‘Zou het niet interessant zijn om een top 100 te maken van mensen die zich onderscheiden op het gebied van duurzaamheid? Met die vraag kwam omroep Llink afgelopen najaar naar Trouw. Konden we misschien samenwerken?
Van 300 namen gingen we naar een lijst van 100, met twee overtuigende winnaars die met een statistisch verwaarloosbaar verschil op 1 zijn geëindigd: de oudgedienden Pieter Winsemius en Herman Wijffels.
Daaraan ging een proces vooraf van gesprekken met deskundigen, namen selecteren, criteria verzinnen en samen met een panel van experts scores toekennen. Zo ontstond een lijst van de invloedrijkste duurzame Nederlanders, die Trouw “de Duurzame 100” noemt.’
Dorien Pels geeft elders ook een verantwoording (onder de titel ‘Wie hebben de meeste invloed?’):
‘Het panel heeft vastgesteld aan welke criteria de genomineerden moesten voldoen. Om invloed te meten zijn samen met het panel zeven criteria bedacht, waarvan daadkracht het zwaarst weegt. (...)
We zijn begonnen met het verzamelen van namen van mensen die, bij dat wat ze doen, oog hebben voor het welzijn van mens en milieu in de eigen omgeving én in de productielanden ver weg (fairtrade). Universitair hoofddocent Gerhard van de Bunt van de afdeling Methoden en Technieken aan de Vrije Universiteit hielp bij het bedenken van een methode om uit die honderden namen tot een rangorde te komen. Zo is een lijst ontstaan van honderd aansprekende politici, ondernemers, adviseurs, journalisten, wetenschappers en bouwers. (...)
Voor een duurzamer economie zijn nieuwe spelers nodig, nieuwe krachten: Wijffels en Winsemius zetten zich op het hoogste niveau in om die duurzame krachten ruimte te bieden. Ze scoren punten op alle zeven criteria.
De dertien expertleden hebben ieder afzonderlijk, zonder te weten wat de anderen deden, op die zeven criteria scores ingevuld achter alle honderd personen. Zo was de uitslag voor sommigen nog verrassend.’
Sinds Bart Jan Krouwel met het idee kwam om de benaming ‘antroposofische gezondheidszorg’ te vervangen door ‘duurzame gezondheidszorg’, kunnen we kijken hoe groot de deelname van antroposofen aan de Duurzame 100 is. Nu is het natuurlijk zeer arbitrair wie antroposoof kan worden genoemd, dan wel zichzelf zo noemt. Maar een aantal mensen is bekend en schuwt niet om zichzelf als zodanig te betitelen. Daar maak ik op deze weblog dan ook dankbaar gebruik van. Dus hier komt mijn eigen uitslag:
Maar liefst op 4. Peter Blom, directeur Triodosbank (1956) (dit moet natuurlijk zijn: directievoorzitter)
En op 11. Klaas van Egmond, hoogleraar milieukunde (1946)
Dan op 15. Bart Jan Krouwel, oud-topman Rabobank (1946)
Grootste verrassing is echter op 24. Volkert Engelsman, directeur Eosta (1957)
En verrassend is ook wel op 48. Thomas Rau, architect (1960) – van wie ik altijd heb aangenomen dat hij antroposoof is, maar eigenlijk weet ik dat niet eens zeker.
Als dat niet zo is, kan hij in het alternatieve lijstje. Want de gedeelde plaats met Pieter Winsemius op nummer 1 van Herman Wijffels, oud-topman Rabobank (1942), is ook van een ‘halve antroposoof’, als je dat zo zou mogen noemen. Hij heeft er in ieder geval sympathie voor. In het in zijn profiel genoemde Natuurcollege van Prinses Irene zit bijvoorbeeld ook antroposoof Willem Beekman, dus vreemd is het hem zeker niet.
Dan hebben we voor de alternatieve lijst op 40. Matthijs Bierman, directeur Triodosbank (1964). Het is mij niet bekend of hij antroposoof is; het zou mij echter niet verbazen.
Misschien zijn er nog wel meer mensen die in aanmerking komen voor het totaal van deze aparte A-ranglijst; dat hoor ik dan graag.
Ik moet aan dit bericht een label toekennen (dat staat dan altijd onderaan, zodat andere berichten over hetzelfde onderwerp makkelijk te vinden zijn), maar hiervoor heb ik er geen. En ik wil niet lopende de rit zomaar nieuwe toevoegen, want dan blijf ik bezig en wordt het ook niet helder. Dus hier ontbreekt een label. Het is ook een vrij nieuw onderwerp, zeg ik ter verontschuldiging.
14 opmerkingen:
Wat een circus. Welke krant legt de komende tijd eens een top 100 aan van woorden die het meest aan inflatie onderhevig zijn? Ben niet benieuwd hoe de tot een containerbegrip uitgegegroeide term 'duurzaam' dan zou scoren, want dat is al duidelijk: hoog, heel hoog. Waarover repte Steiner ook in de driegeleding? De trits routine, conventie en frase. To use a phrase these days: durable this, durable that, durable everywhere. Maar goed, marketing is een vak… Sell if you can tell and they can eat their heart out.
Mooi citaat: 'Antroposoof zijn is een geuzentitel.'
Duurzaam? Eigenlijk best een lelijk woord.
Doe mij maar 'antroposoof' ... een zoeker naar 'wijsheid omtrent de mens'.
Wat betreft het woord antroposoof: een geuzentitel? Je kunt worden aangeduid als een antroposoof of een soof. Dat laatste draagt meestal een negatieve lading. Zo las ik eens ergens de vraag: 'is hij een soof of een (echte) antroposoof?' Nou ja, je zult daar maar mee geconfronteerd worden.
Zelf loop ik er in het dagelijkse leven niet mee te koop, maar als het er op aan komt zal ik het niet onder stoelen of banken steken. Ben geen geheimschrijver. Kan van ieder mens leren en antroposofen zijn ook gewoon maar mensen; je hebt sterke en zwakke, ijdele of bescheiden en ontwikkelde en minder ontwikkelde antroposofen. En zo kun je nog wel een uitgebreider lijstje met gradatiepunten opstellen.
Voor mij is het het belangrijkste dat ik mens onder mensen kan zijn. Wherever I lay my hat.
Aanvulling: de soundbyte "tell what you can sell" drukt het misschien krachtiger uit, vormt in ieder geval de grondgedachte bij mijn eerste commentaar hier.
Ik gebruik zelf de benaming 'antroposoof' als dat van toepassing is. Tja en 'sofen' ... ik weet eigenlijk nog steeds niet wat daarmee bedoeld wordt. Is allemaal wel best: ik laat dat langs me heengaan. Eén ding heb ik wel helder: ik lees Steiner buitengewoon graag.
Hum ... een zoekactie op Twitter levert dit op:
http://search.twitter.com/search?q=antroposoof
http://search.twitter.com/search?q=anthroposophy
http://search.twitter.com/search?q=rudolf+steiner
Expliciet gesteld betekent 'sofen' zoiets als wijsneuzen en zwevers René. Die indruk krijg ik althans. En niet voor niets wordt 'antropo' dan weggelaten: ('wijzen') niet gespeend of zelfs ontdaan van menselijkheid.
Voorheen werden in arbeiderskringen mensen met een opdringerige en eenkennige missiedrang, lieden van verschillende pluimage, vaak aangeduid als 'pastoortjes'. Wat in de volksmond aan taal gebezigd wordt, is verbonden met een actieve en wijze taalgenius.
Weer muziek erbij: Private investigations - Dire Straits
Verder heb je denk ik ook, geen dankbaar onderwerp maar het moet toch even benoemd worden, infiltranten en poseurs. Mensen die zich met verborgen aganda's, in min of meerdere mate op bewuste wijze en met uiteenlopende motieven, voordoen als antroposofen, terwijl ze het niet zijn en (in feite) ook niet willen zijn/worden. Dit moet natuurlijk niet verward worden met verschillen van opvatting en doelstellingen die zich tussen antroposofen kunnen voordoen. Dat is wat anders.
Tweede regel: ...agenda's...
Haha klinkt spannend 'infiltranten en poseurs': KGB, CIA, BVD ..... ;)
Die houden zich onder andere meer met mensen als Obama bezig.
Verzand niet in complotdenken daarvan word je geen gelukkiger mens :)
Nee, dit heeft niets met complotdenken te maken René. Ben open minded en niet naïef.
Oké, maar daar ging ik al vanuit hoor :)
Een reactie posten