Afgelopen maandag in de krant, en zondagavond 6 maart op de website van Trouw, verscheen een opinieartikel met de titel ‘Een bank moet de handen juist vuil durven maken’. Dit was geschreven door ‘
‘“Ethische banken” investeren niet in “foute” bedrijven. Maar juist door dat wel te doen kun je invloed uitoefenen.
Om Nederlandse banken aan te sporen tot meer duurzame investeringen in ondernemingen ging twee jaar geleden de Eerlijke Bankwijzer van start. De organisaties achter de bankwijzer – Oxfam Novib, Amnesty International, Milieudefensie, FNV Mondiaal en de Dierenbescherming – roepen in een recent verschenen rapport banken op verantwoordelijker te handelen op het vlak van de mensenrechten. De maatschappelijke organisaties eisen van Nederlandse banken dat zij het Brits/Nederlandse Shell, het Indiase Vedanta en het Canadese Barrick Gold scherper aanspreken op het schenden van de mensenrechten.
“Het is teleurstellend dat de meeste banken Shell, Vedanta en Barrick Gold niet tot meer respect voor mensenrechten weten aan te zetten,” zo zegt Eduard Nazarski op de website van de Eerlijke Bankwijzer. De banken zouden volgens de directeur van Amnesty Nederland de betreffende ondernemingen veel krachtiger moeten aanzetten tot een betere praktijkvoering. De bedrijven zijn structureel en langdurig betrokken bij mensenrechtenschendingen.
De Amnesty-directeur heeft natuurlijk gelijk dat banken goed moeten nadenken over hun investeringen in internationaal opererende ondernemingen. Waar bedrijven handelen in strijd met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens of andere, internationaal geldende verdragen en richtlijnen, dan is een kritische houding gerechtvaardigd. Dat geldt te meer omdat de Nederlandse banken vrijwel allemaal een mensenrechtenbeleid hebben geformuleerd. Een ferme oproep aan financiële instellingen om hun eigen beleid na te leven is dan ook op zijn plaats.
Aan die oproep schort iets. Want niet het uitoefenen van invloed op de ondernemingen wordt gewaardeerd door de Eerlijke Bankwijzer, maar het uitsluiten van die ondernemingen. Zo krijgen de Triodos Bank, ASN Bank en de Friesland Bank de hoogste score. Deze financiële instellingen weigeren vuile handen te maken via een gesprek met de ondernemingen - iets wat een rol als aandeelhouder juist de mogelijk maakt.
Zij kijken liever toe hoe anderen hun rol als kritische belegger wel invullen en daarmee soms een open oor vinden bij die bedrijven. Dat de resultaten van deze gesprekken niet wereldschokkend zijn en soms wat lang op zich laten wachten, is een terecht punt van zorg. Maar dat doet weinig af aan de inspanning van sommige banken om de moeizame weg van de dialoog te bewandelen.
De Eerlijke Bankwijzer geeft evenwel de hoogste scores aan de banken die het minste doen in hun rol als kritische aandeelhouder. Begrijpt u me niet verkeerd: banken als ASN en Triodos verdienen lof voor hun investeringen in een duurzame economie. Maar ze laten het afweten door in het geval van Shell, Vedanta en Barrick Gold langs de zijlijn te blijven staan. Door niet te investeren in deze bedrijven, kunnen deze banken geen gebruik maken van het recht op informatie. Ook vervalt het recht om te stemmen op hun aandelen.
Het meest funest is dat die ondernemingen nu heel makkelijk de kritiek van de ethische banken naast zich neer kunnen leggen. De omvang van de financiële markten is zodanig dat de financiële relevantie van de ethische banken marginaal is. Op wereldschaal wellicht 1 à 2 procent. De banken die wel beleggen in bedrijven die betrokken zijn bij schendingen van mensenrechten, grijpen hun kans om invloed uit te oefenen – hoe bescheiden die ook is.
Natuurlijk is het niet de bedoeling alles bij het oude te laten en vrolijk te investeren in ondernemingen als Shell, Vedanta en Barrick Gold. Banken en andere institutionele investeerders, zoals pensioenfondsen, zouden gezamenlijk invloed moeten uitoefenen. Wie bedenkt dat de institutionele investeringsmarkt ongeveer de helft uitmaakt van de totale investeringsmarkt, beseft dat deze markt een “force for good”, een kracht ten goede, kan zijn. Het verdient aanbeveling dat de Eerlijke Bankwijzer de banken juist stimuleert en motiveert zich als kritische aandeelhouder op te stellen en niet met de rug naar de werkelijkheid te gaan staan.
De Eerlijke Bankwijzer mag wel van banken vragen verantwoording af te leggen over het gesprek met de ondernemingen. Een goede dialoog is niet hetzelfde als een gesprek in de achterkamer. Maar het gaat niet aan ondernemingen financieel te boycotten als je doel is verbetering te brengen in de mensenrechtensituatie. Van een houding als die van Triodos, ASN Bank en de Friesland Bank worden noch de banken, noch hun klanten, noch de ondernemingen wijzer. Beter werkt het organiseren van gezamenlijke druk.
Zonder druk van kritische beleggers verandert er geen sikkepit aan de schendingen van de mensenrechten in Nigeria, India of Papoea Nieuw-Guinea. Het enige gevoel dat wellicht bij klanten van ethische banken achterblijft, is dat zij niet hebben bijgedragen aan de schendingen. Maar ze hebben als investeerder ook niets gedaan om de ondernemingen daarop aan te spreken. Een gemiste kans.’
Hier kwam van bezoekers aan de website meteen gepeperde kritiek op, wat u onder het artikel aldaar na kunt lezen. Maar vandaag verscheen in de papieren krant een weerwoord van Bas Rüter, ‘managing director Triodos Investment Management’. Niet op de website helaas, maar omdat wij hier natuurlijk geïnteresseerd zijn in wat vanuit deze bank hier tegenin kan worden gebracht, wachten wij publicatie niet af, op de website van Trouw, dan wel op die van Triodos Bank zelf. ‘Duurzaamheid is gebaat bij wortel, niet bij stok’ heet het:
‘Eerlijk bankieren werkt het beste als je investeert in bedrijven die goed presteren op duurzaamheid, en je elders terugtrekt.
De Eerlijke Bankwijzer maakt een fout door banken bovenaan te zetten die bepaalde bedrijven voor hun beleggingen uitsluiten, vindt Harry Hummels, directeur SNS Impact Investing (Trouw, 7 maart). Zij beleggen bijvoorbeeld niet in bedrijven die het niet zo nauw nemen met mensenrechten. Hij wijst de werkwijze van ASN Bank, Frieslandbank en Triodos Bank expliciet af, en stelt dat het beter is om “je handen vuil te maken” en je stem te laten horen op de aandeelhoudersvergaderingen. Dat is naïef en gebaseerd op oud denken. Triodos Bank ervaart dagelijks hoe het voorhangen van een wortel vele malen effectiever werkt dan het zwaaien met een stok.
Wij maken positieve keuzes bij het beleggen van het geld van onze aandeelhouders. Wij kiezen voor beleggingen in de best presterende bedrijven op het gebied van duurzaamheid, mensenrechten, sociaal beleid en bedrijfseconomisch beleid. Volgens ons zijn dit de bedrijven die zich het beste oriënteren op de toekomst en het beste geëquipeerd zijn om actuele vraagstukken rondom ondernemerschap te beantwoorden. Deze bedrijven tonen aan dat het anders kan. Daarin investeren is een strategische keuze met een grote impact. Bedrijven die niet aan duurzaamheidscriteria voldoen (en in dit geval mensenrechten schenden) zijn niet toekomstbestendig en daarmee geen goede investering.
Triodos Bank zou graag zien dat zo veel mogelijk bedrijven voldoen aan duurzaamheidscriteria. Wij gaan om die reden regelmatig – gevraagd en ongevraagd – met bedrijven in gesprek. Afgelopen jaar maar liefst 750 keer. In tegenstelling tot de aanname van Hummels óók regelmatig met bedrijven waarin we níet investeren. Het afgelopen jaar onder andere met Shell over de mensenrechten in Nigeria en over dierproeven. Maar bijvoorbeeld ook met Toyota over hun distributieactiviteiten in Birma, een belang dat wij verkocht hebben nadat dit aan het licht was gekomen. Daarbij engageren wij dus niet alleen op basis van aandeelhouderschap, maar vooral op basis van inhoud.
Dat vinden bedrijven interessant. Ze willen weten waarom hun concurrent wel voldoet aan onze criteria. En dat kan leiden tot gedragsverandering. Zo heeft Toyota onder druk van een coalitie van (voormalige) aandeelhouders en andere stakeholders inmiddels de activiteiten in Birma afgestoten – een coalitie waar SNS Impact Investing in tegenstelling tot Triodos Bank geen deel van uitmaakte. Niet (meer) geselecteerd zijn heeft minstens zo veel impact als door kritische aandeelhouders gemaakte puntjes op een aandeelhoudersvergadering. Je moet als belegger bereid zijn je aandelen te verkopen als het bedrijf zijn gedrag niet verbetert.
Een beleggingsbeleid met strenge uitsluitingscriteria en heldere positieve criteria werkt dus op twee manieren. Het geeft beleggers de mogelijkheid te investeren in koplopers op sociaal en milieugebied en geeft bedrijven die willen verduurzamen een reden om te voldoen aan de eisen die beleggers en steeds meer consumenten stellen.
De mening van Harry Hummels is wat ons betreft achterhaald, en daarin staan wij niet alleen. Honderden fondsbeheerders wereldwijd onderschrijven de VN Principes voor Verantwoord Investeren (UN PRI). Zij stellen dat het beter is kapitaal te steken in bedrijven die verantwoord en sociaal ondernemen. De wortel van deze vele miljarden euro’s werkt in onze ogen aanzienlijk effectiever dan uitsluitend een stok waarmee door aandeelhouders wordt gezwaaid op de aandeelhoudersvergadering van bedrijven waarin verantwoordelijke investeerders gewoon niet willen investeren.’
Ik ga meteen door naar de nieuwe van de Vitatas Wetenswaardigheden op Proef.nu, op dinsdag 8 maart deed ik dat voor het laatst in ‘Vork’. Gisteren werd daar de intrigerende vraag ‘Kan biologisch de wereld voeden?’ aan de orde gesteld:
‘Deze vraag, die met zekere regelmaat gesteld en met “nee” beantwoord wordt door tegenstanders van biologische landbouw, wordt steeds actueler. De voedingsprijzen zitten mondiaal enorm in de lift en de verwachting is dat dit nog wel even doorgaat. Biologische landbouw en gentech landbouw zitten enorm in de lift, wat zo’n beetje elkaars tegengestelden zijn.
In 2006 organiseerde de wereldvoedselorganisatie FAO een driedaagse conferentie over biologische landbouw, wereldvoedselproductie en voedselzekerheid. De 350 deelnemers concludeerden dat biologische landbouw de potentie heeft om de wereldbevolking te voeden. Modelberekeningen toonden aan dat de productie in de VS en de EU iets zou afnemen ten opzichte van gangbare systemen, terwijl de productie in Derde Wereldlanden zou kunnen verdubbelen met biologische landbouw. Mondiaal zou de productie van biologisch landbouw met 32% kunnen stijgen. Daarmee zou de groei van 7 naar 9 miljard mensen ruimschoots opgevangen kunnen worden.
Professor Rabbinge, een bekende criticaster van de biologische landbouw, meldt in Biofood Magazine opnieuw dat biologische landbouw vooral het probleem is in de Derde Wereld. “Ze doen daar al biologisch en dat is juist het probleem. De landbouw in Afrika zit op 10 tot 20 procent van haar potentie.” Er is geen verdubbeling maar een vertienvoudiging nodig in de arme landen en dat lukt alleen met bijsturing via kunstmest en landbouwgif, zo betoogt Rabbinge. Als de hele wereld biologisch gevoed moet worden, gaat alle cultuurgrond naar de landbouw en keren we terug naar het kale voedingspatroon van de jaren dertig, waarschuwt Rabbinge.
Ingenieur Wijnand Sukkel van de Wageningse universiteit draait de vraag liever om: “Kunnen we met de huidige gangbare landbouw de wereld op termijn voeden?” Zijn antwoord luidt nee, want mondiaal gezien neemt de kwaliteit van landbouwgronden af (door gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen) en de biodiversiteit neemt sterk af. Op deze onderdelen scoort biologisch landbouw juist goed. Het gebruik van kunstmiddelen veroorzaakt dat de landbouw hierop gaat leunen en geen alternatieven meer toepast of ontwikkelt. “Met kunstmest en bestrijdingsmiddelen is het veel gemakkelijker om te boeren dan te werken vanuit preventie en met de nutriënten die vrijkomen uit organische bemesting.”
Meneer Sukkel benadrukt overigens ook dat de onderliggende waarden van biologische
landbouw en voeding het belangrijkste onderscheid met gangbaar zijn, zoals eerlijke prijsvorming, integriteit van plant en dier. “De huidige gangbare landbouw is niet helemaal waardeloos maar focust op inkomen, laat het milieu aan nationale wetgeving over en houdt weinig rekening met waarden als eigenheid, integriteit en andere sociaal-maatschappelijke waarden. Uiteindelijk zit daar de crux voor het wereldvoedselvraagstuk.” Een terechte constatering, want de huidige ethiek in de agroketen houdt de situatie in stand van 1 miljard mensen die te weinig eten hebben, in landen waar de eigen productie ontmoedigd wordt door goedkope importen.’
Ook het Odinieuws had gisteren een interessante bijdrage, heel anders van karakter, want het ging over ‘Delicatesse uit Italië: biologische appels’:
‘Nog even en we kunnen weer volop genieten van bloeiende bloesems van de appel- en perenbomen in Nederland. Met de zonnige dagen van afgelopen week “zie” je de bomen als het ware enkele groeistuipjes ondergaan. Op de fiets of met stevige stappers gaan we er straks weer op uit om de lente volop in te ademen. De bloeiende bloesems vormen het begin van het nieuwe appelseizoen dat pas rond oktober de vruchten “afwerpt”. Wanneer wij van de bloesem genieten zijn de bezige bijen volop in de actie. Zij vliegen af en aan om het stuifmeel te verspreiden en daarmee bevruchting te laten plaatsvinden, nodig om te zorgen voor een nieuwe oogst appels in het najaar (waar zouden we toch zijn zonder deze bijen?).
Ondertussen eten wij de oogst van vorig jaar op; deze appels zijn direct na de pluk opgeslagen in speciale koelcellen. Het is nu zover dat het aanbod van de biologische Hollandse appels op zijn eind loopt, de koelcellen raken leeg. Omdat wij u graag van appels voorzien stappen wij normaal gesproken over op het aanbod uit Argentinië. Deze appels komen per boot naar Nederland. Echter, dit keer stellen we de Latino-appels nog even uit. Wij kunnen namelijk prachtige biologische Royal Gala-appels inpakken uit het Italiaanse Zuid-Tirol. De Royal Gala is een mutant van de bekende Nieuw-Zeelandse Gala-appel. De smaakomschrijving zoals de leverancier Bio SüdTirol ons vertelt, past helemaal bij de mooie naam: “deze kleine, stevige appel met zijn helder rood gekleurde schil onderscheidt zich door zijn knapperige ‘bite’ en met een duidelijke zoete geur en smaak”. Deze kans laten we niet liggen!
Appelparadijs
Zuid-Tirol is met veel zon-dagen en de vruchtbare gronden een waar paradijs voor de groei van appels. Het telen van appels vindt al eeuwen plaats en de geschiedenis leert ons dat de appels uit dit gebied in de 16e eeuw als een ware delicatesse werden beschouwd. Verschillende hofhoudingen in Europa plaatsten speciale bestellingen voor deze appels, die zij met spoed lieten bezorgen. Het telen van fruit zit de Zuid-Tirolers dus al eeuwen in het bloed en het vormt vandaag de dag nog steeds een belangrijke bron van inkomsten in dit gebied. Een groep van 170 fruittelers is sinds enige decennia overgestapt op het biologisch telen van appels. Het werken volgens de uitgangspunten van de biologische landbouw levert een gezonde omgeving voor gezonde bomen en vruchten. Samenwerken mét de natuur en niet tegen de natuur is het uitgangspunt van de telers van Bio SudTirol. Met de kwaliteitsproducten die zij leveren, willen de telers een tegengeluid laten horen (proeven) tegen de industriële wijze waarop veel levensmiddelen vandaag de dag worden geproduceerd. Naast het produceren van bekende appelrassen leggen de biologische fruittelers zich ook toe op het handhaven van oude appelrassen. De variëteit in rassen is weer goed voor het behoud van de biodiversiteit. Zo blijft het cirkeltje rond!’
Dat is weer een heel andere manier om je verhaal te vertellen. Maar net zo waardevol. Wat heb ik nog meer voor u? Te veel om op te noemen. Maar in ieder geval nog even dit, ‘De poort van de inwijding’ door het Drempeltheater. Daarvoor moeten we naar de website van Theater Zuidplein te Rotterdam, alwaar morgen om 13.00 uur in de Grote Zaal, tot ongeveer 18.00 uur het volgende op het programma staat (tegen € 30 entree):
‘In het eerste Mysteriedrama De poort van de inwijding ontmoeten mensen elkaar en vertellen over hun leven. De kunstschilder Johannes heeft een platonische band met een wat oudere vrouw, Maria, die hem inspireert tot het maken van schilderijen die uit een andere dimensie lijken te stammen. Hij heeft er veel succes mee gehad. Sinds enige tijd lukt het hem niet meer zo te schilderen als hij zou willen. Als hij merkt dat zijn vriendin alleen vriendschap voor hem voelt en zij zijn liefde niet kan beantwoorden raakt hij in een diepe depressie. Door de vier drama’s heen zien we vervolgens hoe hij zonder medicijnen, door inzicht in vorige levens en door innerlijke scholing verder groeit als mens. Gesteund door zijn vriendin en Benedictus. Ook leren we de verschillende biografieën van Strader, Capesius, Felix en Felicia Balde, Theodora en vele anderen kennen.
De muziek, viool en fluit en klankschalen, ontstaat grotendeels op het moment zelf en wordt tussen de scènes gespeeld. Tijdens het schrijven van het eerste drama bestond de euritmie nog niet. Dit ontstond pas tijdens het tweede drama. Het is een kunstvorm waarbij klanken door beweging en vormen worden uitgebeeld door euritmisten gekleed in soepele zijden gewaden met sluiers. De spraakvorming is een kunstvorm waarbij door inleving van de klanken, de woorden en het ritme de inhoud van de teksten op een diepere laag beleefd kunnen worden.
Reis door de muziek van De poort van de inwijding!Peter Visser en zijn vrouw Christine zullen van 11.30 tot 12.30 uur de muzikale reis door de eerste zeven scènes van de Poort van de Inwijding toelichten en laten klinken aan de hand van de metamorfose van de thema’s.
Plaats: in de kleine zaal op tweede verdieping. Prijs € 5,-. (Voor de busreizigers is het helaas niet mogelijk deze bijeenkomst bij te wonen). Het aantal plaatsen is beperkt dus meldt u snel aan bij: Theater Zuidplein, (010) 203 0 203. www.drempeltheater.nl’
De gegevens zijn nogal onvolledig. De auteur van dit stuk is Rudolf Steiner en het stamt uit 1910. Op de website van het Drempeltheater zelf vinden we vermeld staan dat het gaat om een ‘opvoering eerste zeven scènes, voor- en tussenspel, van de Poort van de inwijding’. Dus niet het totale eerste mysteriedrama. Maar meer ook niet. De website van het Euritmie Impresariaat kan ons wat dit betreft niet veel wijzer maken. Dus moeten we maar afwachten wat er morgen precies te gebeuren staat. Iets anders is dat ik vorige maand zomaar ongevraagd vanuit het Goetheanum een mailtje kreeg, waarmee mij toegang tot de nummers van ‘Anthroposophy Worldwide’ werd geboden. Ik kan alleen maar gissen waarom dat is. Bovendien had ik al een manier gevonden om aan dit internationale maandblad te komen. Doet er niet toe, het is heel prettig om op deze manier direct op de hoogte gesteld te worden. Ik heb er in het verleden immers vaak genoeg uit geciteerd. In ‘Anthroposophy Worldwide No. 3/11’ staat helemaal achteraan op bladzijde 19 dit berichtje van de penningmeester:
‘Dear Members and Friends,
I would like to take this opportunity to provide an interim report on the Christmas Appeal for 2010. Despite the ongoing global financial uncertainty and difficulties, and despite the very substantial disadvantages of the high Swiss franc against other currencies, and particularly the Euro, this years Christmas Appeal had the highest results in over 10 years! This is a confirming and deeply encouraging outcome. The Goetheanum received a few extraordinary gifts which made the difference in not only meeting the global target of 750,000 CHF, but exceeding it by over 250,000 CHF.
On behalf of the Executive Council, I would like to express deep appreciation to you, members and friends, who financially support and confirm the tasks and commitments of the Goetheanum, the School of Spiritual Science and the worldwide Anthroposophical Society. A provisional breakdown of the donations we have received are as follows:
CH: 784.000 CHFDE: 285.000 CHFForeign: 25.000 CHFTotal: 1.094.000 CHF
With our sincere thanks,Cornelius Pietzner, Treasurer’
In het begeleidende mailtje van vandaag schrijft dezelfde Cornelius Pietzner:
‘Dear Friends and Members
This issue of Anthroposophy Worldwide is dominated by the Motions put to the Annual General Meeting of the Society in approximately one month’s time. Traditionally, the AGM is embedded in the Annual Conference which is able to focus on broader aspects and themes of the work of the Society and the School of Spiritual Science. It is also a place introduce the theme of the year in more detail, which we hope can provide strength, inspiration and orientation to the branchs and groups worldwide.
The Society is, of course, multi-dimensional, and we can experience, especially in Europe in the last weeks, the surge of interest and appreciation for Rudolf Steiner and his work and achievements in the public domain, with weekly, if not daily offerings in the media of all types. In some respects, one can sense a public respect and perception for Steiner during this special anniversary year, and the enormous relevance and societal presence and impact that his work had had and continues to have. We have also been able to celebrate the weekend of February 25-27 at the Goetheanum with music, eurythmy, and rich lectures, to an audience that was in part sold out with over 1100 participants. As the Sunday, February 27th public celebration had a clear festive mood bringing together individuals from the public domain who have had a relationship to Steiner and anthroposophy. This too, was a worthy tribute and recognition of Rudolf Steiner. With 1000 candles surrounding the Goetheanum on the balcony – one for each Waldorf School in the world –, and the release of 150 light-filled lanterns into the clear night sky during the conference, all of which was orchestrated by friends from the nearby Waldorf School, the entire group of participants, not to mention our neighbors in Dornach, Arlesheim and surrounding towns, could also witness something spectacular!
Thus, we see elements reflecting concerns and views in the membership reflected in the Motions as well as the special events surrounding the anniversary and the acceptance of Steiner in the public life. All of this belongs to our Society and to its internal and external workings, and we chose not to overlook one dimension in favour of another.
As I have indicated in earlier messages, and as has been published previously, I made the decision to step back from my duties on the Executive Council nearly a year and a half ago to undertake new initiatives, and this will take place during the AGM in April. Therefore this is my last introductory greeting to you, dear members, in regard to Anthroposophy Worldwide. Allow me the opportunity to thank you for your support, interest and engagement, which has made my work at the Goetheanum so enriching. I am deeply grateful for the opportunity to have served the Goetheanum and Society in this capacity over the last 9 years, and hope the increasingly important work of the Goetheanum, the Anthroposophical Society and the School of Spiritual Science can continue to flourish into the future.
With my best wishes,Cornelius PietznerFor the Executive Council’
Al die gegevens en moties voor de jaarvergadering had ik afgelopen zondag 6 maart in ‘Rozenkruisers’ aan bod laten komen. Maar het is wel leuk om een direct bericht te horen over de festiviteiten tijdens de jubileumviering; want daar had ik verder nog niets over vernomen. – Zo lijkt het me wel weer genoeg voor vandaag. En de titel ‘Schelp’, waar slaat dat op, zult u denken. ‘Shell’, dat is een schelp. En een schelp is een oud middeleeuws herkenningsteken, voor degenen die op weg waren naar bedevaartplaats Santiago de Compostella in Noord-Spanje, de plek waar de apostel Jacobus begraven zou liggen.
.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten