‘Estomihi – De Gregoriaanse introïtus van deze zondag luidt: ‘Esto mihi in Deum protectorem, et in locum refugii, ut salvum me facias’: Wees mij een God die mij beschermt, en een toevluchtsoord om mij te redden (Psalm 31:3). De oude naam Quinqagesima betekent vijftigste – 50 dagen voor Pasen.’
Deze zondag: bedoeld is aanstaande zondag 22 februari. Voordat ik uitleg waar het bovenstaande op slaat, eerst deze inleiding. Vorige week 10 februari berichtte ik in ‘Antwoord’ nog over een nieuw weblog van de Vereniging van vrijescholen:
‘Welkom op het weblog van de Vereniging van vrijescholen. Dit weblog is in oktober 2008 ingericht om – naast de nieuwspagina van de vereniging – een verdieping te bieden aan actuele zaken.’
Maar deze bleek nu al inactief:
‘Helaas staat er maar één bericht op, gedateerd op 28 oktober, namelijk letterlijk dit verslag, en geen enkele reactie. Ik vraag me dan ook af of deze weblog wel bekend is gemaakt. Ik heb de indruk van niet. En dat is jammer, want het zou een goede mogelijkheid zijn om meer te vernemen van achtergronden en motieven. Het lijkt erop dat de vereniging inmiddels op een andere manier in deze behoefte voorziet (...)’.
Ik heb hier nog zo’n voorbeeld van een inactief weblog vanuit de Vereniging van vrijescholen, ‘Nieuws van de coördinatoren’ geheten, daterend van 5 december 2008:
‘In maart 2007 is het bestuur van de Vereniging van vrijescholen vernieuwd. Speerpunt van het bestuur is: doen. Eén van de eerste acties was, het aanstellen van coördinatoren. Zij zijn allen werkzaam in vrijescholen. Vanuit hun deskundigheid kunnen zij makelaar zijn van kennis, projecten initiëren en zorgen voor overleg tussen de verschillende belanghebbenden. In maart 2007 is Inge Haagsma als eerste met haar werkzaamheden als coördinator voortgezet onderwijs gestart. In november 2007 volgde Gert Hilbolling als coördinator primair onderwijs. In februari 2008 maakte Nanja van der Horst als coördinator buitenschoolse opvang het team compleet. Met zijn drieën bestrijken zij het totale gebied van het opgroeiende kind van 0 tot 18 jaar. Het omvat peuterklassen, kleuterschool en de vrijeschool van klas 1 tot en met 12, maar ook kinderopvang van 0 tot 4 jaar en buitenschoolse opvang voor kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar.
Zij vormen daarmee en unieke combinatie. Uniek, omdat er geen schoolbeweging in Nederland is die al deze gebieden bestrijkt. Uniek, omdat ze vorm kunnen geven aan de zorg voor opvoeding en onderwijs als een samenhangend geheel.
Zij willen u graag op de hoogte houden van ons werk en informeren over zaken die voor u van betekenis kunnen zijn.’
Maar helaas, van hetzelfde laken een pak: ook dit initiatief heeft geen voortzetting gekregen. En nu leidt het een verweesd bestaan ergens in de diepe krochten van internet. Hoe komt dat? Zijn instellingen niet in staat om zoiets te verwezenlijken en moet je daarvoor terecht bij vrije, onafhankelijke individuen? Daar lijkt het op, als ik afga op de weblog met een inhoud waar ik deze bijdrage mee opende.
‘Joep’, zonder nadere aanduidingen in zijn profiel, is degene die hierachter schuilgaat. Zijn weblog heet: ‘Perikopen notities’. Van Dale noemt een perikoop een ‘fragment uit de H. Schrift, dat op zon- en feestdagen in de eredienst wordt voorgelezen’. Zijn motief om zijn notities op het web te plaatsen beschrijft Joep als volgt:
‘Deze notities over de perikopen zijn de neerslag van voorzichtige pogingen om de evangelieteksten, bedoeld voor de lessen Religieuze Oriëntatie en de Handelingen op vrijescholen, te belichten vanuit geesteswetenschappelijke d.w.z. antroposofische achtergronden. Van daaruit zijn nog vele andere invalshoeken mogelijk. Rudolf Steiner gaf de raad om geen evangelieteksten voor te lezen zonder die eerst te doordenken met behulp van inzichten aangedragen door de geestenwetenschap. Wat je hier kunt lezen zijn slechts door mij gekozen aspecten, waarmee ik een ieder wil aansporen vooral eigen gedachten te vormen en eigen onderzoek te doen.
Het streven is om de notities steeds een week vóór de betreffende zondag te publiceren zodat (vrijeschool)-leraren, die de lessen Religieuze Oriëntatie en de Handelingen verzorgen, de perikoop in de week ervoor kunnen behandelen tijdens de lessen R.O. of de notities kunnen gebruiken bij een persoonlijke innerlijke voorbereiding op de zondag.’
Hij is meteen in het nieuwe jaar, op 2 januari, met zijn beschouwingen begonnen en houdt tot nu toe goed vol. Negen bijdragen heeft hij al geplaatst, voorzien van mooie kunstafbeeldingen. De beschouwing voor komende zondag, ‘Estohimi (7e zondag voor Pasen)’, van afgelopen maandag 16 februari is om verschillende redenen een bijzondere en die laat ik hier dan ook graag in zijn geheel volgen.
‘Lucas 18:31-43: Aankondiging van het Lijden en genezing van een blinde.
Deze perikoop bestaat uit twee delen, maar waarschijnlijk mogen we ze beschouwen als toch bij elkaar behorend.
Voor de derde keer in het Lucas-evangelie kondigt Christus Jezus zijn lijden, dood en opstanding aan. Dat deed hij al eerder in Lucas 9:22 en 9:44.18:31 Hij nam de twaalf apart en zei tegen hen: “We zijn nu op weg naar Jeruzalem, en alles wat door de profeten is geschreven zal men de Mensenzoon laten ondergaan.” (NBV)
De twaalf snappen er helemaal iets van. De betekenis van Zijn woorden blijft op dat moment nog voor hen verborgen, maar ze kunnen het eigenlijk ook nog niet begrijpen. De Christus hebben zij herkend als het hoogste godwezen. Johannes de Doper heeft enkelen van hen op Hem gewezen.
De Christus wordt hier ‘de Mensenzoon’ genoemd en tegelijk is Hij toch ook de Godzoon. Want tot aan Christus hadden mensen God niet met eigen ogen als fysieke gestalte kunnen waarnemen. Alleen zij die in de mysteriën waren ingewijd hadden hem in de geest kunnen schouwen. Met Christus heeft de godheid de zintuiglijke wereld betreden en is Hij fysiek zintuiglijk waarneembaar geworden, een Mensenzoon. De apostelen zien Hem nu met hen in de zintuiglijke wereld en naast zich wandelen. Hij is gewoon bij hen, ze kunnen Hem als het ware beetpakken. Het is door de lichamelijke verschijning van Jezus van Nazareth dat zij de machtige werkzaamheid en het wezen van de Christus ervaren. Maar in de zielen van de apostelen komt nauwelijks de gedachte op dat Zijn dood de eigenlijke vervulling zal betekenen van de missie die de Christus op aarde heeft. Wat er allemaal nodig is om de wil van God te openbaren is nog voor hun verstand verborgen? Pas met Pinksteren gaan de apostelen daarvan iets begrijpen.
Nu volgt het verhaal van de blinde man bij Jericho. (zie ook: Mattheüs 20:30).
Vertel in de lessen RO de kinderen toch vooral steeds weer opnieuw dat Christus geen wonderdokter of tovenaar was, die goocheltrucjes uitvoerde. De moderne theologische en platvloerse materialistische opvattingen kunnen makkelijk tot dat soort ideeën leiden. Vertel de kinderen dat Hij het allerhoogste godswezen/zonnewezen is dat zich tot redding van de mensheid met de aarde wilde verbinden. Elk verhaal in de Evangeliën moet gezien worden als een stap op de weg tot openbaring van Zijn wezen.
De naam van de stad Jericho betekent: “Stad van lieflijke (Balsem-) Geur”. De stad was beroemd door haar balsem en haar geurende tuinen. Jericho betekent ook “de Maanstad”, alsof hier de invloed van de maanmysteriën nog sterk leefde. De bewoners van Jericho stonden bekend als wereldse mensen, misschien bijna decadent. Daarom willen zij die voorop lopen, dat de blinde zwijgt. Zij willen hem de mond snoeren, maar hij roept des te luider uit wat hij diep van binnen weet: “Jezus, Zoon van David!”, wat inhoud dat hij Hem voor de Messias houdt.
Lucas was een arts. De passage zou dus gelezen kunnen worden als een gewoon verhaal over een genezing. Maar is het wel zomaar een gewoon verhaal over een genezing? De mensen zeggen de blinde zijn mond te houden maar hij blijft roepen tot Jezus bij hem komt. Het is merkwaardig dat deze blinde man weet wie er langs komt. Blijkbaar nam hij waar met andere zintuigen dan zijn ogen welk wezen hem daar passeerde, zoals blinde mensen vaak kunnen. Deze blinde is eigenlijk de enige met een beetje licht, het innerlijk licht van het inzicht. Daarom kan hij door zijn geloof genezen worden. We willen verder onderzoeken hoe we dit kunnen begrijpen.
We weten dat de evangelieboeken eigenlijk gelezen moeten worden als openbaringen van mysteriegeheimen. Zeker na de geschiedenisperiode in klas 5 kun je met de kinderen spreken over de mysteriën van de oudheid en dat de mensen onder leiding van de priesters steeds probeerden in de geestwerelden te schouwen.
De zin: “Heer, dat mijn ogen kunnen zien” is een sleutel om de diepere zin van deze perikoop te benaderen. (Statenvertaling: “Heere! dat ik ziende mag worden.”) In het Grieks staat er: αναβλεπων (anablepon) wat in eerste instantie “omhoogkijken” betekent, daarbij ook vertaald wordt als: het (verloren) gezicht terugkrijgen (blepo – βλέπω – betekent in het moderne Grieks overigens nog steeds “zien”).
Deze blinde wil dus graag dat hij weer kan OPZIEN, kan “omhoog kijken”. De vraag is dan: naar wie wilde deze blinde weer opzien? Het antwoord ligt in de oude mysteriën, die tot een einde waren gekomen. Toen waren de ingewijden in staat om op te zien naar de godenwereld. Zij schouwden het hoogste godswezen in het geestelijke gebied van de zon, denk maar aan Zarathustra, of aan Echnaton. De ingewijden “sliepen” een inwijdingsslaap waarin zij de beelden van die godenwereld schouwden. Maar nu Christus op aarde is verschenen, is zijn wezen in de nachtwereld niet meer op de zon te vinden. De Christus is nu op aarde en is overdag te zien met open ogen. Hij is openbaar geworden. De blinde wil het godswezen graag ook zien, omdat hij hem ‘s nachts niet meer schouwen kan. Wanneer Christus dat mogelijk maakt begint de man Gods openbaring (= dat god zichtbaar is geworden voor gewone zintuigen) te prijzen. Men kan ervan uitgaan dat het eerste wat de blinde man na zijn genezing zag, de fysieke verschijning van de Christus Jezus was. Daardoor werd hij gelovig. De blinde loofde deze openbaring van God en hij volgde Jezus vanaf dat moment. De twaalf zagen de Christus op aarde, de blinde eerst nog niet. De apostelen snapten nog niets van wat er nog te komen stond. De kruisdood en de opstanding vormen uiteindelijk de ultieme openbaring en vervulling van de oude mysteriën. Wellicht snapte deze blinde, die naar alle waarschijnlijkheid zelf een oude ingewijde was, dat al wel. Zo zouden we de twee gedeelten van deze perikoop in elkaars licht kunnen lezen.’
(Ik kan het niet nalaten om toch meteen een kritiekpuntje te noemen. Van ondergeschikt belang, maar toch. Waarom wordt er hier toch steeds gesproken over ‘de Christus’? (Het komt uit het Duits, waar het gewoon is ‘der Christus’ te schrijven.) In het Nederlands past dit echter niet. Je zegt toch ook niet ‘de Jansen’? Gewoon ‘Christus’ schrijven, zonder lidwoord ervoor, is al bijzonder genoeg. – In bovenstaande tekst wordt trouwens ook het verkeerde niet consequent gedaan.)
3 opmerkingen:
man glaubt tatsächlich nicht, dass das rotterdam ist, ein wunderschönes bild.
stammen die alle noch von dem einen sonntagsspaziergang?
herzlich
barbara
Liebe Barbara,
Ja, das ist noch immer dem 20. Juli. Das war wirklich ein wunderschöner Sonntagmorgen...
Herzlich,
Michel Gastkemper
Beste Michel,
Heel erg bedankt dat je de moeite hebt genomen aandacht te besteden aan mijn bescheiden maar ook gewaagde initiatief om op een weblog over de perikopen te schrijven.
Bescheiden om dat ik weet dat je altijd maar één enkel aspect kan belichten, gewaagd omdat men door zoiets "op het net te gooien" ook zijn nek uitsteekt.
Op jouw opmerking waarom ik steeds het lidwoord 'de' gebruik voor de naam van Christus, moet ik toegeven dat dit waarschijnlijk een beetje het gevolg is van clubjargon.
Aan de andere kant is Christus de Griekse vertaling van het Hebreeuwse woord Messias en dat is geen eigenaam. Het is 'de Messias' dus waarom dan ook niet 'de Christus'?
Inderdaad van ondergeschikt belang, maar ja..
Ik ben een onderwijzer. Die zijn meestal erg betweterig, vrijeschool-leraren zijn van een nog ergere soort. Ik hou het dus af en toe bij '+de'.
Met vriendelijke groet uit Dordrecht.
Joep Eikenboom
PS Ik ben geboren en getogen in Rotterdam. Jouw prachtige foto's doen het hier dus ook goed.
Laten we maar stug doorgaan met onze bijdragen. Succes, ook jij.
Een reactie posten