Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

dinsdag 28 april 2009

Richtlijnen

Afgelopen vrijdag meldde ik nog in ‘Voedseltekort’ over ontwikkelingen binnen Stichting Demeter, zoals die daar onder ‘Nieuws’ werden gebracht:

‘Het bestuur, de commissieleden (Voorwaarden Commissie en Licentie Commissie) en de medewerkers van Stichting Demeter hebben de afgelopen maanden gewerkt aan de toekomst van Stichting Demeter.’

Vandaag is dat bericht er niet meer, het is weggehaald, maar er is iets anders voor in de plaats gekomen. Het heeft trouwens als titel gekregen ‘Het kantoor’:

‘Op 30 maart is het bestuur samengekomen met de voorzitters van de DVC [Demeter Voorwaarden Commissie, MG] en de DLC [Demeter Licentie Commissie, MG] en met de medewerkers van het bureau. Er is gesproken over de Demeter-certificering en over de organisatie.

De volgende besluiten zijn genomen:
– Het bestuur zal directer betrokken zijn bij de organisatie, wat minder op afstand.
– Er wordt samen met betrokkenen een Meerjarenplan opgesteld.
– Rienk [ter Braake, medewerker bureau Stichting Demeter, directie (interim) en Demeter-certificering, MG] wordt aangesteld als interim directeur voor de periode tot 1 oktober 2009.
– Dik [Goorhuis, bestuur Stichting Demeter, MG] zal weer toetreden tot het bestuur.
– Het bestuur wordt vernieuwd dan wel uitgebreid met minimaal twee nieuwe Bestuursleden vóór 1 oktober 2009.

De bezetting van het kantoor is nog niet op volle sterkte. Er wordt hard gewerkt aan vernieuwing.

Joke [Doorschodt, medewerker bureau Stichting Demeter, secretariaat en financiële administratie, MG] is inmiddels goed ingewerkt op het secretariaat en in de boekhouding. Ze gaat ook ondersteunende taken doen in de Demeter-certificering.

In de Demeter-certificering wordt gekozen voor versterking van de Mansveltscore; op termijn als vervanging van de huidige certificeringssystematiek. De biologisch-dynamische landbouw als initiator en vernieuwer in de biologische sector.

Voor Demeter-promotie hebben we Merle Koomans van Estafette gevraagd om voor één dag in de week snel de lopende zaken over te pakken. De open dagen (Lekker bij de Boer) komen er weer aan en dan willen we in elk geval een Demeter-folder klaar hebben. Jorien Quirijnen zal Merle twee dagen in de week gaan ondersteunen.’

Ik heb alle voornamen maar meteen voorzien van achternamen en functie, zoals die elders op de website worden vermeld, onder Bestuur Stichting Demeter en Medewerkers bureau Stichting Demeter. Bepaald revolutionair is de melding dat de Mansveltscore op termijn de huidige certificeringssystematiek moet gaan vervangen. Er waren altijd behoorlijk strenge Demeter-normen, als je je daar niet aan hield kreeg je geen Demeter-keurmerk. Dit onder de noemer ‘Eko is mooi, Demeter gaat verder!’ Maar voor veel bd-boeren waren die normen te rigide. Op de pagina ‘Demeter-kwaliteit’ worden deze normen opgesomd:

‘Demeter-normen voor de landbouw
De normen zijn de basis van een biologisch-dynamische bedrjfsvoering en een voorwaarde voor het toekennen van een certificaat. Er zijn normen gesteld op het gebied van:

– Vruchtwisseling: minimaal percentage gebruik van groenbemesters en beperking van rooivruchten
– Kassenteelt: beperking van stoken in de kas en verbod op stomen tegen bodemproblemen
– Fruitteelt: beperking koperbemesting
– Mestgebruik: minimaal 60% biologische mest
– Veevoeding: 100% biologisch, waarvan minimaal 80% geteeld op het eigen bedrijf
– Strogebruik: biologisch stro
– Foliegebruik: uitsluitend composteerbare folie als bodembedekker
– Integriteit van het dier: koeien en geiten met horens, lees meer
– Bd-preparaten: gebruik van preparaten die de vitaliteit van gewassen ondersteunen, lees meer

Meer informatie vind je bij Demeter-normen voor de landbouw.’

De Mansveltscore, uiteraard vernoemd naar bd-voorvechter Jan Diek van Mansvelt, werkt op een andere manier. Deze toetst namelijk richtlijnen, die veel genuanceerder van aard zijn:

‘Demeter-richtlijnen voor de landbouw
De richtlijnen zorgen voor dynamiek, ontwikkeling, leven. Iedere boer kan hier zelf accenten leggen op de verschillende terreinen. Het resultaat van een toetsing (Mansveltscore) telt mee bij het verkrijgen van het Demeter-certificaat. Er zijn richtlijnen op het gebied van:

– Gemengde bedrijfsvoering: individueel of in samenwerking met een nabijgelegen bedrijf
– Bemesting en compostering: optimalisering van het bodemleven door bewuste bemesting
– Bedrijfskarakter: ondersteunen van de samenhang tussen bodem, planten, dieren, mensen en omgeving
– Natuur op het bedrijf: beheer van flora en fauna, landschap en variatie
– Mens en bedrijf: werken aan een gezond economisch en sociaal klimaat via coaching en bedrijfsbezoeken
– Landbouwkundig: ontwikkeling van bedrijfsmethoden op het gebied van
- biologische zaden en plantmateriaal
- veefokkerij, huisvesting en diergezondheid
- grondbewerking
- mechanisatie

Meer informatie vind je bij Demeter-richtlijnen voor de landbouw.’

Ik weet niet hoeveel strijd er is uitgevochten om tot deze beslissing te komen. Ik weet wel dat deze kwestie al heel lang speelt, zonder tot een duidelijk resultaat te komen. Dat is nu blijkbaar wel het geval. Er is zelfs een grote verwachting aan verbonden: ‘De biologisch-dynamische landbouw als initiator en vernieuwer in de biologische sector’, zoals men het in het bericht zelf noemt. Overigens moet ik voor de volledigheid hierbij vermelden dat er ook ‘Demeter-normen voor de verwerking’ zijn:

‘Ingrediënten afkomstig uit de gecertificeerde Demeter-landbouw kunnen verder verwerkt worden. Om dan het Demeter-keurmerk te mogen voeren moeten ook de verwerkers voldoen aan eisen die verder gaan dan de eisen die aan EKO gesteld worden.’

Verder is de laatste alinea in het nieuwsbericht ook heel opvallend:

‘Voor Demeter-promotie hebben we Merle Koomans van Estafette gevraagd om voor één dag in de week snel de lopende zaken over te pakken. De open dagen (Lekker bij de Boer) komen er weer aan en dan willen we in elk geval een Demeter-folder klaar hebben. Jorien Quirijnen zal Merle twee dagen in de week gaan ondersteunen.’

Merle Koomans is geen onbekende. Tegenwoordig voert zij de redactie van het Estafette Weeknieuws.

‘Waar blijft Demeter en hoe gaat het verder met de biologisch-dynamische landbouw? Er blijkt heel wat op stapel te staan rondom het Demetermerk en de biologisch-dynamische productiewijze. Zo is er na jaren van voorbereiding dit voorjaar een promotiecampagne van start gegaan. Daarnaast wordt er binnen de bd-vereniging hard gewerkt om de bd-landbouw een inhoudelijke impuls te geven.’

Dit schrijft Merle Koomans van den Dries samen met Emma Schotveld. Met ‘dit voorjaar’ wordt echter niet 2009 bedoeld, maar – schrik niet – voorjaar 2001. Acht jaar geleden! Het is de aanhef van een artikel in Motief nr. 41 van mei 2001 met de titel ‘Het Demetermerk...? Komt eraan!’ Wat is er in vredesnaam in de tussentijd allemaal gebeurd, of juist niet gebeurd? Laat ik maar eens wat passages uit het artikel aanhalen:

‘Aan deze promotiecampagne is een heel proces vooraf gegaan. Er waren binnen de bd-vereniging al enige tijd plannen om het kwaliteitskeurmerk Demeter meer te gaan promoten. De toekomst van de biologisch-dynamische landbouw hangt immers voor een groot deel ook af van de afzetmogelijkheden van de producten. De afgelopen jaren heeft de bd-vereniging (voluit: Vereniging voor Biologisch-Dynamische Landbouw en Voeding) er bewust voor gekozen eerst het Eko-merk te promoten. Het argument hiervoor was: wat goed is voor Eko, is ook goed voor Demeter. Nu de afzet van biologische producten steeds meer op gang komt, lijkt de tijd echter rijp om naast het Eko-merk ook het Demeter-merk stevig neer te zetten. Om de kansen van het Demetermerk in te schatten heeft Bavo van den Idsert, marketing- en communicatiespecialist in de natuurvoedingsmarkt en hoofdredacteur van het vaktijdschrift Biofood Magazine, begin 2000 in opdracht van de bd-vereniging de beschikbare gegevens over de biologische en biologisch-dynamische landbouw en afzet op een rijtje gezet. Ter aanvulling hierop heeft hij een deels kwalitatief en deels kwantitatief marktonderzoek gedaan onder natuurvoedingswinkeliers en licentiehouders van het Demetermerk.

Op de herfstconferentie 2000 van de bd-vereniging presenteerde Bavo van den Idsert de resultaten van zijn onderzoek aan de bd-boeren. Hij begon zijn presentatie met de vraag of de Demeteromzet vanaf 2001 jaarlijks met 20% zou kunnen groeien. Wij hebben deze vraag nu opnieuw aan hem voorgelegd. Zijn antwoord is een welgemeend: “Ja, dat denk ik zeker!” Uit zijn onderzoek blijkt namelijk dat er kansen zijn voor Demeter.’

Daarbij moet de campagne wel helder zijn en vooral niet zweverig, zo vinden de winkeliers.

‘Uit het onderzoek blijkt verder dat er voor Demeter een kans ligt in de rol van voorloper in de biologische sector. Door de enorme verbreding van de biologische landbouw is er in de sector bezorgdheid over het feit dat de kwaliteitsnormen meer en meer zullen worden opgerekt om aan de vraag te kunnen blijven voldoen. Daarmee zou de kwaliteit van de biologische producten steeds meer onder druk kunnen komen te staan. Uit de bd-landbouw kunnen echter vernieuwende, verdiepende initiatieven komen waarmee een hoogwaardige biologische kwaliteit kan worden gewaarborgd.

Rutger Murray, bd-tuinder in Lelystad en bestuurslid van de bd-Boerenvereniging beaamt dit. “De bd-sector is in feite altijd al een broeinest voor nieuwe ideeën geweest. Vernieuwende initiatieven in de landbouw komen veelal uit de bd-hoek. Denk maar aan de ontwikkeling van de zorgboerderijen, aan de aanzet tot een visie op genetische manipulatie en zaadveredeling of aan de ontwikkeling van een groenteabonnementensysteem, dat eerst door een paar bd-tuinbouwbedrijven is opgezet en later onder andere door groothandel Odin verder is uitgebouwd. Dat kan bijna geen toeval zijn. Net zoals de biologische landbouw invloed heeft op de verduurzaming van de landbouw in het algemeen, kan de bd-landbouw een voortrekkersrol vervullen voor de biologische sector. Daarvoor is het echter wel belangrijk dat de groep kan blijven bestaan, zichzelf respecteert, iets voorstelt”, vindt hij, “en het kan daarbij helpen als je herkenbaar bent.”’

De auteurs schetsen verder een beeld van de ontwikkelingen in de bd-beweging ten aanzien van reclame en marketing:

‘Werk aan de winkel dus. Uit het verleden en uit het onderzoek van Bavo van den Idsert kwam echter naar voren dat de bd-vereniging zelf niet voldoende kennis en ervaring in huis heeft op het gebied van promotie en marketing. Om een actieve samenwerking aan te kunnen gaan met de merklicentiehouders en natuurvoedingswinkels, hen bij de Demeterpromotie te betrekken en van hun kennis van marketing en communicatie gebruik te maken, is dan ook besloten de “Stichting Demeterpromotie” op te richten. Hierin is onder andere de bd-vereniging vertegenwoordigd en mensen met een professionele achtergrond vanuit de handel en de verwerking van biologische en biologisch-dynamische producten. De stichting zal de komende jaren de promotie van het Demetermerk ter hand nemen. Een deel van de financiering hiervoor komt van de bd-vereniging. Verder leveren de merklicentiehouders zelf een groot aandeel door middel van sponsoring. Van den Idsert hoopt dat er meer financiers over de brug komen als de campagne goed aanslaat.’

Als je dit zo leest, krijg je het gevoel dat ook promotie en marketing aan het uit de antroposofie bekende zevenjaarsritme onderhevig is. Er liggen immers inmiddels al acht jaren tussen 2001 en 2009...

‘Ondertussen is de bd-vereniging ook druk in de weer om de inhoudelijke kant van de bd-landbouw een nieuwe impuls te geven. De vlag moet de lading immers wel blijven dekken. Op relatief korte termijn wordt middels het project “Herziening Demetervoorwaarden” gewerkt aan bijstelling en waar nodig aanscherping van de richtlijnen voor de bdlandbouw. Aan het Demetermerk moeten goed communiceerbare en controleerbare meerwaarden verbonden zijn. Zo’n meerwaarde is bijvoorbeeld het snel verplicht stellen van het gebruik van 100% biologische mest en het krachtig blijven stimuleren van het gemengde bedrijf. Nu is het gebruik van 100% biologische mest nog niet verplicht.

Om de bd-boeren meer te betrekken bij het inhoud en vorm geven van de bd-landbouw, zodat deze duidelijk omschreven, controleerbaar en uitvoerbaar is, is het project “Referentiekader bd-landbouw” opgestart. Dat project heeft tot doel de ontwikkeling van de bd-beweging een nieuwe impuls te geven. “Dit is een meerjarenproject”, licht Marja Molenaar kort toe. Zij is bd-boerin in Zeewolde en een van de schrijvers van bd-landbouw herijkt, het eerste rapport van het project. “In dit rapport staat helder beschreven hoe de concrete situatie in de bd-landbouw er op dit moment uitziet. Waar voor boeren nieuwe kansen liggen, maar ook waar mensen eventueel vastlopen, omdat er voor hen een groot gat zit tussen hun idealen en de praktische haalbaarheid ervan in hun situatie. (...)”’

Marja Molenaar is trouwens tegenwoordig directeur van de Vrije Hogeschool in Driebergen, die sinds enige tijd de nieuwe naam ‘Bernard Lievegoed College for Liberal Arts’ draagt. Hoe dan ook, je mag hopen dat de Stichting Demeter in staat is het Demetermerk nu wel in de vaart der volkeren op te stoten. Maar eenvoudig zal het niet zijn, dat is het nooit geweest. Tot slot, om enige context te bieden aan dit verhaal, de tekst die in een kader bij het artikel is geplaatst en die de verhouding aangeeft tussen Eko- en Demeter-keurmerk:

‘Biologische landbouw is een verzamelnaam voor de ecologische en biologisch-dynamische manier van produceren, met als basis een aantal Europese verordeningen voor biologische productie. Ecologische landbouw is landbouw zonder het gebruik van kunstmest, chemisch-synthetische bestrijdingsmiddelen, met respect voor mens, dier en natuur. De ecologische landbouw streeft ernaar de natuurlijke gezondheid en de natuurlijke weerstand van planten en dieren te stimuleren. Er wordt dan ook bewust niet met chemische bestrijdingsmiddelen, kunstmest en genetisch gemodificeerde organismen gewerkt. In Nederland controleert de onafhankelijke controle-organisatie Skal of de aangesloten biologische producenten zich wel aan de Europese voorschriften houden. Is dat het geval, dan mogen zij van Skal het Eko-keurmerk gebruiken. Als een product daarnaast ook aan de aanvullende richtlijnen voor biologisch-dynamische landbouw voldoet, dan krijgt het naast het Eko-keurmerk ook het internationale kwaliteitsmerk Demeter.

De bd-landbouw is in de jaren twintig ontstaan [van de twintigste eeuw, dus al bijna honderd jaar geleden, MG] vanuit een initiatief van een groep boeren die zich zorgen maakten over de verindustrialisering van de landbouw. Zij hebben Rudolf Steiner in 1924 gevraagd daarvoor vanuit de antroposofische levensvisie een alternatieve richting aan te geven. De serie lezingen die hij hierop aan deze boeren over de landbouw gaf, wordt de “landbouwcursus” genoemd (titel: Vruchtbare landbouw op biologisch-dynamische grondslag) en vormt het begin van wat later bd-landbouw is gaan heten. De samenhang tussen mens, plant, dier, bodem en kosmos is het belangrijkste uitgangspunt ervan. Het streven naar een kringloop van eigen voer en mest ten behoeve van het ontwikkelen van een “bedrijfsindividualiteit” en het rekening houden met het soorteigen karakter van het dier zijn enkele andere kenmerken. Door de levensprocessen van plant en dier te ondersteunen en te versterken, worden voedingsmiddelen geproduceerd met levenskracht: levensmiddelen.’

2 opmerkingen:

barbara2 zei

kunstmest;-)
kunstmist: herrlich, chemisch synthetischer stickstoff oder auch sog. kunstdünger.

für demeter gibt es übrigens noch demeter international mit einheitlichen basisrichtlinien weltweit für demeterproduktion

bloss wer macht die eu kontrolle in den niederlanden? eko?

Michel Gastkemper zei

Liebe Barbara,
Auf die Seite mit ‘Demeter-normen voor de landbouw’ (http://www.demeter-bd.nl/DemeterLandbouwNormen.asp) steht:
‘De controles op de Demeter-normen worden uitgevoerd door de nationaal erkende controle-organisatie voor de biologische landbouw. In Nederland is dat Control Union Certifications. In Vlaanderen zijn dat Integra en Certisys.’
Oder ist das vielleicht nicht dasselbe wie die Kontrolle der internationale Demeter Richtlinien?
Herzlich,
Michel

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)