Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

woensdag 9 november 2011

Sfeerverslag


Weer eens terug naar een ander bekend item op deze weblog: de Vereniging van vrijescholen. Op 2 oktober in ‘Conferentietijd’ besteedde ik in het vooruit aandacht aan de op 5 oktober gehouden MichaëlConferentie 2011 van deze vereniging. Wat de verslaglegging betreft viel later dit te lezen:
‘De MichaëlConferentie 2011 is in meer dan één opzicht een bijzonder evenement geworden. Een redactieteam bestaande uit 7 studenten van de afdeling communicatiemanagement van Hogeschool Utrecht heeft in opdracht van het adviesbureau Scompany en de Vereniging van vrijescholen een integraal verslag van de conferentie gemaakt. Een feitenrelaas van de dag wordt gecombineerd met sfeerverslagen, interviews met deelnemers, organisatoren en sprekers, afgewisseld met opinies en meningen.

Wie is Scompany?
Scompany is een adviesbureau voor en door 3e jaar studenten dat vanuit het Instituut voor Communicatie werkt voor externe opdrachtgevers. De opdrachten hebben betrekking op marketing, onderzoek, evenementen en communicatie. Sinds april 2002 is Scompany in het bezit van het ISO-9001 certificaat. Hiermee wordt de kwaliteit van het proces, het projectwerk gewaarborgd.’
Het meer feitelijke relaas kon ik meteen op 6 oktober melden in ‘Bijzonderheid’, dat wil zeggen in de update die avond. Het bestond vooral uit de ‘Lezing Prof. Goorhuis-Brouwer’ en uit de ‘Lezing Mr.Trevor Mepham’. Eind vorige week is dan eindelijk ook het sfeerverslag verschenen. Dat had blijkbaar wat meer voeten in de aarde. Het is behoorlijk lang geworden; de namen van de auteurs staan er helaas niet bij en dit is jammer bij een verslag in de ik-vorm. Het zijn duidelijk geen vrijescholieren. Dat is best geruststellend, want er zitten aardig wat spel- en stijlfouten in. Die zijn dus niet door het vrijeschoolonderwijs veroorzaakt! Ik laat het geheel hier ongecorrigeerd volgen, dan kunt u zichzelf overtuigen.
De wekker is gegaan dus tijd om op te staan. De ochtendritueeltjes kunnen we afvinken. Een dag als elk ander? Allerminst; vandaag begeef ik mij niet richting de Hogeschool van Utrecht, maar naar de jaarlijkse Michaël Conferentie 2011.

Nietsvermoedend begin ik aan dit avontuur. Een avontuur is altijd spannend en het is altijd spannend als je niet weet waar je heen gaat. Steeds meer vragen schieten te binnen terwijl de trein al bijna zijn eindbestemming bereikt heeft: Driebergen-Zeist. Hier in het groene Driebergen ligt cultuur- en congrescentrum Antropia. Op deze lichtgrijs getinte vijfde dag van oktober is dit de thuisbasis voor zo een 150 medestanders van het vrije onderwijs. Dit jaar mogen ik en zeven medestudenten een kijkje nemen in de keuken van de antroposofische benaderingswijze op basisonderwijs.

Aangekomen bij het congrescentrum heb ik begrip voor de keuze van deze inspirerende locatie. Het pand laat zich in deze bosrijke omgeving omringen door mooi groene perken en bomen. De Vereniging van vrije scholen organiseert hier terecht een wat je kunt noemen beleidsvormende brainstormsessie.


Kerkdienst?

De Michaëlconferentie 2011 in Antropia te Drieberen is dit jaar geopend door het koor van de Adriaan Roland Holstschool VO uit Bergen. 80 leerlingen van deze school hadden een aantal muziekstukken voorbereidt dat ten gehore werden gebracht. Het verschil tussen dit koor, wat niet zou misstaan bij het Sint-Pietersbasiliek in Vaticaanstad, en de muzieklesjes op een willekeurig ander middelbare school is direct merkbaar. Ondanks dat het onduidelijk is waarover het gezang ging, is dit zeker indrukwekkend te noemen! Het gebed wat volgde bracht bij de schrijvers van dit stuk wat ongemakkelijkere gevoelens met zich mee. Wie dit niet gewend is, voelt zich niet altijd even thuis met dit soort verschijnselen.

De toon zetten

Het auditorium waar grootste deel van de dag zich afspeelt is van vloer tot plafond afgewerkt met houten materialen. Vooraan bevindt zich het podium met het traditionele rode gordijn erachter en achteraan de zaal doorbreekt over de hele lengte een kleurvolle wand het houten organische gevoel. In deze aula zal de dag benut worden om vele innovatieve ideëen en inzichten te geven om het vrije onderwijs verfrissend leven in te blazen.

Op zo’n twintig ronde tafels staan nummertjes voor de tafelschikking. Willekeurig hebben deelnemers een nummertje ontvangen. De kans is dan ook groot dat ieder vreemd voor elkaar is. In deze groepen worden dan tussen de lezingen door de brainstormsessies gehouden. Wanneer iedereen zijn plaats gevonden heeft kan de dag van start.

De aftrap wordt verzorgd door leerlingen van de Adriaan Roland Holstschool. Een mix van jongens en meisjes tussen de twaalf en achttien jaar representeren deze vrije middelbare school.  Onder leiding van Pieter-Jan Olthof zet het koor luidkeels stukken in van onder andere Mozart. Het verbaast me te zien dat deze jongeren niet alleen vol overgave, maar ook met veel plezier de muzikale voordracht van ver voor hun tijd uitvoeren. “Meneer, wilt u alstublieft het piepje van uw camera uitzetten?”, klinkt het ineens naast mij. Geschrokken concludeer ik dat het publiek graag ongestoord geniet en dat deze dag voor hen een betekenisvolle dag zal zijn. Daarna volgt het openingswoord door Leo Stronks, de voorzitter van de Vereniging van vrijescholen

Scholieren vertellen

De 19-jarige David Leegwater en de 18-jarige Rosella de Rooij zitten in het koor van de van Adriaan Roland Holstschool uit Bergen. Zij openden met hun koor de Michaël Conferentie 2011. Volgens David ging het optreden goed, in ieder geval beter dan de vorige keren dat ze optraden.

Passie voor muziek

Rosella en David vonden hun passie voor zingen tijdens muziekles. Dat ze naast passie ook een prachtige stem hebben, werd kenbaar gemaakt door hun docent. “Iedereen heeft één keer in de week met de klas muziekles op school. De muziekdocent vond ons zo goed dat hij ons uitnodigde om bij het koor te komen. Helemaal geweldig natuurlijk! Naast de muziekles oefenen met het koor een uur per week” vertelt David. Rosella beaamt de woorden van David en vult het verhaal aan met het feit dat ze het zo leuk vindt om noten te leren lezen. “Veel leerlingen van onze school beoefenen een instrument, en kunnen daardoor noten lezen. Ik doe dat niet, en dan vind ik het extra leuk om het op deze manier alsnog te leren”.

Schoolverleden

Het schoolverleden van Rosella en David ligt ver uit elkaar. De ouders van Rosella wilde haar als meisje al naar de vrijeschool sturen, maar op dat moment beschikte zij niet over de financiële middelen. Ze begon haar schoolcarrière op een katholieke basisschool. Toch bleef de warmte van de vrijeschool trekken. “Ik voelde me gelijk helemaal thuis op de vrijeschool. Je kan ten alle tijden jezelf zijn, en wordt hier nooit op afgerekend. Om die redenen heb ik alsnog voor de vrijeschool gekozen”. Toch ging de overgang van de basisschool naar de middelbare school niet helemaal vloeiend. Ze merkte al snel dat ze een achterstand had op de vakken houtbewerken en euritmie, maar die achterstand heeft ze nu helemaal weggewerkt. Ook had het voordelen, zo liep ze voor met wiskunde en taal. Ze voelt zich nu helemaal op haar plek op de van Adriaan Roland Holstschool.

Rosella ziet haar vrienden van openbare middelbare scholen stoeien met acceptatie en bekritiseert het bewijsgedrag dat ze tonen. Des te blijer is ze dat ze haar schoolcarrière alsnog heeft kunnen vervolgen op een vrijeschool.

David heeft wel zijn hele schoolcarrière op de vrijeschool doorgebracht. Hij voelt zich hier dan ook helemaal thuis. “De overgang van de basisschool naar de middelbare school was niet zo heel erg groot. Toch moest ik er erg aan wennen dat ik ineens huiswerk had, maar dat is nu allemaal goed gekomen.”

Samen vertrekken de twee totaal verschillende studenten weer richting de bus, die hun terugbrengt naar Bergen. Kenmerkend.


Prof. Sieneke Goorhuis-Brouwer

“Een kind leert die taal het snelst, daar waar zijn interesses liggen”, zegt Prof. Dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer. De uitspraak van de expert op het gebied van spraak- en taalstoornissen trekt alle aandacht van het publiek. Iedereen luistert uiterst geconcentreerd naar het reilen en zeilen van de ontwikkeling van het kinderbrein door de eerste vier levensjaren heen. Eerlijk gezegd waar ik sceptisch begon interesseer ik mij ook steeds meer voor de lezing van de professor doctorandus. Vooral omdat deze dame zeer handig wetenschappelijke uitkomsten met veel humor aan de man weet te brengen. Simpele praktijk voorbeeldjes geven aan wat er al dan niet voor een kind mogelijk is om te leren.

Kinderen en hun leerfases

Het onderwijs in Nederland ligt geregeld onder vuur. Toevallig verscheen op de dag van de conferentie ‘Kunstzinnige processen in opvoeding en onderwijs’ een artikel in de Volkskrant waarin de vinger werd gewezen naar leraren in het voorschools onderwijs. Zij zouden namelijk niet capabel zijn, er lopen te veel kinderen in Nederland met taal- en spraakproblemen. Prof. dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer is het hier volledig mee oneens en maakte dan ook korte metten met deze journalisten. De journalisten zijn vergeten om rekening te houden met de gehele breinontwikkeling van een kind. De aanwezige in de zaal hebben hier dan ook in een kort tijdsbestek een zeer duidelijk college over gekregen. Kinderen hebben allemaal hun eigen tempo dat in verschillende fases verloopt, waarbij niet alleen de nadruk mag worden gelegd op bijvoorbeeld de spreekvaardigheid. Volgens Goorhuis-Brouwer, emritus hoogleraar Spraak- en taalstoornissen, moeten alle facetten van de ontwikkeling bij een kind zoals gehoor, motoriek, denken en spreken genoeg aandacht krijgen. Dit klinkt allemaal heel duidelijk en wanneer dit ook nog eens bevestigd wordt door onderzoek van het Universitair Medisch Centrum Groningen, zou je dit als leek direct aan moeten nemen. Daarbij, iedereen die de vrijeschool een warm hart toedraagt zou zich moeten kunnen vinden in de theorie waarover zij spreekt. Zeker ook door de overtuiging waarmee zij dit voordraagt aan het publiek, waarbij zij af en toe ingewikkelde stof goed afwisselt met grappige feiten. Vreemd blijft echter dan dat er hier in Nederland zo weinig mee wordt gedaan! Goorhuis-Brouwer kan vanmiddag beginnen om dit recht te zeggen wanneer zij een interview heeft omtrent het stuk dat vandaag in de krant verscheen, maar bovenal, volgens haar totaal geen hout snijdt.


Art & education

“Art is the basis of education”

Iets zwaarder is het onderwerp van Trevor Mepham, trots directeur van Engelands eerste gesubsidieerde Waldorfschool (buitenlandse variant van de vrijeschool). Zo quoteert hij Plato: “Art is the basis of education”. De lezing, geïnspireerd door denkwijzen van geniën uit het verleden, gaat diep in op de rol die kunst speelt in het onderwijs. Voor mij als bezoeker gaat het op sommige momenten mijn pet te boven en raak ik even de draad kwijt. Daarentegen hangt de gevulde aula aan zijn lippen en is dit voor velen het inhoudelijke hoogtepunt van de dag.

Kunst is overal

Minder wetenschappelijk is de kennis die Trevor Mepham de zaal probeert over te brengen. Deze Principle van de Steiner Academy in Hereford is speciaal overgekomen uit het Verenigd Koninkrijk om ons wat te leren over de importantie van kunst. Kunst is volgens hem niet zomaar iets. Niet iets dat er toevallig bij hoort. ‘Art is not something extra, not an add on , not just for fun.’ Kunst zou veel meer op de voorgrond aanwezig moeten zijn volgens Mepham. Kunst is zeker op de vrijeschool zeer belangrijk. Het moet op elke hoek, elk lokaal, elk kantoor veelvuldig terugkomen. Toch zou dit niet zo lastig moeten zijn. ‘Art is like fresh air, art is like sunshine’ en ‘art is the fact and being of life, art is the food of life’ zijn enkele citaten die Mepham uitspreekt. Is het dan slechts een kwestie om je dit te realiseren en is dit dan ook echt kunst? Dit is voor een buitenstaander nogal vreemd te noemen. Het komt namelijk nogal vaag over want het is lastig om er een voorstelling van te maken. Hopelijk zijn de lessen op de vrije scholen wel wat duidelijker! Of misschien is de moderne student van tegenwoordig wel iets te nuchter hier voor. Ondanks dat zorgt Mepham er wel voor dat men gefascineerd blijft luisteren omdat hij met volle passie over zijn passie spreekt, kunst. Het verhaal over een goede vriend die in een beruchte gevangenis de art of living class begint, zorgt voor verwondering. Mooi is het om te realiseren dat gevangenen doormiddel van kunst zich voor het eerst in hun leven echt trots voelden.


Het heeft iets weg van levend menselijk weven

In de aula zijn even later de tafels en stoelen aan de kant geschoven. In de wandelgangen ving ik al op dat er met schoenen aan niet geparticipeerd mag worden. Waaraan, dacht ik? En toen begon de euritmie.

Annemarie Ehrlich; misschien wel de meest inspirerende persoon van de dag. De toepasselijk geklede seniore dame geniet kenbaar groot respect van het publiek. Met een sierlijke gele hoofddoek en zwarte jurk zet zij tijdens de euritmiesessie de gasten aan het bewegen. Op speciaal aangeschafte schoentjes, die stiekem een beetje doen denken aan die van een balletvoorstelling, loopt iedereen achter elkaar in een grote cirkel. Ritueel bewegen zij allen coulant van voor naar achter, van links naar rechts terwijl mevrouw Ehrlich op het podium het gedicht van de euritmie voordraagt. “Loop zoals kinderen een golf zouden tekenen”, draagt zij vervolgens op. Zo worden de bewegingen naarmate de sessie vordert ingewikkelder en heeft het iets weg van levend menselijk weven. Sommigen hebben meer en meer moeite met de pasjes en hier en daar ontstaat verwarring en overleg. Het is vreemd genoeg grappig om te zien hoe zij groot leiderschap vertoont door deze groep van meer dan honderd man met gemak aan te sturen. Maar vergis je niet, door de scherpheid van Annemarie Ehrlich weet je dat voor alles een doel is.

Voor het tweede deel van de sessie wordt met stoelen een grote kring gevormd. Na het bewegen is nu het denken aan de beurt. Ze opent: “Waarom hebben we net zo bewogen als we bewogen hebben? Wat heeft u waargenomen?”. Vervolgens laat zij een lange stilte vallen. Langzaam komen er weldoordachte reacties op haar vragen. Waar het voor de buitenstaander zojuist nog over kwam als een gymoefening wordt de betekenis al discussiërende helder. Zo blijkt de euritmie diepgaandere betekenissen te verwezenlijken als bijvoorbeeld leren door in beweging te blijven en het bewustzijn van de invloed van jezelf op de omgeving. Ergens klinkt het vreemd in de oren als je nagaat dat jonge kinderen ook euritmie volgen. Voor hun begint het bij bewegen, het begrip komt vermoedelijk later. Misschien is dit een kwestie van jong geleerd oud begrepen.

Van vrijeschoolkind tot euritmist

De van oorsprong Duitse Annemarie Ehrlich zat in haar vaderland op een van de eerste vrije scholen. Toen de tweede wereldoorlog aanbrak vluchtte zij met haar ouders op jonge leeftijd naar Nederland. Bewust werd gekozen voor dit land, want van de omliggende landen werd alleen hier het vrijeschool onderwijs aangeboden. Vrijeschoolkind in hart en nieren, vol passie verteld zij hierover. Na haar volgde haar kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen net als haar vol enthousiasme de vrijeschool.

Nederland werd het nieuwe thuisland van mevrouw Ehrlich. Omdat ze op jonge leeftijd verhuisde, voelt ze zich volledig Nederlander. “Ik spreek goed Nederlands, net als mijn kinderen en kleinkinderen. Wij zijn dan ook Nederlanders.”

Aanpassingsproblemen

“Of vrijeschoolkinderen aanpassingsproblemen hebben na hun schoolcarrière? Nee, zeker niet.” Mevrouw Ehrlich vertelt dat ze in 1941, ten tijde van de oorlog, gedwongen over moest stappen naar een openbare school. De Duitsers stonden vrij scholen namelijk niet meer toe. “Ik heb totaal geen moeite gehad met ‘openbare schoolkinderen’. Hetzelfde geldt voor mijn zoon, hij heeft na de middelbare school Medicijnen gestudeerd en totaal geen aanpassingsproblemen gehad.”

Liefde voor euritmie

Bij toeval is mevrouw Ehrlich in aanraking gekomen met euritmie. Na de oorlog wist ze niet precies welke richting ze haar leven wilde geven. Een vriendin van haar ging een cursus euritmie volgen en vroeg haar mee. Op haar negentiende ging ze mee met haar vriendin en was verkocht. Nu, 66 jaar later, is euritmie nog steeds haar grote liefde. “Ik noem euritmie vaak geest- en zielengymnastiek. Oefeningen zijn nooit afgerond, je kan door blijven ontdekken op bewustzijnsniveau. Wat is er allemaal in de ruimte? Bewegend denken verlevendigd.”

Als je door middel van beweging zo goed kunt leren, waarom wordt dit vak dan niet op alle scholen gegeven? Volgens mevrouw Ehrlich kost het veel geld en zijn er niet genoeg euritmisten in Nederland. Ook begrijpt ze goed dat mensen het een beetje ‘vreemd’ als ze er nog niet eerder mee in aanraking zijn geweest. “Op de openbare middelbare school krijg je een geestelijk corset om, waar de kinderen niet uit kunnen. Dit terwijl iedereen een andere persoonlijkheid heeft.” Mensen die hun schoolcarrière hebben gevolgd op de vrijeschool, weet mevrouw Ehrlich dan ook onmiddellijk te herkennen. “Deze mensen zijn uit één stuk, een volledig mens. Ik zie andere mensen zwieberen met hun innerlijk. De vrijeschool werkt gewoon goed door in persoonlijkheidsontwikkeling.”

Onbekendheid van de vrijeschool

Hoe kan het als de vrijeschool zo’n positieve uitwerking heeft op een mens, dat er zo’n grote onbekendheid om deze instelling hangt? Mevrouw Ehrlich is hier heel duidelijk in: “als je de vrijeschool gewend bent, ken je niet anders. Hierdoor is het lastig uit te leggen wat het nu precies is. Het heeft ook iets spiritueels over zich, dit schrikt veel mensen af. In plaats dat mensen zich inlezen, zouden ze een keer langs moeten komen en gewoon doen. Op die manier maak je goed kennis met de vrijeschool.”

We sluiten het gesprek af met de vraag wat deze euritmie goeroe het belangrijkste vindt van haar vak. “Mijn ideaal is mensen verder te helpen in hun geestelijke ontwikkeling.”


Het toetje

Als kers op de taart vermaken de toeschouwers zich kostelijk met Gijs van Rhijn. Met zijn humoristisch stuk wat heet ‘de lokroep’ heeft hij het publiek in zijn greep. De winnaar van het Leids Cabaret Festival trekt met succes alles uit de kast om een mooi optreden neer te zetten. Met klarinet, piano en rake humoristische uitspraken heeft hij zowel bezoekers als genodigden weten te raken. En zo heeft iedereen -met speciale dank aan Gert Hilbolling, Leo Stronks en medeorganisatoren- schaterend van het lachen deze bijzondere, en hopelijk voor u allen vruchtbare dag, af kunnen sluiten.

Klapper

De terug- en vooruitblik van de voorzitter komt niet helemaal goed uit de verf. Het is wat dubbelop en indien men hier echt iets mee wil bereiken, kan dit ook in een terugblik via de website van de vereniging of iets dergelijks. Deze tijd had nuttiger besteed kunnen worden. De afsluiter van de dag is echter wel een klapper te noemen. Cabaretier Gijs van Rhijn,  kleinkunstenaar en winnaar van het Leids cabaretfestival krijgt de zaal aan het lachen met soms scherpe en af en toe toch ook confronterende grappen. Het is goed om te zien dat er ruimte is voor zelfkritiek, de vereniging is hier duidelijk niet bang voor.

Al met al een zeer leerzame dag, waar de gedachten verbazing en bewustwording soms dichtbij elkaar liggen...

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Hallo,

Wij zijn met een paar oud deva leerlingen een grootschalige reunie aan het organiseren.

Heeft u ook de deva gedaan?

Groet,

C.M. Bronsgeest.

http://www.facebook.com/groups/250891224959387/

www.devaisback.nl

Michel Gastkemper zei

Beste Cosmas Bronsgeest,
Knap gevonden! Ik was daar inderdaad van 1977 tot 1979. Tim, Hans, Ineke en de heer Reuvekamp zijn de eersten die in mijn herinnering opduiken. En een hele serie medeleerlingen uiteraard. Nu moet ik even graven in mijn geheugen, ik zie de gezichten wel, maar de namen zijn wat verder weg. Ilja en Elja heb ik wel meteen, omdat die zo bijzonder zijn. En Rush, ja die was indertijd een opkomende ster. Voor het eerst in Nederland op Pinkpop 1979, rond mijn DEVA-examen. En wat dacht je van ‘Atlas Shrugged’? Kwam twee weken geleden in Bergen, N-H, in die beroemde boekhandel daar, zowaar een Nederlandse vertaling tegen: ‘Atlas in staking’. Toch maar niet meegenomen, het is immers 33 jaar geleden, bovendien heb ik de Amerikaanse pocket nog altijd in mijn boekenkast staan. Ik ga me denk ik wel aanmelden voor 25 februari volgend jaar. Het zou leuk zijn oude bekenden tegen te komen. Ben benieuwd wat er van hen geworden is.

Anoniem zei

Leuk. Ga ik je dan zien!

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)