclaimer in een regeling betreffende het toestaan van het in de handel brengen van homeopathische geneesmiddelen met indicatie. Meer in het bijzonder kan uit die uitspraak niet worden afgeleid dat het in strijd met de Richtlijn zou zijn indien in een dergelijke regeling de keuze wordt geboden om ofwel zonder verplichting tot het vermelden van een disclaimer wetenschappelijk te bewijzen dat het geneesmiddel de gestelde therapeutische werking heeft ofwel ter compensatie van minder strikte beproevingsvereisten een disclaimer op de buitenverpakking te vermelden.”
Met deze toelichting van de Raad van State op haar eerdere uitspraak van 10 november 2004 komt de reden voor de in 2007 doorgevoerde aanpassing van de registratie-eisen voor homeopathische geneesmiddelen met therapeutische indicatie te vervallen.
Daarmee wordt ruimte geboden om genoemde aanpassing (echter nog niet geëffectueerd) terug te draaien, waarmee de bestaande situatie voortgezet kan worden nl. de beschikbaarheid van homeopathische zelfzorggeneesmiddelen met vermelding van indicatie en disclaimer.
Het zal u tevens bekend zijn dat ook alle andere EU-landen met een homeopathische traditie – Duitsland, Frankrijk, België, Engeland, Ierland, Oostenrijk, Polen, Litouwen – een regeling hebben voor therapeutische indicaties op homeopathische geneesmiddelen vergezeld van enigerlei vorm van disclaimer.
Op u, als liberale bewindsvrouwe van een regeringspartij die het zelfbeschikkingsrecht en daarmee de keuzevrijheid van de burger hoog in het vaandel heeft, doen wij bij deze dan ook een dringend beroep om de door de Raad van State geboden ruimte te benutten en die onnodig gebleken wijziging terug te draaien, waardoor de bestaande situatie gehandhaafd blijft.
Concreet: om artikel 3.11 en 3.12 van de Regeling Geneesmiddelenwet zodanig aan te passen dat de strekking van de bepalingen uit het Besluit homeopathische farmaceutische producten van 12 december 1995 en de Regeling homeopathische farmaceutische producten van 4 maart 1999 weer van kracht wordt.
Zodat de burger hiermee in staat blijft om op grond van de vermelde indicatie met disclaimer zijn/haar eigen verantwoorde keuze te kunnen maken.
Met vriendelijke groet,
namens het bestuur van Antroposana
mw. A.W.M. Jansen
voorzitter
C.c.
– de leden van de vaste Kamercommissie VWS
– de fractievoorzitters’
De brief aan de Leden van de vaste Kamercommissie voor
Volksgezondheid, Welzijn en Sport is vrijwel gelijkluidend. Alleen het einde is
anders:
‘Het zal u tevens bekend zijn dat ook alle andere EU-landen met een homeopathische traditie – Duitsland, Frankrijk, België, Engeland, Ierland, Oostenrijk, Polen, Litouwen – een regeling hebben voor therapeutische indicaties op homeopathische geneesmiddelen vergezeld van enigerlei vorm van disclaimer.
Wij hebben echter vernomen dat minister Schippers niet bereid is om de door de Raad van State geboden ruimte te benutten en die onnodig gebleken wijziging terug te draaien.
Ons dringend verzoek aan u als volksvertegenwoordigers is dan ook om tijdens het AO van 21 juni a.s. de minister ervan te overtuigen de in 2007 doorgevoerde aanpassing van de registratieregeling van homeopathische geneesmiddelen toch terug te draaien, waardoor de bestaande situatie gehandhaafd blijft.’
Dat Algemeen Overleg was dus gisteren. Maar de uitslag ervan
heb ik nog niet mogen vernemen. Jolande Sap zit ook niet meer in deze Vaste
Kamercommissie, zoals vroeger het geval was. Zij had hierin een doorslaggevende
stem, zie ‘Toegevoegde waarde’ op 27 september 2008, ‘Kiezen’ en ‘Optiek’ op 4 en 13 november van dat jaar, en ‘A-typisch’ op 31 december 2010.
Daarom opnieuw overgeschakeld naar het Biojournaal. Dat kwam
vandaag met ‘Verslag meeloopdag én diplomering op Warmonderhof’ door ‘Team
Warmonderhof’, met mooie foto’s van Odette Waleson (die ik hier niet laat zien,
daarvoor moet u zelf even Biojournaal bezoeken):
‘Op Warmonderhof, de enige opleiding voor biologische land- en tuinbouw, was het gisteren (donderdag 21-06-12) een komen en gaan van studenten met hun vrienden en ouders. Een groep potentiële studenten kwam kennismaken met Warmonderhof, een andere groep verliet de school met het begeerde diploma op zak.
Om 10:00 uur begon de meeloopdag. Het zou een mooie dag worden, want de voorspelde regen- en onweersbuien bleven uit. De potentiële studenten konden kennismaken met de school, de praktijkbedrijven en de studentenhuizen waar de Warmonderhof-studenten wonen. Zo kregen ze een goed beeld van de opleiding.
Na aankomst en introductie begon de kennismaking met de school. De studenten volgden een plantkundeles met de huidige eerstejaars. In de les werden onkruiden behandeld, het ging erom de verschillende onkruiden al in een vroeg stadium van hun ontwikkeling te kunnen herkennen. Die kennis werd direct op het tuinbouwbedrijf naast de school in praktijk gebracht. Niet alle onkruiden werden herkend en die konden daarom vervolgens in de les extra besproken worden.
Na deze onkruidenles volgde de lunch. Daar maakten de bezoekers verder kennis met elkaar en met de studenten en medewerkers van Warmonderhof. Vooral de gesprekken met huidige studenten bleken voor de bezoekers belangrijk omdat ze van hen kunnen horen wat de toekomstmogelijkheden zijn en hoe het leven op Warmonderhof eruit ziet. Kenmerkend is dat de opleiding voor de helft van de tijd uit leren in de praktijk bestaat en voor de andere helft uit praktijkgerichte theorie.
Daarnaast bestaat er veel aandacht voor de cultuur: de jaarfeesten worden uitbundig gevierd en de studenten zelf weten ook van organiseren. Dat gaat niet alleen om feesten, maar er zijn ook studenten die bijvoorbeeld op de markt staan, kalkoenen of kippen houden enzovoort. De studentenkippen hebben de laatste jaren Warmonderhof en omstreken van eieren voorzien en de organiserende studenten van een zakcent. De mogelijkheden om je te ontplooien blijken op Warmonderhof eindeloos.
Door de gesprekken met de docenten van de school werd duidelijk dat de vooropleiding minimaal vmbo(t) of (gl) moet zijn en verder havo, vwo of een vergelijkbare studie. Een agrarische vooropleiding is niet nodig. Warmonderhof is een niveau-4 opleiding, met recht om daarna door te stromen naar het hbo.
Het praktijkkarakter van de opleiding werd na de lunch meteen realiteit: iedereen werkte mee op één van de vier praktijkbedrijven. Warmonderhof heeft de beschikking over 80 hectare praktijkbedrijf. In de tuinbouw bestond het werken vooral uit het bossen van uien en snijbiet en het plukken van tuinbonen; in de veehouderij werd onkruid gewied.
Na het werk was er een gezamenlijke koffie/theepauze met de medewerkers van de praktijkbedrijven. Toen hadden de potentiële studenten al een beeld van de praktijk en het onderwijs op Warmonderhof. Daarna werd een bezoek gebracht aan de appartementen waar de studenten zelfstandig wonen. Voor de meeste studenten is dit noodzaak omdat ze niet in de buurt van de school wonen maar toch een opleiding in de biologische land- en tuinbouw willen volgen. Dan is Warmonderhof de enige mogelijkheid. Voor de vele buitenlandse studenten, ongeveer 20 procent van de studenten, vooral uit Duitsland en België, spreekt het wonen bij de school vanzelf. De studenten wonen zelfstandig, maar koken en eten meestal in groepen van vijf tot acht mensen die in hetzelfde appartement een kamer hebben. Het wonen op Warmonderhof is overigens niet verplicht, er zijn bijvoorbeeld studenten die in Kampen wonen.
De kennismaking met de drie basiselementen van Warmonderhof gaf de bezoekende studenten een goed overzicht van de opleiding. Kennelijk is de opleiding in de smaak gevallen want van de mogelijkheid om intakegesprekken te voeren werd behoorlijk gebruik gemaakt. Het was de laatste meeloopdag van het schooljaar, wie zich nog aan wil melden kan het beste de school bellen of mailen.
Diplomering
Eind april werden 21 studenten van de dagschool al gediplomeerd, gisteren volgden de studenten van de deeltijdopleidingen Land&Tuinbouw (17 gediplomeerden) en Landbouw&Zorg (18 gediplomeerden). De diplomeringen werden bijgewoond door ongeveer honderdvijftig belangstellende familieleden en vrienden. Bij Landbouw&Zorg leek bijna de hele bevolking van de Naoberhoeve uit het Drentse Echten aanwezig om de diplomering van “hun” boer mee te maken. De studenten werden toegesproken door de docenten en anders dan gewoonlijk spraken ze ook elkaar toe. De gediplomeerden kunnen nu erkend gediplomeerd het werk op hun eigen ondernemingen, op zorgboerderijen of als hoveniers bij zorginstellingen, nog beter doen dan ze al deden.
Bij de bijzonder feestelijke diplomering van de deeltijdopleiding Land&Tuinbouw kregen de kandidaten behalve het diploma een meditatieve tekst mee waarmee ze de wereld in kunnen. Ook zij gaan, op allerlei manieren, verder met hun land- en tuinbouwondernemingen, waaronder met stadslandbouw. Deze groep studenten is een hecht team geworden tijdens de studietijd, de eerste reünie is al gepland.
Warmonderhof kan na deze meeloopdag en de diploma-uitreikingen bijna aan de vakantie beginnen.
Op zondag 9 september is er vanaf 11:00 uur een open dag voor iedereen met excursies, bedrijven bekijken, koeien knuffelen, oogsten, lekker eten, muziek luisteren, spelletjes doen, producten kopen, proeverijen enzovoort. Vrienden, familie en kinderen zijn welkom. Intakegesprekken voor studenten zijn mogelijk: www.warmonderhof.nl.’
2 opmerkingen:
http://www.websitegegevens.be/antroposofieindepers.blogspot.nl
Kwam dit per toeval tegen, kan iedereen dit zomaar opvragen?
Ja hoor, dat kan. Het stelt ook niks voor, je weet dan in feite nog niks. Het lijkt heel wat... alleen al die waarde van € 63,31 per jaar: om te gillen!
Een reactie posten