Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

zaterdag 22 mei 2010

Oproer

Mieke Kleinleugenmors van De Stentor komt vanochtend met het bericht ‘Vrije scholen in rep en roer’:

‘Het fusieproces tussen de bovenbouw van de Zutphense vrije scholen De Berkel en De IJssel loopt niet gesmeerd. De fusie is noodzakelijk omdat het leerlingental op De IJssel te laag is om de financiering rond te krijgen.’

En dat terwijl zij op 22 januari nog een heel ander geluid optekende uit de mond van Zutphense direct betrokkenen. Ik berichtte daarover die dag in ‘Begeleiding’, dat ik zo begon:

‘Een heerlijke voortdurende bron van informatie is De Stentor, waar ik dankbaar gebruik van maak.’

Ik roep even het bericht ‘Fusie vrije scholen’ van Mieke Kleinleugenmors in herinnering:

‘De bovenbouw van de vrije school De Berkel en de vrije school De IJssel in Zutphen gaan met ingang van het schooljaar 2010-2011 samen als één fusieschool.

Dat is het resultaat van een reorganisatie onder leiding van Nynke Gerritsma (rector De IJssel) en Co Huisman (interim-rector De Berkel). Voor De IJssel is de fusie noodzakelijk, licht Huisman, onderwijsspecialist uit Den Haag, toe. “Om de simpele reden, dat een school met drie- tot vierhonderd leerlingen te klein is om te bekostigen.” Het fusieproces is bijzonder verlopen, zegt hij. “Eigenlijk was het een fluitje van een cent. Op de twee scholen werd veel over elkaar gepraat, maar nooit met elkaar. Alle oneliners die ik over en weer hoorde waren gebaseerd op veronderstellingen. Vanaf het moment dat de docenten met elkaar in contact werden gebracht en het gesprek aangingen, wisten ze elkaar te vinden.” Nynke Gerritsma heeft dezelfde ervaring. “Wij denken in oplossingen in plaats van problemen en gaan ervan uit dat het allemaal kan. Het samengaan biedt een kans om een kwaliteitsslag te maken en dat zien de docenten ook.” Voorlopig blijven de twee locaties (Dieserstraat en Weerdslag) in gebruik. Doelstelling is de bovenbouw te concentreren op het Weerdslag, waar De Berkel staat. Nynke Gerritsma blijft in functie, maar niet als rector. De werving van een nieuwe rector voor de fusieschool is in een vergevorderd stadium. Huisman blijft betrokken tot 1 mei 2010.’

Het geluid vandaag is dus heel anders, want het gaat na de openingszinnen als volgt door:

‘In het reorganisatieplan wil het schoolbestuur onder meer de leerlingen van De Reggestroom (praktisch onderwijs) verhuizen van de locatie De Berkel naar de school De IJssel in de Zutphense binnenstad. Daar gaan zij als enige groep de school bevolken. Huidige leerlingen van De IJssel krijgen namelijk hun lessen in het nieuwe schooljaar op De Berkel aan het Weerdslag. De betrokken leerlingen verzetten zich hevig tegen het plan. En dat willen ze met met spandoeken en een stakingsactie dinsdag luid en duidelijk kenbaar maken.

Ook hun ouders gaan mee in dat protest. Dat bleek deze week tijdens twee informatie-avonden, waarin zich een grote meerderheid (90 procent) afzette tegen de verhuizing. De verplaatsing strookt in hun opvatting niet met de visie van de school, dat alle leerlingen samen moeten optrekken. De Reggestroom wordt nu gestigmatiseerd, luidt de kritiek. Ook zijn de ouders van mening dat het hier een kwetsbare groep betreft, die je niet moet losrukken uit de vertrouwde omgeving op De Berkel. De ouders verwachten desondanks, dat het schoolbestuur de plannen zal doorzetten. Omdat het de minst slechte optie zou zijn. De ouders missen echter een deugdelijke onderbouwing.

Het schoolbestuur wilde nog geen reactie geven.’

Over deze gang van zaken kan ik op het moment verder geen informatie vinden. De vraag is ook hoe het Zutphense vrijeschoollandschap er eigenlijk uitziet. Op de website van vrijeschool De Zwaan vind ik onder de titel ‘Vrije scholen in Zutphen’ hier wel het een en ander over:

‘In Zutphen zijn drie basisscholen voor Vrije Schoolonderwijs: De IJssel, De Berkel en De Zwaan. Er is ook een school voor speciaal basisonderwijs op Vrije School basis, De Tobiasgaard. Ouders en kinderen die zich willen oriënteren op een basisschool zijn van harte welkom op De Zwaan.’

Maar dat betreft dus alleen basisscholen, terwijl het hier gaat om bovenbouwen, dus voortgezet onderwijs. Onder ‘Organisatie’ wordt het echter al enigszins duidelijk gemaakt. Dit begint met de ‘Schoolopbouw’:

‘Het vrijeschoolonderwijs kent:
– twee kleuterjaren
– een onderbouw (de klassen 1 t/m 6)
– een middenbouw (de klassen 7 t/m 8)
– een bovenbouw (de klassen 9 t/m 12)

Leerlingen van 4 t/m 18 jaar genieten van het onderwijs in een doorgaande lijn: de verschillende segmenten sluiten naadloos op elkaar aan. Op onze school zitten kleuters en onderbouw. De midden- en bovenbouw zijn gehuisvest op de Vrije Scholen De Berkel en De IJssel. Tussen deze scholen en De Zwaan bestaat een goede samenwerking. De scholen vallen bijvoorbeeld onder Stichting Vrije School Noord en Oost Nederland. [Waarom ‘bijvoorbeeld’? Vallen ze er nou onder, of niet? MG] Ons streven is om (met behulp van het ontwikkelingsplan voor de kleuters en het leerplan voor de klassen 1-12) ons toevertrouwde leerlingen op te laten groeien tot zelfstandige, initiatiefrijke jonge mensen.

Binnen de school fungeert de schoolleiding als aanspreekpunt voor ouders over algemene zaken en zaken die klasoverstijgend zijn. De Intern Begeleider ondersteunt leerkrachten en ouders bij de kinderen met extra zorg.

De schoolleiding overlegt maandelijks met de beleidsgroep. De beleidsadviesgroep kan worden vergeleken met een Medezeggenschapsraad. In het komend jaar wil de beleidsadviesgroep zich nader beraden op haar status.

De schoolleider neemt ook deel aan het schoolleidersoverleg van de Stichting Vrije Scholen Noord en Oost Nederland.

De school werkt aan kwaliteitsverbetering. In overleg met de onderwijsinspectie is een goedgekeurd plan opgesteld. Dit plan voorziet erin het beschrijven en afstemmen van het onderwijsaanbod beter inzichtelijk te maken.

De schoolleider heeft een tweewekelijks overleg met de Bovenschools manager, Marijn van den Born. Dit overleg is om ervoor te zorgen dat op personeel, financieel en facilitair gebied in de pas wordt gelopen met het belang van de stichting en de eigen mogelijkheden.

Binding met de IJsselschool

De IJsselschool en De Zwaan vormen, wat de administratieve kant betreft, samen één school. De achtergrond is gemeenschappelijk en komt voort uit de antroposofie. De verschillen zijn op didactisch en methodisch niveau. De Zwaan wil het ondernemend onderwijs verder ontwikkelen. De Zwaan is een zelfstandige werkeenheid binnen het bestuur van de Stichting de Vrije School Noord en Oost Nederland.’

Even verderop staat meer over deze stichting:

‘Bestuur en bovenschools management
Vrije school De Zwaan is onderdeel van Stichting De Vrije school Noord en Oost Nederland. Zes vrije scholen maken deel uit van de stichting:
– De Berkel primair onderwijs in Zutphen
– De IJssel primair onderwijs in Zutphen
– De Zwaan primair onderwijs in Zutphen
– De Berkel voortgezet onderwijs in Zutphen
– De IJssel voortgezet onderwijs in Zutphen
– Vrije School Groningen voortgezet onderwijs in Groningen

Het bestuur
Het bestuur van de stichting is het bevoegd gezag van de scholen en bestaat uit:
– de heer L.J. Stronks, voorzitter
– mevr. J.M.I.C. van Nieuwstadt
– secretaris – de heer A. Pijpers
– penningmeester – mevr. K.D. Lünnemann, lid
– de heer A.F.J. van Ommen, lid
– de heer G. Hilboling, lid

Bovenschools management
Het bestuur wordt ondersteund door de bovenschools manager, de heer M. van den Born, die tevens fungeert als ambtelijk secretaris van het bestuur.’

Al deze scholen vallen dus onder de Stichting Vrije School Noord en Oost Nederland, en niet ‘bijvoorbeeld’, zoals hierboven eerst werd vermeld. Is die vraag ook weer beantwoord. Met andere woorden: de ‘opstand’, zoals gemeld door De Stentor, is een oproer in eigen kring, die het schoolbestuur als bevoegd gezag zal moeten ‘handelen’ (maar dan op zijn Engels uitgesproken). Steen des aanstoots is de Reggestroom. Ook daarover is meer informatie te vinden, op de website van de ‘vrijeschool Zutphen vwo havo vmbo-t’. Dat is de enige beschikbare website, voor het totaalaanbod blijkbaar, al is het internetadres ‘www.berkelvo.nl’. In het menu bovenin vinden we onder ‘Onderwijs’ ook ‘Reggestroom’. Daar staat onder de titel ‘Reggestroom: leren door te doen’ het volgende:

‘Onderbouwleerkrachten adviseren hun leerlingen en ouders bij de keuze van voortgezet onderwijs. In het verleden plaatste een bepaalde groep leerlingen hen daarbij voor problemen; bij deze groep constateerden leerkrachten dat het “gewone” voortgezet vrijeschool onderwijs dat de vrijeschool op de Berkel aanbood geen recht deed aan hun ontwikkeling.

Deze leerlingen hadden een minder abstracte, meer praktische leerroute nodig naar het niveau van een vmbo-t diploma. Na een zorgvuldige voorbereiding is daarom in 1993 de Regge, leren door doen, van start gegaan.

Uitgangspunt is de twaalfjarige (onderbouw)leerling, die een advies voor voortgezet vrijeschool onderwijs of voor vmbo-t heeft gekregen en in staat is zich redelijk zelfstandig in het leren te ontwikkelen. Gewoonlijk wordt bij het leren een sterk beroep gedaan op analytische processen, die uiteindelijk tot theoretische abstractie moeten leiden. Hiervoor is minstens een gemiddelde theoretische intelligentie nodig. Er zijn echter ook leerlingen die gemakkelijker leren door te doen, te werken en te ervaren. Zij maken gebruik van andere “soorten van intelligentie”: praktische en sociale intelligentie. Deze leerlingen willen de werkelijkheid vooral op concrete wijze ervaren, het liefst zichtbaar of op een andere manier beleefbaar. Zij hechten vaak aan leren in een samenhang; de dingen zien in een groter verband. Bovendien is er soms gewoon meer tijd nodig om tot een bepaald resultaat te komen.

In onderwijs dat meer recht doet aan hun vermogens, groeit hun zelfvertrouwen; zij zullen zich gemotiveerd voelen om zich te ontwikkelen tot zelfstandige en zelfbewuste mensen. Daarbij is het heel goed mogelijk dat allerlei onvermoede talenten zichtbaar gaan worden. Daar is ruimte voor in de Regge.
Uitgebreide informatie vindt u op de pagina schoolgids in de schoolgids van de Berkel en de Reggefolder.’

Volgen we die link naar de schoolgids, komen we hier uit:

‘In de schoolgids staat alle informatie die voor het lopend schooljaar van belang is. Onder “Praktisch” vindt u enkele elementen uit de gidsen die vaak opgevraagd worden.
schoolgids 09-10 Vrijeschool de Berkel _versie 4_1.pdf [Schoolgids de Berkel]
Reggefolder
Schoolgids de IJssel

We nemen de bovenste, die van vrijeschool De Berkel, en komen daar op bladzijde 13 punt ‘5. Structuur en organisatie’ tegen. Erboven staat ‘Bestuur’:

‘De vrijescholen in Zutphen (basis- en voortgezet onderwijs) en het voortgezet onderwijs van de vrijeschool Groningen ressorteren onder het bestuur van Stichting de Vrije School Noord en Oost Nederland. Het bestuur draagt als bevoegd gezag de juridische en financiële verantwoordelijkheid voor de gang van zaken op de scholen; het vertegenwoordigt de scholen als rechtspersoon. Het bestuur wordt in haar uiteenlopende werkzaamheden ondersteund door een bovenschools management. De namen, telefoonnummers en adressen van bestuur en bovenschools management vindt u achterin deze gids.

Schoolleiding
De schoolleiding bestaat uit de drie teamleiders en de schoolleider, die tevens eindverantwoordelijke is.

Lerarencollege
Dit college (inclusief het Reggecollege) draagt de pedagogische verantwoordelijkheid. Het college vergadert iedere donderdagmiddag, de zgn. Pedagogische Vergadering. Voor de andere taakgebieden zijn de verantwoordelijkheden verdeeld.
De eindverantwoordelijkheid ligt bij de schoolleider; hij is tevens voorzitter van de Pedagogische Vergadering.

Reggecollege
Het Reggecollege is samengesteld uit leraren die de lessen in de Regge klassen verzorgen. Dit college draagt zorg voor de begeleiding van de leerlingen op pedagogisch, onderwijskundig en organisatorisch gebied. Voorzitter is de teamleider van de Regge.’

Dat komt overeen met wat we al op de website van vrijeschool De Zwaan hebben gevonden. Op bladzijde 18 vinden we dan onder punt ‘8. Adressen en Contactpersonen’ nog deze gegevens:

‘Bestuur en bovenschools management:
Vrijeschool de Berkel vo is onderdeel van Stichting De Vrije School Noord en Oost Nederland. Zes vrije scholen maken deel uit van de stichting:
– De Berkel primair onderwijs in Zutphen
– De IJssel primair onderwijs in Zutphen
– De Zwaan primair onderwijs in Zutphen
– De Berkel voortgezet onderwijs in Zutphen
– De IJssel voortgezet onderwijs in Zutphen
– Vrijeschool Groningen voortgezet onderwijs in Groningen

Stichting De Vrije School Noord en Oost Nederland
Postbus 4086
7200 AB Zutphen
Bezoekadres: Tengnagelshoek 9A in Zutphen
Tel: 0575 53 38 60
Fax: 0575 54 54 58
E-mailadres: bestuurskantoor@xs4all.nl
website: www.vsnon.nl

Bestuur
Het bestuur van de stichting is het bevoegd gezag van de scholen en bestaat uit:
– de heer L.J. Stronks, voorzitter/penningmeester
– de heer A.F.J. van Ommen, secretaris
– de heer G. Hilbolling, lid

Bovenschools management
Het bestuur wordt ondersteund door de bovenschools manager, de heer M. van den Born, die tevens fungeert als ambtelijk secretaris van het bestuur.’

Kijk, hier wordt de naam van Gert Hilbolling wél goed gespeld. Maar gek is wel dat er hier maar drie bestuursleden worden opgevoerd. Zijn er intussen soms drie nieuwe bijgekomen? Want op de website van De Zwaan stonden wel zes namen genoemd. – Ik weet niet hoe het zit, ik vraag maar. Ik ben vanwege dit onderwerp ook nog even op Wikipedia gaan kijken, wat die meldt over de bovenbouwen van vrijescholen. Dat is best een interessant artikel. Of alle gegevens en vooral interpretaties helemaal precies kloppen weet ik niet, maar het is wel goed om te weten welk min of meer onafhankelijk en objectief overzicht men daar te bieden heeft. Daarvoor ga ik dus naar ‘vrijeschoolonderwijs’ en geef hierbij meteen het hele Wikipedia-artikel weer:

‘De vrijeschool (Nederland) of steinerschool (Vlaanderen) is een school voor kleuteronderwijs-basisonderwijs (onderbouw) en voortgezet onderwijs/secundair onderwijs (bovenbouw), gebaseerd op de antroposofische opvattingen van Rudolf Steiner. In internationaal verband zijn de scholen ook bekend als waldorfscholen. De bovenbouw wordt nog onderverdeeld in de middenbouw en bovenbouw. De klassennummering loopt vanaf de eerste klas van de onderbouw door tot het laatste jaar van de bovenbouw. De onderbouw loopt van klas 1 (groep 3 op de “reguliere” Nederlandse school of het eerste leerjaar basisonderwijs in een Vlaamse school) tot en met klas 6. Daarna gaat het kind naar de middenbouw (klas 7 en 8), bedoeld om het kind een veilige overgang te laten maken van onderbouw naar bovenbouw. Na de middenbouw volgt de bovenbouw met klas 9 tot en met klas 12. Het is in Nederland mogelijk op een vrijeschool een vmbo-t-diploma, een havo-diploma, of een vwo-diploma te halen, al wordt bij het behalen van een vmbo-t-diploma het vrijeschooltraject niet afgerond.

Veel vrijescholen hebben naast hun normale leerwegen een speciale (praktische of kunstzinnige leerweg) voor kinderen die langzaam leren.

In Driebergen bevindt zich een Vrije Hogeschool, een eenjarige opleiding als vervolg op het voortgezet onderwijs. Ook bevindt zich in Zeist een pabo- of lerarenopleiding gespecialiseerd in het vrijeschoolonderwijs, “Hogeschool Helicon” genaamd.

In Vlaanderen valt het steinerproject onder het Methodeonderwijs en heeft het als type voor ASO gekozen. In Antwerpen is er tevens een steinerschool voor buitengewoon onderwijs. In de steinerschool van Lier wordt vanaf september 2008 tevens een richting “beroepsonderwijs” ingericht volgens de steinerpedagogiek.

Geschiedenis

In 1919 kreeg Steiner in Stuttgart de leiding over de “Freie Waldorfschule”, opgezet door de fabrikant Emil Molt, eigenaar van de sigarettenfabriek Waldorf-Astoria, om de arbeiders en de directeuren nader tot elkaar te brengen. Naar dat voorbeeld is in 1923 in Den Haag de eerste vrijeschool opgericht.

Pedagogiek

De vrijeschool gaat uit van wat volgens Steiner de intrinsieke ontwikkeling is van het kind. Er is, aldus Steiner, een diep van binnenuit komende “zielekracht” die het kind zijn of haar eigen en unieke ontwikkeling doet doormaken. Het onderwijs dient hierbij stimulerend en ondersteunend te zijn. Een belangrijk element bij deze ontwikkeling vormt de “ziel”. Deze van oorsprong uit de geestelijke wereld stammende kern van het menszijn is de drijvende kracht achter de persoonlijke, individuele, gefaseerde (7-jaars cycli) ontwikkeling. De ziel is op aarde gekomen, volgens Steiner, om “lessen te leren”. Alles wat de mens meemaakt aan intensieve aardse ervaringen vormt een levensles die opgenomen wordt in het totaal aan leerervaringen. Dit totaal is bepalend voor de geestelijke ontwikkeling waarmee de mens verder gaat (overgaat of sterft). In een volgend leven kan de les worden voortgezet, of kunnen correcties worden aangebracht. Het van oorsprong hindoeïstische begrip karma is hierbij van betekenis.

De vrijeschool begeleidt het opgroeiende kind in de eerste drie van de door Steiner beschreven fasen van levenslessen. Idealiter tot het 21ste levensjaar (3 x 7). Daarom is intellectuele ontwikkeling aanvankelijk slechts een onderdeel van de pedagogiek. Muziek, bewegingskunst (euritmie), handwerken, toneelspelen en (voor-)lezen van mythen en sagen worden bij die ontwikkeling minstens zo belangrijk gevonden als lezen, schrijven, rekenen.

Verschil in opleiding

Door de grotere aandacht aan kunstvormen zouden de meeste leerlingen van een vrijeschool kunstzinniger zijn dan leerlingen van andere scholen. Vrije expressie is echter beperkt.[bron?] Op kennisgebied hinken de steinerscholen achterop: de slaagcijfers in het hoger onderwijs zijn lager. Leerlingen van steinerscholen kiezen in hun vervolgopleiding meer dan gemiddeld voor een alfa-richting, zoals rechten of psychologie. Het aantal leerlingen dat kiest voor een vervolgopleiding in de beta-richting ligt juist lager. [1]

Nederland

Nederland kent momenteel 95 vestigingen (primair en voortgezet onderwijs) met circa 19.000 leerlingen en 1.500 docenten.[2] Bovenbouwen zijn gevestigd in Amsterdam, Bergen, Den Haag, Eindhoven, Groningen, Haarlem, Leiden, Maastricht, Nijmegen, Rotterdam, Zeist, Zutphen (De Zwaan) (De Berkel) en nog eens Zutphen (De IJssel). De meeste van deze scholen zijn aangesloten bij de Vereniging van Vrije Scholen. Ook zijn er vier speciale scholen voor basisonderwijs, zogenaamde Tobiasscholen, voor leerlingen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden. In Zeist is de Hogeschool Helicon gevestigd, die opleidt tot kleuterleid(st)er en leerkracht aan de onderbouw van de vrijeschool.

Onder invloed van strenger wordende overheidseisen werd vanaf 2000 een aantal bestuurlijke en inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd. Per augustus 2000 hebben elf bovenbouwen vier scholengemeenschappen voor vmbo/havo/vwo gevormd. Ook een aantal onderbouwen is een samenwerkingsverband aangegaan of is bestuurlijk gefuseerd. Inhoudelijk betekent het overheidsbeleid dat een aantal door Rudolf Steiner ontwikkelde uitgangspunten moest worden verlaten. Met name het afnemen van toetsen en het differentiëren naar intelligentieniveau vormen concessies ten opzichte van het oorspronkelijke leerplan. Betrokkenen verschillen van mening of dit een goede ontwikkeling is en hoeveel aanpassing een school aankan zonder het vrijeschoolkarakter te verliezen. Individuele scholen proberen op verschillende manieren een nieuwe balans te vinden. Enkele scholen hebben zich tot het uiterste tegen inmenging door de overheid verzet. In 1997 is in Oosterhout (nu Breda) de Staatsvrije vrijeschool Anfortas als particuliere dagschool (z.g. B3-school) opgericht in een poging om zich aan teveel overheidstoezicht te onttrekken. De Onderwijsinspectie beoordeelde deze basisschool in 2007 positief, maar onder de nieuwe beoordelingscriteria die ter goedkeuring aan het parlement zijn voorgelegd, zou deze school een negatief advies krijgen. De Inspectie tekent in haar rapport aan “de school wil zich niet verantwoorden”. In Culemborg is sinds 2004 de (uit principe) ongesubsidieerde Staatsvrije vrijeschool De WerfKlas gevestigd.

Was het vrijeschoolonderwijs oorspronkelijk verdeeld in een kleuterschool, een onderbouw (klassen 1 t/m 7) en een bovenbouw (klassen 8 t/m 12), sinds 2000 wordt er gedifferentieerd in basisschool voor vier- tot en met twaalfjarigen (een twee- of driejarige kleuterafdeling en een onderbouw van zes klassen), een middenbouw met een algemeen vormend karakter (klassen 7 en 8) en een bovenbouw waarin – naast een basisaanbod – in zogenaamde profiellessen wordt gedifferentieerd naar examenniveau. Leeftijdsgroepen blijven op die manier zoveel mogelijk bij elkaar, terwijl leerlingen op VMBO-t-niveau aan het einde van de tiende of elfde klas uit- of doorstromen, havo-leerlingen aan het eind van de twaalfde klas en vwo-leerlingen het onderwijstraject aan het einde van het twaalfde leerjaar afsluiten. De Vrije School Den Haag doet dit voor wat het VMBO-t traject betreft op basis van het Ivo-proevensysteem.[3] Er bestaat geen uniformiteit tussen vrije scholen in Nederland, iedere school is vrij het onderwijs op zijn eigen manier in te vullen en op eigen wijze aan overheidsnormen te voldoen.[4] Het Bergense Adriaan Roland Holstcollege heeft tot het schooljaar 2008/9 weten vast te houden aan het oude model van gelijk onderwijs tot en met de twaalfde klas, waarna in een dertiende klas op het havo- of vwo-examen kon worden voorbereid.

Scholengemeenschappen:

– Scholengemeenschap voor Voortgezet Vrije Schoolonderwijs (Zeist-Nijmegen-Eindhoven)
– Stichting Vrije Scholen Zuidwest Nederland (Leiden-Den Haag-Rotterdam)
– Stichting de Vrije School Noord en Oost Nederland (Groningen en driemaal Zutphen)
– Stichting Vrije Scholen Voortgezet Onderwijs Noord-Holland (Bergen, Haarlem, Amsterdam)
– De bovenbouw van de Bernard Lievegoedschool in Maastricht ressorteert onder het Bonnefanten College Maastricht en die van Breda onder het Michaëlcollege in Prinsenbeek

Vlaanderen

In Vlaanderen wordt dit type onderwijs de steinerschool genoemd, naar de stichter. Vrij onderwijs betekent in Vlaanderen dat een school niet door een “officiële” instantie wordt ingericht, zoals de staat, een gemeente of provincie, en komt dus overeen met het Nederlandse bijzonder onderwijs.

Ook in Vlaanderen zoeken de scholen naar een evenwicht tussen wat de overheid als minimumeisen (de eindtermen) oplegt, en wat de steinerscholen graag als kennis en wijsheid aan de kinderen willen meegeven. Groot voordeel is dat de steinerscholen in Vlaanderen gebruik mogen maken van afwijkende eindtermen. Ook in het buitengewoon onderwijs (Parcivalschool in Antwerpen) is er een Steiner-aanbod. Ook zijn steinerscholen sinds enkele jaren bevoegd om diploma’s secundair onderwijs uit te reiken, die toegang bieden tot hogescholen en universiteiten.

In Vlaanderen zijn er steinerscholen te Aalst (Michaëlisschool), Anderlecht (Rudolf Steinerschool), Antwerpen (Hiberniaschool, Yggdrassil), Berchem (Het Speelschooltje, De Es), Borgerhout (De Kleine Wereldburger), Munte (Landelijke Steinerschool Munte) Brasschaat (De Wingerd), Brugge (Guido Gezelleschool), Geel (Novalisschool), Gent (De Teunisbloem), Kalmthout (De Rinkrank), Leuven (De Zonnewijzer), Lier (De Sterredaalders), Tervuren (Kristoffelschool), Turnhout (Michaëlschool) en te Wilrijk (Lohrangrin). In Wallonië zijn er Steinerscholen te Court-Saint-Etienne, Bois-de-Villers (Le jardin des deux pays) en Doornik (L’Enfance de l’Art).

Noten
Schepers, C. Het verloop van de hogere studies van voormalige leerlingen van de steinerschool - Eindverhandeling, 2002
Vereniging van vrijescholen, geraadpleegd 22/3/2007
Website Vrije School Den Haag
zie voor gedetailleerde informatie de website van de Vereniging van vrijescholen

Externe links
Vereniging van Vrije Scholen
Hogeschool Helicon, Vrijeschool lerarenopleiding
Federatie Steinerscholen Vlaanderen
Rudolf Steiner Academie in Vlaanderen

Geen opmerkingen:

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)