Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

zaterdag 2 oktober 2010

Voorletters


En hier zijn we dan al snel met de metro bij de halte Musée d’Orsay aangekomen, waarbij we, met onze rug naar de Seine, bijna vanaf de oever, op dit beroemde museum van impressionistische beeldende kunst uitkijken. De komende tijd zullen we aardig wat foto’s uit deze omgeving te zien krijgen, van voor en van achter.

Vanochtend vond ik in de kranten Trouw en de Volkskrant een overlijdensadvertentie van Rudolf Mees, vanmiddag volgde in dit rijtje ook NRC Handelsblad. Misschien dat ook de Telegraaf en het AD deze hebben opgenomen, maar daar heb ik geen toegang toe. Op 13 september had ik het in ‘Verruiming’ nog het laatst over Rudolf Mees, verder is hij hier veelvuldig ter sprake gekomen. In de genoemde kranten stonden er twee advertenties over zijn overlijden: eentje van de familie en eentje van Triodos Bank. De inhoud van de laatste is:
‘“Een andere kijk op geld”

Wij ontvingen het droeve bericht van het overlijden van

Rudolf Mees

Bankier
8 september 1931 – 29 september 2010
Mede-oprichter Triodos Bank

Rudolf stond aan de wieg van Triodos Bank. Hij was één van de vier founding fathers die rond 1970 het besluit namen een nieuwe financiële instelling op te richten met de naam Triodos.

Bewust omgaan met geld en maatschappelijke vernieuwing was het doel van de Stichting Triodos, de voorloper van de in 1980 opgerichte Triodos Bank. Ook na die oprichting bleef Rudolf nauw betrokken. Liefdevol, altijd op zoek naar vernieuwing en positief kritisch heeft hij tot de laatste weken voor zijn overlijden met “zijn bank” meegeleefd. Rudolf was trots op de groei van de bank in Nederland en ook op de Europese groei met vestigingen in België, het Verenigd Koninkrijk, Spanje en Duitsland.

Rudolf heeft vele functies bij Triodos vervuld. Zo was hij onder meer tot 1988 lid van het Bestuur van Stichting Triodos, van 1982 tot 1986 lid van de Raad van Commissarissen van Triodos Bank en van 1993 tot 2006 Voorzitter van het Bestuur van Stichting Administratiekantoor Aandelen Triodos Bank.

Wij zijn Rudolf zeer dankbaar voor zijn wijsheid en inspiratie en we zullen hem missen. Hij zal Triodos Bank van gene zijde met belangstelling blijven volgen, zo liet hij ons onlangs nog weten.

De Raad van Commissarissen, het Bestuur van Stichting Administratiekantoor Aandelen Triodos Bank, Directie en Medewerkers van Triodos Bank wensen zijn vrouw en kinderen veel sterkte toe.

Zeist, 30 september 2010’
De andere advertentie vermeldt onder meer dit:
‘De herdenkingsbijeenkomst zal gehouden worden in Cultuur- en Congrescentrum Antropia, Hoofdstraat 8 te Driebergen-Rijsenburg op woensdag 6 oktober om 10.30 uur.

Na afloop is er tot 14.00 uur gelegenheid tot condoleren in de hal van het congrescentrum.

Aansluitend zal de crematieplechtigheid met het rituaal van De Christengemeenschap in besloten kring plaatsvinden.

De mensenwijdingsdienst voor de gestorvene wordt gehouden in de Rafaëlkerk van De Christengemeenschap, Van Tetslaan 4 te Zeist op zaterdag 9 oktober om 9.00 uur.’
Rudolf Mees is zo’n bekende persoon dat ik me verbaas over hoe veel moeite het kost nadere informatie over hem op internet te vinden. Er is het ene boekje dat hij geschreven heeft, waarvan de titel in de advertentie van Triodos Bank wordt genoemd: ‘Een andere kijk op geld’. Dat kwam in 1987 bij Christofoor uit:
‘Op een heldere manier schetst Rudolf Mees hoe wij geld kunnen beschouwen als koopgeld, leengeld of schenkgeld, welke bewustzijnsvragen een rol spelen bij het kopen, sparen of lenen en schenken en welke onderlinge relaties hierbij optreden.’
H. Christians schrijft hierover in zijn NBD|Biblion recensie:
‘Indien wij spreken over geld, wordt veelal onmiddellijk gedacht aan bankbiljetten c.q. banktegoeden e.d. In dit boek is o.a. het accent van bezit verschoven naar een bewuster en creatiever gebruik van de gelden, in welke vorm ook aanwezig. De schrijver baseert zijn zienswijze o.a. op de leer der antroposofie, waarin de samenhang in de gehele kosmos als basis wordt genomen. Een aardig boekje om eens te lezen. Minder geschikt voor economische studenten, meer voor filosofisch gerichten.’
Uitgeverij Christofoor vermeldt op haar website over hem als auteur:
‘Mees, Rudolf 1931 (Den Haag)
Gepensioneerd bankier en assurantiemakelaar. Volgde de Vrije School in Den Haag tot 1941. Daarna traditioneel onderwijs: gymnasium ß en economiestudie in Rotterdam.

Belangrijkste functies: hoofddirectie Bank Mees & Hope; voorzitter werkgeversvereniging bankbedrijf; lid Raad van Bestuur NMB Bank; lid SER en onderwijsraad, lid Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam; voorzitter Bond van Vrije Scholen en Raad van Toezicht Arta/Lievegoed Groep; medeoprichter Triodos Bank.’
Dan is er ook nog een boekje van 111 bladzijden, ‘Europa, grenzen en mogelijkheden’, in 1993 uitgekomen bij Hibernia uitgevers in Oosterhout en geschreven samen met Willem Veltman en Arnold Henny (in feite zijn het drie afzonderlijke hoofdstukken, waarbij Mees zich concentreert op ‘Het economisch leven van Europa’):
‘Beschouwingen vanuit antroposofische gezichtshoek over de identiteit en (on)mogelijkheden van Europa en de Europese eenwording. Europese integratie – Antroposofische visie  – Europa – geschiedenis’.
Over ‘R.S.H. Mees’ wordt daarin vermeld:
‘Geboren in het jaar 1931, gehuwd en vier kinderen.

Volgde een opleiding aan het VCL te Den Haag, Gymnasium B. In 1955 sloot hij met succes de studie economie aan de Nederlandse Economische Hogeschool in Rotterdam af met zijn doctoraal.

Dan volgt een lange loopbaan in het Bank- en Verzekeringswezen. Was geruime tijd lid van het college van de Sociaal-Economische Raad (de SER) en is tot aan de huidige dag lid van de Onderwijsraad. De heer Mees heeft daarnaast diverse bestuurlijke nevenfuncties. Sedert 1990 is hij met pensioen als lid van de Raad van Bestuur van de NMB Postbank Groep.

Hij was betrokken bij de oprichting van de Triodos-bank en is auteur van het boekje “Een andere kijk op geld”, Zeist 1986.’
Misschien zoek ik niet goed, maar voor de rest kom ik alleen een en ander tegen op de website van het geslacht Mees. Vooral in de Kronieken van 1994, 1997 en 2006 vind ik relevante gegevens: achtereenvolgens een ‘In memoriam’ van zijn hand over zijn moeder Fien Weissenberg-Seebohm (in 1994, op blz. 7), de genealogie van zijn Mees-tak (in 1997, op blz. 14, met veel portetfoto’s) en een ‘In memoriam’ van zijn broer Wijnand, geschreven door zijn zus Arnica (in 2006, op blz. 13). Over ‘Adolphine Weissenberg-Seebohm 1904-1993 (getrouwd geweest met Leendert F.C. Mees)’ staat het volgende te lezen:
‘Uit de woorden, bij haar crematie uitgesproken door haar zoon Rudolf, onze oud-voorzitter, doen wij deze keus:

Mutti werd geboren in Schleswig in het gezin van een Duitse beroepsofficier, en verhuisde dus vaak, met een sterk wisselend schoolpatroon. Al vroeg ontmoette zij, mede door haar vader, de antroposofie, en als zestienjarige reeds beleefde zij als grootste geschenk in haar leven dat zij Rudolf Steiner ontmoette, en wel tijdens een congres in Wenen. Levenslang bleef zij lid, waarbij haar vader een belangrijke geestelijke leidsman bleef. Deze had haar te zwak geacht om tuinierster te worden, waarna de keuze op verpleegster viel. (...) Na de opleiding kwam zij, op reis, “toevallig” terecht in de Rudolf Steiner Kliniek in Den Haag, waar zij Leen Mees, die daar arts was, ontmoette en trouwde. Er kwamen snel achter elkaar drie kinderen.

In de Nederlandse cultuur en samenleving voelde zij zich steeds meer thuis. De tweede wereldoorlog was een dramatisch hoogtepunt in haar leven. Toen de Vrije School in 1941 door de bezetter werd gesloten, ging zij met de kinderen naar Friesland, waar haar woning al gauw een kern werd van vele activiteiten en ontmoetingen; onderduikers, bezoekende vrienden uit de Randstad, brandpunt van vele antroposofische activiteiten. Vele diepe lotsverbondenheden kwamen tevoorschijn; Mutti was daarin een stuwende kracht, en een rots in de branding. (...)’
Het ‘In memoriam’ van zijn broer Wijnand gaat voor een flink deel ook over hem, omdat zij een gedeelde jeugd doormaakten. Ook daarvan laat ik hier een gedeelte volgen. Zijn zus Arnica schrijft:
‘Mijn broer Wijnand Adriaan Mees werd op 29 september 1934 als jongste van drie kinderen geboren. Hij werd vernoemd naar een oud-oom, Wijnand Adriaan, die een bijzondere band had met onze ouders. Het duurde lang, eer hij leerde lopen en hij beschouwde dat later als een beeld voor zijn leven: “Ik ben niet helemaal geland op aarde”. (Citaat uit Motief van 6 februari 2003). Als klein kind werd hij dan boos, wanneer hem iets niet wilde lukken of niet werd toegestaan.

Toen de oorlog uitbrak wist moeder, dat de Vrije School al gauw gesloten zou worden (in Duitsland werd deze 1938 al verboden). Daarom dus stuurde zij Wijnand toen hij nog maar 5 jaar oud was naar de eerste klas, om er tenminste lezen en schrijven te leren. Toen een jaar later de school inderdaad werd gesloten, vreesde moeder, die oorspronkelijk uit Duitsland kwam, dat wij naar de Duitse school zouden worden gestuurd. Daarom doken wij onder op het platteland van Friesland. In een piepklein huisje woonden wij samen met moeder – vader was arts en mocht de vesting Scheveningen niet verlaten – een joods meisje en een student. Het gehucht had 50 inwoners en 100 onderduikers. Over deze tijd heeft Wijnand veel en vaak verteld. Niet alleen over de oorlogsgebeurtenissen, maar vooral, omdat hij hier alles op alles moest zetten om letterlijk op de been te blijven.

Op school begon hij weer in de eerste klas en als hij dan een som of een tekening klaar had stak hij zijn vinger op en riep: “Mutti, ik ben klaar!” De leraar was een van die mensen, die hem begreep en hem steunde. Hij zei dan: “Wijnand, ik ben je moeder niet, maar laat maar eens zien”.

In Friesland heeft Wijnand veel geleerd. ’s Avonds vertelden ons Hiekje en Geert Mulder spannende verhalen uit de Germaanse mythologie. ’s Morgens leerden we op school behalve lezen en schrijven ook zingen en bijbelse teksten. ’s Middags werkten wij alle drie op een boerderij, waar we leerden hooi oogsten, de stal uitmesten en vooral koeien melken. Het was zwaar werk, maar er waren altijd mensen, die Wijnand hielpen en beschermden. Een bijzondere band had hij met Willem Zeylmans van Emmichoven, die door ons oom Wim werd genoemd. Oom Wim was een van die vaderlijke figuren, die Wijnand een leven lang hebben begeleid.

De oorlog was niet alleen een tijd van groei en bloei, maar ook negatief zichtbaar door de vele mensen om ons heen, die bang waren om te worden ontdekt. Achter ons huisje stond dag en nacht een wachtpost, die iedere beweging op de ringdijk moest melden, want alleen Duitsers reden in auto’s. Moeder, die al een wereldoorlog had meegemaakt, had dat georganiseerd. Dan werd via belletjes of tekens iedereen gewaarschuwd en verdwenen de joodse kinderen in het huis naast ons in een gat in het hooi, de jonge mannen verstopten zich in het riet. Wanneer de soldaten dan weg waren leerden en speelden wij kinderen in de zitkamer een Duitse ballade. “Want”, zei moeder, “dát was geen Duits, wat jullie hebben gehoord”.

Tegen het eind van de oorlog heeft er een grote razzia plaats gevonden, waarbij een boerenzoon werd doodgeschoten en vijf mensen werden opgepakt. Wijnand was diep geschokt door de wreedheid en onmenselijkheid van deze gebeurtenis. (...)

De terugkeer naar de school in Den Haag in een klas met 42 medescholieren, zoveel als de hele school in Friesland bij elkaar, was moeilijk. Wijnand begreep niet, waar de leraar het over had, hij liep nog op klompen en voelde zich een buitenstaander. Rudolf en ik zaten al op het Vrijzinnig Christelijk Lyceum en daarom kreeg Wijnand een jaar lang privé les van een gepensioneerde leraar, die hem met discipline, plezier en grote toegenegenheid op de derde klas gym voorbereidde. Op het VCL, waar hij zich nu geheel thuis voelde, speelde hij in veel toneelstukken mee. Thuis werd er door beide ouders op aangedrongen, het pianospelen tot en met een examen door te zetten. Wijnand deed tegelijkertijd eindexamen en zijn examen als pianoleraar op het conservatorium. De muziek vormde een band met zijn vader. Zij hadden allebei het absolute gehoor en hebben daar menig staaltje van laten horen. (...)’
Over de beroepscarrière van Rudolf Mees kan ik dus (nog) niet zo veel melden. Wel iets over zijn gevoel voor humor. In de Kroniek van 2004 staan op bladzijde 4 zijn ‘Mijmeringen van een oud-voorzitter’:
‘Mijn voorganger als voorzitter was Philip Mees en diens voorganger was Mr. W.C. Mees.

Het moet eind 40-er, begin 50-er jaren zijn geweest dat ik voor het eerst een “familiedag” bijwoonde. Deze speelde zich af in de kantine van het bankgebouw van R. Mees & Zoonen aan de Blaak nr.10.

De dag was goed bezocht, de kantine (een aangebouwd noodgebouw) zat vol en... het was zomer en erg warm. De voorzitter – een bekend deskundige in de genealogie van onze familie en derhalve wat oneerbiedig ook wel “dooie Willem” genoemd, omdat hij zich voor de gestorven voorouders interesseerde – hield een lezing voor ons. Het ging over het beleg van Haarlem – in de 80-jarige oorlog met Spanje (1568-1648) – waarbij een familielid het leven zou hebben gelaten. De voorzitter formuleerde heel zorgvuldig, langzaam en vooral wat eentonig. Dat had tot gevolg, dat de aanwezigen in de steeds warmer wordende kantine steeds grotere problemen kregen met dichtvallende oogleden. De lezing duurde ongeveer een uur en eindigde met de nogal verrassende conclusie dat de persoon, die zou zijn omgekomen bij het beleg geen “Mees” was maar een aangetrouwd familielid.

De aanwezigen haalden opgelucht adem, ontwaakten (waar dat nodig was) en troffen elkaar bij de thee bij Jacob Mees aan de Westzeedijk. Er bestaat nog een fraaie foto van de aanwezigen, verzameld onder een grote boom in de prachtige tuin. Het laatste kan echter ook een andere familiedag geweest zijn. Dat heb je als je je probeert te herinneren wat een halve eeuw geleden gebeurde.
R.S.H. Mees’
Overigens, die beroemde voorletters R.S.H. staan voor ‘Rudolf Sebastian Hildebrandt’.

Update 13.55 uur:

Ach, hoe ironisch is het lot! Rudolf Mees zou er zeker bij glimlachen. Net komt het nieuws binnen vanaf het symposium dat door de Vereniging tegen de Kwakzalverij vandaag wordt gehouden (zie ook ‘Elfder ure’ op 21 september):
‘Kwakzalversprijs 2010 voor Triodos Bank
Meester Kackadorisprijs wegens financiële steun aan kwakzalverij

De Triodos Bank is winnaar geworden van de Meester Kackadorisprijs 2010. De prijs is bestemd voor een instelling of persoon die het afgelopen jaar de kwakzalverij het meest heeft bevorderd. De Triodos Bank krijgt deze prijs omdat ze geld van haar klanten belegt in kwakzalverij.

Met name wordt de antroposofie, het geesteskind van Rudolf Steiner, ruim bedeeld. De bank investeert onder meer in Weleda (producent van antroposofische en homeopathische middelen), in diverse antroposofische gezondheidscentra, in het Rudolf Steiner verpleeghuis in Den Haag en in de Stichting Widar Beheer. Widar beheert onroerend goed voor antroposofische huisartsen en therapeuten. Op agrarisch gebied heeft de Triodos Bank nauwe banden met het Louis Bolk Instituut, een instelling die zich bezighoudt met onderzoek op het terrein van (biologische) landbouw, geneeskunde en voeding op antroposofische grondslag.

Erger dan de verspilling van het geld van haar klanten aan antroposofische projecten zijn de donaties van de Triodos Foundation, een stichting die alternatieve behandelwijzen in arme landen bevordert. Zo is de herbouw van een acupunctuurkliniek in Indonesië door de Triodos Foundation financieel ondersteund en is in 2008 geld gegeven aan Homeopaten zonder Grenzen, ten behoeve van een opleiding homeopathie in Kenia. Met dit laatste worden grote gezondheidsrisico's genomen ten koste van de bevolking in ontwikkelingslanden. In het artsenblad Medisch Contact werd dit dan ook betiteld als “Misdadige hulp”. Als er één instelling is die de Meester Kackadorisprijs 2010 verdient, dan is dat wel de Triodos Bank.’
De Volkskrant meldt nu al op haar website:
‘Topman Peter Blom van Triodos Bank kan zich niet druk maken om de “prijs”. “We investeren al dertig jaar in dergelijke producten. Ze mogen zeggen wat ze willen.’
Daar wordt die glimlach dus al meteen overgenomen.
.

8 opmerkingen:

Frans Wuijts zei

Vanmorgen kreeg ik met de post het bericht van het overlijden van Rudolf op 29 september 2010, de dag van de aartsengel Michaël. Het gaf me een schok ook al wist ik hoe het hem verging. Ik heb veel waardering voor hem en hij heeft voor mij in mijn leven veel betekend. Dat zal voor velen kunnen gelden. Een waardevol mens die veel teweeg én tot stand heeft gebracht.
Ik zal hem missen.

Ruud Vader zei

Ik las de rouwadvertenties over Rudolf Mees in NRC. Kan geen digitaal condoleanceregister vinden. Onze paden kruisten elkaar kort, in 1988 en 1989 bij de NMB, maar de persoonlijke aandacht en ondersteuning die ik van hem mocht ontvangen was belangrijk voor (toen) mijn toekomst. Het ga je goed.

John Wervenbos zei

Met interesse gelezen en kennis van genomen. De update is ook van belang. Heb vandaag ondermeer aan dit onderwerp kort aandacht besteed in mijn digitale notitieboekje met het blogbericht: Symbiosen en gedeelde belangen.

John Wervenbos zei

Mooie foto trouwens.

peter jens zei

ik denk niet dat Rudolf Mees dezelfde glimlach had gehad als Peter Blom bij dit bericht. En als dat al zo zou zijn zou Peter niet alleen hebben moeten reageren zoals hierboven gemeld werd, maar met meer nuance.

Ik kan me ook nauwelijks voorstellen, Peter kennende, dat hij niet ontvankelijk is voor (delen van -) de kritiek over het werk van Homeopaten zonder Grenzen waar het het aanbieden van homeopatie in gebieden zonder parallele toegang tot reguliere geneeskunde betreft. Immers, keuzevrijheid staat en stond bij Triodos altijd hoog in het vaandel. Met de redelijk geringe investeringsdrempel van homeopatische middelen in het arme zuiden loop je de kans dat homeopatie daar bovenmatig groeit. Met alle risico's van dien.
Hier in het westen hebben mensen altijd de keuze om zich na homeopatische behandelingen zich "te onderwerpen" aan de reguliere wonderdokters. Daar niet.

Het kan natuurlijk ook zijn dat Peter Blom's hoofd er even niet naar stond toen duidelijk werd wat het nieuwe regeeraccoord zou kunnen betekenen voor Triodos.

John Wervenbos zei

@ Peter Jens

Inzake de kritiek over het werk van Homeopaten zonder Grenzen maak je zeker wel een punt denk ik.

Wat het nieuwe regeerakkoord, mits dit kabinet echt van start kan en mag gaan, voor consequenties zal hebben voor de Triodos bank ik me niet duidelijk. Komt omdat ik qua data momenteel onvoldoende thuis ben ik deze materie. Mischien kan je dat ietwat verduidelijken en/ of wellicht kan Michel daar een een keer een artikel aan wijden.

peter jens zei

John, via deze link kan je wat meer lezen hierover: http://tinyurl.com/regeeraccoordtriodos

John Wervenbos zei

Oh juist Peter. Dank je voor de verwijzing. Het gaat dus om beëindiging fiscale stimulans groen en sociaal-ethisch beleggen (belastingvoordelen voor beleggers in die sector; extra heffingskorting van 1,3 procent, plus geen rendementsheffing van 1,2 procent). Dit Volkskrantartikel zet het helder uiteen: Kritiek banken op einde groen belastingvoordeel. Dat zou wel eens een flinke aderlating voor de Triodos bank kunnen gaan betekenen? Lijkt me wel, hoewel ik niet weet welke deel van de (totaal)omzet deze fondsen bestrijken.

Interessant ook is het volgende discussiestuk, wel wat hetzerig, doch onderdeel publiek debat: Schokkend: Huisbankier Greenpeace verzet zich tegen kabinet Rutte-Verhagen. Rutte moet overigens niets hebben van diverse concepten en activiteiten van een voorman als Herman Wijffels, pleitbezorger duurzaam ondernemen. Rutte lijkt vooral te staan voor belangen midden- en kleinbedrijf.

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)