Ik ga me weer eens op de vrijescholen richten. Zoals bekend worden die slecht vertegenwoordigd in het publieke publicitaire veld. Dus probeer ik daar wat aan te doen. Op 2 mei kon ik in ‘Selectie’ melden dat Elard Pijnaken (37) de nieuwe schoolleider van de Vrije School Hoeksche Waard is. Vandaag lees ik in het nieuwsgedeelte op de website ‘Peripatos’ van Annemarie Sijens ‘Vrije School Michaël sinds 11 mei in basisarrangement’:
‘Sinds de zomervakantie werk ik als interim-directeur aan de Vrije School Michaël in Emmen. Een kleine en tot voor kort zwakke school. Op 11 mei 2010 bezocht de inspectie ons. Het doet me veel genoegen te kunnen schrijven dat het inspectiebezoek succesvol is afgerond. De beide inspecteurs beoordeelden de opbrengsten van ons onderwijs als voldoende, wat betekent dat de school vanaf nu in het basis-arrangement zit. Vanmorgen vierden leraren, ouders en kinderen dit met koffie, limonade en cake. U zult begrijpen dat ik trots op mijn team ben. Ze hebben hard gewerkt om dit resultaat te bereiken.
Deze groene kaart van de inspectie is voor ons een aansporing om de kwaliteit van ons onderwijs nog verder te versterken. Daarbij zullen we ook aandacht besteden aan de typisch vrijeschoolse aspecten van ons onderwijs.’
Annemarie Sijens is hier al eerder langsgeweest. Op het laatst op 29 december 2009 in ‘Voetballen’, waar ik op gezag van Ruud Thelosen op zijn weblog over vrijescholen een bericht aanhaalde met de titel ‘Identiteit van vrijescholen’:
‘In oktober van dit jaar was de eerste van drie regiobijeenkomsten waar met geïnteresseerden gesproken kon worden over de identiteit van vrijescholen mede op basis van een door het bestuur van de vereniging van vrijescholen opgestelde discussienota. De als bijlage meegestuurde nota “project identiteit van vrijescholen” is door Annemarie Sijens opgesteld en na een aantal discussiebijeenkomsten bijgesteld.’
Uit haar eigen website blijkt dat Annemarie Sijens vaker gehakt heeft met het bijltje van de vrijeschool. Wanneer je klikt op ‘Verdieping’, vervolgens op ‘Artikelen’, dan vind je daar ook ‘Terugblik op twee jaar vrijeschool’ (helaas kan ik er geen directe link naar geven). Deze tekst is afkomstig van ‘een schoolkrant, december 2006’; maar er staat niet bij uit welke. Zij beschrijft een heel interimproces, dat opvallend genoeg begon op Hemelvaartsdag 2004, dus nu exact zes jaar geleden:
‘Eind november vroeg de redactie me of ik een artikel voor de schoolkrant wilde schrijven over mijn tijd op deze school. Ineens realiseerde ik me dat het al weer vier maanden geleden was, dat ik de sleutels van de school aan mijn opvolger overhandigde. De tijd gaat snel! Bladerend in oude agenda’s en dagboeken herinnerde ik me weer hoe het begon.
Tweeëneenhalf jaar geleden vond ik op hemelvaartsochtend een e-mail van de bestuurder/interim-schoolleider, met het verzoek om contact op te nemen. In het telefoongesprek dat we de volgende dag hadden, vertelde hij me dat hij een adviseur zocht, die het volle vertrouwen van de medewerkers kreeg en in staat was om in krap zes weken tijd een verbeterplan voor de school te schrijven dat de volle instemming van het team, het bestuur en de inspectie kreeg. Om een indruk van de snelheid van werken te geven: een week na dat eerste e-mailtje was het contract met de school getekend en had ik de eerste interviews met medewerkers gevoerd. Het was met recht een vliegende start, waarbij de bereidheid om elkaar te vertrouwen een sleutelbegrip vormde.
Elke adviseur heeft een gereedschapskist en een belangrijk stuk gereedschap is zijn vermogen om onbevangen waar te nemen. Onbevangenheid is een competentie die het midden houdt tussen naïviteit en bevooroordeeld zijn. Het is het vermogen om geïnteresseerd en met een vraag waar te nemen. Onze interesse verbindt ons min of meer slapend met onze omgeving. De vraag zorgt ervoor dat we wakker genoeg blijven om antwoorden te vinden en hieraan doelstellingen te ontlenen. Kleine kinderen zijn onze leermeesters waar het de slapende overgave aan de omgeving betreft. Dat wat kleintjes zo waarnemen, landt diep in hun organisme. Datgene wat ze waarnemen, kan daarom maar beter iets goeds zijn. Wij volwassenen bekijken de wereld meestal door een gekleurde bril. Hierdoor nemen we de wereld niet meer onbevangen, maar bevooroordeeld waar. We zien het beeld dat we ooit van een mens, een organisatie of wat dan ook vormden, in plaats van de huidige realiteit. Het is belangrijk dat we die bril bij tijd en wijle afzetten en als moderne Parcifals vanuit oprechte belangstelling vragen stellen.
In mijn dagboek heb ik het verloop van mijn eerste bezoek aan de school geschetst. Ik deed dat omdat het eerste contact vaak in miniatuurvorm, het probleem van een organisatie zichtbaar maakt. Mijn eerste kennismaking met het team viel op een woensdag. Wat me direct opviel was het mooie, maar verwaarloosde fysieke lijf van de school. De schrale, houten vloeren. De ruime, kale entree met het watertje en een scheef opgeplakte agenda aan de muur. De stapels onopgeruimde paperassen. Ik was ongeveer tien minuten te vroeg en de administratief medewerkster bracht me naar de leraarskamer. Ze vroeg één van de conciërges om me een kopje koffie te geven. Al mopperend over de overal rondslingerende koffiekopjes, deed hij dat. Later op de dag attendeerde ook de bestuurder me op de her en der slingerende kopjes. Kennelijk wekte dit irritatie, werd er over gesproken, maar veranderde het niet. Een interessant fenomeen, wat me op het gebruik van onze zielenzintuigen* brengt. Het zintuig waarmee we ons normaal vol interesse met onze omgeving verbinden, is de bij ons hart horende warmtezin. Wanneer het slecht gaat met een organisatie verbinden mensen zich niet meer slapend met hun omgeving, maar plaatsen ze zich er volledig wakker en wantrouwend tegenover. Dat gebrek aan verbinding noemen we verkilling. Ons spraakgebruik maakt dat hoorbaar in uitdrukkingen als “de sfeer is verkild”, en “we voelen ons in de kou staan”.
Wanneer we vanuit een dergelijke wakkere relatie iets zien, is dat niet meer met de intentie om in positieve zin handelend in te grijpen, maar om een al geveld oordeel te bevestigen. Vuil, paperassen en koffiekopjes worden wel gezien, maar blijven onopgeruimd liggen. Klanten en nieuwkomers nemen deze rommel wel waar, verbazen zich erover dat de organisatie niet meer ingrijpt en verbinden hier conclusies aan, die de negatieve spiraal alleen maar versterken. Met onze warmtezin en gezichtvermogen plaatsen we ons bij een vertrouwensbreuk kennelijk tegenover onze omgeving. Met ons reukorgaan verbinden we ons daar dan des te krachtiger mee en snuiven we het moraliteitsgehalte van anderen en hun acties op. We hebben het gauw in de gaten wanneer een zaakje stinkt, of wanneer ergens een luchtje aanzit. Onze smaak en de daarop volgende spijsvertering vertellen ons hoe we de situatie ervaren. De spanning maakt dat we geen hap meer door onze keel krijgen en de botte uitspraak van een leidinggevende is onverteerbaar. Uit de woorden ver-bitter-d, en ver-zuur-d spreken werelden van verkramping en narigheid. In de organisatie waar ik terechtkwam, was de sfeer verkild en dat had zijn uitwerking op alle terreinen. Vertrouwen wekken, de organisatie weer veilig maken en vitaliseren, waren dan ook mijn belangrijkste doelstellingen voor de toekomst. Deze thema’s verwerkte ik in mijn analyse en plan van aanpak. Tot mijn vreugde herkenden de medewerkers dit en vroeg de bestuurder me met hun instemming om schoolleider te worden en gezamenlijk het plan van aanpak uit te voeren.
In de afgelopen twee jaar hebben we met elkaar veel goeds gerealiseerd. Wanneer ik naar de huidige staat van het gebouw en zijn omgeving kijk, spreken de kleurrijke kozijnen, de geschilderde lokalen, de geoliede vloeren en de nieuwe gordijnen een taal waaruit de verbinding van medewerkers en ouders met de school spreekt. De door de tuincommissie geplante bomen, de gesnoeide haagbeuk en de bloemen in hal en leraarskamer, bevestigen dat beeld. Dat de school haar vitaliteit heeft herwonnen, blijkt ook uit de harde cijfers. Het ziekteverzuimpercentage is in twee jaar tijd fors gedaald. Een ander thema waaraan we hard hebben gewerkt, is de veiligheid in en rond de school. Om na te gaan waar nog verbeterpunten lagen, heb ik in april dit jaar een onderzoek naar de veiligheidsbeleving onder de leraren uitgevoerd. De resultaten uit dat onderzoek hebben we op de interactieve ouderavond van mei 2006 met de aanwezige ouders besproken. De feedback die we toen op ons veiligheidsbeleid kregen, was positief. Hoe groot het vertrouwen van ouders inmiddels is, bleek toen de pers in april dit jaar onverwachts voor de poort van de school stond en een aantal van hen met vragen overviel. De geïnterviewde ouders lieten zich niet intimideren en vertelden de pers dat ze naar de huidige feiten keken en daar hun oordeel op baseerden.
Het gaat goed met de school. Op de teldatum waren er 170 leerlingen ingeschreven. Ik hoorde dat de school voor het komende schooljaar al zoveel aanmeldingen heeft, dat er voor volgend jaar oktober nu al 180 aanmeldingen zijn. De school groeit weer en dat gun ik haar van harte!
Op afstand ben ik nog steeds bij de vrijescholen in deze regio betrokken. De bestuurder vroeg me deze maand of ik lid van de klachtencommissie van de Stichting wilde worden en daar heb ik ja op gezegd. Het vrijeschoolonderwijs heeft nog steeds mijn hart en beleidsmatig ben ik er nog op allerlei manieren bij betrokken. De resterende tijd houd ik me bezig met het thema “levenskunst”. Ik zie dat als onze vaardigheid om een balans te vinden tussen ons verlangen om van het leven te genieten en wijzer te worden aan de ene kant en onze wens om onze idealen te realiseren en goed te doen aan de andere kant. Het schrijven van mijn boek over dit onderwerp vordert slechts langzaam, maar het aantal nevenproducten in de vorm van artikelen, lezingen, workshops en opleidingen is hoog. Het spijt me dat ik door onvoorziene omstandigheden niet op de herfstmarkt kon zijn. Ik had jullie graag weer gesproken. Gelukkig biedt een schooljaar veel feestelijke gelegenheden om elkaar weer te zien. Daarom durf ik af te sluiten met de woorden: Het ga jullie goed en tot ziens!
* Rudolf Steiner onderscheidde er vier: de warmtezin, de reuk, de smaak en ons gezichtsvermogen. De arts Albert Soesman beschreef hun werking in zijn goed toegankelijke boek “De twaalf zintuigen”.’
Na zo’n artikel is het interessant om te zien hoe de vrijeschool Michaël te Emmen zich presenteert. Dit doet zij met name door een filmpje van 17.47 minuten. Dit is direct op de homepage aan te klikken, ‘titelpagina’ kan ik die beter noemen, want het is nog voordat je ook maar iets over deze school te lezen krijgt: ‘bekijk kennismakings film’ staat er rechtsboven in de hoek. Als je daar bent aangekomen, kun je een veel grotere versie, over de volle breedte van het beeldscherm, kiezen. Dat kijkt een stuk makkelijker, niet zo priegelig. Het is een alleraardigste film. Wat opvalt is dat het geluid soms maar over één kanaal komt, terwijl het blijkbaar wel stereo is opgenomen, want er valt veel weg, waardoor mensen moeilijk verstaanbaar worden. En natuurlijk valt het ook op als er ergens op het einde ‘Zangroep’ staat, in plaats van ‘zanggroep’. Ach ja, dat zijn zo van die kritiekpunten.
Wat ik in ieder geval vandaag nog moet melden, is een artikel in De Weekkrant van gisteren, in de Zutphense Koerier om precies te zijn. Daarin staat een werkelijk prachtig artikel, ‘Passie voor partijtjes: Zestienjarige scholieren aan de slag met eigen partybedrijf’. Dat gaat zo:
‘Je bent 16, schoolgaand en wil niet steeds de hand bij je ouders ophouden. Dan zou een tiener achter de kassa van een grootgrutter kunnen zitten, dan wel kranten gaan bezorgen. Of doen wat ie écht leuk vindt. Feestjes verzorgen bijvoorbeeld. De Zutphense Iris Grobben en haar vriendin Irma van der Spek uit Deventer vatten de koe bij de hoorns. Met een eigen partybedrijf.
Waarom wachten totdat je een daarvoor gangbare leeftijd hebt bereikt, zo vroegen beide tieners zich af. Iris en Irma doen vierdejaars VWO en HAVO op Vrije school De IJssel. En passen in hun vrije tijd regelmatig op. Zien regelmatig de gezinshectiek. Druk druk druk. Pappa en mamma hebben soms nauwelijks tijd om verjaardagspartijtjes voor hun kroost te organiseren. Hier, een paar flappen en ga maar naar de bioscoop of het zwembad. “Ook leuk”, beamen de meiden. “Maar het kan beter. Met ‘Fiesta Bonita’ bieden wij ieder kind thuis een feestje op maat. En nemen we de ouders werk en zorg uit handen. Tot de afwas aan toe.”
Het plan leeft al langer. Iets willen doen met kinderen en, zoals Iris het uitdruk, “passie voor feestjes” brachten hen zo’n twee jaar geleden op het idee. Hulp bij de catering tijdens ouderavonden en recepties op school deed samen met een rijpende ondernemingszin de rest. Ze trokken de stoute schoenen aan. Helemaal zelf. Zelfs op school weten ze van niets. “Ze lezen het vandaag wel in de krant.” Alleen bij het verzinnen van een pakkende naam voor het bedrijf betrokken ze hun ouders. “Fiesta”, tropisch voor feest, was er al. Maar dan? Bonita! “Dat betekent leuk”, verklaart Irma. “Een leuk feest Wat wil een kind nog meer?”
Hóe een partijtje leuk kan uitpakken, weten de vriendinnen eveneens. Een dezer dagen heeft de primeur plaats. In overleg met de jeugdige jarige is gekozen voor een zogeheten “avonturenfeestje”. Een speurtocht, broodjesbakken, versieren, verkleden…, “Fiesta Bonita” regelt alles. Een kookfeest had ook gekund. Pizza’s of appeltaarten bereiden en daar vervolgens van genieten? U zegt het maar. Of een discoparty. Met computergestuurde muziek uit eigen collectie. Lichtshow erbij? Wordt voor gezorgd. “Maar het moet niet te technologisch worden”, benadrukt Iris. “We willen het kind nog kind laten zijn.”
Iris Grobben en Irma van der Spek zien het geheel verzorgde kinderpartijtjes een gat in de markt. Ze sluiten echter absoluut niet uit dat zij op termijn ook aan de slag gaan voor volwassenen die iets te vieren hebben. De mailing en de door Irma hoogstpersoonlijk ontworpen folders die de meiden inmiddels de deur uit deden, laat daar geen gras over groeien: “Ons doel is te zorgen dat u het stralende middelpunt kan zijn van alle aandacht. Zonder u druk te hoeven maken over het reilen en zeilen van alles achter de schermen”. “We zijn jong, maar het gaat lukken!”, weten ze zeker. “Fiesta Bonita leidt tot een ontwikkeling van iets waar ook wij plezier in hebben.”’
Dit maakt nieuwsgierig naar wie dit geschreven heeft. Het is zo leuk gedaan! Daarvoor een kleine excursie, via de ‘Toelichting op archief/digikrant’:
‘deweekkrant.nl is de online uitgave van dé Weekkrant titels van Wegener Huis-aan-huisMedia. Wilt u dé Weekkrant uit uw woonplaats integraal zien, dan kan dat door de digitale versie via een PDF-viewer te openen. Dat werkt heel simpel.
Klik in het archief op de krant van uw voorkeur. U krijgt een overzicht van alle digitale uitgaven van de gekozen weekkrant. Kies de uitgave die u wilt bekijken door erop te klikken. Dé Weekkrant van uw keuze opent en kan doorgebladerd worden.
Dat kan op 2 manieren. U kunt met de cursor op de boven- of onderhoek van de krant gaan staan en klikken. De pagina wordt dan omgeslagen. U kunt ook bladeren door op de pagina-aanduidingen die onder de krant staan te klikken en zo een pagina naar keuze te openen.
Wilt u een artikel uitvergroten, klik dan op desbetreffende artikel op de opengeslagen pagina. Met de cursor kunt u de uitvergrote pagina heen en weer bewegen. Om terug naar de hele pagina te gaan, klikt u op het rode kruisje dat rechts bovenaan de pagina geplaatst is.Wilt u één specifieke pagina bekijken of afdrukken? Scroll dan naar beneden. Daar vindt u de individuele pagina\'s. Wanneer u op een pagina naar keuze klikt, opent deze pagina zich als PDF en is te printen.’
Die aanwijzingen volgen we op, en komen dan hier uit: de edtie van 12 mei 2010 van de Zutphense Koerier. We zien op pagina 3 het bewuste artikel en kunnen die pagina ook downloaden. Daar zien we staan dat dit artikel door Eric Klop is geschreven. Er staat daar ook iets wat in het website-artikel ontbreekt, onder de titel ‘Partystress’:
‘Iris Grobben wil na het voortgezet onderwijs sociologie of entertainmentmanagement gaan studeren. Irma van der Spek houdt het op iets in de design. Een toekomstige studieschuld proberen ze nu al af te lossen met hun partybedrijf “Fiesta Bonita”. Voor jong en op en duur ook oud. De kinderfeestjes kosten 7 euro per deelnemer. Bij kookfeestjes komt daar nog wat bij voor de ingrediënten. Wie een oplossing zoekt voor zijn of haar partystress kan voor meer informatie contact opnemen via 06-49321726 of fiestabonita@live.nl.’
Het heeft misschien niks met de vrijeschool te maken. Maar als ik dit zo lees, dan betwijfel ik dat toch sterk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten