Op Hemelvaartsdag lezen we natuurlijk het verhaal van de Hemelsvaart van Christus. In de veertig dagen na de opstanding verscheen de Christus, zoals de tweede zin van deze perikooptekst aangeeft, steeds aan de leerlingen. We kennen de scènes waarin beschreven wordt hoe Hij aan de Emmaüsgangers verschijnt of die waar Hij verschijnt op het meer van Gennesereth aan de leerlingen, die aan het vissen zijn en hoe Hij hen daarmee bewijst dat Hij werkelijk is opgestaan uit de dood. Het Lucas-evangelie bericht in het laatste hoofdstuk hoe Christus een stuk geroosterde vis eet. ‘“Hebben jullie hier iets te eten?” Ze gaven hem een stuk geroosterde vis. Hij nam het aan en at het voor hun ogen op.’ (Lucas 24: 41-43).
De Hemelvaart wordt – naast in het Bijbelboek ‘Handelingen der Apostelen’ – ook met enkele zinnen beschreven in de evangeliën volgens Marcus en Lucas. (Marcus 16:19 en Lucas 24:51). Mattheüs noemt aan het einde van zijn evangelie het opgaan naar de hemel niet met name, maar de door hem beschreven omstandigheden lijken op de Hemelvaartgebeurtenis. (Mattheüs 28:16-20). De locatie is bij Mattheüs echter een andere, een berg in Galilea. Christus spreekt daar: ‘Mij is gegeven alle macht in de hemel en op aarde.’ (Matt.28:18), en ‘Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’ (Matt.28:20).
Rudolf Steiner vertelt ons over de esoterische betekenis van de Hemelvaart:
‘De discipelen waren tot een bepaalde graad helderziende geworden zodat zij konden waarnemen wat werkelijk tot de diepe geheimen van de aarde-evolutie behoort. Deze geheimen blijven verborgen voor het gewone dagelijkse bewustzijn. (…) Het beeld van de Hemelvaart betekent eigenlijk dat op dat ogenblik de discipelen geestelijk getuige waren van een gebeurtenis, die van onnoemelijke betekenis was, welke zich als het ware afspeelde op de achtergrond van het wereldtoneel. Als in een beeld werd hen geopenbaard wat er had kunnen gebeuren wanneer het Mysterie van Golgotha niet zou hebben plaats gehad. Zij namen als concreet geestelijk gebeuren waar wat er dan zou zijn gebeurd, namelijk dat het fysieke organisme van de mensen zo zou zijn verslechterd dat de gehele toekomst van het mensdom in gevaar zou zijn gebracht. Als gevolg van dit fysieke verval zou het menselijk echterlichaam gevolg gaan geven aan de aantrekkingskrachten die bij het etherische behoren. Het etherlichaam wordt namelijk altijd door de zon aangetrokken, niet door de aarde. Onze constitutie als mens is zo dat het fysieke lichaam aardezwaarte kent, door de zwaartekracht, maar ons etherlichaam zon-levitatie. Was het menselijk fysieke lichaam geworden wat het zou zijn geworden als het Mysterie van Golgotha niet had plaatsgevonden, dan had het menselijke lichaam zijn eigen drang om op te stijgen naar de zon gevolgd en het fysieke lichaam achter gelaten. Het bestaan van de mensheid op aarde zou onvermijdelijk ten einde zijn gekomen.
Tot het Mysterie van Golgotha was de woning van Christus op de zon. Vandaar dat het echterlichaam van de mens ernaar streeft naar de zon op te stijgen. Het streeft naar de Christus. Stelt u zich nu het beeld van de Hemelvaart voor de geest. In een geestelijk schouwen zien de discipelen Christus zelf opstijgen naar de hemel. In een visioen wordt hen getoond hoe de Christuskracht zich verenigt met de etherische natuur van de mens; hoe op het tijdstip van het Mysterie van Golgotha de mens het gevaar liep dat zijn etherlichaam als een wolk naar de zon werd getrokken, maar hoe nu in dit stromen naar de zon het bijeen werd gehouden door Christus. Dit beeld moet worden begrepen, want het is in waarheid een waarschuwing. Christus is verwant aan die krachten in de mens die van nature naar de zon sterven, weg van de aarde, en dat altijd zullen doen. Maar Christus blijft verenigd met de aarde. Zo houdt de Christusimpuls de mens veilig op de aarde.
In het beeld van de Hemelvaart werd nog iets duidelijk aan de discipelen. Veronderstel dat het Mysterie van Golgotha niet had plaatsgevonden en dat grote aantallen mensen tot die graad helderziende zouden zijn geworden, zoals de discipelen op dat ogenblik werden.
Deze mensen zouden de etherische organismen van bepaalde menselijke wezens zien hebben vertrekken van de aarde in de richting van de zon, en zij zouden tot de conclusie gekomen zijn: “Dit is de weg die het etherlichaam van de mens neemt. Het etherisch-aardse element in de mens wordt weggetrokken in de zon.”
Maar nu, doordat het Mysterie van Golgotha voltrokken is, heeft Christus voor de aarde dit naar de zon strevende etherlichaam gered. En daardoor wordt het feit duidelijk dat Christus met de mensheid op de aarde verenigd blijft. Aldus werd iets anders hier duidelijk, namelijk dat door het Mysterie van Golgotha Christus binnen de aarde-evolutie een kosmische gebeurtenis voltrok. Christus daalde neer uit geestelijke hoogten, verbond zich met de mensheid in Jezus van Nazareth, vervulde het Mysterie van Golgotha, en verbond Zijn ontwikkeling met die van de aarde. Dat was een kosmische daad voltrokken voor het geheel van de mensheid.’
Uit Rudolf Steiner: ‘Vom Leben des Menschen und der Erde’ (GA 349); voordracht van 7 mei 1923
In de alledaagse, doorsnee opvatting over de Hemelvaart van Christus gaat men er meestal van uit dat Christus terugkeert naar de goddelijke hemel. Inzichten die Rudolf Steiner aandraagt geven het tegendeel aan, dat Christus zich juist met de aardeplaneet verbindt. Dat is geheel in overeenstemming met de woorden van Christus zelf: ‘Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’ (Mattheüs 28:20).
Niemand moet zich verbeelden beter te zijn dan anderen
-
De antroposoof moet voelen dat wij een deel van het geheel zijn, dat wij
voor alles wat er is, medeverantwoordelijk zijn. Wie niet in staat is te
voelen da...
2 uur geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten