Bedoeld is: antroposofie in de media. Maar ook: in de persbak van de wijngaard, met voeten getreden. Want antroposofie verwacht uitgewrongen te worden om tot haar werkelijke vrucht door te dringen. Deze weblog proeft de in de media verschijnende antroposofie op haar, veelal heerlijke, smaak, maar laat problemen en controverses niet onbesproken.

zaterdag 8 mei 2010

Oneindig

Er zijn zo van die dagen dat je niet weet waar je moet beginnen. Of eigenlijk wel, want gewoon het vervolg op gisteren over de bijen. Maar waar het moet eindigen, dat is dan de vraag. Ik kom om de haverklap zoveel behartenswaardigs tegen, dat het lastig wordt om al het nieuws goed te serveren. Wat zegt u? Het gaat om de kunst van het weglaten? Hm, ja dat is zo. Ordenen, en dat op basis van een link met antroposofie. – Eerst die bijen maar. Vanochtend zat ik eindelijk eens in VA-Magazine / Vruchtbare Aarde te lezen (Editie 1-2010 is al ruim drie weken uit) en stuitte daarbij op een opmerkelijk interview met Jørn Copijn:

‘Al bij het maken van de interviewafspraak gaf Jorn Copijn aan het absoluut ook over de bijensterfte te willen hebben; die hem zozeer aan het hart ging dat de tweede helft van het interview er eigenlijk volledig aan gewijd zou zijn. Op het recente IDFA-documentaire festival was een van de prijswinnende films aan de bijensterfte gewijd: Colony.’

Nu gaat het me niet zozeer om het feit dat er dus al een concurrent bestaat van de film Queeen of the sun waar ik het gisteren over had, maar vooral om het gedeelte over de bijensterfte zelf. Nu geeft de website van VA-Magazine van dit interview met de titel ‘De 1000-jarige linde van Achterberg’ niets meer prijs dan:

‘Hier is de duizendjarige linde die aan de wieg stond van het met gegniffel en gelach begroete vak boomverzorging (“Groeien bomen dan niet vanzelf?”). De boom ook waar boomchirurg Jørn Copijn in 1966 zijn vrouw Lia ontmoette. Een interview in huize Copijn – over de Nederlandse neiging tot kokerdenken, de redding van de kastanjeboom van Anne Frank en het uitblijven van actie rond de bijensterfte. “Het gevoel in een Romeinse arena voor de leeuwen te worden geworpen.”’

Dus wat te doen? Zomaar overnemen zou niet alleen onethisch, maar vooral ook oneconomisch zijn. Hoofdredacteur en uitgever Bart Hommersen geeft niet voor niets van dit interview niks zomaar gratis weg. Hij moet van de verkoop leven. Ik kan parafraseren, hoewel ik liever altijd inzage in het totaal geef, dat is het meest authentiek. Ik kan echter ook van het citaatrecht gebruikmaken: een heel kleine portie, dat mag wel. Eens kijken hoe ik het netje kan doen. Jørn Copijn ziet als grootste boosdoener ‘nieuwe nicotinemiddelen, de neonicotinoïden’. Hij zegt hierover:

‘Inmiddels is het gebruik van de neonicotinoïden in Nederland opgelopen van 50 kilo naar 500 kilo en verder naar 5.000 kilo per jaar. Er valt niet meer aan te ontkomen. Zaadontsmettende middelen die worden opgenomen door de groeiende plant en zich in de hele vochthuishouding van de bodem verspreiden, vervolgens in het oppervlaktewater terechtkomen, zich gaandeweg 16.000-voudig kunnen verdunnen, maar zelfs in dergelijke minieme concentraties nog giftig zijn voor insecten.’

Hij klaagt erover dat farmagigant Bayer door de Nederlandse overheid niets in de weg wordt gelegd – daarbij gaat het over een in feite homeopathische verdunning die nog altijd verwoestend werkzaam is, terwijl farmacie en wetenschap officieel verkondigen dat homeopathie onwerkzaam is – maar het middel wel al ‘in het oppervlaktewater kan opduiken in concentraties die de toegestane veiligheidsnormen driehonderd keer overschrijden’. In Duitsland ging dit anders, nadat in het Rijndal 11.500 bijenvolken verloren waren gegaan: de regering zette een streep onder vergelijkbare pesticiden.

‘Producent Bayer betaalde de imkers schadevergoeding, maar bekende geen schuld. In Italië is er inmiddels een verbod. (...) Maar Nederland verruimt de gebruiksmogelijkheden voor een dergelijk gif.’

Jørn Copijn ergert zich groen en geel aan de desinteresse en de gemakzucht die bij zulke cruciale onderwerpen door beleids- en besluitmakers wordt getoond, met desastreuse gevolgen. Hij vraagt zich af:

‘Waarom geen verbod op die 5.000 kilo? De Partij voor de Dieren voert al twee, drie jaar actie. Maar Wageningse bijenonderzoekers blijven hardnekkig vasthouden aan de varroamijt als enige verklaring.’

Affijn, leest u het zelf verder in VA-Magazine na. Nu heb ik wel een vraag. Dat betreft die Wageningse bijenonderzoekers. Zijn dat degenen die achter ‘Bijensterfte, oorzaken en gevolgen’ zitten, of gaat het om anderen? Aha, het logo van de ‘Universiteit van Utrecht’ staat ernaast; dan is dit toch wat anders. Deze website lijkt behoorlijk betrouwbaar en kritisch materiaal te tonen.

‘Bijensterfte neemt wereldwijd en in Nederland alarmerend toe. Deze website beoogt kennis en ontwikkelingen in wetenschap en beleid rond de vele oorzaken van bijensterfte inzichtelijk en toegankelijk te maken voor een breed publiek. Aanleiding was de brief in NRC van 2 mei 2009. We beogen verifieerbare, traceerbare informatie te bieden met bronvermeldingen en links naar de primaire bronnen uit de wetenschappelijke literatuur.’

In het menu links worden onder ‘Wetenschappelijke studies’ bovenaan meteen ‘Neonicotinoiden’ vermeld. Het derde weblogbericht is van 18 september 2009 (bijgewerkt 19 december) en luidt ‘Apimondia 2009: Beoordeling risico’s pesticiden voor bijen schiet ernstig tekort’:

‘Op het grootste bijencongres ter wereld, Apimondia 2009 15 tot 20 september in Montpellier bogen ca. 10000 bijenhouders, wetenschappers en andere betrokkenen zich over alles wat met bijen te maken heeft. Veel aandacht dit jaar voor de wereldwijd toenemende bijensterfte. Over een ding zijn de experts in Montpellier het eens: bijensterfte is multifactorieel en systemische insecticiden (neonicotinoiden) zijn een van de hoofdoorzaken.’

Nu hoort u het ook eens van een ander. Er staat nog veel meer behartenswaardigs in VA-Magazine 1-2010, maar dit moet voor nu even genoeg zijn. – Dit ging dus alleen nog maar over het onderwerp ‘bijensterfte’. Wat is het volgende? De politiek. Een thema zonder eind. Patiëntenvereniging Antroposana kwam eergisteren met ‘Standpunten politieke partijen over complementaire gezondheidszorg’:

‘Op 9 juni 2010 kunnen wij naar de stembus voor de Tweede Kamerverkiezingen. De standpunten van diverse politieke partijen omtrent complementaire gezondheidszorg zijn door de Koninklijke Vereniging Homeopathie Nederland op een rij gezet; dit in samenspraak met het Patiënten Platform Complementaire Gezondheidszorg, waaraan Antroposana deelneemt. Rubricering standpunten politieke partijen.pdf (PDF in nieuw venster)’

Opmerkelijk in dit overzicht is de volgorde: de Partij voor de Dieren staat bovenaan, terwijl dat net zo goed PvdA had kunnen zijn. Onderaan is er een ‘Disclaimer’ van de Koninklijke Vereniging Homeopathie Nederland, www.vereniginghomeopathie.nl:

‘Bovenstaande standpunten zijn ontleend aan de schriftelijke opgaven van de verschillende partijen. Het politieke taalgebruik is daarbij zoveel mogelijk in begrijpelijke tekst gecomprimeerd. Samenstellers kunnen geen garantie geven dat het weergegeven standpunt een consistent onderdeel zal blijven van het beleid van de betreffende partij.’

Men heeft het zo aangepakt, dat men bij elke partij de volgende drie vragen (waarbij ‘V’ voor ‘mee eens’, ‘X’ voor ‘mee oneens’ en ‘-’ voor ‘geen mening’ staat) plus een toelichting onder elkaar heeft gezet:

‘Politieke Partij
– Hoe denkt u over: Nut en noodzaak hoogwaardige CAM zorg.
– Hoe denkt u over: Vrijheid om te kiezen tussen reguliere- en CAM zorg.
– Hoe denkt u over: Een integrale benadering van de zorgvraag waarbij reguliere- en CAM zorg elkaar aanvullen.
– Toelichting

PvdD: V, V, V, Stel aan alle gezondheidszorgverleners dezelfde eisen en neem CAM op in de reguliere medicijnenstudie.

GL: V, V, V, Een wettelijke registratie van CAM en opname in BIG register, ter bescherming tegen kwakzalverij. Ruimte voor meer onderzoek is gewenst.

PvdA: V, V, V, Regulier en CAM moeten hun kennis delen.

D66: V, V, X, Gewenst is een duidelijk onderscheid tussen regulier en CAM

CDA: V, X, X, Reguliere zorg heeft voorrang. Indien wetenschappelijk bewezen, wordt CAM onderdeel van reguliere zorg.

SGP: X, X, X, Reguliere zorg heeft voorrang. Indien wetenschappelijk bewezen, wordt CAM onderdeel van reguliere zorg.

SP: X, X, X, Keuzevrijheid alleen tussen reguliere praktijken.

VVD: -, -, -, Geen standpunt ten opzichte van complementaire zorg.

CU: -, -, -, De ChristenUnie is tegen BTW heffing op nader te bepalen CAM specialismen.

PVV: -, -, -, Geen standpunt ten opzichte van complementaire zorg.’

Nu moet u wel het volgende weten bij dit soort overzichten, want voor de weblog van NRC Handelsblad ‘Verdraaide feiten’ kwam Dolf de Groot gisteren met twee afleveringen ‘Stemwijzer of stemmanipulatie?’ Hij schreef daarin:

‘Miljoenen kiezers laten zich in belangrijke mate beïnvloeden door Stemwijzer.nl, de website voor stemadvies. Beïnvloeden, of is manipuleren een betere term? Want de antwoorden van politieke partijen op de dertig stellingen uit de Stemwijzer, die zojuist online ging, wijken nog wel eens af van hun toelichting en de verkiezingsprogramma’s.’

Vervolgens gaf hij alleen in het eerste deel al drie voorbeelden, later gevolgd door meer. De lezers konden meedoen en opvallende zaken melden, wat dan ook naar hartelust werd gedaan. Wat blijkt? ‘De partijen vullen hun antwoorden en toelichtingen zelf in.’ Ter verduidelijking voegt Dolf de Groot zaterdag 8 mei 2010, 10:48 uur hieraan toe:

‘Het Kieskompas van Trouw en de VU zegt zelf eindverantwoordelijkheid te dragen. Het blijft natuurlijk slechts een hulpmiddel.’

In deel 2 specificeert hij dit als volgt:

‘Een kiezer die op basis van een antwoord op een specifieke Stemwijzerstelling voor een partij kiest, kan bedrogen uitkomen. Het Instituut voor Publiek en Politiek, maker van de Stemwijzer, zegt vandaag in NRC Handelsblad dat partijen zelf verantwoordelijk zijn voor hun bijdragen. De Stemwijzer is volgens het IPP niet meer dan een “interactief platform”. Een doorgeefluik dus, waarbij partijen zwevende kiezers soms iets anders lijken voor te schotelen dan hun achterban via het verkiezingsprogramma.’

Dan heb ik nog een vervolg op ‘Weerwoord’ van dinsdag 4 mei 2010. Iocob trekt opnieuw ten strijde tegen de misleiding en manipulatie van de Vereniging tegen de Kwakzalverij, of men dat hier of daar nu leuk vindt of niet. Hyperbool, overdrijving, ironie of sarcasme worden niet geschuwd, als dat moet. Je moet dit gegeven namelijk gewoon blijven herhalen, anders houdt de goedgelovige gemeente in de gezondheidszorg een verkeerde voorstelling van zaken. Iocob komt vandaag met Alarmbel klinkt voor Evidence Based Medicine’:

‘In het orthodoxe Geneesmiddelenbulletin (GEBU) van vandaag (mei 2010) wordt de alarmbel geluid voor de Evidence Based Medicine (EBM) omdat de rhetorica, zo meldt het blad, de medische wetenschap heeft overweldigd. Daarmee, aldus het GEBU, is de medische wetenschap in verlegenheid gebracht, in de tijd dat mensen menen dat EBM, objectief en onpartijdig is. Dat is dus in het geheel niet het geval.

Manipuleren onderzoeksgegevens

Het GEBU geeft aan dat de zogenaamde spindocters als een spinnen in hun web, vrijwel onzichtbaar, onjuiste informatie verspreiden door het verdraaien van medische feiten. En de zogenaamde MOLs, de medical opinion leaders, lenen zich ervoor die informatie te steunen met hun naam. Nou heten spindocters niet zo omdat ze als een spin in het web onzichtbaar zijn, maar wel zou je dan kunnen zeggen dat het gaat om het geven van een spin aan een geslagen bal, die dan daardoor een geheel andere kant uit vliegt.

Nou, als het GEBU dit soort zaken openbaar maakt, wie zijn wij dan? Het GEBU noemt dit een ernstig probleem voor de academische geneeskunde. Waarvan acte. Het zoveelste bewijs dat de veelgeroemde objectieve medische feiten niet bestaan. Dr Renckens, wel even opletten en inbinden dus dus!

Sofisten, spindocters en de crisis in de academische geneeskunde. GEBU 2010, mei nummer: p.59’

Als laatste vandaag, dan is het genoeg, ook nog de landbouwsector. Ja, het onderwijs komt er dus bekaaid vanaf, maar die laat het dan ook flink afweten de laatste tijd. Dat wil zeggen, de organisaties die daar verantwoordelijkheid voor dragen. De running gag van ‘de sectie voor pedagogie binnen de Vrije Hogeschool voor Geesteswetenschap’ (zie Pedagogie) van de Antroposofische Vereniging in Nederland is nog altijd dat men daar hopeloos achterloopt, al een jaar lang... En niemand die zich er druk om maakt! En ook de Vereniging van vrijescholen is behoorlijk in haar schulp teruggetrokken; daar moeten de impulsen niet vandaan komen, niet zichtbaar tenminste. Dus dan liever naar landbouw. John Hogervorst meldde een week geleden in de rubriek ‘Antroposofisch nieuws’ op AntroVista dat ‘Koos Bakker geridderd’ is:

‘Koos Bakker, 26 jaar geleden een van de oprichters van Odin, werd op 29 april j.l. tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau benoemd. (...) De ontwikkeling van Odin geeft immers aan dat je niet wereldvreemd hoeft te zijn om in de werkelijkheid je ideaal na te streven en laat zien dat gezond verstand en een gezonde manier van economie bedrijven goed samen gaan.’

Op 22 april kwam Koos Bakker hier in ‘Monitor’ voor het laatst voorbij, naar aanleiding van het themanummer van Motief over biologisch-dynamische landbouw. Ik citeerde uit een interview met hem, waarin hij de bedreiging van een groeiende biologische sector in zijn nek voelt:

‘(...) achter de schermen in de handel [ontstaat] steeds meer machtsconcentratie van enkele bedrijven die domineren en die kunnen bepalen wat er bijvoorbeeld qua assortiment wel en niet wordt ingekocht en tegen welke prijs dit wordt verkocht. Ik ken bd-producenten, ook in Duitsland, die daar veel problemen door ondervinden. Hetzelfde is al enige tijd gaande in de Nederlandse natuurvoedingswinkel. De groothandel krijgt daar steeds meer invloed.’

‘Als dat maar goed gaat...’ schreef ik eronder. Het fijne weet ik er niet van. Maar ik kan wel zien hoe verschillende bedrijven zich presenteren, wie er het voortouw neemt in nieuwe kwalitatieve ontwikkelingen. Zo geeft de website van Proef.nu een duidelijk signaal af over haar verbinding tussen boer en consument door de ‘De transparantie van een filmpje’:

‘Op de onderstaande filmpjes kunt u zien waar we onze producten vandaan halen. Elke maand zullen we een nieuw filmpje toevoegen waarin u meer kunt zien over de herkomst van onze Proef producten. Nergens worden acteurs gebruikt, proef onze transparantie’
Maar nog overtuigender vind ik de teksten die elke week worden geleverd door middel van de ‘Vitatas wetenswaardigheden’. Die getuigen van een kwaliteit, actualiteit en inzicht die ik node mis bij de verschillende bd-organisaties. Ik zal ter concretisering twee voorbeelden geven, van deze week en van vorige week. Dit is ‘in de wereld’ staan: ‘Utopie van producten zonder logo wordt werkelijkheid’ van gisteren 7 mei:

‘In Australië hebben ze een effectieve methode bedacht om het roken aan te pakken. Vanaf 2012 moeten alle logo’s van de merkfabrikanten van de verpakking af en krijgen alle pakjes een uniforme kleur. Onder de foto van longen prijkt de tekst “Roken veroorzaakt longkanker” in een zwarte rouwband en daaronder het woord “Sigaretten”. Alle pakjes dezelfde opmaak. De vermelding van de merknaam in een identieke letter is het enige onderscheid dat tussen alle verschillende merken is toegestaan.

De rookindustrie in Australië is des duivels en onderzoekt juridische stappen. Men verwacht door deze maatregel namelijk een winstdaling. En wel hierom: “Het ontneemt de consument de mogelijkheid ons merk van andere merken te onderscheiden en dat is nu juist van waarde voor ons.”

Daarmee komen we tot de kern van de zaak. Het gaat de woordvoerder van deze merkfabrikant van sigaretten niet om het product wat u koopt, maar om het merk waar u aan gehecht bent geraakt. Dat geldt in zijn algemeenheid voor alle merken op alle soorten producten en dus ook voor voeding. Het product cola is niet van waarde, het merk dat erop staat des te meer. Geladen met emotie, met succes, met “coolheid”, met “fun”, of wat dan ook, kopen wij het merk op de emotie die ons het meeste aanspreekt. Alles doet de merkfabrikant om ons zijn merk tussen de oren te krijgen. Onderzoek naar de invloed van reclame is altijd weer verbijsterend. Een heel oud Amerikaans onderzoek, waarbij in een film een beeldfragment met cola was ingemonteerd, te kort om waarneembaar te zijn, toonde aan dat de kijkers in de pauze dorstiger waren dan normaal. Veel recenter onderzoek, naar de invloed van reclame op peuters, heeft aangetoond dat peuters al een voorkeur hebben voor de rood-geel kleuren van McDonald’s als het op eten aankomt.

Hoe bevrijdend zou het kunnen zijn als de Australische maatregel voor sigaretten, bij bewezen succes, straks ook op voeding toegepast gaat worden?! Dat de emotionele band tussen het voedingsmiddel dat u koopt en het merk weer tot de normale verhouding wordt teruggebracht?! Dan komt het product weer centraal te staan: hoe het smaakt, wat erin zit, wie het gemaakt heeft en hoe het gemaakt is. Het zou tot enorme kostenbesparingen kunnen leiden. Allereerst de besparing op al die reclamebudgetten. Dan het inzakken van de markt voor de “gebakken lucht” producten ten gunste van eerlijke producten. Iedereen gaat weer kopen wat hij nodig heeft en daarmee zullen ook veel gezondheidsproblemen als sneeuw voor de zon verdwijnen. Natuurlijk mag op de verpakking nog wel vermeld worden dat een product biologisch is, maar zonder logo! Binnen de kortst mogelijke tijd schakelt iedereen over naar biologisch en daarmee kunnen de dieren, de vogels, de insecten en de planten ook weer opgelucht adem halen.’

Nou, originaliteit kun je deze gedachte niet ontzeggen. Ik ben dit nog nergens tegengekomen. En dan hebben we ook dit nog, van 29 april, ‘Biologische voeding en landbouw groeit als kool’:

‘Ondanks de economische malaise van het afgelopen jaar mogen de biologische landbouw en voeding zich in sterk toenemende aandacht verheugen. Het biologische landbouwareaal nam met 2,9% toe, terwijl het landbouwareaal in z’n totaliteit al jaren terugloopt. De verkoop van biologische producten steeg met ruim 10,8%, terwijl de totale verkoop van levensmiddelen met slechts een bescheiden 1,9 % toenam. Veel mensen houden de hand op de knip in een economisch onzekere tijd. De vorige keer dat dit aan de hand was, vanaf najaar 2001 tot en met 2003, werd biologisch ook met een duidelijk stagnerende omzet geconfronteerd, met name in de supermarkt. Nu groeit biologisch, tegen de trend in, wat echt opmerkelijk is. De consument is voorzichtig, maar kennelijk niet als het om biologisch gaat. Gezondheid, duurzaamheid, diervriendelijkheid, fair trade, biodiversiteit, water- en bodemkwaliteit en betrouwbaarheid zijn waarden die meer en meer gevraagd worden. De biologische landbouw en voeding houdt rekening met dit hele scala aan duurzame waarden die steeds belangrijker worden in het bestedingspatroon van mensen. Met biologisch weet je dat overal rekening mee wordt gehouden en dat de meeste aspecten wettelijk verankerd zijn en gecontroleerd worden.

De supermarkt steeg dit jaar iets sterker dan de speciaalzaak: 11% tegen 8%. Per saldo is de groei van bio in de supermarkt en de speciaalzaak over de afgelopen 10 jaar nagenoeg hetzelfde gebleven. Toch een hele prestatie van biologische speciaalzaken in een tijd dat andere speciaalzaken terrein hebben verloren aan de supermarkten.

Kennelijk is het verkopen van biologische producten nog steeds een specialisme. Hoe komt dat? Kennis van de producten, een breed assortiment, voedingsadviezen, tijd voor de klant en werkelijke betrokkenheid in de hele keten zijn sterke punten van de biologische winkel, die de klant waardeert. De afgelopen jaren wordt dit gekoppeld aan een ontwikkelingsgolf die steeds meer winkels doormaken, in de vorm van vergroting en vernieuwing. Van de 261 biologische speciaalzaken mogen circa 50 winkels zich inmiddels biologische supermarkten noemen, met oppervlakten van 250 tot meer dan 1.000 vierkante meter vloeroppervlak. Deze groep stuwt de ontwikkeling van de biologische winkels. Niet alleen qua omzet, maar ook met de versterking van de waarden die aan biologisch vastzitten.’

Zo bekeken, gaat het nog zo slecht niet met Nederland. Wanneer komen er ook eens politici die dit met bevlogenheid uitdragen? En waarom houden de deskundigen op biologisch-dynamisch gebied zich zo stil op dit moment? Hebben ze hier soms geen belang bij? Blijven ze in hun eigen kleine kringetje ronddraaien, of is het toch wat anders? Waren er maar mensen die deze vragen konden beantwoorden.

4 opmerkingen:

ed taylor zei

Wat is het toch mooi, dat je telkens opnieuw zo veel werk van je weblog maakt. het past mij om je daarvoor te bedanken, ook al is er niet een specifieke aanleiding voor wat betreft het nieuws van vandaag. maar zo maar eens een keertje even laten weten, dat je werk gewaardeerd wordt, lijkt me ook wel goed.
dag!
Ed Taylor

Michel Gastkemper zei

Beste Ed,
Dank je wel, dat is erg aardig van je! Het is inderdaad een heel werk (al lijkt het misschien niet zo; gelukkig weet jij het en schat dit naar waarde), maar het is dan ook ontzettend leuk om te doen.
Hartelijke groet,
Michel

Anoniem zei

De Wageningse bijenondezoekers zijn:
http://www.bijen.wur.nl/

Het probleem is het volgende:
Bijenwur is hofleverancier van kennis over bijensterfte aan het
Ministerie LNV en toelatingsinstantie Ctgb (College voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen en biociden), heeft opmerkelijk nauwe banden met de producent van imidacloprid Bayer Cropscience. Imidacloprid is het best verkochte product van Bayer Cropscience met een jaarlijkse wereldwijde verkoop van meer dan een half miljard euro.

Een kleine bloemlezing van de treurige feiten:

"Het ecotoxicologisch onderzoek van bijen@wur wordt meestal in opdracht
van de industrie uitgevoerd. Hierover wordt dan ook niet gepubliceerd
tenzij de opdrachtgever hiervoor toestemming geeft."
zie:
http://www.pri.wur.nl/NL/onderzoek/onderzoeksthemas/Gewasbescherming/bestuivers/

bijen@wur valt onder Plant Research International, die op zijn beurt
nauwe banden heeft met Bayer:
http://www.pri.wur.nl/NL/nieuwsagenda/archief/nieuws/2007/Samenwerking_met_Bayer_BioScience.htm

Prof. Paul van den Brink, wiens leerstoel ook door Bayer en Syngenta wordt betaald,
bazuint in NL de Bayer strategie voor oppervlaktewater kwaliteit rond,
namelijk semi-veld onderzoek, dat natuurlijk veel minder gevoelig is dan
laboratorium onderzoek, waardoor veel soepelere waterkwaliteitsnormen
zullen ontstaan.

Paul van den Brink is weer een vriendje van Bart Bosveld, de huidige
secretaris (zeg maar directeur) van het CTGB. Beide jongens hebben hun
carriere gemaakt dankzij de Society of Environmental Toxicology and
Chemistry (SETAC), een wetenschappelijke organisatie waarin een
medewerker van Bayer Crop Science, Fred Heimbach, een bepalende rol
speelt. Van den Brink publiceert regelmatig met Heimbach. Bayer
financiert ook via een wetenschappelijke samenwerking Plant Research
International (PRI) van Wageningen UR, waar Tjeerd Blacquière werkt,
vandaar dat uit zijn mond geen kwaad woord over neonicotinoïde
insecticiden zal komen.

Bayer is er dus in geslaagd ter verdediging van imidacloprid haar
welgenegen personen op sleutelposities in de Nederlandse
bestrijdingsmiddelenwereld te krijgen.

Anoniem zei

Copijn heeft meer dan gelijk. Het wordt de hoogste tijd dat dit tot den Haag en Wageningen doordringt.
Gek genoeg : er zijn er die het weten, zowel in dH als in W. Maar ze willen niet, of kunnen niet.
eje

Labels

Over mij

Mijn foto
(Hilversum, 1960) – – Vanaf 2016 hoofdredacteur van ‘Motief, antroposofie in Nederland’, uitgave van de Antroposofische Vereniging in Nederland (redacteur 1999-2005 en 2014-2015) – – Vanaf 2016 redacteur van Antroposofie Magazine – – Vanaf 2007 redacteur van de Stichting Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft – – 2012-2014 bestuurslid van de Antroposofische Vereniging in Nederland – – 2009-2013 redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift – – 2010-2012 lid hoofdredactie van ‘Stroom’, het kwartaaltijdschrift van Antroposana, de landelijke patiëntenvereniging voor antroposofische gezondheidszorg – – 1995-2006 redacteur van het ‘Tijdschrift voor Antroposofische Geneeskunst’ – – 1989-2001 redacteur van ‘de Sampo’, het tijdschrift voor heilpedagogie en sociaaltherapie, uitgegeven door het Heilpedagogisch Verbond

Mijn Facebookpagina

Translate

Volgers

Totaal aantal pageviews vanaf juni 2009

Populairste berichten van de afgelopen maand

Blogarchief

Verwante en aan te raden blogs en websites

Zoeken in deze weblog

Laatste reacties

Get this Recent Comments Widget
End of code

Gezamenlijke antroposofische agenda (in samenwerking met AntroVista)