‘De voorzitter van de Raad van Toezicht van Biologica, Arie van den Brand, heeft gisteren zijn functie wegens gezondheidsredenen neergelegd. Hij blijft bestuurlijk actief in verschillende nationale en internationale organisaties rond duurzame land- en tuinbouw.
De Raad van Toezicht zoekt op korte termijn een nieuwe voorzitter.
Wij danken Van den Brand voor zijn visie, zijn durf en zijn inzet ten behoeve van Biologica en de biologische sector gedurende vele jaren.
Namens Biologica,
Peter Jens
Algemeen directeur’
Op 3 september 2009 maakte Alexis van Erp op de website van Biologica melding van een ‘Duurzaam lintje voor Biologica-voorzitter Arie van den Brand’:
‘Op Duurzame Dinsdag, afgelopen dinsdag, heeft Arie van den Brand, voorzitter van Biologica, een Duurzaam Lintje ontvangen uit handen van minister Cramer van VROM. Ook prinses Irene en drie anderen kregen een lintje. Verder werden prijzen uitgereikt voor initiatieven op het gebied van duurzaamheid. Minister Cramer zei het volgende, bij het uitreiken van het lintje aan Arie van den Brand:
“Arie van den Brand. Arie kenmerkt zich als een fervent strijder voor duurzaamheid in algemene zin, maar voor de biologische landbouw in het bijzonder. Zijn gedrevenheid gaat gepaard met veel gevoel voor humor – wat ik zelf ook heb ervaren – en een geheel eigen wijze van opereren. Hij was actief voor Westelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO Noord); directeur van de Stichting In Natura, de overkoepelende organisatie op het gebied van agrarisch natuur- en landschapsbeheer; lid van de Tweede Kamer voor Groen Links; is al vele jaren voorzitter van Biologica, de brancheorganisatie voor de biologische landbouw; lid van de Stuurgroep van het (internationale) Sustainable Food Laboratorium en lid van de ‘Club van Brugge’, een internationale 'denktank' omtrent duurzame landbouw.”
Over prinses Irene zei minister Cramer:
“Mevrouw Irene van Lippe-Biesterfeld. Mevr. Van Lippe heeft een zeer belangrijke dimensie toegevoegd aan het maatschappelijk debat over duurzaamheid. In haar publicaties, lezingen en mediaoptredens heeft ze er steeds op gewezen dat het bij duurzaamheid om meer gaat dan om technologische oplossingen en regelgeving alleen. Zij benadrukt, ook vandaag, dat er tevens een verandering in wereldbeeld nodig is, waardoor we ons als mens niet langer als gescheiden maar als deel van de natuur gaan zien. Vorig jaar maart organiseerde het door haar opgerichte NatuurCollege in Den Haag een congres over de binnenkant van duurzaamheid dat zeer invloedrijk bleek. Het mondde o.a. uit in nog steeds voorgaande rondetafelgesprekken voor bedrijfsleven, wetenschap en NGO’s over de binnenkant van duurzaamheid.”
Behalve Arie van den Brand en prinses Irene werden ook de volgende personen vereerd met een lintje: Peter Bakker van Stichting Duurzaam Texel; Yolanda Coolen, die zich inzet voor LED-verlichting; en Henry Mentink, die de deelauto-organisatie Wheels4all opzette.’
Op 17 maart 2004 schreef Arnoud Veilbrief een portret over Arie van den Brand in NRC Handelsblad, ‘Een “lichtgroene” bruggenbouwer. Wie is Arie van den Brand?’ (niet vrij toegankelijk op de website):
‘Arie van den Brand was pas enkele maanden Tweede-Kamerlid voor GroenLinks, toen hij op een avond een bioscoop in Alkmaar bezocht. Terwijl hij keek naar De Tweeling voelde het plotseling “alsof een olifant op zijn borst ging staan”. Hartaanval. Van den Brand werd per ambulance naar het VU Ziekenhuis in Amsterdam gebracht, waar hij werd gedotterd.
In de daarop volgende maanden revalideerde hij op zijn boerderij in het Noord-Hollandse Hensbroek. Na het zomerreces pakte hij voorzichtig zijn werk als fractiewoordvoerder landbouw op. Maar het Kamerlidmaatschap bleek te zwaar. Vorige week nam hij voortijdig afscheid van de politiek.
“Fin de carrière?” vroeg minister Veerman (Landbouw) zich gisteren retorisch af bij de afscheidsreceptie van het Kamerlid. Nee. Van den Brand volgt op 6 april Ria Beckers op als voorzitter van Biologica, de koepelorganisatie voor boeren, producenten en winkels van biologische landbouwproducten. Deze baan, die hem ongeveer een dag per week zal kosten, verdraagt zich beter met zijn fysieke beperkingen. Van den Brand is aangetrokken om zijn “visie, kennis en enthousiasme”, legt Biologica-directeur Bert Ruitenbeek uit. “Hij is daarbij breed geaccepteerd in de wereld van de landbouw en de politiek. Een bruggenbouwer die met iedereen door een deur kan, en dat is erg belangrijk voor ons lobbywerk.” (...)
In zijn nieuwe functie wil Van den Brand definitief de doorbraak van de biologische landbouw forceren naar het grote publiek. De “verduurzaming van de boodschappentas”, noemt hij het. “Dat wordt de komende tien jaar het centrale thema in de Europese landbouw”, weet Van den Brand. “Landschapsbeheer, natuur, voedselkwaliteit, dierenwelzijn; het zijn allemaal punten die nu volop in de belangstelling staan. De biologische landbouw moet daarvan kunnen profiteren.”
En de sector mag best een wat vrolijker imago krijgen, vindt hij. ,,Biologisch is niet alleen gezond en milieubewust, maar vooral ook erg lekker. Dat moeten we veel meer overbrengen bij het grote publiek. Ik pleit voor de herontdekking van de smaakpapil.”’
Op de website van ‘De Nieuwe Proef’ lees ik als ‘Introductie’:
‘Tussen Hoorn, Alkmaar en Heerhugowaard ligt nog een mooi groen gebied. Tegelijkertijd is zowel per auto als per trein Amsterdam dichtbij. Een goede plek om te wonen dus... Maar niet zomaar... in een woon/werkgemeenschap. Community op zijn goed Amerikaans.
Een woon/werkgemeenschap met een agrarisch karakter. Een grote boerderij op het platteland, met ruimte voor ateliers, ecologisch landgebruik, cultuur, educatie en ontmoeting, een duurzame leefstijl en bewust omgaan met de cultuurhistorie.’
En bij ‘Bewoners’:
‘Sinds 2006 wonen we met weer meer mensen in de boerderij: Anna Verberne, Karen Jonkers, Arie van den Brand, Jupp Reichert en Ida Sabelis. Eén kamer is bezet door de Agrarische Natuurvereniging, die (in overleg) ingetrokken zijn in afwachting van de verbouw van de bedrijfsruimten. Maar: dit voorjaar hebben ook Mique Huijbregts en Jan Wentink besloten om toe te treden. De onderlinge patronen, zeker ook de humoristische, groeien snel. (...)
Arie van den Brand, boerenzoon van de Zuid-Hollandse eilanden, woonde al sinds 1983 vlakbij de Wogmeer: in Hensbroek in woonvereniging “De Thuiskomst”. Na een lange en heftige carrière in de voorhoede van de landbouw-en plattelandswereld werd hij in 2002 lid van de Tweede Kamer voor GroenLinks. Een hartinfarct dwong hem in 2004 rustiger aan te doen. Hij is inmiddels eigenaar van de nieuw aangeplante hoogstamfruitboomgaard. Zijn fruit en zijn huidige groene advies-en bestuurswerk zijn ondergebracht in een eigen bedrijfje: ORIGINE. De laatste jaren aktief pleitbezorger van een noodzaak tot Culinaire Verlichting, zowel als voorzitter van Biologica, maar ook in de keukenpraktijk. Arie ontwikkelt ook de groenten-en snijbloementuin en kas. Van oudsher (internationaal) volkshogeschoolman in hart en nieren. Woont inmiddels met veel genoegen, mét kelder, in De Nieuwe Proef.’
Bij ‘Nieuws’ kom ik in ‘De relatie tussen biologische voeding en gezondheid’ een bekende tegen:
‘Meer dan 22 deelnemers hebben op 18 december genoten van de lezing van Machteld Huber, onder meer arts, onderzoeker bij het Louis Bolk Instituut en ex-manager van een voedingsinstituut. Zij gaf een inleiding over de relatie biologische voeding en gezondheid en onderwijl werd genoten van een bijpassend diner.’
Biologica had gisteren nog ander interessant nieuws, met als titel ‘Tussenstand rondje door Nederland’:
‘In de afgelopen weken is Biologica op bezoek geweest in een groot aantal provincies. Doel: van gedachten wisselen met betrokken burgers over de activiteiten en campagnes van Biologica. Peter Jens, algemeen directeur, geeft een tussenstand:
“Verbluft...! Verbluft was ik tijdens de eerste provinciale bijeenkomsten van Biologica. Na een heel voorzichtig begin in Maastricht met een zeer bescheiden opkomst zijn we inmiddels in Den Bosch, Utrecht, Zwolle, Arnhem en Lelystad geweest. Verbluft was ik vanwege de grote aantallen activiteiten die burgers nu al uitvoeren over voedsel en landbouw. Allerlei activiteiten die aantonen dat Biologica goed gekozen heeft om de groeiende maatschappelijke onderstroom naar transparantie en zeggenschap over voedsel en landbouw zichtbaar te maken.
Mensen eisen EN nemen weer vat en grip op hun eten. Zij willen een ander eetsysteem en spannen zich met tijd, geld en inventiviteit in om het eetsysteem weer transparanter en begrijpelijker te maken. Dat zij daarbij vaak naar biologisch kijken en verwijzen is logisch, immers, het biologisch systeem is bij uitstek een transparant systeem.
Met de bijeenkomsten in de provincie wilde Biologica meer aansluiting vinden met wat er in het land gebeurt. De bijeenkomsten werden tot nu toe gemiddeld door 16 mensen bezocht. Dat zijn 16 meningen, 16 opvattingen, 16 verschillende ideeën over hoe we bio verder gezond kunnen laten groeien.
Het “rondje Nederland” is nog niet klaar. Het is te vroeg om ons algemene oordelen te vormen. Wat zich wel aftekent is een algemene vraag aan Biologica: Zorg dat er een infrastructuur is waarbij we vanuit het hele land ideeën en ervaringen kunnen uitwisselen; kom regelmatig bij elkaar. Een veel gehoord advies aan Biologica is: Ga door met het in beweging brengen van mensen voor bio!
Dat zullen we de komende maanden ook weer volop gaan doen: Lekker naar de Boer, Week van de Smaak, Pieperpad en onze Kip- en Boomacties blijven tot de verbeelding spreken! Ik dank de mensen die ons hun tijd en denkkracht gunden tijdens de eerste provinciale bijeenkomsten.”’
Een week geleden, op 25 maart, bracht Biologica dit persbericht naar buiten:
‘Vanaf vandaag doen alle 136 filialen van Jumbo Supermarkten mee aan de campagne Adopteer een Kip van Biologica. De campagne heeft als doel om de aandacht op de meest diervriendelijke manier van kippen houden te vestigen. Jumbo is de eerste supermarkt die zich, met het paasweekend voor de deur, bij de campagne aansluit.
Adopteer een Kip is een actie waarbij mensen vanaf € 24,50 euro per jaar een biologische kip kunnen adopteren, voor zichzelf of iemand die men een adoptiekip kado doet De adoptant profiteert mee: men kan voor een doosje van zes eieren terecht bij een eieren-ophaalpunt. De biologische speciaalzaken doen al jaren mee. De deelname van Jumbo betekent op termijn een verdubbeling van het aantal winkels waar de “kipadoptanten” maandelijks terecht kunnen.
Loes van Loenen, campagneleider Adopteer een Kip bij Biologica: “Wij willen mensen op een leuke manier in beweging brengen voor bio. Dat werkt. Er hebben al meer dan 120.000 mensen meegedaan met Adopteer een Kip. Zeven procent van alle verkochte eieren zijn nu biologisch en steeds meer mensen ontdekken wat een mooi leven een biologische kip heeft.”
André Brouwer, campagnecoördinator bij de TaskForce Marktontwikkeling Biologische Landbouw: “Uit consumentenonderzoek weten we dat twee op de drie consumenten wel eens biologisch koopt. Toch kopen nog veel mensen scharreleieren en denken dat die van vrolijke buitenkippen zijn. Terwijl je alleen bij biologisch de garantie hebt op het betere buitenleven. Er ligt dus nog enorm veel marktpotentieel. Met zo'n actie kun je dat ook laten zien aan pluimveehouders die omschakeling overwegen naar biologisch kippen houden.”
“Alle Jumbo winkels zijn officiële afhaalpunten voor de biologische eieren van het initiatief Adopteer een Kip. Per week bezoeken ruim 1,5 miljoen klanten onze winkels. Jumbo heeft duurzaam ondernemen hoog in het vaandel staan. Op deze manier hopen we dat we een positieve bijdrage kunnen leveren aan betere leefomstandigheden voor kippen”, aldus Formule directeur Colette Cloosterman-van Eerd.
Jumbo zal de deelname aan Adopteer een Kip vier weken lang in alle filialen onder de aandacht brengen, o.a. met informatie in het relatiemagazine Mijn Jumbo, in de eierdoosjes en een prijsvraag. Ook worden alle ruim 17.000 medewerkers geïnformeerd. In de schappen is zichtbaar welke eierdoosjes je gratis mee mag nemen als je kipadoptant bent.
De campagne Adopteer een Kip is gestart in 2003 als positief antwoord op de vogelgriep en de varkenspest. De campagne nodigt burgers uit om zelf iets te doen aan verduurzaming van de voedselketen. Sinds de start van de campagne is het aantal biologische kippen in Nederland verdrievoudigd. Meer informatie: www.adopteereenkip.nl’
Er is beweging in de zaak. Dat blijkt op vele manieren. Ook al schreef Kees de Vré twee dagen eerder in Trouw dat ‘Eko vreest voor zijn positie’:
‘Steeds meer gangbare bedrijven maken werk van duurzaamheid. Het brengt de echte biologische producten in de verdrukking. Veel consumenten vinden een beetje eko al goed genoeg.’
Hier kan een probleem opduiken: ‘Bio uit de markt?’
‘Lange tijd had de consument alleen de keus tussen goedkope voeding (foto onder) of de duurdere biologische producten (boven). Het grote gat is inmiddels opgevuld door betaalbare milieu- en diervriendelijke voeding, zoals scharreleieren (midden). Sommigen vrezen dat dit tussensegment de biologische producten uit de markt duwt.’
Maar misschien is dat ook juist goed.
‘Udo Prins, onderzoeker bij het Louis Bolk Instituut voor biologische landbouw en voeding, voorziet een wedergeboorte van de biologische sector. “Je ziet een verwatering optreden bij vooral de nieuwe instromers. Dat zijn bedrijven die kiezen voor biologisch vanwege de mogelijkheden om geld te verdienen. Economische vluchtelingen zeg maar. Die zetten in op grootschalige productie en voldoen net aan de biologische normen, maar niet veel meer. Dat kun je zien als een bedreiging doordat het gat met de duurzame, gangbare landbouw kleiner wordt. Toch blijft het winst omdat de hele agrarische sector richting duurzaam opschuift. Voor de biologische sector wordt het echter tijd om weer een volgende stap voorwaarts te maken. Zo ontstaat bio-plus.”
Prins ziet aan de randen van de IJsselmeerpolders, die grote hoeveelheden voor de wereldmarkt produceren, een regionaal gebonden voedselsector ontstaan met een meer slow-food-inslag. Het zijn boeren die naast de voeding met een verhaal tevens andere diensten aanbieden als een aantrekkelijk landschap, natuurontwikkeling en recreatie. “Dat is bij uitstek geschikt voor innoverende biologische boeren. Dat geeft echt kansen, want een groep consumenten en topkoks gaan daarvoor. Consumenten worden almaar kritischer en prikken met behulp van organisaties als Wakker Dier de verhalen door van bedrijven die mooie sier maken met duurzaamheid maar echt aan de rand opereren.”
Een afscheiding van bio-plus ziet Prins nog niet. “Voorlopig zijn de pogingen gericht op het binnenboord houden van bio-minimaal-bedrijven. De komende jaren moeten dat duidelijk maken. Als de bio-minimaal-bedrijven niet verder willen – daarbij gesteund door het ministerie van landbouw want die vindt bio-minimaal wel genoeg – dan gaat bio-plus zijn eigen weg.”
Biologica is de belangenbehartiger van de biologische sector. Directeur Peter Jens voorziet geen afscheiding. “Veel bedrijven maken serieus werk van duurzaamheid. Er is veel interessants gaande. Het is weliswaar niet biologisch, maar we moeten dat wel belonen. Het goede moet niet in de weg staan van het betere. Aan de andere kant kent onze sector ook boeren die zich houden aan de regels van het Eko-keurmerk, maar niet verder willen dan dat. Die moet je niet lastig vallen met discussies over CO2 of minder vlees eten. Wat ik dus zie is dat we minder onderscheidend zouden kunnen worden. Daar moet je wat aan doen, maar Eko stond ook niet in één keer. Met vallen en opstaan hebben we onze weg gevonden. Dat blijft zo. De groeiende onderstroom van mensen die vat willen krijgen op de voedselvoorziening staat er garant voor dat de biologische sector blijft bestaan.”’
Dezelfde dag verscheen in het katern De Verdieping van Trouw een interview door Jeroen den Blijker met de titel ‘Er is nog nooit iemand aan gentech gestorven’, waarin Anne van Gestel van BASF ruimte krijgt om zijn standpunt over de toelaatbaarheid van genetisch veranderde aardappels toe te lichten tegen Herman van Bekkem van Greenpeace. Want:
‘De Duitse chemiegigant BASF wil de genetisch gemodificeerde zetmeelaardappel Amflora in Nederland telen. Greenpeace gruwt ervan. Een debat over de voor- en nadelen.’
Een interessant experiment, dit dubbelinterview. Jeroen den Blijker heeft alleen opgeschreven wat die twee elkaar te zeggen hebben, zonder veel te interveniëren. Dat levert een aardig inkijkje in hun respectievelijke denkwerelden op. Ik schreef het al: er is beweging in de zaak.
‘Hij is die ochtend vroeg uit Ludwigshafen naar Nederland gereden. Ruim vijfhonderd kilometer op de Autobahn. Want, zegt Anne van Gastel, bij BASF verantwoordelijk voor de introductie van de Amflora in Nederland, het draagvlak in Nederland voor de teelt van genetisch gemodificeerde gewassen kan best wat steun gebruiken. “Dat vergroot je alleen door erover te praten.” Ja, ook met Greenpeace.
Da’s gedurfd. Want Greenpeace strijdt wereldwijd tegen ieder gewas waarvan de erfelijke eigenschappen via gentechnologie zijn veranderd. In de kringen van Greenpeace heet zo’n gewas veelzeggend Frankensteinvoedsel. Logisch dus dat Herman van Bekkem, de campagneleider van Greenpeace, er helemaal niets voor voelt om Van Gastel te feliciteren met het fiat dat Brussel eerder deze maand gaf aan de Amflora –na dertien jaar onderzoek en overleg. “Voor het milieu en de boeren is deze aardappel louter verlies”, zegt Van Bekkem.’
Lees het verder in Trouw van vorige week.