Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

dinsdag 22 september 2009

Lezing

Het is nu al bijna drie weken geleden, maar nog steeds weinig tot niets te zien. Het bericht van 3 september, ‘Nieuwe webredacteur’, werd gebracht op de website van de Antroposofische Vereniging in Nederland (gewoonlijk met de lelijke afkorting AViN aangeduid):

‘Petra Helmus is per 1 september gestopt als webredacteur. Haar opvolgster is Arianne Collee. Petra Helmus heeft drie jaar lang de agenda en het nieuws voor de site van de AViN verzorgd. We danken Petra voor haar inzet en het werk dat ze heeft geleverd. Arianne Collee, die haar werk overneemt, is sinds oktober 2006 redacteur van het tijdschrift Motief. Berichten voor de website kunt u voortaan naar haar sturen.’

Tot nu toe heeft dat weinig opzienbarends opgeleverd, helaas. Maar de vraag is of je dat ook op de nieuwspagina’s moet zoeken. Misschien elders op de website? In het verleden heb ik verscheidene malen erop gewezen dat bepaalde pagina’s wel erg verouderd zijn. Is dat nu ook de taak van Arianne Collee? Maar laten we het eens hebben over het maandblad waarvan zij redacteur is. Ook daarvan is weinig florissants te berichten. Op de website tenminste. Daar wordt nog steeds als meest recente nummer dat van juni (nr. 130) opgegeven. Juli, augustus, september... drie maanden verder zijn we nu. Okee, in de zomermaanden is er één nummer voor de maanden juli-augustus. Maar het septembernummer is toch al minstens drie weken uit (ik had het al op de vroege morgen van vrijdag 28 augustus in de bus). En dat bleek me toch een leuk nummer te zijn! Dat zou ik graag willen delen met anderen. Maar nee hoor, nergens op de website is er iets over te vinden, helaas.

Dus dan neem ik die taak maar op me. Ik heb nu lang genoeg gewacht. Daartoe breng ik twee teksten bij elkaar, een die aan het begin staat (op bladzijde 10) en een aan het eind (op bladzijde 34 en 35). De eerste als onderdeel van het nieuws, maar in feite een persoonlijke column. De laatste tekst behoort ook tot het nieuws, maar dan het nieuws voor leden van de Antroposofische Vereniging, met de originele titel ‘ledennieuws’ aangeduid, geschreven door de voorzitter van de vereniging in België (als ik me niet in de functie vergis). De eerste behoort tot de nieuwe column ‘dwarskijker’ die hier al eens eerder ter sprake is geweest (dat was op vrijdag 5 juni in ‘Ontluistering’). Na de eerste drie keer door Toon Schmeink krijgt nu een nieuwe auteur het woord. Ik laat de column hier in zijn geheel volgen:

‘Waarom is antroposofie, die zoveel te bieden heeft, zo marginaal, introvert en tandeloos in onze maatschappij? Ik denk dat de AViN zichzelf beter kan opheffen. Dan kan men vervolgens de Stichting Antroposofie Nederland oprichten, die alle activiteiten van de vereniging voortzet, met donateurs in plaats van leden.

Een stichting heeft geen leden; dat is bij de wet verboden. En laten we wel wezen – een spirituele vereniging, met leden, dat kan eigenlijk niet meer in deze tijd. Lid zijn van een spirituele club is een anachronisme, net als inwijdingen, rituelen of teksten die alleen bestemd zijn voor sommige mensen en niet voor iedereen. Dat was allemaal ooit nodig en nuttig, maar die tijd is voorbij.

In een vereniging bloeit makkelijk een kuddegeest. Mensen doen hun best een goed lid te zijn en passen zich onwillekeurig aan bij deze clubmentaliteit. Ze accepteren allerlei folkloristische clubverhalen als gospel truth. Daar krijg je dan toestanden van waarbij het ene lid het andere verwijt niet recht genoeg in de leer te zijn. Mensen raken gehecht aan hun club en proberen veranderingen tegen te houden. Onspiritueler kan bijna niet. Met een stichting, waarmee je als belangstellende verder niet veel te maken hebt, stimuleer je eerder autonoom denken.

Een vereniging met leden kent doorgaans ook een onuitgesproken hiërarchie. Wie langer lid is, staat een stapje hoger dan wie nog maar net komt kijken. Hoogst onspiritueel! Met een stichting daarentegen stimuleer je dat mensen samenkomen, samenwerken en zich samen ontwikkelen in vloeiende, horizontale netwerken, lokaal of thematisch georganiseerd, zonder pretenties en zonder vaag en subtiel statusgedoe. Anders gezegd: niemand is meer supersoof, iedereen is gelijk. Niemand hoort erbij, dus ook: niemand hoort er niet bij.

Misschien zou antroposofie zichzelf wat meer te grabbel moeten gooien.

PS. Mijn naam is niet Lisette ’t Hooft, zoals in de aankondiging stond, maar Lisette Thooft.’

Nou, dat is nog eens een leuke binnenkomer! Je verwacht dat hierover wel een aardige discussie gevoerd zou kunnen worden, bijvoorbeeld op het forum van de Antroposofische Vereniging. Maar nee hoor, niets van dat alles. Daarom ga ik door naar de tweede tekst die ik aankondigde. Die laat ik hier eveneens integraal volgen, dan is de context ook meteen duidelijk. De titel luidt ‘Bijeenkomst algemene secretarissen in Bologna’ (waarmee functionarissen in de Antroposofische Vereniging zijn bedoeld):

‘Tijdens de bijeenkomst van de Europese algemene secretarissen eind juni waren de centrale thema’s: het omgaan met een toekomstgericht lidmaatschap, samenwerking op meerdere gebieden van de vereniging en de werkzaamheid van de vereniging in de wereld. Jan Borghs geeft enkele persoonlijke impressies van de bijeenkomst.

In 2011 is het 150 jaar geleden dat Rudolf Steiner werd geboren. Dit zal op vele plaatsen herdacht worden met speciale activiteiten, onder meer in Bologna waar Rudolf Steiner in 1911 een eenmalige voordracht hield aan de universiteit tijdens een filosofencongres. Het is de bedoeling om in Bologna in 2011 een belangrijke internationale bijeenkomst te organiseren. De Europese Generalsekretäre zullen intensief betrokken worden bij de voorbereiding. En de initiatiefnemers hopen dat alle Europese landen met delegaties van de leden aanwezig kunnen zijn op dat congres. Ook aan het Goetheanum, in Duitsland en in Scandinavië zullen congressen met internationaal karakter de 150ste geboortedatum van Rudolf Steiner herdenken.

Lidmaatschap van een “tegen” beweging?

We spraken verder over de kwaliteiten van het lidmaatschap. Een gesprek dat in de lente al in de zittingen aan het Goetheanum werd begonnen. Waarom zou een modern mens nu lid willen worden van de Antroposofische Vereniging? Ten tijde van Rudolf Steiner kregen de leden nog iets aangeboden in ruil voor hun lidmaatschap: ze mochten de voordrachten van Rudolf Steiner bijwonen en ze konden de afschriften van zijn voordrachten kopen. Geeft het lidmaatschap nu nog voordelen? En moet dat wel zo zijn? Wat te denken van het idee om aan alle leden wekelijks een gratis tijdschrift, zoals het weekblad Das Goetheanum, op te sturen? Is dat realiseerbaar en vooral financierbaar? En moeten we wel tegemoetkomen aan het toenemende consumenten- of klantenbewustzijn: wat krijg ik voor mijn (lid)geld? Zijn we nog steeds en teveel een “tegen” beweging? Een beweging die de vinger legt op de negatieve kanten van de samenleving en tegelijk aangeeft dat de antroposofie antwoorden kan geven op wat er mis gaat? Moeten we niet eerder een “mee” beweging worden? Waar zijn onze vrienden waarmee we samen kunnen werken aan de ontwikkeling van het algemeen menselijke in de wereld? Laat ons niet strijden tegen, maar laat ons werken vóór algemene menselijkheid, gedragen door het spirituele.

Dat veronderstelt Zugehörigkeit en Teilhabeschaft, twee prachtige Duitse woorden, die moeilijk met dezelfde gevoelswaarde te vertalen zijn. Er leeft bij de leden een groot verlangen erbij te horen, deel te kunnen nemen aan het cultuurscheppende van de antroposofie. Daaraan kan men warmte en vreugde beleven. Deelnemer zijn aan de schepping van een toekomst waar het algemeen menselijke, het spirituele richtinggevend kunnen werken. Dit warme gevoel vinden we gemakkelijker terug in de werkgebieden. Toch is het de opgave de denkmens en de wilsmens samen te brengen. We mogen het denken niet tegen het willen uitspelen. Dat verstoort het geestesleven. Drie principes liggen aan de basis van het werken met het spirituele: inzichten worden doorgegeven, samen met anderen besproken en in de praktijk gebracht.

Een doorzichtige organisatie

We vroegen ons ook af: met welk bewustzijn kijken we naar de ontwikkeling van de antroposofische vereniging? We kennen de bewustzijnsziel die uit de erfenis van de verstandsziel ontwikkeld is als een historische continuïteit. Zou het mogelijk zijn dat deze bewustzijnsziel zichzelf kan grijpen en dat daardoor een diepere bewustzijnslaag kan worden aangeboord? Als we dan vanuit deze laag kijken naar de vereniging, stijgen we misschien uit boven de vraag: welk voordeel brengt het lidmaatschap aan mij? Dan worden we meer betrokken, nemen we deel aan en verbinden we ons op een andere wijze met het lot van de vereniging. Zo’n bewustzijn vraagt een doorzichtigere organisatie. We kunnen dan niet blind zijn voor onze moeilijkheden en moeten die moedig onder ogen zien en trachten oplossingen te vinden. We willen als algemene secretarissen in die richting verder zoeken.

En daarom zullen we in januari bijzondere aandacht besteden aan de financiële kant van de vereniging. Ook vroegen we ons af: welke vorm zou de vereniging met het oog op de toekomst moeten aannemen? Hoe moet onze vereniging geleid worden? Afgesproken werd dat de bijeenkomsten van de Europese algemene secretarissen in het vervolg op vrijdagmorgen zullen beginnen. Zo ontstaat er meer tijd voor overleg. De volgende bijeenkomst zal in Duitsland plaatsvinden. De stad moet nog gevonden worden...

Jan Borghs, secretaris generaal van de Antroposofische Vereniging in België’

Het leuke is dat op een bepaalde manier dezelfde vragen worden gesteld als in de column, alleen vanuit een heel andere richting komend. Zou het met elkaar afgesproken zijn? Of hangt het gewoon in de lucht? Het laatste zou je gaan denken als je er een ander verslag bij neemt, namelijk in ditzelfde katern voor leden (op bladzijde 32 en 33), van de jaarvergadering 2009 van de Antroposofische Vereniging in Nederland, die op 12 en 13 juni in Zutphen werd gehouden (ik berichtte hierover op zaterdag 13 juni 2009 in ‘Roemen’), van de hand van secretaris Pieter Meester. Vorig jaar werd trouwens zijn verslag meteen op de website gezet; dat is dit jaar dus niet het geval, helaas. Die tekst van hem uit 2008 is nog in het ‘Nieuwsarchief’ te vinden:

‘21/06/2008 10:39 Verslag jaarvergadering AViN
Vrijdagavond 6 en zaterdag 7 juni vond de jaarvergadering plaats van de Antroposofische Vereniging in Nederland (AViN). Secretaris Pieter Meester schreef een beknopt verslag. Om het verslag te lezen, klik op het pdf-document hieronder.
Beknopt verslag jaarvergadering 2008 284 Kb’

Nu staat dat van 2009 dus nog alleen in Motief. Waar het mij hier om gaat, is een gedeelte dat een lezing van de Nederlandse voorzitter Ron Dunselman weergeeft. Die zegt in een historische schets van de Antroposofische Vereniging onder leiding van Rudolf Steiner begin twintigste eeuw onder meer:

‘De grote vraag is dan: waarom eigenlijk een vereniging, zijn voordrachten niet genoeg? Steiner zegt daarop dat als mensen elkaar vinden, ze samen nieuwe krachten opbrengen. In het tijdperk van de bewustzijnsziel kunnen we onzelfzuchtig nieuwe sociale verbanden aangaan. Als dat niet lukt, wacht ons in het komende tijdperk van het “geestzelf” de barbarij van het egoïsme. Het gaat om de ontplooiing van drie kwaliteiten: echt, diep medeleven, absolute vrijheid in religie en levensbeschouwing en de geest in de stof kunnen ervaren. De opdracht in de vereniging is daaraan te werken, met de mensen die het lot bijeenbrengt. Daar geldt het bijbelwoord: “Waar twee of meer in Mijn Naam aanwezig zijn, daar ben Ik aanwezig.” Dat wil niet zeggen dat alle neuzen dezelfde kant op moeten, maar wel dat je elkaar in de eigenheid accepteert en in de onderlinge samenwerking kiemen legt voor het tijdperk van het geestzelf.’

Ook hier dus een redengeving voor het bestaan van de Antroposofische Vereniging. Of die in de huidige tijd genoeg is, en niet slechts een woord uit het verleden, dat is nog maar de vraag. Maar meer openheid en ook durf om openlijk je mening te geven, zoals Lisette Thooft in haar column vraagt, zou in ieder geval helpen om deze dingen bespreekbaar te maken. Daaraan heb ik vandaag een steentje willen bijdragen, bij – hopelijk tijdelijke – ontstentenis van het eigen online communicatieorgaan.

1 opmerking:

Anoniem zei

Wat een bevrijdende column van Lisette Thooft. Ik ben benieuwd of daar reactie op komt van mensen. Astrid

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)