Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

donderdag 7 augustus 2008

Edithe de Clercq Zubli overleden

In een overlijdensadvertentie lees ik dat Edithe de Clercq Zubli afgelopen maandag 4 augustus op zeventigjarige leeftijd is overleden. Ze werd geboren op 24 augustus 1937 in Batavia, in Nederlands Oost-Indië, zoals de advertentie vermeldt. Tegenwoordig is dit Jakarta, de hoofdstad van Indonesië. Over haar jeugd vertelt ze niets in het interview met Toon Schmeink in Motief nr. 72 van maart 2004, maar des te meer over haar wortels in de antroposofie. Ze studeerde geschiedenis in Leiden, met filosofie als keuzevak. In 1964 trouwde zij met Mouringh Boeke, die na zijn militaire dienst rechten was gaan studeren aan de Universiteit Leiden. In het jaar van zijn huwelijk werd hij hier aangesteld als wetenschappelijk medewerker aan de juridische faculteit. Edithe de Clercq Zubli in Motief:

‘Die Leidse tijd en met name de jaren zeventig en tachtig waren heel vruchtbaar. Mouringh werkte voor het therapeuticum van Walburgh Schmidt, een bloeiende associatie. Er werden veel driegeledingsbijeenkomsten georganiseerd. Net als hij was ook ik vaak op pad om over de vrijeschoolpedagogie te vertellen in samenhang met de driegeleding. Het tijdschrift Driegonaal werd opgericht. Begin jaren tachtig startte een opleiding voor driegeleding vanuit een vraag van studenten. Dieter Brüll, Mouringh Boeke, Huub Houben, Rosalind Veltman, Sjoukje Rietveld (voor euritmie) en ik waren de docenten. Dat waren een- of tweejarige opleidingen, vijf rondes, die heel wat professionele driegeleders afleverden. We gingen in die tijd ook vaak naar het Duitse Achberg, het internationale driegeledingscentrum dat dit jaar haar 33-jarig bestaan viert, waar we veel mensen uit de Praagse lente tegen het lijf liepen. In Achberg vonden heel verschillende mensen elkaar in de 'Derde Weg', het alternatief tussen kapitalisme en communisme.’

De driegeledingsbeweging baseert zich op een boek van Rudolf Steiner uit 1919, ‘De kernpunten van het sociale vraagstuk’. In het ‘Bij deze uitgave’ van dit boek in de serie ‘Werken en voordrachten’ van de Rudolf Steiner Vertaling (verschenen in 2004) wordt dit nader uitgelegd:

‘Het sociale vraagstuk was voor Rudolf Steiner geen theoretische aangelegenheid. Tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog richtte hij zich door middel van memoranda tot leidende politieke figuren in Duitsland en Oostenrijk. Hij publiceerde een oproep aan het Duitse volk en de mensheid. En hij vertrok in april 1919 naar Stuttgart om zich in de sociale chaos van het naoorlogse Duitsland op alle mogelijke manieren praktisch in te zetten voor een menswaardiger maatschappij.

De kernpunten van het sociale vraagstuk fungeerde te midden van al die activiteiten als theoretisch fundament. In dat boek ontvouwde Steiner zijn gezichtspunt dat de kern van de sociale kwestie niet van materiële, maar van spirituele aard is. De onvrede van het toenmalige proletariaat kwam niet alleen voort uit de mensonterende omstandigheden waarin het verkeerde. De werkelijke oorzaak zag Steiner in het feit dat juist deze mensen, die het dichtst bij het werkelijke leven stonden, zich in het diepst van hun wezen niet erkend voelden als zelfstandige mensen, met een eigen verantwoordelijkheid voor hun eigen toekomst. Het primaat van het economische denken ontwrichtte in feite de hele samenleving.

Steiners antwoord op de sociale chaos is de ontvlechting van de drie gebieden die in de maatschappij werkzaam zijn: geestesleven, rechtsleven en economisch leven. In het geestesleven – de creatieve pool van de samenleving – staat de mens als vrij individu, in het economisch leven zijn mensen juist wederzijds afhankelijk van elkaar, en in het rechtsleven staan mensen als gelijkwaardige partners tegenover elkaar. Alleen een maatschappijvorm waarin de wetmatigheden van deze drie gebieden tot hun recht komen, heeft volgens Steiner toekomst.

Toen de acties voor invoering van de “driegeleding” onvoldoende resultaat hadden, besloot Steiner deze te staken. Maar hij zette de nadere invulling van het concept van de drieledige maatschappijvorm voort.

Dat dit concept nog steeds actualiteitswaarde heeft, bewijst de huidige tijd. De wereld wordt beheerst door een verstrengeling van economische en politieke macht, die een steeds sterkere tegenbeweging oproept van gewelddadigheid. De sociale problematiek heeft mondiale vormen aangenomen.’

Uit het huwelijk met Mouringh Bouke werden vijf kinderen geboren. Hierdoor kwam Edithe de Clercq Zubli in contact met de sociale driegeleding, vertelde zij aan Motief:

'Toen ik in aanraking kwam met de vrijeschool voor mijn oudste kinderen, kwam ik voor het eerst de idee van de driegeleding tegen. Heel eenvoudig: vrijheid, gelijkheid en broederschap in hun eigen gebied. Het was voor mij het ei van Columbus. (...) Veel later, in de jaren tachtig, begon de driegeledingsimpuls door te dringen tot de vrijeschoolbeweging. Er is toen een aantal intensieve lerarenconferenties geweest. Lerarenzelfbestuur, sociale hoofdwet, vrijheid van onderwijs, daar waren we toen mee bezig. Mouringh kwam met zijn “onderwijswetje”, waardoor het mogelijk gemaakt kon worden een vrije sector binnen het onderwijs te creëren. Het zou nog steeds ingediend kunnen worden; het is ongelooflijk creatief. Maar het strookt niet met de tweede fase waar de vereniging van vrijescholen voor gekozen heeft. (...) Wij hebben ook als driegeleders, zoals we werden genoemd, en redactie van Driegonaal in die tijd contact met de Antroposofische Vereniging gezocht. Het was de “Lievegoedperiode”, om het maar zo te zeggen. [Bernard Lievegoed was als opvolger van Willem Zeylmans van Emmichoven van 1961 tot 1975 voorzitter van de Antroposofische Vereniging in Nederland, MG] Ik had alle respect voor Lievegoed en ging ook naar zijn lezingen. Maar hij had niet veel op met driegeleding. In het geheel van de vereniging waren we buitenbeentjes, het was een heel andere stroming. Binnen de vereniging was het niet echt wenselijk je met politiek bezig te houden. Daar is natuurlijk wat voor te zeggen. Je kunt op allerlei manieren met politiek omgaan. Maar Steiner heeft na 1917 zo veel gedaan aan het sociale probleem. En dat was gewoon politiek. Wat de vereniging nu doet kun je ook politiek noemen: je aanpassen en zorgen dat je politiek correct bent.’

In 2006 werkte Edithe de Clercq Zubli mee aan het boek ‘Kiemen voor een spirituele cultuur. Biografische schetsen van twaalf antroposofen in de 20e eeuw’. Hiervoor schreef zij over de Engelsman Daniel Dunlop. Bij de gegevens over de auteurs staan over haar wat meer persoonlijke gegevens:

‘Werkt als leraar aan de bovenbouw van de Vrije School in Groningen en als vrije docent aan o.a. de Academie voor Sociale Kunst. Bracht een deel van haar kinderjaren door in Australië en op Java, in de concentratiekampen van de Japanse bezetters, maar houdt daar geen rancune aan over. Toneelschool om gezondheids­redenen verlaten. Studie geschiedenis en filosofie kort voor de eindstreep afgebroken vanwege zwangerschap en de moord op Martin Luther King over wie haar afstudeerscriptie ging. Op haar vijftigste rondde zij de studie alsnog af met een scriptie over de idealen van de Franse Revolutie in relatie tot het Vrije Schoolonderwijs. Tijdens haar huwelijk met Mouringh Boeke werkzaam in Vrije Schoolonderwijs en driegeledingsbeweging, waaronder tien jaar als redacteur van Driegonaal. Na haar scheiding medeoprichter van de staatsvrije Bovenbouw Meppel. Schreef o.a. De onvoltooide revolutie. Vrijheid, gelijkheid en broederschap (Zeist 1989).’

Van belang is verder dat zij van 1996 tot en met 2000 deel uitmaakte van de ‘Commissie antroposofie en het vraagstuk van de rassen’, ingesteld door de Antroposofische Vereniging in Nederland. Het interimrapport van december 1997 vermeldt op blz. 309 het ‘Voorbehoud van één commissielid’:

‘Het lid van de commissie E.A.P. de Clercq Zubli maakt een voorbehoud ten aanzien van § 8.2 vraag b (blz. 299, 3e alinea), voor zover daar sprake is van een juridisch oordeel over – in dit geval geesteswetenschappelijke – wetmatigheden. Zij acht dit onjuist. Het indelen van de citaten in groepen acht zij een juiste zaak, omdat van geesteswetenschappelijke inzichten door anderen misbruik kan worden gemaakt, dan wel dat er sprake kan zijn van gedateerd voorbeeldmateriaal.’

In het definitieve eindrapport, gedateerd februari 2000, is dit voorbehoud vervallen. Hierover heeft Edithe de Clercq Zubli zich uitgelaten in het interview met Toon Schmeink van begin 2004 voor Motief, maar dit gedeelte is wegens ruimtegebrek destijds niet gepubliceerd.

In 2005 schreef zij een omvangrijk nawoord van 34 bladzijden voor het boek ‘De antroposofische beweging I. Ontstaansgeschiedenis’, een ander deel uit de serie Werken en voordrachten van de Rudolf Steiner Vertalingen. In het ‘Bij deze uitgave’ schrijft de redactie:

‘Waarin onderscheidt de antroposofie zich van andere spirituele stromingen? Wat stond Rudolf Steiner voor ogen met zijn antroposofie? Welke verwachtingen had hij van zijn medewerkers? In zekere zin laten de voordrachten uit dit boek zich lezen als een spannende geschiedenis van het ontstaan van de antroposofische beweging. In grote ontwikkelingslijnen schetst Steiner eerst de eenheid van wetenschap en religie in de oudheid. De geestelijke grondslag van de wereld werd in religieuze cultische vormen ten diepste meebeleefd en tot uitdrukking gebracht. Ook de wetenschap had haar oorsprong in het ervaren van de geest. In de oudheid kwamen daaruit de grote cultuurvernieuwingen voort, zoals de landbouw en het schrift.

Met de opkomst van het intellectuele denken in de nieuwe tijd ontstaat langzamerhand een onoverbrugbare kloof tussen wetenschap en religie. De behoefte aan geestelijke vernieuwing die beide weer kan verenigen, is met name tegen het einde van de negentiende eeuw sterk voelbaar bij mensen die niet de gebaande wegen van de cultuur bewandelen. Rudolf Steiner beschrijft in deze voordrachten hoe hij aanknoopte bij de behoefte aan geestelijk inzicht bij de leden van de Theosofische Vereniging. Hoe hij stap voor stap, tegen het antichristelijke element in dat daarin leefde, zijn antroposofie ontwikkelde. Hoe hij vervolgens in conflict kwam met de leiding van de Theosofische Vereniging, en de Antroposofische Vereniging werd opgericht. En hoe hij ten slotte, tien jaar daarna, moest toezien dat het centrum van de antroposofie in vlammen opging en veel van zijn medewerkers onvoldoende verantwoordelijkheid namen voor de initiatieven waarmee ze zich hadden verbonden.

Daarnaast hebben deze voordrachten ook een scharnierfunctie. Zij werden immers gehouden in het vooruitzicht van een grondige vernieuwing van de antroposofische beweging en vereniging met Kerstmis 1923. In feite bieden zij de zelfkennis die nodig is voor een organisatie die zich wil vernieuwen. Uit de bezinning op de eigen ontstaansgeschiedenis kunnen reële toekomstidealen geboren worden.

De dramatiek van de gebeurtenissen die de aanleiding vormden van deze voordrachten, wordt in het nawoord van Edithe de Clercq Zubli indringend onder woorden gebracht. Naarmate de antroposofie zich steeds duidelijker in de cultuur manifesteerde, te beginnen met de inzet voor maatschappelijke vernieuwingen na de Eerste Wereldoorlog, nam de vijandschap van politieke, religieuze en wetenschappelijke zijde aanzienlijk toe. Daarnaast waren binnen de vereniging de spanningen tussen oude en jonge leden zo hoog opgelopen, dat Steiner aanraadde naast de oude vereniging een nieuwe op te richten. Aan de onrust onder de leden zou pas een einde komen bij de heroprichting van de Antroposofische Vereniging met Kerstmis 1923.

De gebeurtenissen die in deze voordrachten worden beschreven liggen ver achter ons. De antroposofische impuls die er uit spreekt, kan vandaag nog steeds inspireren.’

Edithe de Clercq Zubli wordt overmorgen, zaterdag 9 augustus, in Bilthoven gecremeerd.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Beste Michiel, dank voor je goede bericht over Edithe . als mede redactielid van het tijdschrift Vrije Opvoedkunst waardeer ik haar zeer en ik ben ervan overtuigd dat zij ons als mens en spiritueel strevenpersoonlijkheid zal blijven inspireren. Hartelijk dank, Frans Lutters.

Michel Gastkemper zei

Ha die Frans,
Jij ook hier? Wat leuk dat je even langskomt. Het is alweer een tijd geleden dat ik je heb gezien. Bijna drie jaar voor het interview in Motief in ieder geval. Bedankt voor je waarderende woorden. Hoe gaat het eigenlijk met Vrije Opvoedkunst? Ik heb net een bericht geschreven waarin ik me zorgen maak over je blad. Komt er nog een nieuw nummer?
Met hartelijke groet,
Michel

santopajaro@gmail.com zei

Zag het doodsbericht van Edithe al eerder meerdere keren langs komen en met droefenis. Ik kende haar midden jaren vijftig als mede-scholier en dichter. En we hielden een zomer intensief van elkaar. Samen met Peter Berger werden gedichten van ons opgenomen in de bloemlezing Dichters van Morgen van Ad den Besten. Onlangs bracht ik een bundel gedichten uit waarin ik naar haar verwees. Ook ik heb een onderwijs-loopbaan doorlopen, maar als afronding van mijn nog lang niet voltooid leven wil ik Edithe graag in herinnering roepen als dichter en verwant persoon in de zomer van 1955. We konden nog niet vermoeden wat we verder zouden doen en wat ons zou overkomen, vandaar nu een mooie herinnering aan die zomer. Voor mijn bundel Tussen Angst en Vrees koos ik de naam van mijn moeder, Jacob Cramer.

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)